Onderwijsstandpunten van Alderik Visser die overeenstemmen met de visie die Onderwijskrant al vele jaren verkondigt
Inter-esse voor leerinhoud i.p.v. motivatie en motiveren
Enkele kerngedachtes
*Motivatie is een vaag, een meerduidig begrip. Theoretisch te weinig scherp, is het voor de praktijk van onderwijs tegelijk te sterk. Docenten zijn geen psychologen en onderwijs moet niet leuk willen zijn. Ik zal op deze plek daarom een pleidooi houden voor interesse als een alternatief voor het abstracte motivatie
*In het huidige discours, waarin scholen en docenten in toenemende mate verantwoordelijk worden gehouden voor de prestaties van hun leerlingen, komt hen meer en meer de taak toe leerlingen te motiveren. De vraag is niet alleen of zij dat kunnen, de vraag is ook of zij dat moeten willen. Zoals u, nogmaals, waarschijnlijk meer interesse hebt in de opbouw en de inhoud van deze tekst dan in mijn hoogstpersoonlijke drijfveren, zo zijn docenten vooral geïnteresseerd in hoe leerlingen zich in relatie tot hun vak / de lesstof daadwerkelijk ontwikkelen. Motivatie van de leerlingen is daarbij niet irrelevant, maar voor een docent of voor wie dan ook is die niet zomaar toegankelijk.
*Leren is niet per se leuk. Leren kan heel aangenaam zijn, maar leren is ook plicht, conflict, afzien, falen, discipline, aanpassen, vervelen (Sloterdijk 2009). Het motivatievertoog lijkt dit enerzijds te willen ontkennen, alsof met de juiste theorie / techniek / technologie alle weerstand eenvoudig weg zal smelten. Daarbij legt het anderzijds de verantwoordelijkheid voor motivatie, dat wil zeggen, voor het geheel aan leermotieven van individuele leerlingen bij docenten neer. Het gevaar van leukigheid, edutainment en ander smeken om motivatie lijkt niet denkbeeldig. Maar het punt is natuurlijk dat die motivatie ook, en misschien wel vooral haar oorsprong vindt buiten de netjes afgestoken driehoeken - in temperament, thuissituatie, schoolcultuur, sociale status, peer pressure, hormoonhuishouding, het weer, enz.. De suggestie dat docenten aan motivatie-management kunnen doen, maakt hen tot God, motivatie als een fluisteren van de Heilige Geest. Sturen op motivatie verleent docenten in theorie een almacht die hen in de praktijk machteloos maakt. Motiveer mij, meester!
*In hun Apologie van de School stellen Masschelein & Simons (2012) voor het psychologiserende motivatie voor eens en voor altijd terug te ruilen voor het meer schoolse interesse. Het verschil zit m in de zaak, die letterlijk tussen de docent en de leerling in staat: inter-esse = het 'tussen-zijn' van datgene wat geleerd moet worden. Het gaat daarbij om veel meer dan een semantische verschuiving. Het nochtans vage begrip motivatie verwijst naar een set innerlijke toestanden die met van alles verbonden kan zijn en die zowel kort- als langdurig kan zijn. Interesse is minder breedgewaaierd en meer nadrukkelijk vastgeklonken aan zaken of taken, en aan de context die docenten hieromheen organiseren. Daarmee houdt interesse verantwoordelijkheden meer op hun plek: wij nemen leerlingen op sleeptouw, zij laten zich - met frisse tegenzin, allicht- op sleeptouw nemen. Daarmee halen we hen uit hun leefwereld, in plaats van dat we hen daar doelloos in laten dobberen (Masschelein & Simons 2012: 83).