Zweden: opvallend lage
PISA-score van alle soorten leerlingen. Maar Zweden nog steeds een GOK-modelland
volgens egalitaire klooflogica van Vlaamse
onderwijssociologen en Nico Hirtt
Zweden behaalde voor PISA-2012 eens te meer een van de
laagste scores van alle Europese landen. Nauwelijks 478 punten voor
PISA-wiskunde. Vlaanderen behaalde de Europese
topscore van 531 punten (niettegenstaande daling in vergelijking met vroeger.) De Vlaamse allochtone leerlingen die thuis
Nederlands spreken behalen evenveel punten als het gemiddelde van alle Zweedse
leerlingen. Volgens Eurostat zijn er in
Zweden 14,1% vroegtijdige schoolverlaters, en in Vlaanderen slechts 8,7%. De
Zweedse beleidsmakers panikeren en nemen momenteel allerhande initiatieven
(onderzoekscommissies e.d.) om te achterhalen hoe het komt dat Zweden zo slecht
presteert (zie bijlage). In Zweden wijzen veel experts naar de nivellerende
gemeenschappelijke (comprehensieve) lagere cyclus, maar onze sociologen en Nico
Hirtt blijven pleiten voor middenschool tot 14 en liefst 16 jaar en verwijzen
hierbij nog steeds naar landen als
Zweden.
Ook in het recente PISA-rapport van Nico Hirtt (APED,
OVDS) wordt Vlaanderen opnieuw als dé
kampioen sociale discriminatie voorgesteld en Zweden als een modelland inzake
gelijke kansen. Volgens Nico Hirtt
(rapport APED, OVDS) en co mag Vlaanderen er niet prat op gaan dat de
prestaties van de armste leerlingen in Vlaanderen hoger liggen dan in het
Franstalig onderwijs en dan elders in Europa en ook niet dat onze
sterkere leerlingen en leerlingen uit betere milieus opvallend beter presteren
dan elders en dan in Zweden. Volgens
Hirtt en co telt enkel de kloof tussen
beide groepen en is die groter in Vlaanderen dan in Zweden. Hoe kleiner de
kloof hoe gelijker de onderwijskansen. Daar ook de Zweedse leerlingen uit de
hogere sociale groepen en middengroepen zo laag presteren (= sterk
onderpresteren), is het toch
begrijpelijk dat de kloof met de lagere groepen kleiner is dan in Vlaanderen. Een
kleine kloof omwille van het feit dat alle leerlingen beneden hun capaciteiten
presteren, lijkt ons hoogst problematisch, maar is volgens de egalitaire
GOK-logica een na te streven doelstelling.
Wij stellen dat de verhoging van de kwaliteit en
onderwijskansen leidt tot hogere leerprestaties van zwakkere leerlingen en van leerlingen uit lagere milieus, maar tegelijk ook tot meer leerkansen voor de
andere leerlingen. Bij hoge kwaliteit en faire kansen voor iedereen zal de
kloof tussen de zwakkere en de sterkere leerlingen niet kleiner worden, maar
eerder groter. Betere leerlingen halen meestal nog iets meer profijt uit het
verhogen van de kwaliteit. (In 1995 was de kwaliteit van ons lager onderwijs en
van onze lagere cyclus nog een stuk hoger en we behaalden dan ook de hoogste
TIMSS-score zowel bij de 10- als bij de 14-jarigen en opvallend meer toppers
dan op vandaag.) Wij vinden dus dat het Vlaams onderwijs in vergelijking met
het Zweedse meer ontplooiingskansen kansen biedt aan alle leerlingen (en
vroeger nog iets meer dan op vandaag.) Maar volgens Hirtt en co biedt het
onderwijs in Zweden
meer kansen omdat de prestatieverschillen er opvallend kleiner zijn.
Hirtt schrijft: Wij
vinden dat een dergelijke redenering (zoals deze van Feys) voorbijgaat aan de
sociale realiteit. Voor een Vlaamse 15-jarige jongere uit een gezin met een
bescheiden inkomen is het een schrale troost te weten dat zijn punten voor wiskunde
een beetje hoger liggen dan die van zijn lotgenoot in andere landen. (NvdR:
veel hoger dan in Zweden). Wat voor hem
telt, is dat hij, ondanks zijn betere punten, aanvoelt dat zijn relatieve positie
op school hem reeds voorbestemt op een plaats onderaan de sociale ladder.
Als we Hirtt en co volgen en dus een nivellerende lagere
cyclus s.o. invoeren (volgens Hirtt het liefst zelfs tot 16 jaar). Dan zal de kloof inderdaad kleiner worden en
dan zou volgens de egalitaire logica van Hirtt en co ons onderwijs meer gelijke
kansen bieden, tot meer gelijke resultaten leiden. Niets is minder waar.
Bijlage over paniek
in Zweden : Government establishes schools commission
A schools commission comprised of international researchers
and experts is to be established. The aim of the commission is to analyse the
quality of the Swedish school system based on the results of the survey by the
Programme for International Student Assessment (PISA). The commission is to be
established by the Organisation for Economic Cooperation and Development (OECD)
at the request of the Swedish Government. At the same time, an educational
science research council is to be established to consult with the Government on
school issues.
Based on the results of the PISA 2012 survey, the Government
will request that the OECD draft a 'country background report' on Sweden. The
report is to contain a closer analysis of Sweden's results in the PISA survey
and of the Swedish education system. International researchers and experts in
the field of education will participate, and the working group will become an
international schools commission. A report on the work is to be presented in
2015.
The Government will also establish an educational research
council. The council will be comprised of researchers from different
disciplines associated with the school system, and the aim is for the
Government to be able to consult with the council on school-related issues. The
council will be appointed in spring 2014.
These two measures are intended to supplement other measures
the Government is taking to strengthen the scientific foundation of the Swedish
school system and education policy. An educational research institute, led by
Professor Per Thullberg, will also be established. Its mandate will be to
compile and disseminate knowledge of effective practices and working methods to
teachers and preschool teachers. Prof. Thullberg is also to assess whether the
institute should even be able to initiate research in areas in which there are
gaps in knowledge.
In addition, the mandate of the Institute for Labour Market
Policy Evaluation (IFAU) has been broadened and it is now the Institute for
Evaluation of Labour Market and Education.
|