Wereldwijd hebben we te maken met 830 soorten geloof en voordat hier in Nederland de migratiestroom toenam, heb ik hier ter lande opgetekend 163 soorten van kerkelijke instellingen, maar het zijn er anno 2021 heel wat meer. De meeste geloofstakken verkondigen liefde en saamhorigheid en niet één geloof is eropuit haat te kweken. Toch is deze onder de diverse geloven ontstaan door theologische twistpunten  die wereldwijd gezorgd hebben voor ernstige uitwassen van haat en nijd onder elkaar. Wat me in de loop der jaren tevens is opgevallen is dat veel geloven hun leer hebben aangepast aan de normen en waarden van deze tijd. Een klein voorbeeld: Vroeger op school, en dan ga ik terug naar de vooroorlogse tijd van voor 1940, leerden we dat zonden tegen de H. Geest, zoals, hoogmoed, lust, hebzucht, jalouzie, onmatigheid, woede en gemakszucht onvergeeflijke zonden waren, maar tegenwoordig gaan de christelijke kerken ervan uit dat met berouw en excuses of het nu zonden tegen de H. Geest of tegen de Tien Geboden Gods zijn allemaal door God vergeven worden-het maakt niet uit wat-zelfs moord en doodslag vallen er onder. Maatschappelijk merk ik dat zelfs personen die in een leidende functie ons land besturen  hier handig gebruik van maken  en voor hun eigen baten constructies bedenken die tegen alle  normen en waarden ingaan. Soms worden hiermee miljoenen euro's opgestreken en zelfs de belastingdienst is deze zogenaamde hooggeplaatsten ten dienste. Volgens de normen en waarden uit de periode van pakweg 40 of langere jaren geleden werd over personen die zich op deze manier verrijkten gesproken-om maar een populaire uitdrukking uit die tijd te gebruiken-over mensen die niet deugden en steeds God en alle goede mensen 'besodemieterden'-. En ook nu nog geldt dat dit soort volk  bij overgang van leven naar dood hel en verdoemenis staat te wachten. Als gewone sterveling is het moeilijk om te voldoen aan de regels van een streng geloof en persoonlijk heb ik daar ook moeite mee, maar toch probeer ik op mijn manier om zodanig te leven dat mijn gweten niet  bezwaard wordt en als ik straks voor de hemelpoort sta, dan hoop ik dat Petrus me niet de toegang zal weigeren om deze heerlijkheid te betreden.