Rik Torfs en
collegas rectoren roepen op tot verzet tegen dure & nefaste
NVAO-visitatiecommissies. Onderwijskrant
sluit zich aan bij het protest.
1.Kritiek van Torfs en rectoren op visitaties en
accreditatie
In een interview in Knack (11 juni) formuleert de Leuvense rector Rik Torfs felle kritiek op
de accreditatie(commissies) van de
NVAO. Ze kosten volgens hem niet enkel te veel tijd en geld, maar tasten vooral
ook de kwaliteit en identiteit van de opleidingen aan. Visitaties dringen niet
door naar de kern van de zaak, ze kijken uitsluitend naar externe zaken. (Rik
Torfs organiseert verzet tegen dure visitatiecommissies, in: Knack, 11 juni,
2014). Rik Torfs was alvast van plan verzet te organiseren tegen de dure en
nefaste visitatiecommissies van NVAO en in het bijzonder tegen het naast elkaar
bestaan van de klassieke accreditatie en de nieuwe intellingsreviews van 2015
tot 2028. Op 7 juli vernamen we dan dat alle Vlaamse rectoren in een
protestbrief eisen dat de regering de nieuwe visita-ties onmiddellijk stop zet:
Wij vragen de beleidsvoerders de opstart van nieuwe visitaties en
accre-ditaties met onmiddellijke ingang stop te zetten.
Vanuit Onderwijskrant zijn we best tevreden met de kritiek
van Torfs en de andere rectoren. Het verwondert ons enkel maar dat het zolang
geduurd heeft alvorens onderwijsverantwoordelijken in verzet gingen tegen het
accreditatiesysteem. Met Onderwijskrant hebben we van meet af aan zon systeem
betwist en opgeroepen tot massaal verzet. Torfs bevestigt de kritiek die we al
vele jaren formuleren (zie punt 2). We raden Torfs en de andere rectoren aan om
bij het verzet ook de vele opleidingen
hoger onderwijs te betrekken. De kritiek op de accreditatie in het universitair
onderwijs, geldt o.i. minstens evenzeer voor het hoger onderwijs en voor de lerarenopleidingen
in het bijzonder. We betreuren dat de VLUHR (Vlaamse Universiteiten en
hogescholenraad) het initiatief van de rectoren niet genegen is. We citeren
even enkele belangrijke passages uit het interview met Torfs van 11 juni.
De geviseerde faculteit moet de visitatie uitgebreid
voorbereiden en een zelfevaluatierapport opstellen voor de commissie. Het is
een bijzonder bureaucratische klus zegt rector Torfs. Je loopt bovendien het
risico dat het officiële rapporten oplevert die niet erg aansluiten bij wat er
op de academische vloer gebeurt. Het grootste probleem is dat die visitatoren
vaak andere wetenschapsparadigmas hanteren, dan wij.
Visitaties zijn formalistisch
en dringen niet door tot de kern van de zaken. Ze kijken uitsluitend naar
externe en meetbare parameters. Daarom ervaren veel docenten die toetsing als
een vervreemding, meer dan als een wezenlijke feedback die de opleiding naar
een hoger niveau tilt
Torfs stelt verder: Aan dit alles hangt ook een fikse
factuur vast. Voor de visitatie van de kleine faculteit kerkelijk recht (met 60
studenten), kostte het de universiteit samen ruim 65.000 euro. Dit jaar zijn
vijf bezoeken gepland met een prijskaartje van 231.806 euro. Maar dit is
slechts de helft van het verhaal. Alle je er onze kosten nog eens bijrekent,
verdubbelen de bedragen.
Torfs vermeldt ook met een kwinkslag dat de visitaties nogal
eens worden uitgevoerd door gepensioneerde
Nederlandse professoren die hier graag komen tafelen. Torfs vermeldt niet dat
er ook nogal wat Vlaamse gepensioneerde professoren en docenten bij betrokken
zijn die ook graag de royale visitatievergoeding opstrijken.
In verband met de tijd en energie die de opleidingen aan het
opstellen van het zelfevaluatierapport moeten besteden, stelt Torfs: Ook
Esther-Marjam Sent, hoogleraar economie aan de Radboud Universiteit in
Nijmegen, schreef alvast een opgemerkt
opiniestuk in De Groene Amsterdammer. Daarin merkt ze onder meer op: Niet de
wetenschappers maar de managers maken de dienst uit aan de Nederlandse
universiteiten. In plaats van onderwijs en onderzoek te ondersteunen, zijn de
administratieve afdelingen vooral druk doende met het samenstellen van spreadsheets
ten behoeve van de volgende visitatie of accreditatie. Als gevolg daarvan ben ik bijna meer tijd
kwijt met het verantwoorden van mijn onderwijs dan met het verzorgen ervan.
Ook binnen de Vlaamse lerarenopleidingen wordt enorm veel
energie besteed aan het opstellen van het uitgebreid zelfevaluatierapport (ZER)
en aan de voorbereiding van de visitaties (tot en met rollen-spel). De visitaties zelf waren op een aantal opleidingen
beperkt tot 1 dag.
2. Protest Onderwijskrant
i.v.m. accreditatie in de lerarenopleidingen
De accreditatie valt niet enkel duur en tijdrovend uit, maar
tast inderdaad ook de kwaliteit en identiteit van de opleidingen aan. De
voorbije 10 jaar hebben we dit al herhaaldelijk betoogd in Onderwijskrant. In
Onderwijskrant nr. 160 (januari 2012) formuleerden we eens te meer kritiek op
de accreditatie. We vonden dat de accreditatie niet enkel in Nederland, maar
ook in Vlaanderen tot een niveaudaling leidde.
In verband met de accreditatie-doorlichtingen in het hoger
onderwijs klaagden we vanaf 2005 in Onderwijskrant en elders aan dat de
doorlichters weinig of geen aandacht besteedden aan de productcontrole, aan de
leerresultaten en aan het niveau van de studenten en van de opleidingen. We
betreurden vooral ook dat de NVAO en de doorlichters/visitators vooral
procesgerichte criteria hanteerden/oplegden die ontleend waren aan een competentiegerichte
en constructivistische onderwijsvisie - die mede verantwoordelijk is voor de
niveaudaling in het hoger onderwijs in Nederland en Vlaanderen.
Op 30 november 2011 sprak NVAO-voorzitter Karl Dittrich zich
plots heel kritisch uit over de niveaudaling
in het Nederlands hoger onderwijs en over de nefaste invloed van de
competentiegerichte aanpak in het bijzonder ('Kwaliteit vraagt om
kwaliteits-cultuur', toespraak ter gelegenheid van Nationaal Hoger Onderwijs
Congres, Rotterdam 30 november 2011). De malaise en niveaudaling in het hoger
onderwijs zijn volgens Dittrich vooral ook een gevolg van de invoering van
competentiegericht onderwijs, gecombineerd met al te grote verwachtingen rond
de zelfstandigheid van studenten; de visie op de docent als coach i.p.v.
inhoudsdeskundige en docent en de onderwaardering van kennis.. We zijn het
eens met Dittrich, maar betreuren dat precies zijn accreditatie-organisatie die
competentiegerichte procescriteria bij de visitatie mede heeft opgelegd. In
zowel de Nederlandse als Vlaamse rapporten lazen we dan dat volgens de NVAO de
opleidingen nog te weinig de competentiegerichte aanpak toepasten.
In het Nederlands hoger onderwijs vond de competentiegerichte
aanpak vroeger ingang dan in Vlaanderen en de invloed van de Nederlandse aanpak
op de accreditatie-beoordelingscriteria voor Vlaanderen was vrij groot. Het is
ook vaak zo dat in Vlaanderen een Nederlandse visitator - met een vaak andere
visie op de lerarenopleiding - als voorzitter fungeert binnen de visitatiecommissies.
Mijn eigen (ex-)lerarenopleiding kreeg telkens (2x dus) een Nederlander als
voorzitter. De eerste keer was de man in kwestie een sympathisant van de
anti-autoritaire EigenWijs-scholen. De tweede keer was de vrouw-voorzitster een
propagandiste van het zgn. constructivistisch kantelend leren' - dat we enkele
jaren geleden in Onderwijskrant als nefast hebben bestempeld. Ze was ook een
uitgesproken en bevooroordeeld voorstander van het werkplekeren
Bij accreditatie-doorlichtingen op Vlaamse lerarenopleidingen
stelden we verder zelfs vast dat er vaak geen enkele visitator over enige
ervaringsdeskundigheid binnen de Vlaamse normaalschoolopleiding beschikte. Het
verwondert ons ten zeerste dat die opleidingen dit lijdzaam hebben ondergaan.
Niet enkel in Nederland, maar ook in Vlaanderen kregen
lerarenopleidingen die barnumreclame
maakten met hun doorgeschoten competentiegerichte aanpak en met quasi
schrappen van het les-geven bij de eerste accreditatieronde veelal de hoogste
accreditatiescore. Opleidingen die minder de competentiegerichte toer opgingen
en beter de leerprestaties bewaakten, werden door de doorlich-ters veelal
aangespoord meer competentiegericht te werken. De accreditatie-doorlichting en
de overheid die bij de hervorming van het hoger onderwijs en bij de
accreditatie de competentiegerichte aanpak oplegden, zijn dus mede
verantwoordelijk voor de niveaudaling in het hoger onderwijs. Gelukkig waren er
in Vlaanderen meer docenten die lippendienst bewezen aan de opgelegde aanpak
dan in Nederland. In het Zelfevaluatierapport dat aan de doorlichters werd
voorgelegd, probeerde men dat wel zoveel mogelijk te verdoezelen.
De accreditatie-komedie viert hoogtij! Het is hoog tijd voor
een massaal protest. We hopen dat het hoger onderwijs en de lerarenopleidingen zich
aansluiten bij het protest van de universiteiten. Het VLUHR-argument dat Torfs
de NVAO-medewerkers in een ongunstig daglicht stelt en dat 20 banen op de tocht
staan, weegt o.i. niet zwaar. (Terloops: Was het b.v. normaal dat de
ACW-ondervoorzitter An Demeulemeester van de ene dag op de anndere
ondervoorzitter van de NVAO kon worden?)
Bijlage: Instellingsreviews naast klassieke visitatie
Volgens Torfs dreigt er in de nabije toekomst nog een groter
gevaar dan de klassieke visitaties. De Vlaamse en Nederlandse overheden hebben
beslist om ze op termijn te vervangen door zogenaamde instellingsreviews. Daarbij
wordt de instelling (universiteit, hogeschool) als geheel geëvalueerd in plaats
van de verschillende onderdelen. Beide systemen blijven van 2015 tot 2028 naast
elkaar blijven bestaan. Dat betekent dubbele kosten en dubbel zoveel tijdverlies.
|