Van leRensbelang en leRarenbelang : COC-lerarenvakbond
over valkuil van breed maatschappelijk debat over eindtermen
1.Waarom mag/moet
iedereen meepraten over onderwijs, maar niet over andere belangrijke themas
als verhoging pensioenleeftijd e.d. ?
Het Vlaams Parlement koos voor een weg waar een groots
opgezet maatschappelijk debat dat de trendy woorden De Nacht van het
Onderwijs en Onderwijsfestival niet schuwt, deel van uitmaakt. Over het
antwoord op de vraag of dat de juiste weg is, verschillen de meningen. Minstens
rijst toch de vraag of de samenleving het minimum dat een school dient te
bereiken wel moet vastleggen via een debat van deze omvang? En waarom dan wel
over deze minima en niet over andere themas die ook heel de bevolking raken?
Zoals over het mobiliteitsprobleem, een eerlijke inning van de belastingen, de
haalbaarheid van de verhoging van de
pensioenleeftijd
Bij zulke materies luistert men alleen naar experts of wordt
het primaat van de politiek ingeroepen.
2.De valkuil van een
breed maatschappelijk debat
De geschiedenis heeft aangetoond hoe snel de samenleving bij
elk concreet probleem voor de oplossing richting school kijkt. In de voorbije
25 jaar is er heel wat op het bord van de leraar terecht gekomen dat ver
verwijderd is van zijn eigenlijke kernopdracht. In het kleuteronderwijs mogen
nog niet zindelijke kleuters starten, zindelijkheidstraining hoort voortaan bij
de opdracht van de school. In de lagere school lijkt de aandacht voor zorg te
primeren op onderwijs: te dikke kinderen, de school moet kinderen gezond leren
eten. Te weinig beweging: de school moet zorgen voor meer beweging.
Ook in het secundair onderwijs neemt de aandacht voor
sociale relaties en welbevinden van leerlingen een steeds grotere omvang aan.
Het is zorgelijk vast te stellen dat het beroep van leraar meer en meer
verglijdt naar een zorgberoep. Vaak is de aanleiding hiervoor een incidenteel
gebeuren, een thema dat in de actualiteit opduikt of de emoties beroert. Zo
moesten scholen in 2004 na een incident dat de media haalde plots allemaal
expliciet aandacht besteden aan holebis en moest dit expliciet worden
opgenomen in het programma. De aandacht voor deradicalisering in het onderwijs
is een meer recent gegeven. Een beleid dat daarop verder borduurt, is geen
onderwijsbeleid, maar een emo-beleid. Het gevaar bestaat - maar we hopen van
niet - dat een maatschappelijk debat niet voorbij een dergelijk emo-gehalte
geraakt.
Binnenkort moet iedereen weer zijn belastingbrief invullen:
het gevaar is niet denkbeeldig dat straks iemand voorstelt het invullen van een
belastingsbrief op school aan te leren precies alsof er binnen 15 jaar nog
belastingbrieven zullen bestaan zoals wij die vandaag kennen. Moet de school
leerlingen niet eerder doen nadenken over hoe regeringen aan inkomsten geraken?
Waaraan zij dat geld besteden? Hoe er gedifferentieerd wordt tussen burgers?
Welke sociale en ethische vragen dit oproept?
Of neem nu het rijbewijs. Is het nu echt nodig dat
leerlingen hun rijbewijs op school halen? Of moet de school leerlingen niet
eerder voorbereiden op hoe ze zich kennis kunnen toe-eigenen en hen uitdagen om
na te denken over mobiliteit, techniek, milieu en samenleving? Dat noemen we
vorming. Dat is iets heel anders dan leerlingen concreet voorbereiden op het
behalen van een rijbewijs. Dat is kortetermijndenken, dat is niet de opdracht
van de school. De school bereidt voor op lange termijn, op de burgers en de
samenleving van morgen, ook al kennen we die vandaag nog niet.
3. De vergeten
groep
In dit maatschappelijk debat kan iedereen dus zijn zeg doen,
maar de echte experts - de leraars - mogen aan dat debat participeren zoals
niet-experts. Hun expertise kan nochtans niet betwist worden. In de eerste
plaats zijn het ervaringsdeskundigen: zij hebben ervaring met 25 jaar
eindtermenonderwijs. En ze zijn met vele tienduizenden! Op zijn minst kan
gesteld worden dat ze vanuit die ervaring heel wat in te brengen hebben
.Een goede leraar beantwoordt aan een heel specifiek
profiel: hij heeft een driedubbele passie. Hij heeft een passie voor zijn vak,
hij heeft een passie voor jongeren en hij heeft een passie voor de samenleving.
Hij verdiept zich in zijn vak, hij denkt kritisch na over de samenleving van de
toekomst, hij beraadt zich over datgene wat er werkelijk toe doet en legt dat
op tafel. Van een leraar wordt verwacht dat hij jongeren vormt in zijn vak en
dat hij hen doet nadenken over de vraag hoe verhoud ik mij tot dat wat er toe
doet. Van een leraar wordt niet verwacht dat hij het mobiliteitsvraagstuk
oplost, maar dat hij jongeren vormt om hier in de toekomst anders mee om te
gaan dan de huidige generatie.
Er is nog een reden waarom het van belang is de stem van de
leraar te horen. Als geen ander komt hij als eerste in contact met de burgers
van morgen. Het onderwijs, elke school, elke klas is de voorafbeelding van de
samenleving van morgen. Daar waar gezinnen tot vandaag vaak nog in vrij
homogene buurten wonen, vaak vrij homogene socio-culturele relaties
onderhouden, zit de hele wereldbevolking vandaag in één kleuterklas. Goede
leraren kunnen als geen ander inschatten wat er toe zal doen in de samenleving
van morgen. Want die krijgt vandaag al vorm op school.
Bijlage 1
Waarom burgers vrij laten associëren over nieuwe eindtermen/onderwerpen voor het onderwijs en over zaken die overbodig zouden zijn, door leraren als misleidende stemmingmakerij wordt beschouwd.
There are many people interested in education, and theyre all entitled to their opinion. But that doesnt mean that their opinion is equally valid, informed or desirable. And those of us who stay in schools need to say that more often.
1.The current selection of subjects we offer to our children is by no means perfect. But it wasn't cobbled together by accident.. Ad hoc additions based on short term perceived utility are as welcome as changing your socks while you're running the 100 metres. I, too, would like children to know everything. But until we invent a Time Turner, we'll learn as much as we can, and try to prioritise the important stuff. We can always learn about divorce later.
2.Wilde en oeverloze voorstellen voor nieuwe eindtermen die ook opduiken in 50-dagen-debat van minister Crevits en die Crevits blijkbaar allemaal interessant vindt
A curious assumption appears : that everything that ails society could be mended, if only the education system were tinkered with and tuned in just the right way. A drop more Tolpuddle Martyrs, a pinch less Planck. The curious continuation of this philosophy leads us inevitably to the conclusion that we, the schools, the teachers, are the enemies of utopia; we are the barrier to a new Golden Age. Well, to hell with that.
*How to get a job; How to pay taks; How to vote; How to look after your health; Current events * What laws there are (HE WAS NEVER TAUGHT WHAT LAWS THERE ARE, hes particularly annoyed about this) * Financial Advice; My human rights. Apparently theres 30. Do you know them? I DONT - Reciting these rights by rote *Trading stocks; Where does money come from?; Budget (see: disperse my earnings); The cost of raising a kid; What an affidavit is * Basic first aid; Recognise the most likely mental disorders; Diseases with preventable causes * How to buy a house with a mortgage; Advice that could literally save thousands of lives * Present day practical medicines * Domestic abuse (and get the facts); How to help my depressed friend with a mental state * Teaching the kids how to parent; How to have kids when you want one * Being fluent in two languages * Political systems. What Im voting on. What policies exist *Enzovoort. enzovoort.
3.We do not teach because it appears to be immediately practical and useful; we teach because we are helping children to inherit their intellectual heritage, the pearls and rubies of science, art, the humanities. We don't teach it because we think it will help them change a plug (yeah, why isn't he raging about that? Or a million other things Ill categorise as handy to know?) We teach them literature, and mathematics, and art, and science, and a dozen other taxonomic milestones, because they are valuable; because they are important. Because without their acquisition, this generation is dislocated from the last one and every one prior to that, and every cultural and scientific asset is lost.
But teachers have approximately 200 days of five hours apiece per year. As it stands, we barely get them through the syllabuses. Every week I hear a different call from a segment of the chattering classes, insisting that some social ill or other be fixed by (of course) shoehorning something into the curriculum. Thats what they aways say: teach it in schools, and the evil evaporates: sexism; body image; bullying; vandalism
.
4.But if we focus on what will expedite practical matters alone, we rob them of their birthright. Worse (and here Ill make a practical point), youve hobbled their further studies. If theyre learning about mortgages and how to sign on the dole, the cruel mathematics of time insists they dont learn about Under Milk Wood, or Stalin, or Copernicus. If we dispute that a child should learn quadratic equations, then we leave the next generation of mathematicians helpless until university. And its no good, no good at all to bleat, "Well, we should teach them both then." We cant, we just cant. There arent enough hours in the day.
5.This is one reason why it is so maddening that teachers are so regularly and comprehensively sidelined from discussions about education. We know what can be done; frequently, we know how to pull off miracles. But we cant change the laws of physics. Other people, external to the system, are free to say what they like; to imagine that the teaching week is infinitely elastic, and worse, to believe that any dogma or ideology can be transmitted as easily as a jingle.
We can teach them healthy eating, but we cant make them eat healthily. We could teach them about compassionate relationships, but that wouldn't cure cruelty. If it barks and lives in a kennel, I call it a dog; if someone claims that what we teach them is worthless and abstract when we pour our souls into its service, I call that an insult to the profession. If this were a Westminster suit raging against the curricular machine, theyd be damned as teacher-bashers. But if youre a rapper, or indeed Ken Robinson, tilting against the windmills of the timetable, they call you Gandhi.
Appealing as such appeals might be, theyre made of mist, a TED happy thought with no respect for the reality of what we try to do. There are many people interested in education, and theyre all entitled to their opinion. But that doesnt mean that their opinion is equally valid, informed or desirable. And those of us who stay in schools need to say that more often.
Bijlage 2 Leraar Philippe Clerick
Vrijdag, 30 Oktober, 2015
Over hoe het onderwijs er wél moet uitzien, heeft bijna iedereen zijn mening. Onze turnleraar Jan Broucke vond dat een ideaal curriculum evenveel tijd moest voorzien voor lichamelijke als voor geestelijke opvoeding. Mens sana in corpore sano, voegde hij eraan toe. En zon turnleraar staat niet alleen. De economist wil een algemeen vak economie, de statisticus een vak statistiek, de informaticus een vak programmeren, de bankier een vak geldbeheer en de postzegelverzamelaar een vak filatelie. Deze week nog zag ik een meme met de tekst: Every school should teach gardening, because food is kind of important. Ja, voedsel is belangrijk daar heeft die tuinier gelijk in.
Ook las ik onlangs een tekst van filosoof Johan Braeckman die vond dat de school vooral meer aandacht moest besteden aan Kritisch Denken wat een filosoof zijn definitie van filosofie is. Als je zon filosoof en zon tuinier samen in een onderwijscommissie zet, weet je wat er zal gebeuren: de ene zal het stokpaardje van de andere ondersteunen, er komen een paar uurtjes filosofie en tuinieren bij, en samen zullen ze een paar uurtjes afbietsen van Latijn, Frans of aardrijkskunde. Of van Nederlands. Professor Braeckman vindt de helft van wat in muffe klaslokalen geleerd wordt oh, die muffe klaslokalen! niets meer dan tijdverspilling. Als voorbeeld geeft hij de zins- en woordontleding in het lager onderwijs. Al die gezegdes en lijdende voorwerpen, daar lag de kleine Braeckman niet erg wakker van. Liever was hem het voorleesuurtje van de onderwijzer om de week mee af te sluiten.
Nu was ook mijn onderwijzer in het vijfde leerjaar, meester Dutoit, gewend om op het einde van de week een stukje voor te lezen - uit De leeuw van Vlaanderen natuurlijk, of De witte van Ernest Claes. Ook ik vond dat voorlezen veel leuker dan de lessen over het lijdend voorwerp en het meewerkend voorwerp. Maar daaruit tot de nutteloosheid van die spraakkunstlessen besluiten, lijkt mij geen patent voorbeeld van Kritisch Denken. Als professor Braeckman nu foutloze stukjes schrijft, dankt hij dat mede aan de vlijtige oefeningen die hij toen op onderwerp en gezegde gemaakt heeft. Wellicht kent de professor ook een aardig mondje Duits. Dan zal de kennis van het lijdend en het meewerkend voorwerp hem bij het leren van die taal goed van pas gekomen zijn. Die kennis uit het lager onderwijs is zo verankerd, dat ze haast aangeboren lijkt, en niet meer naar waarde wordt geschat. Als trivial gering geschätzt, zegt filosoof Schopenhauer.
Mijn grootste meningsverschil met de professor is echter een ander. De leerstof op school, vind ik, moet bestaan uit interessante, nuttige, maar vooral ook onderwijsbare zaken. Spraakkunst, spelling, vreemde talen, wiskunde, aardrijkskunde en geschiedenis zijn onderwijsbaar. Kritisch Denken is dat heel wat minder. Braeckman meent dat je dat kunt leren uit het boekje Op Denkles van Nederlander Sebastien Valkenberg die overigens vaak naar professor Braeckman verwijst, maar dat kan toeval zijn. Elke schooldirecteur zou zijn leerkrachten dat boekje cadeau moeten doen, vindt Braeckman. Ik heb niet op mijn directeur gewacht en heb dat boekje voor de zekerheid maar zelf gekocht. Leuk. Aardig. Maar denken heb ik er niet uit geleerd.
Philippe Clerick is leraar Nederlandsmmmm
|