Nog een van de vele tendentieuze VRT-programma over ons onderwijs Voeden we
onze kinderen op tot idioten?
Voeden we onze kinderen op tot idioten? Voordeel van de
twijfel-Canvas-programma: losse flodders en stemmingmakerij tegen het onderwijs
- 13 januari 2015
We formuleerden op dit facebook en op blog 'Onderwijskrant
Vlaanderen destijds ' twee uitgebreide kritische commentaren op de o.i.
snertreportage over ons onderwijs. In bijlage nemen we een van die commentaren
nog eens op. De VRT beloofde onze klacht te onderzoeken.
We ontvingen wat later ook een reactie van een van de
programmamakers, de filosoof Stefaan Van Brabandt. Deze laatste stelde dat hij
het volledig eens is met onze kritiek, maar wekte de indruk dat niet hij, maar
andere medewerkers aan het programma verantwoordelijk waren voor de
tendentieuze en simplistische voorstelling.
Van Brabandt antwoordde: Beste heer Raf Feys, ik wil graag
reageren op uw commentaar op de uitzending over opvoeding en onderwijs van Het
Voordeel van de Twijfel. Ik ben het namelijk volledig eens met uw kritiek. Ik
heb zelf met veel gemengde gevoelens gekeken naar mijn eigen programma, dat een
compromis/samenwerking was tussen verschillende mensen met verschillende
achtergronden, visies en belangen. Het was allesbehalve een makkelijke klus en
ik heb te vaak (helaas) mijn stem niet kunnen doordrukken. Uw kritiek deel ik
volledig en het spijt me zeer dat ik zo weinig inhoudelijke inspraak heb gehad.
Ik kan u verzekeren
dat het een hele moeilijke klus was om dit programma verkocht te krijgen aan
Canvas. In het huidige tv-klimaat lijkt men allergisch aan elke vorm van
denken. Ik hoop dat het programma op zijn minst mensen even laat stilstaan en
nadenken over bepaalde problematieken.
In het programma
probeer ik een neutrale gids te zijn en ga ik vaak helaas wel heel erg kort
door de bocht in de commentaarteksten (die ik overigens niet zelf heb
geschreven en waar ik niet altijd achter sta). Ik vond het eveneens zeer
betreurenswaardig dat Furedi in de montage blijkbaar geschrapt is. Ik ben
hierover niet op voorhand geraadpleegd (zoals over de meeste inhoudelijke
keuzes). Ik bespaar u verder mijn ergernissen en frustraties van het afgelopen
jaar, maar wou u toch graag laten weten dat ik uw bekommernis en engagement
deel. Hartelijke groet, Stefaan.
Na een paar maanden ontvingen we volgende reactie van de
VRT: Beste Raf, bedankt voor uw vertrouwen in Canvas. Het programma 'Het
Voordeel van de Twijfel' heeft tot doel om de filosofische reflectie over
universele en hedendaagse thema's te stimuleren en de verschillende
filosofische stromingen aan te raken. Het moet een introductie tot de filosofie
zijn, maar tegelijk ook een uitnodiging om te blijven nadenken en van gedachten
wisselen, om thema's vanuit verschillende standpunten te leren benaderen.
Als uitgangspunt
vertrokken we bij elke aflevering van een vraag die tot nadenken stemt. Dat is
immers het doel van filosofie. Dat deden we ook bij de aflevering over
Onderwijs en Opvoeding. We vroegen ons af welke verschillende benaderingen er
zijn om onze kinderen te wapenen op weg naar het volwassendom. We hebben
daarbij geen standpunt ingenomen, wel hebben we enkele extremere richtingen
naast de meer klassieke aanpak gezet, alweer om die discussie te stimuleren. We
hopen dat we hiermee de context van de programmering hebben verduidelijkt. Met
vriendelijke groet,Linda Van Crombruggen Klantendienst VRT.
Een van onze commentaarstukken destijds op het
Canvas-programma
1. We voeden onze kinderen op tot idioten, ontwikkeling
wordt door school belemmerd
Op 13 januari bekeken er de Canvas-reportage Het voordeel
van de twijfel over het onderwijs. Met stijgende verbazing en verontwaardiging
over de eenzijdigheid en het gejongleer met de onderwijsvisies van belangrijke
filosofen. In het startbeeld kwam de visie en bedoeling van de reportagemaker
al overduidelijk tot uiting. We zagen een grote groep mensen die in twee rijen
gedwee in de pas lopen - gecombineerd met een beeld van een goed gevulde aula
met braafjes luisterende aanwezigen. Die beelden symboliseerden het klassieke
onderwijs. Ze werden nog versterkt door een niet mis te verstane tekstboodschap:
Laat je ontwikkeling nooit door de school belemmeren. Meteen kwam de
belerende opstelling van de filosoof-programmamaker tot uiting: ons
schoolsysteem leert enkel jongeren braafjes in de pas lopen en luisteren; het
is hopeloos verouderd. In de aankondiging werd ook al de simplistische indruk
gewekt dat het gaat om een keuze tussen twee totaal tegengestelde visies: Moeten
we leerlingen klaarstomen voor de arbeidsmarkt of hun (!) in de eerste plaats
vormen tot kritische en empathische burgers en opvoeden in menselijkheid. En
tijdens het programma zelf klonk het even simplistisch: Moet het onderwijs
gebeuren via een ouderwetse driltechniek of moeten we een open kind op wereld
zetten, spontane, creatieve en ondernemende kinderen? Het beperkte weerwerk dat
ex-leraar Peter De Roover tussendoor mocht leveren, kon niet opboksen tegen de
voortdurende stemmingmakerij tegen het klassieke onderwijs.
Tijdens de Canvas-uitzending zelf bleek de vooringenomenheid
van de filosoof-programmamakers Van Brabandt en Co zowel uit de voorgestelde
alternatieve schoolmodellen, als uit de stelling dat tal van belangrijke
filosofen een gelijkaardige onderwijsvisie propageerden. De met veel sympathie
gepresenteerde schoolmodellen waren alle voorbeelden, van vrije opvoeding en zelfontplooiing
à la Rousseau, van zelfontdekkend leren à la John Dewey van doorgedreven
ontscholing à la Ivan Illich. Aan de concrete en gebalanceerde aanpak in
klassieke scholen werd niet de minste aandacht besteed. Uiteraard ook niet aan
het feit dat de Vlaamse leerlingen veelal Europese topscores behalen voor PISA
e.d.
Er werd veel aandacht besteed aan het Gentse Sudbury-school
- in feite een klasje met een achttal leerlingen dat een paar jaar geleden werd
opgestart, aan het (prille) thuisonderwijs van Veerle Jochens en aan de
Laboratory-school van de Amerikaanse filosoof John Dewey (1896-1904). De eerste
twee alternatieven zijn van recente datum en hebben hun deugdelijkheid nog niet
bewezen. De Laboratory-school van Dewey, een schooltje dat al na 8 jaar opgedoekt
werd, werd voorgesteld als een succesvolle alternatieve school en geslaagd
experiment. We zagen ook nog een o.i. pover lesfragment filosoferen met
kinderen waarbij de begeleidende filosofe An Meskens deze aanpak als uiterst
belangrijk voorstelde en als aansluitende bij de visie van grote filosofen en
van de ontscholingsfilosofie van Michel Serres. In zijn recent boek Petite
Poucette beweert Serres dat niemand in het internet- en google-tijdperk nog
nood aan onderwijs en meesters.
De filosoof-programmaker drukte zijn sympathie voor radicale
schoolalternatieven en zijn antipathie voor het bestaande onderwijs ook uit
door te beweren dat filosofen als Kant, Socrates, Rousseau, Dewey, Serres ...
de anti-autoritaire ontscholings- en zelfontplooiingsideologie van de
alternatievelingen ook volop in hun geschriften aangeprezen hadden. Het
jongleren met filosofen liep hier volledig uit de hand. Zo werd de opvoedings-
en onderwijsvisie van Kant en Socrates totaal ten onrechte voorgesteld als een
visie die aansluit bij de anti-autoritaire strekking. Niets is minder waar. In
de visie van Kant en Socrates/Plato staan het gezag en de leiding van de
leerkracht/school centraal en is de opvoeder/leraar de leidinggevende figuur en
geenszins de coach on the side. Kant beklemtoont ook heel sterk het belang van
de discipline en de gehoorzaamheid vanwege de opvoedeling/leerling. De filosoof
die b.v. de allegorie van de grot gelezen heeft, kan toch moeilijk beweren
dat het duo Socrates/Plato voorstander was van zelfontdekkend leren vanuit de
intrinsieke motivatie. Het is de leidende opvoeder/leraar die het onwetende
kind bij de hand moet nemen en verlossen uit zijn onwetendheid en schijnwereld.
De visie van Kant en Socrates/Plato staat dus lijnrecht tegenover de romantische
visie van het kind dat vanuit zichzelf kan leren. Bij de bespreking van het
programma in deel 2 diepen we de filosofische flaters en manipulatie van
programmamaker Van Brabandt verder uit.
We hadden uiteraard ook verwacht dat de
filosoof-programmaker ook filosofen/onderwijsdeskundigen aan bod zou laten
komen die een klassieke onderwijsvisie propageren en die zich afzetten tegen de
nieuwlichterij van het nieuwe leren. Maar hij plaatste Kant en Socates in het
verkeerde kamp. Het aangekondigde standpunt van de Engelse socioloog Frank
Furedi kwam zelfs niet eens aan bod. Het is bekend dat Furedi zich in zijn
publicaties heftig verzet tegen de vele vormen van het zgn. nieuwe leren en
tegen de ontscholing van het onderwijs (Zie Onderwijskrant nr.158 op www.onderwijskrant.be).
De vernietigende kritiek van Furedi op het alternatieve gedachtegoed paste
blijkbaar niet in zijnstemmingmakerij tegen het klassieke onderwijs. Waarom
mocht b.v. iemand als de Brusselse professor Wim Van den Broeck niet eens zijn
kritiek op het alternatieve en al te naïeve alternatieve gedachtegoed
formuleren? We waren uiteraard ook altijd zelf bereid wat tegenwicht te bieden.
De filosoof-programmamaker wekte ook ten onrechte de indruk
dat het in het onderwijs gaat om een keuze tussen polariserende opvattingen.
Met een verwijzing naar de filosofe Martha Nussbaum klonk het b.v.Moeten we
leerlingen klaarstomen voor de arbeidsmarkt of hun in de eerste plaats vormen
tot kritische en empathische burgers en opvoeden in menselijkheid. Nussbaum
zelf sloot zich in een eerste tussenkomst tijdens het programma aan bij de
eerder anti-autoritaire en leerlinggestuurde aanpak. In een tweede tussenkomst
ging ze dit al vlug weer relativeren: Maar Ik ben ook wel geen voorstander van
totaal vrij onderwijs.
Onderwijs waar kinderen te weinig uitgedaagd worden en alles
zelf mogen bepalen, is een mislukking. Nussbaum kreeg de voorbije jaren heel wat
kritiek op haar meedogenloze kritiek op het klassieke onderwijs, haar dweperij
met Rousseau en Co.Dat stimuleerde haar blijkbaar om in een tweede beschouwing
vlug wat gas terug te nemen en te opteren voor een balans tussen gestructureerd
en vrij onderwijs. In onze kritische analyse van de Canvas-uitzending gaan we
verder in op haar eenzijdige onderwijsvisie en haar overtrokken stemmingmakerij
tegen het onderwijs.
Hoewel de programmamaker zijn programma en zichzelf
bestempelt als Het voordeel van de twijfel, liet hij er geen twijfel over
bestaan: het bestaande onderwijs deugt niet; we moeten een radicaal andere
richting uit, de ontwikkeling van de jongeren wordt belemmerd door het
ouderwetse en autoritaire onderwijs. Een internationale liga van prominente
geëngageerde pedagogen, leerpsychologen, sociologen, en ook de meeste
praktijkmensen maken zich momenteel grote zorgen over de zgn. progressieve en
leerlinggerichte onderwijsmethoden die in de Canvas-uitzending gepropageerd
werden. Internationaal onderzoek heeft ook herhaaldelijk aangetoond dat de
gepropageerde alternatieve aanpakken leiden tot een aantasting van de
leerprestaties, het kennisniveau en het doorzettingsvermogen van de leerlingen.
2. Verslag van Canvas-uitzending
In punt 1 schetsten we al het veelzeggende startbeeld van de
reportage en de ermee verbonden tekstboodschap: Laat je ontwikkeling nooit
door de school belemmeren. Bij de Vlaamse praktijkvoorbeelden kreeg Veerle
Jochens al vlug en langdurig aan het woord. Deze Antwerpse lerares is er ten
stelligste van overtuigd dat het gangbare onderwijs geenszins deugt. Zij koos
voor thuisonderwijs voor haar vier jonge kinderen en verhuisde hiervoor zelfs
naar de rustige Ardennen. Jochens poneerde: Een kind is van nature
nieuwsgierig. Als je daarop inspeelt gaat het leren a.h.w. vanzelf.De
leerlingen blokkeren op school. Dit was ook het geval bij mijn zoontje. Daarom
verhuisden we naar de Ardennen waar we onze kinderen zelf thuisonderwijs
bieden. Op een gewone school worden uurroosters opgelegd. Dat is niet in
overeenstemming met de seizoenen. Van zodra het mooi weer is, trekken we hier
naar buiten waar we ook gratis vitamine D krijgen. Het zonlicht gaat ook
depressiviteit tegen. Dit zijn alle positieve punten die in het gewoon
onderwijs niet aan bod komen. Dit alles sluit ook aan met de aanpak van de
filosoof Socrates ook met zijn leerlingen in de tuin wandelde, terwijl hij
filosofische problemen behandelde. Kinderen komen buiten van alles tegen en
beginnen vanzelf te filosoferen over de dingen.(De reporter bevestigde
verderop in het programma dat dit ook volgens hem aansloot bij de visie van
Socrates. Ten onrechte!)
Canvas-reporter: Deze aanpak (van Veerle Jochens) sluit
goed aan bij de denkbeelden van de Franse achttiende-eeuwse filosoof Rousseau
die ervan uitging dat de natuur goed is en de maatschappij slecht. We kunnen
dan ook beter opvoeden in de natuur dan in de maatschappij. Emile groeit op met
weinig gezag. Volgens Rousseau mag men kennis niet opdringen, men moet het kind
zoveel mogelijk vrijlaten om alleszelf te ontdekken. (De vrije associatie
tussen een kind is van nature goed en opvoeden in de natuur schijven we op
naam van de Canvas-filosoof en/of van andere Canvas-medewerkers). Tussendoor
mocht Peter De Roover heel even repliceren: Akkoord met leerlingen ontmoeten
in hun leefwereld. Maar het moet toch de bedoeling zijn om hen daarna zo vlug
mogelijk in contact te brengen met een wereld die ze nog niet kennen.
Wat later belandden we in de Boekhandel de Zondvloed waar
filosofe An Meskens, die zich inlaat met filosoferen met kinderen. Meskens
haalde een recent boek van Michel Serres uit de kast en poneerde dat haar
onderwijsvisie ook goed aansluit bij deze van Serres die in zijn recent boek de
lofzang zingt op de internetgeneratie die de klassieke school niet meer nodig
heeft (Titel boek: Petite Poucette, De wereld onder de duim- in vertaling).
Serres: Op vandaag ontdekken kinderen en leerlingen de wereld via hun duim,
via Internet, Ipad enz. Op school wordt dat niet gewaardeerd. Daar heersen nog
middeleeuwse toestanden, de creativiteit van de leerling wordt er gefnuikt. De
passieve houding in klas is te vergelijken met de passieve houding voor TV. Als
kinderen met mobieltjes bezig zijn, dan zijn ze wel actief bezig. Volgens
Serres heeft niemand in het internettijdperk nog nood aan onderwijs en
meesters, en zelf niet aan kennisoverdracht omdat op vandaag alle kennis
onmiddellijk ter beschikking is via het internet. Volgens zijn De wereld onder
de duim volstaat het je duim goed en veelvuldig te gebruiken.
Hierop volgde weer een
korte repliek van de andersdenkende Peter De Roover:Ik kan me moeilijk
vinden in het standpunt van Michel Serres. Dat is complete onzin, of in de
buurt ervan. Uiteraard moeten we kinderen dingen laten doen en ontdekken. We
ontmoeten hen wel in hun leefwereld, maar om hen dan als leerkracht zo vlug uit
te halen. Hun leefwereld kennen ze immers al. Op school leert de leerkracht
vooral de dingen zien die de leerlingen Al ze zelf op eigen houtje niet zullen
ontdekken.
In het programma werd ook heel veel aandacht besteed aan de
aanpak in het Gentse Sudbury-schooltje.
Reporter: De Sudbury-school breekt nog het meest met het
bestaande onderwijs. De interesse en vrije keuze van elke leerling staat er centraal.
Leraars en kinderen worden er als gelijke beschouwd. We krijgen vervolgens
een schets van het leven en leren op het Sudbury-schooltje. Het is negen uur en
elk kind is bezig met zijn eigen taak. Iemand is ook nog niet bezig met taken,
maar met een spelletje. Er zaten op dat schooltje een 8-tal kinderen van alle
leeftijden, en die inspireren naar verluidt elkaar.
Begeleider Sudbury-schooltje: We gaan ervan uit dat
leerlingen leren uit eigen interesses. Er zijn geen vaste vakken. Elk kind leert
op eigen tempo. Zelfs lezen is hier geen
verplicht vak. Leerlingen ide de vrijheid hebben om organisch te leren lezen,
komen vanzelf tot lezen, soms op een latere leeftijd. Een meisje getuigde
vervolgens: Ik beluister soms hele dag muziek. Maar besef dan dat ik de
volgende dag iets meer moet leren.(Daarna komt ook de casus van leerling
Quinten aan bod. Hij was volledig vastgelopen in het gewoon onderwijs, maar
vond achteraf nieuwe motivatie op de Sudbury-school.)
Reporter
aansluitend bij Sudbury-taferelen: De idee van de vrije school sluit aan bij
de visie van filosofen die ook vooral het zelfstandig denken willen stimuleren.
De eerste opvoeder bij uitstek, Socrates, bestookt op de markt van Athene de
mensen met zijn vragen. Zelf beweert hij de antwoorden op die vragen zelf niet
te kennen. Zijn principe luidt: van nadenken wordt je een betere mens. Ook de
filosoof Emmanuel Kant wordt de mens bevrijden door hem te stimuleren om zelf
na te denken. (Commentaar tussendoor: de filosoof-programmaker plaatste Kant en
Socrates ten onrechte in het verkeerde, het anti-autoritaire kamp.)
Daarna kwam de filosofe Eef Cornelissen weer aan bod en dit
keer met een stukje les filosoferen met kinderen. Het ging om zaken als: Wie
weet wat filosoferen is. De leerkracht stelt vraagjes. .... Wie heeft er al
eens diep nagedacht .Filosofische vragen volgens leerlingen: b.v. hoeveel
letters bestaan er? Wie denkt dat dit Beertje hier een verjaardag heeft?
Leerling: dit is de dag dat hij verjaard is. Andere leerling: of de dag dat hij
gemaakt is. Cornelissen: Je merkt dat men hier van mening mag verschillen.
Met filosoferen met kinderen willen we het zelfstandig denken bevorderen, wat
zelfs in de lessen filosofie aan de universiteit niet vanzelfsprekend was.
Commentaar reporter: Als zelfs op de universiteit het
zelfstandig denken niet geleerd wordt, dan is filosoferen met kinderen een
begin van een revolutie. In breder, niet prestatiegericht onderwijs, krijgt
filosofie een plaats, door te leren argumenteren en te luisteren. Het gaat niet
om filosofielessen, maar om het betrekken van het kind in het zelf
filosoferen.
De reporter legde ook de link tussen de alternatieve
praktijken en de visie van de filosofe Martha Nussbaum: Volgens Serres is
traditioneel onderwijs waarin de leraar vertelt wat goed is, middeleeuws. De
filosofe Martha Nussbaum denkt er ook zo over. Nussbaum kreeg even het woord
en poneerde dat leerlingen op school behandeld worden als in een soort fabriek.
Ze zitten er vooral stil en komen er dan buiten als een eindproduct. We moeten
geen fabrieksarbeiders maken, want we hebben bijna geen fabrieken meer.
Verderop in de reportage relativeerde Nussbaum in een tweede tussenkomst wel
opnieuw haar eerste uitspraak: Ik ben dan wel niet voor onderwijs dat gericht
is op de arbeidsmarkt, maar voorstander van onderwijs dat gericht is op
kritisch en empathisch burgerschap. Maar Ik ben ook wel geen voorstander van
totaal vrij onderwijs. Onderwijs waar kinderen te weinig uitgedaagd worden en
alles zelf mogen bepalen, is een mislukking. Ook competentie en punten en
inspanningen zijn belangrijk. Er is een balans nodig tussen gestructureerd en
vrij onderwijs.
Reporter: Ook op de Sudbury-school worden de ideeën van
Nussbaum en Serres in praktijk gebracht. Begeleider Sudbury-school vult gedwee
aan: Op onze school is er inderdaad veel inspraak en vrijheid. Respect voor
elkaar is ook geen overbodige luxe in onze superdiverse samenleving.
De Roover mocht hier nog eens kort op reageren: Stimuleren
van kritisch denken kan toch ook in het gewoon onderwijs. Ik nodigde de
leerlingen ook geregeld uit om de goeie keuze te maken en dan merk ik dat ze
meestal ook de goede keuzes maakten. Hierbij aansluitend kwam de dirigerende
aanpak van de (uit China afkomstige) Tiger Mom (tijger-mama) Amy Chuaaan bod.
Ze werkte met een groepje allochtone leerlingen die de vreemde taal niet
kennen. Ze paste hiervoor intensief tweedetaalonderwijs toe en de drilaanpak.
Ze betrok de moeders van die allochtone leerlingen hierbij. De ouders werd gevraagd
om thuis ook consequent Deens te spreken. De kinderen deden dit ook graag; een
succeservaring leidt er volgens de Tiger-mom ook toe dat kinderen zich goed voelen.
De resultaten van Tigermam na een maand waren spectaculair.
Commentaar van Peter De Roover: De Chinese aanpak leidde
ook tot de hoogste PISA-scores. Er is een werkcultuur en de leerlingen worden
gestimuleerd om de eigen verantwoordelijkheid ter harte te nemen. Dit onderdeel
van de Chinese aanpak mag ook in Vlaanderen een stuk terugkomen.
De tussenkomst van de Tiger-Mom en de commentaar van De
Roover werden meteen gerelativeerd door de Amerikaanse professor Yong Zhao aan
het woord te laten die de voorbije jaren niets ander deed dan het Chinese
onderwijs en zijn hoge PISA-scores op een o.i. simplistische wijze totaal in
vraag te stellen. Yong Zhao beweerde vooreerst ten onrechte dat PISA enkel
feitenkennis evalueert. Volgens hem zijn zelfs de Chinezen ook niet bepaald
gelukkig met de eenzijdige dril-aanpak in hun land. Met zon onderwijs krijg je
volgens Zhao geen leerlingen die later zelf jobs kunnen produceren, die hun
eigen ondernemer worden en die ook mondiaal denken. Veel werkloosheid ook in
de VS - is volgens hem een gevolg van verouderd onderwijs.
Daarna werd verwezen naar de filosoof John Dewey die
voorgesteld werd als de belangrijkste filosoof op het gebied van het onderwijs.
Deweywas naar verluidt de filosoof die stelde dat kinderen alleen leren door te
doen (by doing) en dat zou ook het geval geweest zijn in zijn zgn.
Laboratoy-school. verbonden aan de universiteit van Chicago. In diezelfde
context kwam Nussbaum nog eens aan het woord over die Laboratoy-school en de
visie van Dewey. Nussbaum stelde: Volgens Dewey leren de kinderen niet door te
lezen en te luisteren, maar door dingen actief te doen. Zo leren ze geen
economie door lessen te volgen, maar door daadwerkelijk een product te weven -
gecombineerd met allerlei probleemstellingen: waar komt de textieldraad
vandaan, wie produceerde de draad, welke producten worden er mee gemaakt, hoe
worden ze op de markt gebracht, enz. De leerlingen zijn sterk geëngageerd en
dat blijft veel beter bij. Er werd niet verteld dat op Deweys school al na
een paar jaar de sturing door de leerkracht veel groter werd, de verticale
leerlingengroepen vervangen werden door klassieke jaarklassen en dat het
schooltje al na 8 jaar opgedoekt werd. Dewey sympathiserde vele jaren met de
childcentered-visie en de projectmethode van Kilpatrick e.a., maar in zijn
laatste publicaties (Education and experience, 1938), bekritiseerde hij zelf de
naïeve en romantische vormen van progressive education, projectwerk e.d.
Prof. Westbrook schijft hier over: Dewey scolded then followers who let pupils
respond to things according to their own desires without the intelligent
guidance of teachers.
Reporter: Al verschillende eeuwen zijn er verschillende
inzichten over vraag wat voor mensen moeten kinderen worden. Moet dit gebeuren
via een ouderwetse driltechniek of zoals Veerle Jochens het stelt, dat we open
kind op wereld moeten zetten, spontane, creatieve en ondernemende kinderen. Wat
ze later zullen worden, maakt niets uit. Een school moet niet beantwoorden aan
de vragen van het bedrijfsleven en aan deze van de generaties ervoor. Over de ideale
school bestaat er blijkbaar geen consensus. Zou het belangrijkste wellicht zijn
van wie de leerlingen leren? Repliek van De Rover: We hebben inderdaad vooral
goede leerkrachten nodig die het prettig vinden omjongeren mee te nemen op een
reis, om dingen te laten ontdekken die ze niet of pas veel later zouden
ontdekken.
Tussendoor kwamen ook Axl Peleman en zijn vrouw-lerares even
aan bod over het al dan niet laten Latijn volgen door hun zoon Thor. Moeten we
de zoon volgen in zijn interesses of bij de hand nemen en Latijn laten volgen
omdat papa dit belangrijk vindt. MevrouwPeleman: Voor mij moest hij geen
Latijn volgen. Hij moet zelf achter de keuze staan. Het is belangrijk dat het
kind gemotiveerd is en voldoende successen behaalt.
|