Inhoud blog
  • Waarom leerlingen steeds slechter presteren op Nederlandse scholen; en grotendeels ook toepasselijk op Vlaams onderwijs!?
  • Waarom leerlingen steeds slechter presteren op Nederlandse scholen; en grotendeels ook toepasselijk op Vlaams onderwijs!?
  • Inspectie in Engeland kiest ander spoor dan in VlaanderenI Klemtoon op kernopdracht i.p.v. 1001 wollige ROK-criteria!
  • Meer lln met ernstige gedragsproblemen in l.o. -Verraste en verontwaardigde beleidsmakers Crevits (CD&V) & Steve Vandenberghe (So.a) ... wassen handen in onschuld en pakken uit met ingrepen die geen oplossing bieden!
  • Schorsing probleemleerlingen in lager onderwijs: verraste en verontwaardigde beleidsmakers wassen handen in onschuld en pakken uit met niet-effective maatregelen
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Onderwijskrant Vlaanderen
    Vernieuwen: ja, maar in continuïteit!
    09-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Onderwijskrant. Leraar Jef Boden over de frustratie van een leerkracht

    De frustratie van een leerkracht - Jef Boden

    Bijdrage op deredactie.be vr 08/05/2015

    Bij pogingen om kinderen kansen te geven in hun schoolloopbaan moeten we ook oppassen voor het omgekeerde effect. Misschien zijn kinderen niet altijd gebaat met ouders die een "mooie" studierichting doorduwen of de vele kleine regeltjes die de kwaliteit van een diploma's laten verwateren.

    Wat toont de kwaliteit van ons onderwijs? Rapportcijfers en behaalde diploma’s zijn niet meer dan een uiterlijk vertoon. Waarvan is een cijfer het resultaat? Is een mislukking na een genegeerd advies en een manke vooropleiding altijd een verrassing? Wat is de werkelijke waarde van schijnbaar dezelfde diploma’s?

    Lager onderwijs: Leuke weetjes en kwisvraagjes

    Het mag primair klinken: je leert lezen en schrijven, probleemoplossend denken en zelfs al even hoe te leren in de basisschool. Inhouden en vormen evolueren. Helaas eisen tijd en modeverschijnselen hun deel op. Moeten we geen basiskennis hoofdrekenen meer bezitten omdat we rekenmachines inschakelen? Men zou vaak tijd kunnen besparen en met een vlotte schatting domweg ingetikte vergissingen kunnen ontmaskeren. Maar leren hoofdrekenen is niet altijd leuk, zelfs saai en hoeveel moeite mag leren kosten?

    Is een foutloze zin het bewijs dat je kan lezen en schrijven? Begrip? Nuances? Taalbeschouwing is veel meer dan woord- of zinsontleding. Maar als de eindtermen lager onderwijs niet verder gaan dan een onderwerp en een werkwoord, valt er op termijn steeds moeilijker een andere taal te leren. Zowat alle inhouden van de lagere school lijden hieraan.

    Om ineens verder te blikken: mag de kennis Frans - of welke taal dan ook - op het einde van het middelbaar onderwijs meer betekenen dan een toeristisch ticket kunnen kopen of op een terrasje een pastis kunnen bestellen?

    Hoe zal men de wetenschapsrage onderbouwen als de basis een WO-allegaartje is van toevallig leuke weetjes en een handvol kwisvragen uit youtubefilmpjes? WO bouwt zeker geen noodzakelijk referentiekader op. Om over net iets verdergaande inzichten maar te zwijgen.

    Middelbaar onderwijs: regelneven

    Het ultieme document is een getuigschrift dat toegang verleent tot het middelbaar onderwijs. Omdat nuances en gezond verstand na dit schooljaar dreigen geschrapt te worden, kan zo’n getuigschrift volgend jaar behoorlijk vervelend uitpakken.

    Wie vandaag ‘in voldoende mate’ aan de eindtermen voldoet, krijgt een getuigschrift. In principe gaat zo’n leerling naar het eerste jaar A in het TSO, KSO of ASO. Een advies voor het secundair onderwijs houdt evenwel best rekening met de eigenheid van ieder kind: is het behaalde resultaat een gevolg van hard of nauwelijks werken, wroeten en zweten, of ligt er nog een stevige reservecapaciteit op uitdagingen te wachten? Een naakt cijfer is een vermomd cijfer. Zo kan een leerling met vreugde een getuigschrift behalen en er volledig mee instemmen dat 1B, de beroepsrichting, de beste keuze naar interesse, mogelijkheden en welbevinden is. Een vleugje voorbehoud van de ouders verandert na enkele enthousiaste maanden van hun kind vaak in een groot tevredenheidsgevoel. Een geslaagde keuze voor heel wat jaren uit een jong leven.

    Een aantal nieuw ingevoerde regeltjes - het niveau moet opgekrikt en efficiënter - zal dit volgend jaar onmogelijk maken. Wanneer een hardwerkende leerling in de toekomst een getuigschrift krijgt, zal die verplicht worden tot een mogelijk onhaalbaar niveau in een 1A-richting met een te verwachten frustratie en schoolmoeheid tot gevolg. Beseft iedereen daarenboven dat voor een aantal inclusieve leerlingen reeds van bij de start beslist is dat ze geen uitzicht hebben op een getuigschrift?

    Nu en straks zouden zowel regelneven als scholen, CLB en alle types buitengewoon onderwijs beter afstappen van de drang tot etiketten kleven. Niet de structuur is het doel, wel het welzijn van ieder individueel kind. Dat is in geen enkele rechtlijnige reglementering te vatten.

    Allemaal hetzelfde diploma

    Naast een gelijkaardige uitholling van de leerinhouden hangt boven het middelbaar onderwijs de terreur van dreigende beroepsprocedures en advocatenkosten. Hoe verklaar je dat leerlingen zes jaar lang, systematisch een vak aan hun laars kunnen lappen? Bestaan er nog scholen die dan verdergaan dan een jaarlijks A-attest met verwittiging voor één vakje? Moet kunnen?

    Wat als een klassenraad in het laatste jaar vaststelt dat zo’n leerling, uiteraard met goedkeuring en financiële mogelijkheden van de ouders, die boycot van een vak jaar na jaar herhaald heeft, de lessen van die vakken eventueel voor de klasgenoten nog heeft verpest, en waarom niet ook de gedragsregels grondig heeft geheroriënteerd? Sancties? Het lijken op vele scholen uitzonderingen.

    Waarom worden massaal, al van in het eerste trimester, brieven en mails over taken en begeleiding naar ouders gestuurd? Louter ter informatie? Met de illussie dat die ouders niet koudweg gaan beweren ze nooit te hebben gezien? Een uitvoerige correspondentie is een standaardprocedure om na een mogelijke beslissing van een klassenraad niet onmiddellijk in een beroepsprocedure te belanden. Dan is de tijd, de energie, de kostprijs nog het minste: hoeveel geweldige uren had men met dezelfde inzet voor de positief ingestelde leerlingen kunnen organiseren?

    En zelfs zonder extra vandalisme of pesthoofdstuk van de betrokken leerlingen kan men zich de vraag stellen hoe men de meerderheid van zo’n klas nog een rechtvaardigheidsgevoel zou kunnen meegeven. Louter het gevolg van een papieren obsessie? Neen, pure angst om zelfbehoud. Om te overleven, om niet de volgende te zijn die het onderwijs zo niet langer leefbaar vindt. Maar, de hele klas krijgt hetzelfde diploma.

    Hoger onderwijs:

    Het hoger onderwijs ambieert uitdrukkelijk de prijs voor de wereldvreemdheid in het denken. Onlangs verraste minister Crevits met haar interpretatie van de resultaten van het eerste groot onderzoek in de tweede en derde graad secundair in 25 jaar. Ze was wellicht de eerste die een resultaat van 92 % onvoldoende vond. Het betrof het aantal verderstuderende ASO-leerlingen.

    Nog verbijsterender: ze ontdekte dat leerlingen uit de andere richtingen dan het ASO vaker mislukken in verdere studies. Om dat te beseffen heb je noch een onderzoek, noch 25 jaar nodig. Er zijn nu eenmaal beroepsgerichte afstudeerrichtingen en daarnaast theoretische die als voornaamste doel hebben voor te bereiden op het hoger onderwijs. Toch niet vreemd dat een en ander verband houdt met resultaten. Maar, dan hou je geen rekening met het Vlaamse regeltjes.

    We keren terug naar de basis. Al jaar en dag moet het CLB op het einde van de lagere school de wettelijke waarheid verkondigen: wie in Vlaanderen na welke richting dan ook, inclusief na een zevende jaar BSO, een gelijkgesteld diploma secundair ondewijs behaalt, mag verder studeren. Zo houdt men samen met de imagoverkiezende ouders een watervalsysteem in het onderwijs in stand.

    Vertel geen sprookjes. Het onderwijs mag leuk zijn, moet op tijd leuk en boeiend zijn. Wie werkelijk bekommerd is om de toekomst - via een diploma meer kansen denkt te krijgen - zal ervoor moeten zorgen dat het letterlijke en figuurlijk de moeite loont en kost. Vanaf de basis.

    (De auteur is leraar aan een basisschool in Brecht.)


    09-05-2015 om 11:31 geschreven door Raf Feys  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:Jef Boden, frustratie leerkracht
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vragen voor minister Crevits voor Zevende Dag 10 mei

    Enkele vragen voor minister Crevits voor Zevende Dag 10 mei

    Een paar vragen die we naar de redactie van de Zevende Dag stuurden in functie van het debat aanstaande zondag over het Vlaams onderwijs.

    1.Op Europees niveau presteren de Vlaamse leerlingen nog steeds als een Europese topper, cf. TIMSS en PISA. Ook inzake schooluitval behalen we de Europese topscore: amper 7,5% volgens Eurostat, nog een flink stuk beter zelfs dan Finland. Waarom houden Vlaamse beleidsmakers geen ...rekening met het gezegde: never change a winning team? Waarom willen ze alles overhoop halen halen? Waarom blijven de plannen voor de brede eerste graad e.d. na zoveel jaren nog steeds even vaag? Die vaagheid leidt momenteel al tot chaotische toestanden en wildgroei in de eerste graad e.d.

    2. De overgrote meerderheid van de onderwijsmensen is tegenstander van de vage en vaak niet realiseerbare hervormingsvoorstellen secundair onderwijs en van de invoering van grootschalige scholengroepen, vindt het M-decreet absoluut niet haalbaar, enzovoort. U zal als minister mede verantwoordelijk gesteld worden voor de sterke aantasting van de kwaliteit van het Vlaams onderwijs en voor de grote chaos in het secundair onderwijs – ook al kwamen de hervormingsplannen veelal van uw voorganger. Ook de planlast - die u beloofde drastisch te verminderen - zal door die hervormingen nog in sterke mate toenemen i.p.v. afnemen. Ook de motivatie en arbeidsvreugde van zowel leerkrachten als directeurs zullen worden aangetast. Waarom houden de beleidsmakers geenszins rekening met de visie en waarschuwingen van ervaren praktijkmensen?

    3. Waarom wou u als minister in de commissie onderwijs NIET antwoorden op de vraag of het dochtertje Flo van An Nelissen (en analoge gevallen) volgens het M-decreet al dan niet rechtstreeks naar het buitengewoon onderwijs –type basisaanbod - mag overstappen zonder vooraf de frustratie van het verblijf van enkele maanden of een jaar in het eerste leerjaar te moeten ondergaan?

    09-05-2015 om 10:09 geschreven door Raf Feys  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen)
    Tags:Vragen voor Crevits
    >> Reageer (0)
    08-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Prof. Sintubin: hoort S (en M) eigenlijk wel thuis in STEM?

    Hoort S (en M) eigenlijk wel thuis in STEM?

    Op 5 mei 2015 lezen we in De Standaard dat STEM een echte hype is geworden in het secundair onderwijs in Vlaanderen (“Wetenschap en techniek nieuwe hype in onderwijs”, DS, 5 mei 2015). Het STEM-actieplan (2012) van de Vlaamse regering – “voor het stimuleren van loopbanen in wiskunde, exacte wetenschappen, techniek en technologie” – blijkt dan ook zijn vruchten af te werpen. Als bètawetenschapper zou ik dan toch verheugd moeten zijn met deze hype … Quod non!

    02-26-STEMHet Angelsaksische acroniem STEM staat voor Science, Technology, Engineering, and Mathematics. Het groepeert de zogenaamd ‘harde’ studierichtingen, of bètarichtingen: de natuurwetenschappen (S) en wiskunde (M), enerzijds, en de ingenieurswetenschappen (E), en de technologische wetenschappen (T), anderzijds.

    FirWKULeuven20150505-STEM

    Tweet van faculteit Ingenieurswetenschappen KU Leuven naar aanleiding van artikel in De Standaard (5 mei 2015).

    STEM lijkt dan wel een mooie vlag voor alle bètarichtingen, maar hoe zit het met de lading? Dekt die vlag de lading wel? STEM in het secundair onderwijs wordt immers al te vaak geassocieerd met lessen techniek, programmeren, robotica, of het meer algemene ‘probleemoplossend denken’. De nadruk ligt dus vooral op de T en E, minder op de S (en M). En dan lees je dat de pionier in Vlaanderen, het Heilig Graf in Turnhout, volgend jaar zelfs een richting STEM gaat organiseren naast de ‘traditionele’ richting Wetenschappen (zie ook “Van leren over bacteriën tot zelf een microscoop bouwen“, DS, 6 mei 2015). Alles weer in vakjes! En niet toevallig dat de collega’s binnen de (industriële) ingenieurswetenschappen enthousiast zijn over deze ontwikkeling. Zij zien hun toekomstige studentenaantallen al stijgen. En dat technologiefederatie AGORIA wild enthousiast is, is dan ook niet verwonderlijk (zie “Scholen bieden vaker techniek aan als alternatief voor Latijn“, De Tijd, 6 mei 2015; “Agoria vraagt plaats voor STEM-richtingen in hervorming secundair onderwijs“, Knack.be, 5 mei 2015).

    Maar wat met die ‘traditionele’ Wetenschappen? Wat met de S (en M) binnen STEM? Dreigen de natuurwetenschappen niet al te veel in het verdomhoekje te verzeilen? In het hoekje waar Latijn en Grieks nu al verzeild geraakt zijn. Door de doorgedreven nadruk binnen STEM op de technologische richtingen, dreigen de natuurwetenschappen enkel nog in dienst te komen staan van de technologie, als een ‘noodzakelijk kwaad’ ter voorbereiding van de ‘leuke’ vakken rond robots en games. In al dat STEM-geweld, lopen we bovendien het gevaar te vergeten ook de ‘traditionele’ Wetenschappen klaar te stomen voor de maatschappelijke uitdagingen van de 21e eeuw. Want ook dat is meer dan ooit noodzakelijk binnen het secundair (en hoger) onderwijs.

    BH-Timeline

    Los van welke technologische toepassing dan ook, moeten we de leerlingen warm blijven maken voor Wetenschappen an sich. Dit doen we best door een verhaal te vertellen! Een eigen verhaal, dat bovendien het ‘traditionele’ vakjesdenken binnen de Wetenschappen overstijgt. En dat verhaal bestaat. We kennen het als Big History, het grote verhaal “van oerknal tot mens” (zie ook onze trilogie bij ACCO). In de Verenigde Staten is Big History een hype, mede door de steun van de Bill Gates Foundation (zie Big History Project). En ook in Nederland vind Big History ingang in zowel het secundaire als hoger onderwijs (zie Big History). Big History geeft de leerling het globale kader van 13,7 miljard jaar evolutie (of geschiedenis) (zie Chronozoom van Walter Alvarez), dat uiteindelijk even noodzakelijk blijkt te zijn om de vorming van een sterrenstelsel te begrijpen, de wispelturigheid van de aandelenbeurs te verklaren, als de val van de Minoïsche beschaving te doorgronden. Big History gaat vooral over een integrerende, holistische kijk op onze maatschappij binnen zijn planetaire (en kosmische) context. Het is het ideaal kader om leerlingen in te leiden in het systeemdenken, zo noodzakelijk om de uitdagingen van 21e eeuw aan te kunnen. Big History slaagt bovendien de noodzakelijke brug met de alfawetenschappen. Hierdoor staat het in schril contrast met STEM, dat nog meer dan ooit de polarisering tussen bèta’s en alfa’s in zich draagt.

    De natuurwetenschappen nemen een zeer specifieke positie in op het grensvlak tussen alfa- en bètawetenschappen, ook en vooral in het secundair onderwijs. En deze eigenheid dreigt al te veel verloren te gaan door de Wetenschappen al te veel in te kapselen – en te versmachten – binnen het technologiegerichte STEM. In dat opzicht hoort de S (en M) misschien wel niet thuis in STEM …

    Dit artikel is eerder verschenen in De Standaard van 7 mei 2015 onder de titel “Is er in STEM ook ruimte voor het grotere verhaal?“.

    08-05-2015 om 12:52 geschreven door Raf Feys  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Tags:STEM
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.M-decreet: toekomst type 8-leerlingen op de tocht - zoals blijkt in Necderland
    mm

    M-decreet: toekomst van type 8-leerlingen op de tocht - zoals blijkt in Nederland

    Voortbestaan speciaal basisonderwijs (vooral type 8) op de tocht door passend onderwijs - 30 april '15

    Scholen voor speciaal basisonderwijs (sbo, blo in Vlaanderen) zullen het de komende jaren moeilijker krijgen nu het passend onderwijs ingevoerd is. Door dit nieuwe onderwijsstelsel en regionale factoren als krimp zullen de scholen hun leerlingenaantal verder zien dalen. Het voortbestaan van het sbo ( type 8) zal onder druk komen te staan, vrezen medewer...kers uit de sector. Zij zijn bang dat daarmee een geschikte tussenoplossing verdwijnt voor de groep kinderen die onvoldoende meekomen in het reguliere onderwijs maar voor wie het speciaal onderwijs weer een stap te ver is. Dit meldt de Algemene Onderwijsbond in het Onderwijsblad.

    Jan van Etten, voorzitter van het SBOwerkverband, maakt zich zorgen over de terugloop van het aantal scholen voor speciaal basisonderwijs. Van Etten staat achter de gedachte van het passend onderwijs om kwetsbare kinderen zoveel mogelijk een plek te bieden in het reguliere onderwijs. Volgens hem zijn er echter nog onvoldoende voorwaarden geschapen om deze kinderen in het reguliere basisonderwijs de juiste ondersteuning te kunnen bieden. “Als je dat als basisschool wilt doen, moet je eerst de expertise van je team opkrikken en met kleinere groepen gaan werken om leerlingen de juiste aandacht en ondersteuning te kunnen geven. Daarvoor ontbreekt nog veelal de deskundigheid en het geld”, aldus Van Etten. De voorzitter ziet een toename van het aantal schrijnende gevallen waarbij kinderen onvoldoende steun krijgen doordat zij te laat zijn doorverwezen of omdat een basisschool niet de juiste kennis in huis heeft.

    In de laatste vijf jaar is het aantal sbo-scholen in Nederland teruggelopen van 312 naar 288. Vaak zijn deze scholen opgegaan in grotere verbanden omdat ze door dalende leerlingaantallen niet langer zelfstandig konden voortbestaan. Wanneer de ondergrens van het aantal leerlingen is bereikt, schieten de financiën te kort om extra ondersteuning zoals logopedie, orthopedagogiek en maatschappelijk werk nog te kunnen aanbieden.

    Het speciaal basisonderwijs is niet hetzelfde als het speciaal onderwijs. Het sbo is voor kinderen zonder specifieke cluster-indicatie die problemen ervaren bij het leren. Tot 1998 kende Nederland voor deze groep kinderen de zogenoemde LOM-scholen en MLK-scholen voor kinderen met leer- en opvoedingsproblemen of (zeer) moeilijk lerende kinderen. Deze scholen zijn vervangen door het speciaal basisonderwijs. Docenten in het sbo zijn extra geschoold om ondersteuning te kunnen bieden aan hun leerlingen.

    © Nationale Onderwijsgidsmmmm

    08-05-2015 om 10:26 geschreven door Raf Feys  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Tags:M-decreet, type 8
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.M-decreet: ook paniek in secundair onderwijs: vooral in 1B en beroepsonderwijs

    M-decreet: ook paniek in secundair onderwijs: vooral in 1B en beroepsonderwijs


    1. Klacht van leerkracht Sofie Bruneel uit Gistel in de krant De Morgen'

    "Na de opendeurdag tellen we in 1B nu al drie keer meer inschrijvingen van leerlingen die onder het M-decreet vallen, terwijl in andere richtingen er nog geen enkele inschrijving is. 1B bestaat traditioneel uit een erg heterogeen publiek waarbij een leraar binnen één klas al enorme inspanningen doet en deze verschillen zullen toenemen.

    Inderdaad, remediëren en differentiëren behoren tot de basistaken van elke leraar, maar ergens onderweg bots je op een grens en moet er nagedacht worden over professionalisering, co-teaching, etc. Scholen hebben voorlopig geen richtlijnen en middelen om tijdens dit moratorium aan deze vraag van leraren tegemoet te komen. Daarenboven komt de nauwere samenwerking met het centrum voor leerlingenbegeleiding op losse schroeven te staan omdat het CLB door andere beslissingen minder omkadering zal krijgen. Nét nu wanneer hun professionele ondersteuning broodnodig is.

    Onderzoek heeft uitgewezen dat inclusie het moeilijkst werkt bij leerlingen met gedragsproblemen - soms een groot aandeel van de leerlingen in beroepsonderwijs - en dat er goed moet nagedacht worden over de klassamenstelling en zorgbegeleiding, maar net daar wringt voor sommige scholen het schoentje. Er zijn niet altijd genoeg uren om klassen te splitsen of een extra leerlingenbegeleider in te schakelen, zodat leraren naast hun basistaken erg veel energie moeten stoppen in interventies. En zo kom ik bij het grote taboe: leerkrachten beroepsonderwijs die nu al op hun tandvlees zitten en een exit overwegen. Of leerkrachten die zich zorgen maken dat ze bij de start van volgend schooljaar niet de nodige zorg aan elke leerling in klas kunnen geven."


    2.Lauwe reacties van koepels op klachten uit secundair onderwijs.

    In maart 2015 publiceerden de onderwijskoepels nog een gemeenschappelijk standpunt over het M-decreet. Hierin betuigen ze hun enthousiaste instemming met dit decreet. Ze stellen ook dat de scholen bereid moeten zijn om individuele leertrajecten, voor een aantal inclusie-leerlingen uit te werken. Ze waren zich helemaal niet bewust van de problemen die het M-decreet zou veroorzaken.

    In reacties op de klachten van Sofie Bruneel in de krant 'De Morgen' van vandaag reageren de koepels als volgt.
    *Lieven Boeve (katholiek onderwijs):"Als we het M-decreet willen laten slagen, is extra-omkadering noodzakelijk" ..."Het Gemeenschapsonderwijs verwacht geen stormloop wijst erop dat globale cijfers van het aantal inschrijvingen nog niet beschikbaar zijn." ...Patrick Delbaere (OVSG): "Als nu toch blijkt dat er sneller een grotere toestroom is , dan moet overwogen worden om de waarborgfondsregeling ook voor het s.o. te vervroegen." (Delbaere beseft blijkbaar niet dat ook dit geen oplossing zal bieden voor de grote problemen.). In de gemeenschappelijke Maart-verklaring van de kopstukken van de koepels gewagen ze ze met geen woord over de grote problemen.

    Bijlage: problemen in lager onderwijs

     De inclusie-problemen zullen zich evenzeer voordoen in het lager onderwijs en vooral in het eerste leerjaar. Er blijven ook nog veel vragen die minister Crevits niet wil beantwoorden. Een voorbeeld: M-decreet: op 18 maart werden in in Vlaams Parlement: vragen over lot van dochtertje Flo van An Nelissen en analoge gevallen.

    Jo De Ro en mevrouw Krekels wezen op probleem van ouders als An Nelissen die hun kind niet rechtstreeks mogen laten doorstromen naar het buitengewoon onderwijs. Het kan volgens hen niet dat een kind als Flo eerst moet mislukken in het lager onderwijs vooraleer recht te hebben op buitengewoon onderwijs.
    De Ro stelde dat het schrijnend is als dit niet zou kunnen en dat in dit geval het M-decreet heeft gefaald. Hij drong aan op aanpassing van M-decreet.

    Maar minister Crevits ontweek eens te meer dit probleem door te stellen dat ze niet wou ingaan op concrete gevallen. Ze verstopte zich ook opnieuw achter de CLB's die hun verantwoordelijkheid moeten opnemen samen met de school en de ouders. Ze weet nochtans maar al te best dat volgens het M-decreet het dochterje Flo van Nelissen en veel gelijkaardige gevallen geen toegang krijgen tot het buitengewoon onderwijs.

    Sofie Bruneel is leerkracht B-stroom aan het Sint-Godelievecollege in Gisten en student master in de educatieve studies.

    08-05-2015 om 10:09 geschreven door Raf Feys  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen)
    Tags:M-decreet
    >> Reageer (0)
    07-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Prof. M. Sintubin: STEM ten koste van natuurwetenschappen?
     Is er in STEM ook ruimte voor het grotere verhaal?
    07 mei 2015 | Manuel Sintubin, Hoogleraar geologie (KU Leuven)  in De Standaard 


    Door de focus op techniek, programmeren en robotica binnen STEM, dreigen we de natuurwetenschappen uit het oog te verliezen, schrijft Manuel Sintubin. Die slaan nochtans de noodzakelijke brug met de ‘zachtere’ wetenschappen.

    ‘Dreigen de natuurwetenschappen niet in het verdomhoekje te verzeilen?’

    Het Angelsaksische acroniem STEM staat voor Science, Technology, Engineering and Mathematics. Het groepeert de zogenoemd ‘harde’ studierichtingen, of bèta-richtingen: de natuurwetenschappen (S) en wiskunde (M), enerzijds, en de ingenieurs- (E) en technologische wetenschappen (T) anderzijds.

    STEM blijkt nu in Vlaanderen een echte hype te worden in het secundair onderwijs (DS 5 mei) . Als bètawetenschapper zou ik verheugd moeten zijn met die hype, maar helaas.

    STEM lijkt een mooie vlag voor alle bètarichtingen, maar dekt ze de lading wel? STEM-onderwijs wordt immers al te vaak geassocieerd met lessen techniek, programmeren, robotica, of het meer algemene ‘probleemoplossend denken’. De nadruk ligt dus vooral op de T en E, minder op de S (en M). En dan lees je dat de pionier in Vlaanderen, het Heilig Graf in Turnhout, volgend jaar zelfs een richting STEM gaat organiseren naast de ‘traditionele’ richting wetenschappen. Alles weer in vakjes! Niet vreemd dat de collega’s binnen de (industriële) ingenieurswetenschappen enthousiast zijn over die ontwikkeling. Zij zien hun toekomstige studentenaantallen al stijgen.

    Latijn en Grieks

    Maar wat met die ‘traditionele’ wetenschappen? Dreigen de natuurwetenschappen niet al te veel in het verdomhoekje te verzeilen waar Latijn en Grieks nu al verzeild geraakt zijn? Ze dreigen alleen nog in dienst te staan van de technologie, als een noodzakelijk kwaad ter voorbereiding van de ‘leuke’ vakken rond robots en games.

    Los van welke technologische toepassing dan ook, moeten we de leerlingen warm blijven maken voor wetenschappen an sich. Dat doen we best door een eigen verhaal te vertellen. Een dat het traditionele vakjesdenken binnen de wetenschappen overstijgt. Dat verhaal bestaat. We kennen het als Big History, het grote verhaal ‘van oerknal tot mens’. In de Verenigde Staten is Big History een hype, mede door de steun van de Bill Gates Foundation. Ook in Nederland vindt Big History ingang in zowel het secundaire als hoger onderwijs. Big History geeft de leerling het globale kader van 13,7 miljard jaar evolutie, dat uiteindelijk even noodzakelijk blijkt te zijn om de vorming van een sterrenstelsel te begrijpen, de wispelturigheid van de aandelenbeurs te verklaren, als de val van de Minoïsche beschaving te doorgronden. Big History gaat vooral over een integrerende, holistische kijk op onze maatschappij binnen een planetaire (en kosmische) context. Het is het ideale kader om leerlingen in te leiden in het systeemdenken, zo noodzakelijk om de uitdagingen van 21ste eeuw aan te kunnen. Big History slaat bovendien de noodzakelijke brug met de alfawetenschappen. Daardoor staat het in schril contrast met STEM, dat meer dan ooit de polarisering tussen bèta’s en alfa’s in zich draagt.

    De natuurwetenschappen nemen een specifieke positie in op het grensvlak tussen alfa- en bètawetenschappen, vooral in het secundair onderwijs. En die eigenheid dreigt verloren te gaan door de wetenschappen al te veel in te kapselen – en te versmachten – binnen het technologiegerichte STEM. In dat opzicht hoort de S (en M) misschien niet thuis in STEM.

    07-05-2015 om 13:19 geschreven door Raf Feys  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:STEM
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Onderwijs. STEM-chaos in plenaire vergadering Parlement

    STEM(chaos) in plenaire vergadering Vlaams Parlement 6 mei: Verslag en vijf bedenkingen

    Vooraf 1: uitspraak waarover aso-scholen en universitair/hoger onderwijs zich vermoedelijk veel zorgen zullen maken: Domeinscholen techniek-wetenschappen) moeten in tso-scholen gelokaliseerd worden: Jos De Meyer (CD&V) " Minister, ik wil graag een bezorgdheid meegeven, ook naar de onderwijskoepels en schoolbesturen. Het zou goed zijn dat in de vroegere technische scholen de tweede en derde graad domeinscholen met alles wat te maken heeft met STEM zouden worden gelokaliseerd."

    Vooraf 2: de tso-scholen vrezen dat ze door de STEM-optie in 1ste graad s.o. leerlingen en waardering zullen verliezen. Minister Crevits beweert dat door STEM in aso-scholen leerlingen naar het tso gelokt zullen worden. Mevr. Meuleman (Groen) vreest het omgekeerde: "Het was daarbij toch de bedoeling om technisch en beroepsonderwijs, tso en bso, op te waarderen en niet te verarmen? Het was dus niet de bedoeling om de sterke leerlingen daar weg te halen maar integendeel, om net die richtingen te versterken."

    Vooraf 3: Mevr. Krekels (N-VA-): " Minpunt is dat alles heel snel gebeurt en dat er van alles in verschillende maten en gewichten tot stand komt. Daardoor dekt de STEM-vlag spijtig genoeg de lading niet meer. Minister, u wilt een voorstel doen om daarin meer eenvormigheid te brengen. Dat is nodig, want in het tso hebben we natuurlijk al lang de knowhow van de uitbouw van de technische richtingen. Een samenwerking tussen beide, elk in zijn eigenheid, zou beter zijn. Minister, de leerkrachten van de tweede en derde graad secundair onderwijs, die nu de wetenschappelijke vakken geven, vragen om een goede onderbouwing te geven aan de STEM-richtingen, maar ook om de leerlingen die daarin terechtkomen zeker en vooral goed te oriënteren."

    Vooraf 4: Jo De Ro (open VLD): Voor ons zijn er drie belangrijke elementen voor kwaliteitsvol STEM-onderwijs. Ten eerste: voldoende goed opgeleide leerkrachten die alle aspecten van STEM kunnen brengen. Ten tweede: de leerlijn. . Ten derde – en dat is voor ons een heel belangrijk element – mag STEM niet worden beperkt tot technologie, maar moeten effectief wetenschap en techniek in hun breedheid aan bod komen. Het moet ook onderzoeksgericht zijn, niet alleen theoretisch.

    Vooraf 5: Minister Crevits:" Ik ga geen eindtermen voor STEM opstellen, ik zou niet weten waarom dat nodig is. We moeten er wel voor zorgen dat de kwaliteit van wat wordt aangeboden, goed is. Scholen willen programmeren, toegepast werken met wiskunde en wetenschappen en dat is een bijzonder goede zaak".
    Volgens Crevits mag blijkbaar ook elke school de 5 optie-uren in eerste jaar en 7 uur in tweede jaar naar eigen goeddunken invullen. Chaos troef! En hoe kunnen ouders dan een keuze voor hun kinderen maken?

    Verslag

    Mevrouw Elisabeth Meuleman (Groen)
    Minister, we zien in een sneltempo STEM-richtingen (Science, Technology, Engineering, Mathematics) opduiken. Dat zijn richtingen met een grote aandacht voor wetenschap, techniek en wiskunde.

    Op zich is dat een ontzettend goede zaak. De aandacht voor wetenschap, technologie en wiskunde beantwoordt aan een nood op onze arbeidsmarkt, aan een nood die aanleunt bij de interesses en talenten van jongeren en bij datgene waar jongeren op dit moment mee bezig zijn. Het kan ook een richting zijn die jongeren creatief leert nadenken en competenties met betrekking tot probleemoplossend denken doet ontwikkelen. Die vernieuwde aandacht voor STEM is dus een absoluut goede zaak.

    Alleen, minister, zien we die STEM-richtingen enkel binnen het aso opduiken. STEM wordt als het ware het nieuwe Latijn. De echte bollebozen, die vroeger voor Latijn kozen, kiezen nu voor die heel sterke STEM-aso-richting. Ik vraag mij af hoe dat past in de hervorming van het secundair onderwijs. Het was daarbij toch de bedoeling om technisch en beroepsonderwijs, tso en bso, op te waarderen en niet te verarmen? Het was dus niet de bedoeling om de sterke leerlingen daar weg te halen maar integendeel, om net die richtingen te versterken. We wilden een hervorming van het secundair onderwijs waarbij we de leerlingen niet vroeg in hokjes wilden steken maar later beter wilden laten kiezen, om zo alle leerlingen mee te krijgen.

    Dit lijkt mij een beetje in te gaan tegen de geest van een goede onderwijshervorming, waarbij we de sociale ongelijkheid wilden aanpakken en alle leerlingen wilden meekrijgen. Minister, hoe spoort deze ontwikkeling met de plannen die de Vlaamse Regering toch heeft en onderschrijft op het vlak van de hervorming van het secundair onderwijs?

    Mevrouw Kathleen Krekels (N-VA)
    Voorzitter, minister, collega’s, we herinneren het ons nog allemaal: de Pokemonkaarten, de Beyblades, de flippo’s, de mooie stickertjes van Diddl, enzovoort, enzoverder. Allemaal rages, rages die door onze kinderen in de scholen zijn gebracht.

    Nu is er een nieuwe rage. Dit keer is die rage niet door de kinderen maar door de leerkrachten naar voren geschoven: het organiseren van STEM-richtingen. Veel scholen gaan daarop in. Aso-STEM-richtingen zijn een rage. Maar elke rage heeft een plus en een min. Ook in dit geval is dat zo. De plus van al die richtingen is dat we ons doel willen bereiken door kinderen aan te trekken in die richtingen. We willen hen daarnaartoe trekken, meesleuren en warm maken voor al die boeiende dingen van techniek. Dat lukt, want die richtingen zijn populair. De min is dat alles heel snel gebeurt en dat er van alles in verschillende maten en gewichten tot stand komt. Daardoor dekt de STEM-vlag spijtig genoeg de lading niet meer.

    Minister, u wilt een voorstel doen om daarin meer eenvormigheid te brengen. Dat is nodig, want in het tso hebben we natuurlijk al lang de knowhow van de uitbouw van de technische richtingen. Een samenwerking tussen beide, elk in zijn eigenheid, zou beter zijn. Minister, de leerkrachten van de tweede en derde graad secundair onderwijs, die nu de wetenschappelijke vakken geven, vragen om een goede onderbouwing te geven aan de STEM-richtingen, maar ook om de leerlingen die daarin terechtkomen zeker en vooral goed te oriënteren.

    De heer Jos De Meyer (CD&V)
    Voorzitter, minister, collega’s, gisteren was er veel goed nieuws. Laat me beginnen met iets persoonlijks: mijn vroegere school ontving de prijs van de Vlaamse overheid STEM Excellence Award. Gisteren was er een technologiebeurs in Mechelen, waar meer dan duizend kinderen deelnamen aan een poging om het wereldrecord van de grootste chemieles te breken, onder leiding van Frank Deboosere. De minister bevestigt dat de poging gelukt is. Dus goed nieuws.

    Gisteren konden we ook lezen dat een vijftigtal scholen in de tweede graad wat betreft de studierichtingen, vooral met een aso-profiel, en in de eerste graad wat betreft de vijf keuze-uren, een aanbod doen van STEM. De bedoeling is om het probleemoplossend vermogen van leerlingen te versterken en te verhogen.

    Agoria reageert heel tevreden, maar stelt ook de vraag om dit een duidelijke plaats te geven in de hervorming van het secundair onderwijs. De Vlaamse Scholierenkoepel is enthousiast, maar wijst op het belang van een goede studiekeuzebegeleiding. Er is ook een kritische stem van een lid van het STEM-platform dat zegt dat ze blij is met de vele initiatieven, maar vraagt om toch niet ondoordacht te zijn. Ik lees ook dat Lieven Boeve, de directeur-generaal van het Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs (VSKO) aan zijn scholen vraagt om een regionale afspraak te maken over welk aanbod in welke instelling moet komen.

    Collega’s, we hebben vanuit het parlement jarenlang aangedrongen op meer interesse van het onderwijsveld voor alles wat te maken heeft met STEM. Laat ons tevreden zijn dat de basis zelf dit nu ten volle begint te realiseren.

    Minister ik heb in het verleden steeds de bezorgdheid gehad voor alles wat technisch en beroepsonderwijs betreft – laat het ons in de toekomst beroepsgericht onderwijs noemen – en dat dit, mede door meer STEM-aandacht in de eerste graad, ook later een aanbod krijgt, waardoor deze richtingen kunnen worden versterkt met deze leerlingen. Minister, hoe plaats u dit binnen het kader van het globaal plan van de modernisering van het secundair onderwijs?

    Minister Hilde Crevits
    Mevrouw Krekels, ik wil starten met uw opmerking over de rages. Minister Homans zei dat het nu voetbalkaarten zijn. Ik vind het een beetje spijtig, maar het zal zo wel niet bedoeld zijn, dat dat een depreciatie is voor de enorme inspanningen die de voorbije jaren gedaan zijn op het veld en ook vanuit het parlement, om STEM een beeld, een gezicht en een naam te geven.

    U weet dat er een STEM-actieplan door de Vlaamse Regering is goedgekeurd. Daar worden allerlei initiatieven uit ontwikkeld. Nu voelen we voor het eerst dat de mayonaise pakt. Ik ben het ook eens met een aantal opmerkingen die gemaakt zijn door de collega’s. Maar voor mij is het fantastische nieuws dat scholen erop springen en dat de technische en technologische interesse van jongeren wordt aangewakkerd.

    De heer De Meyer had het daarnet over gisteren. Ik zag de fractieleider van de N-VA verrast kijken. Gisteren is er dus een poging geweest om met meer dan duizend leerlingen van het vijfde en zesde leerjaar in Technopolis de grootste chemieles te houden. Dat is gelukt, we staan in het Guinness Book of Records. Het enthousiasme van de leerlingen uit het vijfde en zesde leerjaar was spectaculair groot. We zien dat ook in de techniekacademies. Het is dus vrij logisch dat scholen kijken op welk manier ze een goed aanbod kunnen doen in het eerste middelbaar.

    Het grote voordeel, collega’s, van die eerste graad in het middelbaar onderwijs is dat je daar de grote deling nog niet hebt. Er is een basisaanbod voor iedereen. We willen dat in ons masterplan secundair onderwijs ook versterken. Er zijn vijf tot zeven uur die vrij geprogrammeerd kunnen worden. Scholen besteden dat nu in een aantal gevallen aan Latijn. Nu zeggen een aantal andere scholen dat ze graag – de heer De Meyer heeft het juist geformuleerd – naast het basisaanbod techniek, natuurwetenschappen, wetenschappen en wiskunde dat er al in zit, een extra aanbod willen geven aan eerstejaars en tweedejaars om juist het praktisch werken en omgaan met wetenschap en techniek te versterken. Daarvan zeggen dat het een rage is, daar ben ik het niet mee eens.

    U moet eens een paar scholen gaan bezoeken. In Turnhout, in Geel, in West-Vlaanderen en alle provincies zijn er dergelijke scholen. Veel van die scholen hebben zich één tot twee jaar zeer intensief laten begeleiden door een project dat wij in 2013 goedgekeurd hebben via het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT), STEM@school, waar een hele leerlijn wordt ontwikkeld, tot en met de tweede en de derde graad. Dat is dan ook de inpassing binnen ons masterplan secundair onderwijs.

    Minister Hilde Crevits
    Mevrouw Meuleman zegt dat het een goede zaak is als we dat aanbieden. Maar daardoor mogen we niet verhinderen dat jongeren in de tweede graad voor technisch onderwijs kiezen. Daar ben ik het zeker mee eens. Het is de bedoeling ons technisch en beroepsonderwijs te versterken. Het feit dat heel veel scholen dat nu aanbieden in de eerste graad, kan de technische alertheid van jongeren verbeteren en een goede doorstroming opleveren naar de tweede en derde graad.

    Vandaag kunnen technische scholen die dat wensen, wiskunde-wetenschappen enzovoort programmeren. Vorig jaar hebben tien scholen dat aangevraagd en gedaan. Ik heb er al enkele bezocht die dat met heel veel succes doen. We willen dat leerlingen zich zo breed mogelijk kunnen oriënteren. Wat nu in de eerste graad gebeurt, moet een stimulans zijn om ook oriëntaties naar technische richtingen toe te staan.

    Mevrouw Meuleman zei dat we moeten zorgen dat jongeren in de eerste graad niet allemaal voor de STEM-richtingen kiezen en later niet voor het technisch onderwijs. Heel veel van de scholen die dat inrichten, hebben al een brede eerste graad, werken ook samen met technisch scholen en met aso-scholen in de bovenbouw. Daar lijkt meer potentie te zijn dan gevaren.

    Uiteraard bewaken we het kwaliteitskader. Gisteren was ik verrast toen ik hoorde dat de koepels en de netten zich zorgen maken. Niets weerhoudt hen ervan om samenwerkingsinitiatieven op te zetten. Ze kunnen zoveel doen. Er is heel veel creativiteit in de scholen. Ik ga geen eindtermen voor STEM opstellen, ik zou niet weten waarom dat nodig is. We moeten er wel voor zorgen dat de kwaliteit van wat wordt aangeboden, goed is. Scholen willen programmeren, toegepast werken met wiskunde en wetenschappen en dat is een bijzonder goede zaak.

    STEM@school loopt nu. Er wordt een leerlijn ontwikkeld voor de tweede en derde graad. Scholen kunnen ook een beroep doen op expertise. Het is van belang voor de Vlaamse overheid dat we de ervaring die nu op het terrein is ontstaan, voor alle scholen ter beschikking stellen. Zo krijgen we een goed zicht op hoe we kwaliteitsvol onderwijs aanbieden. Zo kunnen we ervoor zorgen dat de technologische en technische interesse bij jongeren in het vijfde en zesde leerjaar blijft bestaan in het secundair onderwijs. Want dat ontbreekt vandaag in het onderwijs.

    De zorgen vanuit de technische scholen capteren we volop, maar we moeten er een sterkte van maken. Het is een goede zaak dat de scholen hun vrije programmeerruimte eindelijk voor wetenschappen en techniek gaan gebruiken.

    Mevrouw Elisabeth Meuleman (Groen)
    Minister, we hebben in de vorige legislatuur veel gedebatteerd over de hervorming van het secundair onderwijs. We zijn toen begonnen met het definiëren van een aantal noden en problemen van het onderwijs, waar iedereen het over eens was. Hoewel we een uitstekend en sterk onderwijs hebben voor heel wat leerlingen, laten we een grote groep leerlingen achter. In onze grote steden stromen 20 tot 25 procent jongeren uit het secundair onderwijs zonder een diploma te behalen. Dat is omdat ze in een soort hiërarchisch – hoe lelijk het woord ook klinkt – watervalsysteem terechtkomen. Ze worden schoolmoe en dat komt door de hiërarchische opdeling in aso, tso en bso, door het vroeg segregeren van de sterke en zwakke leerlingen, omdat we er niet kunnen voor zorgen dat we jongeren gelijke kansen geven om hen al hun talenten te laten ontwikkelen.

    Die onderwijshervorming, waar we zo lang over hebben gedebatteerd en die voor ons nog niet perfect was, is wel noodzakelijk. Die hangt aan elkaar door een aantal schakels. Als je maar een schakel toepast door te zeggen dat je meer STEM gaat installeren, en dan nog in de eerste graad aso, zonder dat er bijvoorbeeld een bovenbouw op volgt, waarbij je domeinscholen creëert die wetenschap en techniek in al hun facetten aanbieden, dan zakt dat als een pudding in elkaar. Minister, het is aan u om een zeer duidelijk signaal te geven aan alle schakels, zodat een goede modernisering en onderwijshervorming worden gerealiseerd. Minister, wat is de timing en wat zijn uw plannen? (Applaus bij Groen)

    Mevrouw Kathleen Krekels (N-VA)
    Minister, ik heb het woord rage gebruikt om iedereen wakker te schudden. Er is natuurlijk wel een bezorgdheid: als het veel is en snel gaat, is het soms ook oppervlakkig. We moeten ervoor zorgen dat de kinderen die we naar die eerste graad trekken, de kennis, de knowhow en de interesse hebben om daarmee in de toekomst verder te gaan en de processen en theorieën die achter al die leuke, boeiende technische en technologische ontwikkelingen zitten, verder te kunnen uitbouwen. Dat is heel belangrijk.

    Verder moeten we ons in dit debat focussen. Ten eerste: we hebben een tso met een prachtige knowhow over techniek, technologie, wetenschap en wiskunde. Die moeten we gewoon benutten. Ten tweede: de reden waarom wij in het aso die STEM-richting hebben aangevat, is juist om de kinderen binnen dat aso die een bredere interesse hebben, te kunnen triggeren voor die wetenschap en techniek en dan zo een goede studie-oriëntering te hebben naar die tweede en derde graad toe. Ten derde – last but not least –: we hebben gezegd dat we techniek en wetenschappen als een apart vak zouden inrichten in de lagere school. Maar hebben we die lagere school al voldoende mee? Zijn er voldoende leerkrachten die die richting nu al als aparte richting ontwikkelen? Vanaf september 2010 moet dat in volle gang zijn. Zijn al die leerkrachten al mee? Dat is toch ook heel belangrijk bij de oriëntatie.

    De heer Jos De Meyer (CD&V)
    Voorzitter, uit uw lichaamstaal heb ik begrepen dat ik kort moet zijn, dus zal ik dat ook zijn. Ik had bij mijn collega’s eigenlijk iets meer enthousiasme verwacht over de initiatieven die in het werkveld eindelijk genomen worden rond alles wat het STEM-actieplan betreft.

    Minister, ik wil graag een bezorgdheid meegeven, ook naar de onderwijskoepels en schoolbesturen. Het zou goed zijn dat in de vroegere technische scholen – laat me toe dat ik ze zo kort omschrijf – de tweede en derde graad domeinscholen met alles wat te maken heeft met STEM zouden worden gelokaliseerd. Dat is niet alleen uw verantwoordelijkheid, minister, maar ook die van de schoolbesturen.

    De voorzitter
    Mevrouw Gennez heeft het woord.

    Mevrouw Caroline Gennez (sp·a)
    Mijnheer De Meyer, ik wil enthousiast aansluiten bij de opmerkingen van Agoria en uw pleidooi voor domeinscholen. Ik denk dat de aandacht voor en de implementatie van het STEM-aanbod een beetje een slag in het water blijft als dat niet in een brede eerste graad wordt ingeschakeld. Het allerbelangrijkste inzake de hervorming van het secundair onderwijs – en we hebben vorige week de studie van het Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming (AKOV) besproken – is dat er minder studierichtingen komen, dat het aanbod duidelijker, uniformer is en dat – zeker in die eerste graad – in het volledige aanbod, in alle richtingen het STEM-kwaliteitsniveau wordt verhoogd en versterkt.

    Ik las vandaag dat een directeur van een technische school in Bree heel duidelijk zegt dat, als we alle technische competenties van alle leerlingen oprecht waarderen, we de abstract denkende toekomstige ingenieurs en de concreet doende toekomstige mecaniciens zeker in die eerste graad samen moeten laten kennismaken met dat STEM-aanbod, omdat dat later op de arbeidsmarkt veel betere mensen zal afleveren.

    Minister, hoever staat u met de hervorming van dat secundair onderwijs? Hoe zult u domeinscholen stimuleren, niet vrijblijvend, maar bindend? Ik zou graag een antwoord krijgen, minister, niet met een verwijzing naar de vorige regeringen, maar met een blik naar de toekomst.

    De heer De Ro heeft het woord.

    De heer Jo De Ro (Open Vld)
    Minister, wij zijn blij dat het experiment veilig is afgelopen. Ik hoop wel dat u tegen alle kinderen van 11 of 12 jaar hebt gezegd dat ze thuis niet moeten proberen hun handen in brand te steken. Daarover zijn we namelijk toch wel enigszins ongerust.

    Mijnheer De Meyer, onze fractie is blij en enthousiast te merken dat er effectief met STEM aan de slag wordt gegaan op het terrein. We zijn wel wat bezorgd over de kwaliteit. We zijn dan ook blij dat u hebt gezegd dat we erover moeten waken dat wat men gaat doen ook kwaliteitsvol is.

    Voor ons zijn er drie belangrijke elementen voor kwaliteitsvol STEM-onderwijs. Ten eerste: voldoende goed opgeleide leerkrachten die alle aspecten van STEM kunnen brengen. Ten tweede: de leerlijn. U hebt er zelf naar verwezen dat die leerlijn, waarbij men nu in het basisonderwijs de splitsing wetenschap en techniek uit WO haalt, door het hele secundair onderwijs loopt. Ten derde – en dat is voor ons een heel belangrijk element – mag STEM niet worden beperkt tot technologie, maar moeten effectief wetenschap en techniek in hun breedheid aan bod komen. Het moet ook onderzoeksgericht zijn, niet alleen theoretisch. (Opmerkingen van minister Hilde Crevits)

    De heer Jo De Ro (Open Vld)
    En daar was de boodschap gisteren dat ook het visueel beeld heel belangrijk is. Minister, wij vragen u om mee te waken over de kwaliteit van die drie elementen.

    Minister Hilde Crevits
    Wat nu aangeboden wordt in de eerste graad, is een bouwsteen die, wanneer men het lager en secundair onderwijs samen bekijkt, moet voortbouwen op de vraag waarom we WO hebben gesplitst in Mens en Maatschappij en Wetenschap en techniek. Dat is intussen gebeurd en goedgekeurd door de regering. Er bestaat wel nog altijd wat weerstand tegen. We hebben WO gesplitst om wetenschappen en techniek in de lagere school al een plaats te geven. Scholen zijn vrij om daar zelf invulling aan te geven.

    Wat de eerste graad betreft, herhaal ik dat u eens moet gaan kijken naar scholen die STEM inrichten in de eerste graad. Ik was een paar dagen geleden in Geel. Daar heeft men gedurende twee jaar gewerkt met de technische campus. Ook in mijn eigen Torhout is er een aanbod STEM, maar die hebben in de bovenbouw al beroeps- en technisch onderwijs. Zij hebben een brede eerste graad en voor hen is dat een manier om extra leerlingen aan te trekken naar het technisch onderwijs. Voor mij is dat elementair. Het is absoluut niet de bedoeling meer te segregeren maar integendeel, om technologie, wetenschappen en techniek vroeger en dichter bij de leerlingen te brengen dan vandaag het geval is. Heel veel van de scholen die dit willen programmeren, doen dat niet omdat het nu mode zou zijn maar wel na zeer grondig onderzoek.

    Mevrouw Gennez, wat de modernisering van het secundair onderwijs betreft, hebben we een masterplan. Dat is gestart met de screening van de studierichtingen dat intussen ook in dit parlement is voorgesteld. De resultaten van die screening moeten nu de basis vormen voor een nieuw aanbod waarin STEM een belangrijk onderdeel zal zijn, ook in de tweede en derde graad. Als er één leerlijn is die we moeten bewaken en waarin we onze technische scholen voluit tot bloei kunnen laten komen, dan is het de leerlijn STEM. Dat staat helemaal niet haaks op het feit dat er minder richtingen zouden komen, dat kan zelfs een versterking zijn. We screenen, we rationaliseren en we verminderen het aantal richtingen, maar we bundelen op een goede manier om die leerlijn vorm te geven.

    Voor mij is volgend jaar heel cruciaal om de uitrol van het masterplan volledig gestalte te geven. In het masterplan staat dat zowel campusscholen als domeinscholen gestimuleerd moeten worden, dus moet dat ook mee worden uitgewerkt.

    Mevrouw Elisabeth Meuleman (Groen)
    Minister, wij zijn heel blij met die aandacht voor STEM. Wij vragen u om de kwaliteit te bewaken en om er zeker voor te zorgen dat het niet alleen iets wordt voor de sterken, de happy few, de bollebozen in ons onderwijs maar iets dat voor iedereen toegankelijk is om het technisch onderwijs te versterken. En dan is het nodig dat u die hervorming van het secundair onderwijs snel in handen neemt en daar iets van maakt, want dat is nodig. (Applaus bij Groen)

    Mevrouw Kathleen Krekels (N-VA)
    Minister, ik wil er geen misverstand over laten bestaan dat we allemaal willen dat STEM een bijzondere plaats krijgt. We moeten erover waken dat de kracht in het tso zich uitzet in het aso en dat elkeen in zijn eigenheid de kracht van STEM naar voren kan brengen zodat we alle kinderen kunnen boeien en de kinderen die daar verder mee moeten, meteen meehebben in een goede oriëntering. Die oriëntering moet starten in de lagere school. We moeten ervoor zorgen dat die lagere school voldoende mogelijkheden en ontwikkelingskansen krijgt om die techniek en wetenschappen een goede invulling te geven. (Applaus bij de N-VA)

    De heer Jos De Meyer (CD&V)
    Voorzitter, ik denk dat het niet verboden is om eens enthousiast te zijn over datgene wat in het werkveld gebeurt. Onze samenleving schreeuwt om technisch, technologisch personeel en om mensen die ingenieurswetenschappen hebben gedaan. Als er initiatieven in het veld zelf groeien, laat ons die dan alle kansen geven en laat ons die stimuleren en op de juiste manier sturen. (Applaus bij CD&V)


    07-05-2015 om 12:07 geschreven door Raf Feys  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:STEM
    >> Reageer (0)
    05-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Veel (voorbarige) euforie van Crevits en STEM-ers over STEM-optie 1ste graad

    Veel (voorbarige) euforie van minister Crevits en STEM- propagandisten over STEM-richting in eerste graad. Onderwijskoepels maken zich terecht zorgen over de improvisatie:Elke school improviseert zomaar iets, met de gevolgen voor de tso-scholen, voor de invulling van de tweede graad ... wordt geen rekening gehouden.

    Veel'stem'mige STEM-anarchie/wildgroei doet dus zijn intrede in aso-scholen en dit ten koste van de tso-scholen en van de waardering van tso-scholen.
    De voo...rbije 45 jaar worstelde men al met de zinvolle invulling van het vak technologie in de eerste graad (2 uur per week). Wat wordt het nu? Zo lezen we dat een Antwerpse stedelijke aso-school STEM-lessen biedt in 1ste graad rond 'solderen' als centraal thema - zelfs in lessen geschiedenis en Nederland. Wie bedenkt nu zo iets?

    De beleidsmakers en onderwijskoepels zijn verantwoordelijk voor de huidige anarchie (ook inzake CLIL in 1ste graad). Als ook de geplande hervormingen in de 2de en 3de graad doorgevoerd worden, krijgen we niet enkel anarchie en wildgroei, maar ook een sterke aantasting van het niveau van ons s.o. Alles wordt op losse schroeven gezet. Met leerlingen experimenteert men niet.

    De grote kritiek op het aso luidde steeds dat het aso de leerlingen te weinig voorbereidde op STEM-richtingen in het universitair en hoger onderwijs. Onlangs lazen we in een publicatie van minister Crevits echter dat het aso wel heel goed voorbereidde op STEM in het hoger onderwijs: " 53% van het totaal aantal leerlingen in het ASO 3de graad volgt een STEM-richting" , schreef Crevits. Had men eindelijk ingezien dat de 'science'-vakken in het aso ook heel wat technische toepassingen bevatten en dat dit ook voor de STEM in het hoger onderwijs het belangrijkste is? De STEM-pleitbezorgers en beleidsmakers hebben dit blijkbaar nog niet ingezien.

    Meer weergeven
    Steeds meer aso-scholen beginnen met een aanbod met veel techniek en wetenschap in de eerste graad, maar de onderwijskoepels zeggen dat er nog geen eindtermen, handboeken en opgeleide leerkrachten zijn.
    deredactie.be

    05-05-2015 om 21:54 geschreven door Raf Feys  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Tags:STEM
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 26/12-01/01 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs