Beleidsverantwoordelijken
Engeland, Singapore, Shanghai, Finland
zweren bij kwaliteitsvolle handboeken/methodes voor wiskunde e.d.- maar hetze
tegen gebruik in Vlaanderen
Leve de
leerboeken/methodes versus weg ermee
De Engelse
onderwijsminister Nick Gibb stelde onlangs nog: I believe high quality
textbooks, would bring maximum pedagogical improvements to teachers in the
minimum amount of time. De kwaliteit
van het onderwijs is volgens de Engelse beleidsmakers in een
aanzienlijke mate afhankelijk van het gebruik van degelijke
leerboeken/methodes. Minister Gibb verwijst in dit verband ook naar
hoogpresterende landen als Singapore, Shanghai, Hong Kong, Finland
Ook in het
hoogpresterend Vlaanderen wordt nog steeds veelvuldig gebruik gemaakt van
handboeken en werkboeken voor wiskunde e.d. De hoge kwaliteit van het Vlaams
onderwijs van de voorbije eeuw is o.i.
voor een behoorlijk deel te wijten aan het gebruik ervan. De lagere kwaliteit van het onderwijs in b.v.
Franstalig België wordt door velen in verband gebracht met het feit dat er veel
minder gewerkt wordt met methodes mede het gevolg van minder centen voor
leermiddelen. Finland is eveneens een land waarin het gebruik van leerboeken/methodes
een heel belangrijke rol speelt.
Zon standpunt pro
leerboeken/methodes staat haaks op de vele recente kritiek op het gebruik ervan
in Vlaanderen, op de vele pleidooien om niet langer gebruik te maken van
klassieke methodes en werkboeken die enkel maar de passiviteit van de
leerlingen en van de leerkrachten zouden bevorderen. De leerplanverantwoordelijken voor de nieuwe
ZILL-leerplannen stellen dat hun nieuwe leerplan- en onderwijsfilosofie
niet meer te rijmen valt met het gebruik van klassieke
handboeken Methode-gebruik zou haaks staan op het open karakter van de nieuwe
leerplannen, de erin gepropageerde gepersonaliseerde aanpak van het leerproces
en ontwikkelingsgerichte methodiek.
Op de
DCBAO-vergadering van 17 juni 2015 over ZILL stelden directeurs hier kritische
vragen over: Is er dan vanuit dit leerplanconcept geen ruimte meer voor
methodes? Daarmee werken de leerkrachten toch wel heel vlot. Methodes van
uitgeverijen spelen toch wel een
belangrijke rol bij de vormgeving en de praktische toepassing van de
leerplannen in klas?
Leerplanverantwoordelijke Ria De Sadeleer repliceerde zo op
die kritiek: Gesneden brood kan en zal het nieuwe leerplan echt niet geven.
Daarvoor is de schoolpopulatie ook te divers geworden. We moeten ook verder
evolueren van (leer)methodes naar databanken met inspiratiebronnen. Wij
verwachten van de uitgevers dat zij enkel inspiratiemateriaal aanmaken dat
gekoppeld wordt aan de persoonsgebonden en aan de cultuurgebonden
ontwikkelvelden. In de bijdrage over
de leerplancampagne van Onderwijskrant formuleerden we al een reeks argumenten
pro gebruik van leerboeken. In deze bijdrage laten we vooreerst
Tim Oates, chef curriculumhervorming Engeland, aan het woord over de functies van leerboeken
en de aanwending in Singapore, Hong Kong, Shanghai & Finland (deel 1). We
besteden verder aandacht aan de recente hetze tegen het gebruik van
handboeken/werkboeken (zie deel 2).
Deel 1: Tim Oates
over Why Textbooks Count'
1 Engelse beleidsmakers: leerboeken prioriteit
In een recente
toespraak poneerde Engels onderwijsminister Nick Gibb eens te meer dat de Engelse leerkrachten in de toekomst veel
meer gebruik moeten maken van klassieke leerboeken/methodes.
Gibb meent dat een
degelijk leerboek leerkrachten in sterke mate kan helpen om het niveau van hun onderwijs te verhogen.
Leerboeken zijn cruciaal voor het
verhogen van de standaarden. Jammer genoeg werd hun rol in Engeland tot nog toe ernstig
verwaarloosd. Ik zou graag zien dat alle scholen, zowel basisscholen als
middelbare scholen, voor de meeste academische vakken gebruik maken van
schoolboeken van hoge kwaliteit, waardoor we dichter bij de norm komen van
landen met hoge leerprestaties, aldus
Gibb.
Gibbs toespraak over
het belang van leerboeken was
geïnspireerd op het boek,' Why Textbooks
Count' van Tim Oates, die aan het hoofd
stond van het nationale curriculumhervorming van de regering.
2 Vele functies
van leerboeken/methodes
Oates: Internationale studies over curriculum-evaluatie
hebben de rol aangetoond van hoogwaardige leerboeken bij het realiseren van de
doelstellingen van de nationale leerplannen en bij het ondersteunen van effectief
onderwijs.
Oates toont in zijn eigen
studie aan dat het gebruik van
leerboeken essentieel is om ervoor te zorgen dat scholen in Engeland het
nieuwe National Curriculum zo onderwijzen dat het overeenkomt met de
aanpak van de landen die voor PISA en TIMSS hoog scoren. In het nieuwe Engels
curriculum worden overigens klassieke waarden opnieuw centraal gesteld: o.a.
herwaardering basiskennis,
kennisoverdracht & klassikaal onderwijs.
duidelijke en meer eisende leerstofpunten geordend per leerjaar - mede
om het opstellen van leerboeken/methodes mogelijk te maken, Oates stelt o.i. terecht dat er een nauwe samenhang moet zijn tussen
het nationale leerplan enerzijds en anderzijds de inhoud van de leerboeken en
de didactische aanpak in klas. Het zijn
volgens hem vooral de leerboeken die de leraren de
gedetailleerde kennis verschaffen die impliciet besloten ligt in de
nationale curricula, die per definitie
eerder beknopte beschrijvingen zijn van
de inhoud die onderwezen moet worden. Het is o.i. voldoende bewezen dat ook de Vlaamse leerkrachten
zich vooral oriënteren aan de handboeken/methodes en veel minder aan de
eindtermen en leerplannen.
Oates stelt verder:
Dankzij diepgaande analyses kan er volgens de onderzoekers geen twijfel meer
bestaan over het belang van een effectief gebruik van leerboeken. We moeten afstappen van de vaak gepropageerde
stelling dat het gebruik van een leerboek als centrale bron niet goed is, en de leerkracht en de leerlingen te weinig
activeert. Een degelijk leerboek is van
cruciaal belang voor het succes van de leerlingen; en de meeste leerkrachten beseffen dit
ook.
Volgens Oates studie
vertonen degelijke leerboeken volgende kenmerken:
*onderbouwing door een goed gefundeerde vakspecifieke inhoud
en leertheorie *duidelijke inhoudelijke
afbakening met een focus op
sleutelbegrippen en basiskennis *coherente leerprogressie: stapsgewijze aanpak
*ondersteuning van de reflectie van de leerling *gevarieerde toepassing van
concepten en principes *controle van de omvang- en structuurkenmerken van teksten
om ervoor te zorgen dat deze in overeenstemming zijn met de onderliggende
leertheorie.
Het gebruik van leerboeken is volgens Oates omwille van verschillende
redenen belangrijk:
*Leerboeken zorgen samen met degelijke leerplannen voor de
coherentie inzake leerplandoelen.
Betrouwbaarheid en consistentie met de leerplandoelen was volgens de
bevraagde leerkrachten
fundamenteel. *Leerboeken maken
ook veel tijd vrij voor de leraar om zich te concentreren op de instructie en
op de vorderingen van de leerling in plaats van telkens zelf leermateriaal te moeten ontwerpen. Ze voorkomen
te hoge taakbelasting.
*In de reacties van de leerkrachten werd tevens benadrukt dat het gebruik van degelijke schoolboeken
het ook mogelijk maakt om beter in te spelen op de behoeften van de individuele
leerling. Deze terechte stelling staat haaks op de visie van de ZILL-leerplanverantwoordelijken.
In de getuigenissen van Vlaamse praktijkmensen in deel 2 vermelden deze nog een aantal andere
voordelen van het gebruik van leerboeken/methodes.
In Singapore en in
tal van landen wordt veel belang gehecht
aan schoolboeken. In Singapore maken 70%
van de wiskundeleerkrachten gebruik van een leerboek; in Engeland echter
amper 10%. Leerboeken worden er ook vaak
door de overheid goedgekeurd en gesponsord. Niettegenstaande een aantal
uitgevers naast elkaar actief zijn, moeten alle boeken voldoen aan de criteria
van de overheid.
Zijn dergelijke
leerboeken die aansluiten bij de
gemeenschappelijke leerplancriteria te normatief? Laten ze te weinig vrijheid
voor de leerkrachten? Hoewel leerboeken door leerkrachten als zeer nuttig
worden beschouwd om de leervorderingen
binnen de vakken gestalte te geven, blijft er volgens Oates tegelijk
voldoende vrijheid. Zo gebruiken bepaalde
leerkrachten voor bepaalde vakken het leerboek vooral als leidraad om hun les voor te bereiden en te
structureren in plaats van het instructiemateriaal in het leerboek stap voor
stap te volgen.
Momenteel worden her
en der in Engeland en de VS zelfs
leerboeken voor wiskunde, fysica
uit Singapore en China gebruikt die in het Engels werden vertaald.
3 Gebruik leerboeken in Hong Kong, Singapore en
Shanghai en Finland
Oates bestuurde ook
het specifieke gebruik van leerboeken in een aantal landen.
Hoe gaat Singapore te werk? Het Onderwijsministerie heeft de bevoegdheid
om de leerboeken goed te keuren. Het ministerie laat uitgevers
onderwijsmateriaal ontwikkelen op basis van de nationale curricula. De
kwaliteit van het lesmateriaal wordt bewaakt
door middel van een leerboek-review proces waarbij de materialen worden
beoordeeld door een panel van professionals, waaronder curriculum-specialisten,
docenten en academici van de universiteiten (MOE 2012). Scholen zijn niet
wettelijk verplicht om schoolboeken te gebruiken, maar als dat wel het geval
is, moeten ze een goedgekeurd leerboek gebruiken. En dat doen ze ook meestal.
De Hong
Kong-leerboeken worden door het Hong
Kong Education Bureau goedgekeurd op basis van afstemming op het Hong Kong
leerplan en formele kwaliteitscriteria. De belangrijkste rol van de overheid in
het leerboekaanbod bestaat erin de door uitgevers ingediende leerboeken te
beoordelen en eventueel bij te werken. Schoolboeken die voldoen aan de eisen
worden opgenomen in de Recommended Textbook List in functie van de handboekenkeuze vanwege de scholen
(circulaire nota 42/2013 van het onderwijsbureau). Scholen kunnen kiezen uit
een reeks goedgekeurde middelen, ontwikkeld door particuliere leveranciers.
De rol van leerboeken
in het wiskundeonderwijs in Sjanghai versterkt de lessen' uit Hongkong en
Singapore. Net als in Singapore ligt de nadruk op een diepgaand begrip van
wiskundige concepten en relaties, wat leidt tot een hoge operationele vlotheid
met tegelijk ook voldoende aandacht voor toepassingen/vraagstukken.
De schoolboeken zijn
er nauw verbonden met de pedagogische aanpak, waarbij de les meestal de
volgende vorm vertoont: klassikale lessen van
35minuten gericht op zeer
specifieke aspecten van wiskundige concepten en bewerkingen. Deze aandacht voor
een goed begrip van specifieke relaties wordt gezien als essentieel voor het
ontwikkelen van een uitgebreid begrip van fundamentele wiskundige
relaties.
De pedagogische
aanpak is gebaseerd op het stellen van
uitdagende vragen, die een rijke uitwisseling van ideeën stimuleert en waarbij
alle leerlingen betrokken worden. De visie op differentiatie is totaal anders dan in Engeland. Alle
kinderen worden verondersteld in staat te zijn om de klassikale instructie te
begrijpen en ideeën worden daartoe op verschillende manieren uitgewerkt om
individueel begrip te bevorderen. Alle kinderen bestuderen hetzelfde onderwerp
en kennen een gezamenlijke
progressie. Dit staat in schril contrast
met het dominante model van
individuele/persoonsgerichte en groepsgerichte differentiatie in het Engelse
systeem en in de ZILL-leerplanvisie van het katholiek onderwijs.
Oates stelde verder
vast dat ook Finse leerkrachten er frequent leerboeken gebruiken. En leerkracht Timothy Walker
getuigt in zijn recent boek over het Fins onderwijs dat leren er vooral klassikaal lesgeven aan de hand van
leerboeken/methodes. Walker gaf enkele jaren les in de VS en geeft nu al enkele jaren les in een vijfde
leerjaar lager onderwijs in Finland.
Precies door het gebruik van leerboeken
kunnen volgens hem leerkrachten ook op
een meer ontspannen wijze les geven. Er rest daardoor ook meer tijd voor rust
en ontspanning buiten de les dan b.v. in de VS en dan in veel andere
landen.
Geen echt
gedifferentieerd/gepersonaliseerd onder-
wijs dus. In Finland beperken de leerkrachten zich volgens Walker ook
tot de essentie, de basiskennis en basisvaardigheden van de vakdisciplines.
Keep it simple, luidt zijn devies. We citeren nog even. In the VS teachers looked down on
textbooks, and I felt the same way. I didnt want to be this robot just following the teachers guide. But I
found that in Finland, they were showing me that textbooks can be valuable
resources to help teachers stay balanced if we use them skillfully.
Ook Oates
schrijft dat Finland sinds de grote hervorming van 1968 een lange
traditie kent inzake werken met leerboeken. Tot begin de jaren negentig was er
zelfs een strikte regulering van de vorm
en inhoud van schoolboeken. Tekstboeken werden goedgekeurd door het
examenbureau van de Nationale Onderwijscommissie. Dit was een heel belangrijk onderdeel van de
onderwijshervorming van 1968.
Oates vraagt zich ook af waarom het gebruik van leerboeken
in Engeland en de VS er de voorbije decennia op achteruit ging. Waarom ontstond
er een hetze tegen het gebruik ervan - vooral ook op de lerarenopleidingen?
Oates stelt o.a.: Postmodernism has inexorably infiltrated the thinking of
educationists. Some postmodernists educational writers have recycled the long
criticised linkage of subjectcentred approaches with traditional textbooks, and
this in turn with an outmoded modernist agenda of subject aggrandisement.
In Britain and the United States therefore, a simplistically polarised coupling
of modernism with anachronism, and of postmodernism with progressivism, has
emerged,
(Marsden 2001, p.65). Nog
een getuigenis over Engeland; The textbooks from Singapore, and now China,
will help deliver the new curriculum-ambitions for half of all primary schools
in England more than 8,000 in total to adopt what is known as the south
Asian mastery approach to maths. The schools minister, Nick Gibb, has described
it as one of the most valuable education initiatives undertaken by our government
over the past few years. The mastery approach involves a whole-class approach
to teaching maths. Oxford University Press publishes Inspire Maths, a primary
maths programme based on the Singapore maths series My Pals are Here! which is
used in almost 100% of Singapores state primary schools.
Deel 2: Hetze tegen
leerboeken/werkboeken & reacties van
praktijkmensen
1 Geerinck: Gooi
invulboeken in de prullenmand
In de inleiding
stelden we al dat het ZILL-leerplanproject van het katholiek onderwijs komaf wil maken met het gebruik van
leerboeken/methodes/ werkboeken die enkel passiviteit en oppervlakkige
leerprocessen bij de leerlingen zouden bevorderen.
Op 21 augustus
publiceerde Ilse Geerinck in De Standaard de opiniebijdrage Gooi die invulboeken
in de prullenmand. Die zijn peperduur
en halen alle creativiteit uit het
onderwijs. Weg ermee! Geerinck is lector
aan de hogeschool UCLL (lerarenopleiding Leuven-Limburg). We citeren even de
belangrijkste passages uit haar vlammend betoog - dat positief onthaald
werd door een aantal beleidsmakers, door
koepelkopstukken Lieven Boeve en Raymonda Verdyck, door Rik Torfs
Al kuierend tussen
de stapels boeken van mijn kinderen stel ik vast dat ook dit jaar het aantal
invulboeken een viervoud is van het aantal handboeken. Vandaag vullen mijn
kinderen zeven uren per dag (!??) werkbladen in. Vragen zijn door de auteurs
van de werkboeken al voorgekauwd, schemas zijn uitgetekend, kleurtjes zijn
uitgetekend om hoofd- en bijzaak van elkaar te onderscheiden,
standaardoefeningen zijn opgesteld.
Deze vorm van werken
bedwelmt en deactiveert leerlingen. Meer nog, het vraagt van hen (en van de
leraren) een zekere slaafsheid en onderdanigheid. Als het werkboek is
ingevuld, is de les gezien en hebben we hard gewerkt. Leraren kunnen met een
ingevuld werkboek bewijzen aan de inspectie, ouders en directie dat de leerstof
is gegeven en het leerplan is gevolgd.
Door zo massaal in te zetten op invulboeken komt men er echter niet meer toe
leerlingen te activeren en uit te dagen. Dat doe je wel door hen te doen
nadenken, door hen aan te moedigen argumenten te vinden om voor de klas een
antwoord te formuleren op actuele kwesties.
Onderwijs dat inzet op vorming vraagt om leraren die
zelf eigenaar zijn van het lesmateriaal waarmee ze werken. Dat vraagt om een
andere pedagogische aanpak: vooraf zelf nadenken over het parcours dat je met
de leerlingen wilt afleggen, en over het materiaal (teksten, oefeningen ..).
Het vraagt om leerkrachten die feedback geven op (schrijf) opdrachten, die tijd
maken om te oefenen en te onderzoeken, die diepgang creëren door keuzes te
maken en zich niet te verliezen in de veelheid van feiten en informatie.
Dat betekent dat
leerkrachten zicht hebben op wat belangrijk is voor hun vak. Dat betekent dat
leerkrachten met zelfgekozen (oefen-)materiaal, en rekening houdend met de
diversiteit en uitdagingen van de klas, aan de slag willen gaan. Het is de
hoogste tijd dat leraren hun eigenaarschap terugzien. En dat schooldirecteurs de
moed hebben om die invulboeken naar de prullenmand te verwijzen. Geef leraren opnieuw het
vertrouwen om zelf poortwachter te zijn van het lesmateriaal dat ze in klas
binnenbrengen. Op die manier zal het onderwijs ook meer motiveren en
boeien.
2 Wouter Smets: Waarom invulboeken wel in de klas thuishoren - DS 23 augustus
Er is een goede reden
waarom scholen vaak met invulboeken werken, weet leraar Wouter Smets. Ze helpen
leraren om lessen op maat aan te bieden en bieden leerlingen houvast. Ik ben
overtuigd van de meerwaarde van een invulboek ook voor geschiedenis, wanneer
leraars er doordacht gebruik van maken.
Uiteraard blijft het de bedoeling om
leerlingen te stimuleren om na te denken. Als ik ons invulboek geschiedenis
zelf gebruik, dan schept dit voor mij mogelijkheden voor maatwerk in de klas
die ik niet zou hebben met een handboek.
Met een invulboek kan
ik enkele leerlingen aan het werk zetten, terwijl ik andere bijkomende
instructies of remediëring aanbied.
Wie later instroomt of tijdens het
schooljaar van richting verandert, heeft aan het invulboek een welkome houvast
om onder begeleiding zijn achterstand op te halen. Leerlingen met nood aan
structuur vinden in het invulboek vaak ook allerlei hulpmiddelen die hen
ondersteunen.
Met een invulboek
krijg ik als leraar ook tal van ideeën en lesvoorbereidingen die gemaakt zijn
door vakmensen, waaruit ik een keuze kan maken om een les op te bouwen.
School- en invulboeken maken is een kunst op zich. Het vergt een grote
beheersing van de eindtermen en leerplannen, en een bijzonder ontwikkeld
didactisch inzicht. Het vraagt complexe vaardigheden om bronmateriaal te vinden
dat toepasselijk is. Chapeau voor leraars die ertoe bereid zijn en in staat
zijn om het zonder te doen
Geerinck stelt in
haar bijdrage: Het is de hoogste tijd dat leraren hun eigenaarschap
terugzien. De vraag is evenwel welke
eigenaarschap we juist willen van leraars. Zijn zelf opgestelde powerpoints en
werkblaadjes noodzakelijk activerender dan invulboeken? Zou het kunnen dat er
meer tijd rest voor echte leerlingenbegeleiding en instructie op maat bij
leraars die hun lessen kunnen opbouwen op basis van het werk dat al in de
uitgeverij is verricht?
3 Reactie van directeur Patrick Remmerie: Invulboeken
in de vuilnisbak? DS 22.09
Ik ben al meer dan 18 jaar directeur in het secundair
onderwijs. Sinds begin 2000 zag ik de invulboeken het onderwijs veroveren. Nu
is het bijna niet meer mogelijk om een traditioneel handboek te vinden. De redenen voor het succes van de invulboeken
zijn divers. Voor de leerkrachten zijn invulboeken vaak een zegen. De
leerlingen hoeven niet meer te noteren en de leerstof kan sneller afgewerkt
worden. De leerkracht moet zelf geen teksten en oefeningen meer maken. Gedaan
met illustraties en voorbeelden opzoeken. Bovendien is hij er zeker van dat aan
alle leerplandoelstellingen en vakoverschrijdende eindtermen is voldaan. De druk
bij leerkrachten om zich steeds te verantwoorden is groot. Er zijn zelfs
basisboeken die voorgekauwde toetsen bijleveren.
De leerkracht krijgt
hierdoor ook meer ruimte om aandacht te hebben voor leerlingen met
leerstoornissen en emotionele problemen. ... Het is voor de leerkrachten vaak
onbegonnen werk om zelf een cursus op te stellen (en dit voor verschillende
vakken en leerjaren die in een volgend schooljaar ook kunnen veranderen.) Een
combinatie van een invulboek met een basisboek of eigen lesmateriaal van de
leerkracht is een goede oplossing.
Ook leerlingen staan
ook niet negatief tegenover de invulboeken. Ze kunnen rustig de les volgen en
actief meedenken. We gaan dus niet akkoord met Ilse Geerick die beweert: "Door zo te werken komt de leerkracht er
niet meer toe leerlingen te activeren en uit te dagen." Na een afwezigheid is de cursus vlug
bijgewerkt. Leerlingen met leerstoornissen hebben een gestructureerde cursus
die nadien op een leerplatform wordt gezet.
Moeten we de invulboeken in de vuilnisbak kieperen?
Neen. Het is voor de leerkrachten
vaak onbegonnen werk om zelf een cursus op te stellen. Een combinatie van een invulboek met een
basisboek of eigen lesmateriaal is een goede oplossing. Daarnaast moeten de
leerlingen zelf notities nemen in de marge. Een openboektoets nadien doet hen
ook beseffen dat een woordje invullen hier en daar niet voldoende is.
4 Besluit
We betreuren dat lerarenopleidster Geerinck weinig
waardering toont voor het gebruik van leer- en werkboeken, en zich zo
laatdunkend uitlaat over de leerkrachten. We hopen dat de
beleidsverantwoordelijken uiteindelijk het belang van leerboeken zullen inzien, en er ook in zullen
investeren.
|