Prof. Martin Valcke zwanst vandaag in de krant Het Nieuwsblad over de belabberde toestand van het Vlaams onderwijs in de bijdrage Onderwijsexperts pleiten voor radicale hervormingen. Hij pleit er voor het samen optrekken van de leerlingen tot 15-16 jaar, afschaffen van (3de graad) tso/bso, enz.
1 Inleiding
We vernemen vandaag in Het Nieuwsblad dat de professoren Martin Valcke en Roger Standaert samen een boek publiceerden over de belabberde toestand van het Vlaams onderwijs. Uitgerekend Valcke en Standaert die als onderwijskundigen de voorbije decennia uitpakten met ontscholende, nivellerende en prestatievijandige hypes en hervormingen die tot niveaudaling leidden, lamenteren nu over de belabberde toestand. De twee ontscholers klagen nu de gevolgen van hun ontscholing aan: de niveaudaling die ze in 2007 nog straal ontkenden en pakken als remedie o.a. uit met nivellerende eenheidsworst voor alle leerlingen tot 15-16 jaar. In het interview in Het Nieuwsblad komt enkel Valcke aan het woord.
2 In 2007 ontkenden Valcke & Standaert nog dat er sprake kon zijn niveaudaling; en ze pleitten voor ontscholing. Nu beweren nze dat ons onderwijs in een belabberde toestand verkeert.
Toen Onderwijskrant -begin 2007 uitpakte met de O-ZON-campagne tegen de ontscholing, niveaudaling, neomanie
. in het onderwijs deden Valcke en Standaert hun uiterste best om dit te ontkennen. Maar Valcke beweert vandaag in de krant dat ons onderwijs in totaal belabberde staat verkeert: Uit de feiten blijkt dat de scholen hun werk niet doen. Kijk maar naar de eindtermen wiskunde in het aso ( .i.p.v. in het s.o.): naargelang van het onderdeel haalt dertig tot vijftig procent van de leerlingen die niet. Dat is onaanvaardbaar
. Geen wonder dat de slaagcijfers in het hoger onderwijs daar zo verschrikkelijk zijn. Tot mijn grote verwondering pleit Valcke nu plots in de krant en voor het eerst voor de invoering van een keiharde test op het einde van de basisschool en het middelbaar onderwijs. En de resultaten moeten publiek worden gemaakt. Dit zijn precies zaken waartegen mede-auteur Roger Standaert zich steeds heeft heftig verzet heeft.
In onze O-ZON-campagne wezen we er op dat ons onderwijs in vergelijking met andere landen wel nog goed scoorde op PISA e.d., maar dat tegelijk een niveaudaling voor de taalvakken, wiskunde, de zaakvakken in het lager onderwijs, het aantal toppers
moeilijk te ontkennen viel. We wezen ook ook op de grote verantwoordelijkheid voor de niveaudaling vanwege de DVO van Roger Standaert die de opstelling van de eindtermen patroneerde en van andere ontscholers als prof. Martin Valcke.
Als reactie op de O-ZON-campagne-2007 probeerde prof. Valcke de Brugse leerkracht Marc Hullebus die in de krant de niveaudaling aanklaagde te intimideren en te imponeren met de stelling: U als leerkracht weet evengoed als ikzelf dat het voeren van een discussie op basis van anekdotes en verhalen afbreuk doet aan de complexiteit van wat leren en onderwijzen is. Vanuit zijn ivoren toren poneerde Valcke verder dat er absoluut geen kloof is tussen beleid en werkvloer. Ook de discussie over de verhouding tussen kennis en vaardigheden vond Valcke nutteloos.
Ook Roger Standaert stelde in zijn reactie op de O-ZON-campagne dat er geen sprake kon zijn van niveaudaling. Hij pakte nog eens eens uit met zijn ontscholende en relativistische onderwijsvisie geïnspireerd op de socioloog Pierre Bourdieu . Het is die visie die hij ook wou uitdragen via de eindtermen e via zijn tekst Uitgangspunten bij de eindtermen. In 2007 formuleerde hij de ontscholende filosofie achter de eindtermen zo: De reactie van de onderwijswereld op de kennisexplosie is er een geweest van die kennis niet meer op de voet te volgen. Moet je nog wel kunnen hoofdrekenen, met een calculator op zak? Ik zoek toch gewoon op hoe gedownloaded gespeld moet worden. Waarom wordt weten wie Rubens was, hoger aangeslagen dan weten wie David Beckham is en culture & parlure bourgeoise hoger dan culture & parlure vulgaire? Standaert beroept zich voor zijn kennisrelativisme op de Franse socioloog Bourdieu en besluit: Om het nogal cru te stellen, de dominante geldige kennis wordt voornamelijk vastgesteld en verspreid door mensen, die het verbaal goed kunnen zeggen en schrijven. De geselecteerde vakkennis is vaak die kennis die prestigieus is en die gedragen wordt door een dominante elite .
In de memorie van toelichting omtrent de eindtermen beweerde Standaert: dat de constructivistische benadering overeenstemt met de nieuwste inzichten inzake didactiek en leerpsychologie. In zijn boek De gecijferde school (Acco, 2014) pleitte Standaert ook tegen de cijfercultus en de prestatiegerichtheid van het onderwijs; en voor een zachte manier van evalueren, zonder punten, gemiddelden e.d. In het verleden sprak hij zich ook uit tegen gestandaardiseerde en vergelijkende centrale toetsen.
3 Pleidooi voor nivellerende eenheidsworst tot 15-16 jaar en afschaffing (3de graad) tso-bso-scholen
De meest radicale concepten om het tij te keren zijn volgens Valcke het samenhouden van de leerlingen nivellerende eenheidsworst- tot 15-16 jaar; en het afschaffen van de derde graad tso-bso.De voorbije jaren pleitte Valcke geregeld voor radicaal comprehensief onderwijs. Hij verwees hierbij ook graag naar Finland. Vandaag stelt hij in Het Nieuwsblad: We moeten de leerlingen zoveel mogelijk samenhouden tot hun 15, 16 jaar Niet iedereen zal natuurlijk hetzelfde niveau halen. Maar wie niet slaagt, gat toch over naar het volgende jaar en krijgt extra begeleiding. Daar zijn grotere lesblokken voor nodig om te experimenteren en te oefenen in verschillende groepjes, afhankelijk van het niveau van de kinderen. Hij concludeert vanuit dit standpunt: De hervorming van het middelbaar onderwijs is de meest belachelijke operatie die er is
. Alles wat goed was aan de plannen is geschrapt. Nu blijven we kinderen segregeren in onderwijsvormen aso, tso en bso.
Ook Dirk Van Damme (OESO) sprak zich de voorbije jaren geregeld uit tegen de invoering van een gemeenschappelijke/brede eerste graat. In het interview in HUMO van 31 januari 2017 klonk het zo: In de jaren zestig zag je twee grote stromingen ontstaan: de ene groep landen koos ervoor om de leerlingen in de eerste jaren van de middelbare school zoveel mogelijk samen te houden in een brede eerste graad. Engeland en Schotland waren daar voorlopers. De andere groep koos voor een model waarin de leerlingen al vrij vlug een bepaalde richting moesten kiezen. Nu groeit er toch een consensus dat een brede eerste graad bijna automatisch tot een soort eenheidsworst leidt, waarin niet genoeg aandacht is voor de verschillen tussen de kinderen. Die hebben allemaal andere talenten, want ieder kind is uniek, en dus moet je streven naar een flexibeler onderwijs. Ik ben dus geen voorstander van een brede eerste graad. Om een aantal vaardigheden te bereiken of kennis op te doen, kun je niet zo lang wachten. Om uitstekende muzikanten te vormen, start je toch ook niet vanaf 14 jaar?
Afschaffen van (3de graad) tso/bso -scholen
Naast het samen optrekken van de leerlingen tot 15-16 jaar pleit Valcke tegelijk voor het verlagen van de leerplicht tot 16 jaar en het afschaffen van de derde graad tso/bso. Hij beweert: 60% van de leerlingen in de derde graad zitten in het technisch en beroepsonderwijs. Ze zitten te wachten tot uiteindelijk ze eindelijk de schoolpoort achter zich kunnen dichttrekken. Geen wonder, want ze leren er amper iets. Ze zouden naar de bedrijven moeten gaan, waar ze ook fundamentele attitudes aangeleerd krijgen; stiptheid, orde, discipline. In een schoolse context kan je dit iet afdwingen.
Leerkrachten hebben geen enkele macht meer over een zestienjarige. En we zouden dan tenminste jongeren afleveren die echt voorbereid zijn op het werkveld.
Hij voegt er verderop wel aan toe dat die leerlingen wel nog een of twee dagen van de week naar een centrum zouden kunnen gaan om algemene dingen te leren. Het is bijna onvoorstelbaar dat Valcke zich zo denigrerend uitspreekt over ons tso/bso. Dat voor een aantal leerlingen duaal leren aangewezen is, daarmee zijn we het eens, maar niet met zijn beoordeling van ons belangrijk tso/bso. Hij voegt er nog aan toe dat we zo ook veel geld zouden kunnen uitsparen aan leerkrachten, machines, begeleiding en inspectie. Al het geld is al uitgegeven waardoor we geen volwaardig alternatief kunnen betalen.
Enerzijds stelt men voor dat de leerlingen gezamenlijk les krijgen tot 15-16 jaar en anderzijds dat de huidige tso/bso-scholen worden afgeschaft. Dit betekent dat leerlingen die momenteel tso/bso volgen vanaf hun 13 of 14 jaar straks tot hun 15/16 in het algemeen vormend onderwijs weinig of geen technische bagage zouden opsteken en dat ze dat er voor hen ook geen typische 3de graad ts/bso meer is.
4 Valcke in recente PANO-reportage: klassieke onderwijs moet helling op: radicale differentiatie
In de recente PANO--reportage Het basisonderwijs kraakt van 21 maart j.l. pleitte Valcke voor het radicaal doorbreken van de klassieke schoolgrammatica en het jaarklassenprincipe. Gezien het M-decreet en de feitelijke toestand van grote diversiteit is dit volgens hem de enige oplossing. De Gentse pedagoog met veel stelligheid dat de klassieke aanpak in het huidige onderwijs absoluut niet meer werkt: Het klassieke onderwijsmodel kraakt en is eigenlijk kapot. We zullen de scholen ingrijpend moeten verpoppen naar de school 5.0, 6.0. Het onderwijs kraakt en er is maar 1 oplossing: we moeten radicaal afstand doen van de bassigrammatica van het 'klassiek' onderwijs ; geen jaarklassen, geen groepsinstructie, geen jaarleerplannen mee ..., maar sterk geïndividualiseerd onderwijs: voor elk kind a.h.w. een apart potje koken.
In een reactie stelde prof. Wim Van den Broeck : Ons basisonderwijs kraakt volgens de PANO-reportage. Inderdaad; zoals uiteengezet en voorspeld in mijn rapport over het M-decreet. Dan krijg je als de gepropageerde oplossing onderwijs op maat, maximale differentiatie. Maar dit maakt de problemen veelal nog groter. Onderwijs op maat van elke leerling is een onderwijskundige fictie van enkele onderwijskundigen waarvoor geen wetenschappelijke basis bestaat. Net als de illusoire suggestie van prof. Martin Valcke, dat men dit ergens kan leren. Het zijn volgens veel onderwijsdeskundgen precies de pleidooien voor radicale differentiatie, sterk heterogene klassen in het so.o. en afbraak van het schoolse leren die tot een niveaudaling hebben geleid.
6 Valcke & Standaert als propagandisten van competentiegericht & constructivistisch onderwijs
Voor de opstelling het VLOR-rapport over competentiegericht onderwijs -20008 nodige de VLOR enkel radicale voorstanders uit dus ook de professoren Valcke en Standaert. In het VLOR-rapport pleitte Valcke voluit voor competentiegerichte aanpak. . Valcke verwees als model voor competentiegerichte lerarenopleidingen naar de mini-ondernemingen in het secundair onderwijs en de experimenten met leerbedrijven opgezet als vervanging voor een compleet opleidingsjaar in het beroepsonderwijs. Daarnaast verwees hij naar de zgn. virtuele bedrijven zoals de Deense Virtual Company and Modelbank, dat op het internet een bedrijf model- leert. Lerenden kunnen in het virtuele bedrijf werken en problemen oplossen. Valcke illustreerde maar heel even hoe authentieke opdrachten er volgens hem zouden kunnen uitzien. Zo lezen we In een lerarenopleiding zullen volledige situaties worden aangeboden: bijv. een disciplineprobleem op een schooluitstap.
De lerarenopleiding zou volgens Valcke uitgebouwd moeten worden vanuit dergelijke contextgebonden problemen. We geloven geenszins dat we de lerarenopleiding moeten en kunnen ophangen aan dergelijke problemen (=gesitueerd leren), of aan het zelfstandig laten maken van een groot aantal taken.
Projectleider prof. Herman Baert vatte in het VLOR-rapport de conclusies samen in een aantal polaire tegenstellingen waarbij hij instructief onderwijs plaatst tegenover constructivistisch onderwijs en interactieve cultuuroverdracht totaal karikaturaal voorstelt: *Radicaal instructiegerichte leeromgeving versus Instructie versus Radicaal competentieontwikkelende leeromgeving = Constructie. *Uiteenzettingen/hoorcolleges/frontale lessen versus Studentactiverende taken en opdrachten *Lerende = eerder passief Lerende versus actief/groeiende Zelfsturing *Onderwijsproces staat centraal versus Leerproces staat centraal L*eerkrachtgestuurd versus Sturing door de lerende *Instructiemodules zijn disciplinair versus Competentiemodules grotendeels interdisciplinair
7 Kritiek van Dirk Van Damme (OESO) op ontscholende, nivellerende, competentiegerichte en prestatie-vijandige visie van Standaert, Valcke
Op 21 maart j.l. formuleerde Dirk Van Damme (OESIO) n zijn KULAK-lezing veel kritiek op het eenzijdige competentiegericht onderwijs/denken zoals dit de voorbije decennia ook door Valcke en Standaert volop gepropageerd werd. Van Damme: We hebben de voorbije decennia onvoldoende beseft dat we ook in Vlaanderen zon evolutie aan het maken waren. En dit is ook mijn zelfkritiek. Van Damme wees er op dat veel onderwijskundigen en beleidsmakers zich vergist hebben en dat de competentiegerichte aanpak heeft geleid tot een inhoudelijke uitholling van het onderwijs en de taalvakken in het bijzonder. Van Damme (OESO) betreurde op 19 juli 2017 ook terecht: het debat over de nieuwe eindtermen en leerplannen dreigt eens te meer voorbij te gaan aan de essentie. Veel uitspraken getuigen van achterhaalde onderwijskundige concepten: constructivisme, overtrokken pedagogisch optimisme, te radicale verwerping van kennis, naïeve visie op abstractie.
Van Damme hekelde in Laisser-faire mentaliteit bedreigt Vlaams onderwijs ook expliciet de prestatievijandige opstelling van Roger Standaert in zijn boek De gecijferde school : In zijn pas gepubliceerde boek pleit Roger Standaert de man die jarenlang in de Guimardstraat en later op het Departement Onderwijs de pedagogische vernieuwing uitdroeg tegen de cijfercultuur in het onderwijs, en voor een zachte manier van evalueren, zonder punten, en eerder gericht op stimuleren en motiveren.
Pleiten voor een softe evaluatiecultuur omwille van het welbevinden is eigenlijk zeggen dat we in het onderwijs niet zulke hoge eisen mogen stellen aan leerlingen.
Ik huiver hiervan, en zeker als gelijke kansen als argument wordt opgevoerd (DS, 24 augustus 2014).
8 Valcke vertelde onzin over huiswerk, Finland, stress in het onderwijs
eigen schoolloopbaan
Prof. Valcke schermde in een uitzending van Hautekiet-2015 op radio 1 voortdurend met 'wetenschappelijk onderzoek wijst uit', met in Finland is er geen huiswerk, 50% van de meisjes in het s.o. sterk gestresseerd als gevolg van onderwijs, 3 uur huiswerk per dag in s.o. ... Valcke stelde dat er in Finland geen huiswerk is. Volgens PISA-2012 ervaren Finse leerlingen echter meer huiswerkstress dan de Vlaamse.
We voegen er tot slot nog een pikant verhaaltje aan toe van Valcke over zijn gefantaseerde schooltijd in het s.o. en de ideale secundaire school waar leerlingen ook leren koken, waar er een fietswerkplaats is
.
In een interview met Nederlandse bezoekers (video op internet) zegt Valcke dat voor hem een ideale secundaire school een school is waar leerlingen ook leren koken, waar er een fietswerkplaats
is
. Als leerling in het secundair onderwijs was Martin naar eigen zeggen een totale mislukkeling: 15 onder nul voor wiskunde, enz. Ik verstond de leraar Engels niet. Zijn vader versaste hem naar een nieuwe, een totaal alternatieve school in een andere stad. Zoon Martin daar meteen de eerste van ...de klas. Het gaat om een alternatieve school waar 'alle leraars en dicht bij werkelijkheid stonden. De leraar boekhouden was zelf boekhouder, de leraar recht een jeugdrechter, de leraar Duits iemand van de Duitse ambassade
.. Straf verhaal, maar klinkt totaal ongeloofwaardig. Die ( o.i. gefantaseerde) ideale school is volgens hem later verschoolst geworden. En de twee Nederlandse interviewsters geloofden blijkbaar die onzin.
|