Over nivellering en niveaudaling in het Vlaams onderwijs n.a.v. PISA, die gelukkig nog beperkter zijn dan in de meeste Europese landen, maar die straks in sterke mate dreigten toe te nemen.
Een opiniebijdrage van prof. Wouter Duyck in DS en de lange strijd van Onderwijskrant tegen nivellering en niveaudaling
1.Niettegenstaande de Vlaamse leerlingen nog voor TIMSS (4de leerjaar) en voor PISA (15-jarigen) een Europese topscore behalen, merken we dat het aantal toppers sinds 2000 flink is afgenomen. De niveaudaling en nivellering blijkt nog veel meer uit de vele getuigenissen de voorbije jaren van leerkrachten en professoren.
In zijn opiniebijdrage (zie bijlage) besteedt prof. Wouter Duyc hier veel aandacht aan. Hij maakt zich grote zorgen. En tussen de lijnen door merken we dat Duyck zich ook zorgen maakt over de aangekondigde structuurhervormingen in het s.o. Samen met prof. Wim Van den Broeck heeft hij zich ook steeds verzet tegen een brede/gemeenschappelijke eerste graad , en zelfs tegen een afkooksel hiervan. We zijn het eens met de grote bezorgdheid van prof. Duyck. Ook prof. Wim Van den Broeck drukte de voorbije dagen die bezorgdheid uit. Van den Broeck maakt zich ook grote zorgen over de vele pedagogische hypes .
In Duycks bijdrage staat wel iets te weinig over het goede PISA- en TIMSS-nieuws, waarvoor onze leerkrachten een dikke pluim verdienen, en waaruit ook blijkt dat de nivellering en niveaudaling veelal toch beperkter is dan in de andere Europese landen.
Hoe komt het dat Vlaanderen (relatief gezien) binnen Europa nog een topscore behaalt?
De goede Vlaamse score heeft vooral ook te maken met het feit dat de Vlaamse leerkrachten meer dan in het buitenland lippendienst bewezen aan de pedagogisch-didactische hypes die ook in Vlaanderen sterk gepropageerd werden. Denk maar aan: Uitgangspunten bij de eindtermen van 1998 en modieuze filosofie in tal van leerplannen, in publicaties van de DVO, de VLOR, het vernieuwingsestablishment en van tal van universitaire lerarenopleiders en onderwijskundigen...
Uit de berichten over de nieuwe eindtermen en leerplannen en uit publicaties voer de toekomst van ons onderwijs, merken we jammer genoeg dat wellicht nog meer dan vroeger de pedagogische hypes gepropageerd zullen worden. We vrezen dat de nivellering en niveaudaling nog sterk zal toenemen.
2.Strijd Onderwijskrant tegen nivellering en de vrees dat die door de nieuwe eindtermen en leerplannen enkel maar zal toenemen.
Een inspecteur getuigde onlangs dat het leerplan wiskunde lager onderwijs - dat we zelf mede-opstelden - het enige leerplan is waarin de doelen en leerinhoud helder zijn aangeduid en waarin geen didactische hypes gepropageerd worden, over b.v. leerlingen die zelf hun wiskundekennis construeren, over contextueel rekenen e.d.. De nivellering en niveaudaling zijn mede een gevolg van de nivellerende eindtermen en leerplannen van 1998 en van de ermee verbonden 'officiële' pedagogisch-didactische hypes.
Uit PISA-2015 bleek overduidelijk dat de hoogste scores behaald werden in landen met voldoende directe en systematische instructie. Jammer genoeg lezen we niets over deze belangrijke PISA-conclusie in de reacties van minister Crevits en van leden van de commissie onderwijs, en ook niet in de commentaren gisteren in de DS en DM van de sociologen Agirdag, Jacobs en Co.
Onderwijskrant bestrijdt al 20 jaar de nivellering en pleitte ook voor meer niveaubewaking. Via verbetering van de kwaliteit van het onderwijs krijgen niet enkel zwakkere leerlingen meer onderwijskansen. De sterkere leerlingen halen zelfs nog iets meer leerwinst uit zo'n onderwijs. Prof. Duyck viseert in zijn bijdrage meer het lot van de toppers, wij hebben het zowel over het lot van de zwakkere als van de betere leerlingen. In onze vakdidactische publicaties over leren lezen, rekenen, spellen ... houden we veel rekening met de zwakkere leerlingen, maar tegelijk merken we dat de sterkere leerlingen via b.v. onze directe-systeemmethodiek voor leren lezen nog vlugger vorderen.
Onderwijskrant nam voortouw in bestrijding van nivellering en niveaudaling. We vrezen nog meer voor de toekomst.
Begin 2007 pakten we met Onderwijskrant uit met een grootscheepse O-ZON-campagne ter bestrijding van de nivellering en niveaudaling. In 1995 besteedden we al een themanummer aan de o.i. nivellerende eindtermen.
We publiceerden in februari 2007 een witboek van 100 pagina's (www.onderwijskrant.be, nr. 140) met honderden getuigenissen en ook het boek 'Ik moet/mag naar school' (300 p). En op 5 mei was er het symposium in de Blandijnberg (verslag in Onderwijskrantnummer 142). De respons was enorm. We konden rekenen op heel veel instemmende reacties van leerkrachten, directies, professoren en ouders. Maar toch bleven minister Vandenbroucke en tal van beleidsmensen, de kopstukken van de onderwijsnetten en van de inspectie, ... ontkennen dat er sprake kon zijn van nivellering en niveaudaling. In 2008 bleek ook uit een brede enquête van Het Nieuwsblad dat meer dan 80% van de leerkrachten vond dat er sprake was van een nivellering en niveaudaling.
We hebben ook steeds gesteld dat de pleitbezorgers van de structuurhervorming van het secundair onderwijs het echte knelpunt van ons onderwijs, de niveaudaling en nivellering niet onderkenden. Ze pakten liever uit met vermeende knelpunten als zou Vlaanderen kampioen zijn inzake schooluitval -en dit op een moment waarop er in Vlaanderen minder schooluitval was dan in andere Europese landen, en zelfs minder dan in Finland - dat nochtans veel minder allochtone en arme leerlingen kent.
In de hervormingsplannen voor het s.o. stond de invoering van een brede eerste graad centraal, een hervorming die de nivellering in een stroomversnelling zou brengen. Uitstel van studiekeuze werd in de conceptnota 'modernisering s.o.' wel afgezwakt, maar al bij al blijft het toch een hervorming die niet enkel tot nivellering zal leiden, maar die vooral ook bij zwakkere leerlingen tot meer schoolmoeheid en uitval zal leiden, o.m. door het schappen van de specifieke technische opties. En nu reeds merken we dat de belofte om vooral het tos/bso te herwaarderen omgekeerd uitdraait.
De hervormers zijn er overigens na zoveel jaren overigens ook nog niet in geslaagd om de algemene hervormingsprincipes te concretiseren. Het ziet er ook naar uit dat het zal uitdraaien op een grote chaos in ons secundair onderwijs, in een onoverzichtelijk kluwen dat ook tot grote verschillen tussen de scholen zal leiden. De problemen en moeilijkheden en het verzet vanuit de scholen zullen bij de concretisering van de hervormingsplannen, nog veel meer tot uiting komen. We dringen er nog eens op aan om de 'structuur'hervormingen niet door te voeren.
Begin 2007 pakten we met Onderwijskrant uit met een grootscheepse O-ZON-campagne ter bestrijding van de nivellering en niveaudaling. We publiceerden een witboek van 100 pagina's (www.onderwijskrant.be, nr. 140) met honderden getuigenissen en het boek 'Ik moet/mag naar school' (300 p). En op 5 mei was er het symposium in de Blandijnberg (verslag in Onderwijskrantnummer 142). De respons was enorm. We konden rekenen op heel veel instemmende reacties van leerkrachten, directies, professoren en ouders. Maar toch bleven minister Vandenbroucke en tal van beleidsmensen, de kopstukken van de onderwijsnetten en van de inspectie, ... ontkennen dat er sprake kon zijn van nivellering en niveaudaling. In 2008 bleek ook uit een brede enquête van Het Nieuwsblad dat meer dan 80% van de leerkrachten vond dat er sprake was van een nivellering en niveaudaling.
We hebben ook steeds gesteld dat de pleitbezorgers van de strructuurhervorming van het secundair onderwijs het echte knelpunt van ons onderwijs, de niveaudaling en nivellering niet onderkenden. Ze pakten liever uit met vermeende knelpunten als zou Vlaanderen kampioen zijn inzake schooluitval -en dit pop een moment waarop er in Vlaanderen minder schooluitval was dan in andere Europese landen, en zelfs minder dan in Finland - dat nochtans veel minder allochtone en arme leerlingen kent.
In de hervormingsplannen voor het s.o. stond de invoering van een brede eerste graad centraal, een hervorming die de nivellering in een stroomversnelling zou brengen.
Uitstel van studiekeuze werd in de conceptnota 'modernisering s.o.' wel afgezwakt, maar al bij al blijft het toch een hervorming die niet enkel tot nivellering zal leiden, maar die vooral ook bij zwakkere leerlingen tot meer schoolmoeheid en uitval zal leiden. De hervormers zijn er overigens na zoveel jaren overigens ook nog niet in geslaagd om de algemene hervormingsprincipes te concretiseren. Het ziet er ook naar uit dat het zou kunnen uitdraaien op een grote chaos in ons secundair onderwijs. De problemen en moeilijkheden en het verzet vanuit de scholen zullen bij de concretisering van de hervormingsplannen, nog meer tot uiting komen. We dringen er nog eens op aan om de 'structuur'hervormingen niet door te voeren.