Gewonnen
strijd tegen grootschaligheid en enveloppefinanciering s.o. in 95-96 Hervormingsplannen VDB- Monard - Boone (katholieke onderwijskoepel) - gingen niet door (Raf Feys)
1 Beleidsprioriteiten
1995-1996 van Van den Bossche-Monard (
&Boone-VSKO)
In het regeerakkoord 1994-1995 van de Vlaamse
Regering was de hervorming van het secundair onderwijs het belangrijkste objectief. De
centrale gedachte was schaalvergroting gekoppeld aan enveloppefinanciering naar het model van
de hervorming van het hoger onderwijs.
De Beleidsprioriteiten 1995-1996 van het duo Van den Bossche-Monard
eindigden met de stoere uitspraak: We moeten hoog spel spelen, omdat er ook
veel op het spel staat: de geloofwaardigheid en de kwaliteit van de school
zelf. Iedereen moet hangen. Tegen 1 september 1997 moest het s.o. hervormd
zijn. Meteen werd ook een benoemingsstop afgekondigd.
In de beleidsbrief pleitten Van den Bossche
& Monard niet enkel voor grootschaligheid en enveloppe-financiering, maar
ook al voor het opsplitsen van de pedagogische leiding en het materieel
technisch beheer. Dat laatste werd het best
aan managers overgelaten. Zij pleitten tegelijk voor een drastische
aanpassing van het personeelsbeleid- & statuut.
Tevens werd de structuur van het recente eenheidstype
(1989) weer op losse schroeven gezet. Van den Bossche en Monard opteerden voor
een structuurhervorming s.o. met minder opties in de eerste graad en voor een
groepering van studierichtingen in studiegebieden. De fusies en de grote
scholengroepen waren er nodig omwille van de enveloppefinanciering en omwille
van het feit dat de jongeren een voldoende groot aanbod moesten vinden in de
eerste graad. Van den Bossche en Monard stelden de vigerende financiering ten onrechte voor als een
derde-betaler-systeem waarbij de school willekeurig kan inrichten &
uitgeven en achteraf de rekening doorschuift naar derden, in casu de overheid.
In een interview met Klasse stelden ze: Als het tij keert, moet het ministerie
de bakens verzetten (januari 1996).
Een zelfverzekerde Georges Monard schreef in
TORB (nr. 4, 1995): De geplande diepgaande her-vormingen zullen in het (midden)veld
ongetwijfeld heel wat onrust veroorzaken.Kurieren am Symptom volstaat echter
niet meer, alleen radicale hervormingen zoals deze van het hoger onderwijs kunnen heil brengen
(in het secundair en lager onderwijs). Van den Bossche pakte ook uit met de
idee van managers die de school besturen. (Tussendoor: ook de VSKO-koepel
stelde in november j.l. voor om het bestuur van de scholengroepen te bemannen
met een aantal vrijgestelde managers.)
2 Complot tussen VDB-Monard én Boone-VSKO
Als Van den Bossche en Monard in 1985 zo
zelfverzekerd met hun hervormingsplannen naar buiten kwamen, dan was dit ook
omdat er vooraf al onderhandeld was met de VSKO-directeur-generaal - die een
merkwaardige broederschap onderhield met Van den Bossche en Monard.
Net als minister Smet, hadden destijds ook
Van den Bossche en Monard vooraf een akkoord gesloten met kopstukken van het
VSKO. Antoon Boone, directeur-generaal, manifesteerde zich als dé grote
voorstander van schaalvergroting en grote fusies en als een echte spitsbroeder
van het duo Van den Bosche-Monard. Boone hield geenszins rekening met de visie
van de directies en schoolbesturen. In een debat pleitten Monard en Boone -
broederlijk
Naast elkaar - voor grote fusies van scholen
en enveloppefinanciering (zie verslag in Brandpunt, december 1994). Ze vonden toen ook al dat
de kleine netten zo vlug mogelijk
moesten fusioneren. Ook nu speelde
minister Smet voor de schaalvergroting e.d. onder één hoedje met VSKO-kop-stukken. Tijdens een commissievergadering
van december j.l. pronkte een loslippige Smet met de stelling dat hij (en het VSKO)
erin geslaagd waren om de tegenstribbelende mensen die heiliger zijn dan wij (de
kerkelijke overheid) te bekeren voor de grootschaligheid.
Boone (VSKO) stelde in 1995 triomfantelijk
dat hij voor minstens 90% akkoord ging met het beleid en schaalvergrotingsplan
van Van den Bossche-Monard. We wezen in 1995 in Onderwijskrant op iepe kloof
tussen de opvattingen van de topvrijgestelden van de koepel en anderzijds de
scholen, de directies en onderwijsbesturen, de leraren en hun vakbonden. De COC
wees eveneens op de grote kloof tussen de
beleidsverantwoordelijken en de basis. Boone en co hadden destijds niet
overlegd met de achterban van de scholen en met de schoolbesturen. Lhistoire se répète!
Gelukkig kwam er in 1995-1996 veel protest
vanwege schoolbesturen en scholen, de onderwijs-vak-bonden, de ACW-vakbond, de
ACOD ... Het was ook een belangrijk thema van een betoging en staking in
februari 1996. Onderwijskrant was bij
dit alles bijzonder actief. We plaatsten ook een opgemerkte opiniebijdrage in
De Morgen (16 september 1995) over de schaalvergroting, enveloppefinanciering
e.d. En we riepen op tot verzet (zie
b.v.: Overrompelingsbeleid en blinde besparingen, Onder-wijskrant nr. 89,
november 1995.) Dat lokte veel instemmende reacties uit.
Heel wat
schoolbesturen, directies & leraars kwamen openlijk in verzet. Het
bestuur en de directies van het St. Jozefsinsituut van Torhout b.v. schreven een vlammende brief naar de
leden van de Vlaamse Raad en de onderwijsverantwoordelijken van de eigen
onderwijskoepel. De Torhoutse scholengroep
schreef o.a.: De geplande schaalhervorming is te weinig onderbouwd met
degelijk studie- en cijfermateriaal dat de effecten op macro-, meso- en
micro-gebied kwalitatief en kwantitatief beschrijft. Enveloppefinanciering kan
enkel begrepen worden als een blinde maatregel die de onmacht om het onderwijs volgens een rationeel
normenplan te beheren tot uiting brengt.
De
COC-vakbond formuleerde scherpe kritiek in Brandpunt (juli 1995): Het is
godgeklaagd te moeten vaststellen
hoe een verzameling intelligente mensen, zonder enige kritische evaluatie van
het experiment hervorming hoger onderwijs (met zijn schaalvergroting en
enveloppefinanciering) te moeten
verheffen tot dé oplossing van alle problemen ... De manier waarop de enveloppe
- ook voor het secundair onderwijs wordt verheven tot een goed-boven-alle
goed is gortig en aanstootgevend. Welke onderwijsvreemde lui hebben deze
teksten geschreven of geïnspireerd? Het
COC verwees ook naar klachten in verband met de enveloppefinanciering in het
hoger onderwijs. Rik Schepens, algemeen COC-secretaris stelde in De Morgen
van 28 september 1995: Het is waanzin om het zakelijk beleid van een school
los te koppelen van het pedagogische aspect. Een goeie directeur is iemand die
het pedagogische en het organisatorische probeert te verzoenen. De onderwijsvakbonden
noch de inrichtende machten zijn vragende partij voor de plannen, voor een
nieuw financieringssysteem of voor de introductie van zaakvoerders. Ook
volgens ons mag men onderwijs en schoolbeheer niet scheiden. Als men dit toch
doet creëert men alleen maar conflicten, ongenoegen en kritiek.
Ook de ACOD-onderwijsbond nam afstand van de
hervormingsplannen. Zo schreef Georges Vansweevelt dat precies ook de nefaste
gevolgen van de hervorming van het hoger onderwijs de ACOD inspireerde om zich
te verzetten: De ervaringen uit het hoger onderwijs leren ons nu dat schaalvergroting,
locale autonomie voor de grote hogescholen, enveloppefinanciering en een
gedereguleerd statuut zeer zware en nefaste gevolgen hebben. Hij wees op
daling van het aantal docenten, de demotivatie en het ongenoegen bij het
personeel ...
Het verzet kreeg al vlug ook de steun van een
aantal CVP-mandatarissen en van de vakbonden.
In het ACW-blad Visie van 20 oktober 1995 troffen we volgende kordate
stellingname aan: Het ACW is principieel tegen enveloppefinanciering van het
secundair onderwijs omdat het hier gaat om leer-plichtonderwijs. De overheid kan
m.a.w. niet de financiële eindverantwoordelijkheid afstoten naar de lokale
privé-inrichters. Bij enveloppefinanciering zijn ook nogal wat ongewenste
neveneffecten mogelijk op het vlak van de democratisering en op pedagogisch
vlak. Scholen die volledig moeten opdraaien
voor de financiële consequenties zullen ook minder gemakkelijk het pedagogische
kunnen laten doordringen. Ook de CVP- politicus Leo Tindemans sprak zich uit
tegen de grootschaligheid.
Er was destijds dus een breed debat en een algemene
afwijzing van grootschalige scholengroepen en enveloppefinanciering naar het
model van de hogeschoolhervorming. Januari en februari 1996 werden maanden van
openlijk protest tegen de hervorming van het secundair onderwijs met inbegrip
van een staking en betoging op 28 februari. Uiteindelijk werd er een nieuw
decreet gestemd in juni 1998. Van grote fusies,
enveloppefinanciering, middenschool, splitsen van het bestuur van de
school in een pedagogisch en
administratief luik ... was er geen sprake meer. Er werden wel kleinere
scholengemeenschappen ingevoerd.
3 Besluit
De hervormingsplannen van 1995-1996 vertonen
opvallend veel gelijkenissen met het hervormingsplan van minister Pascal Smet
voor schaalvergroting, enveloppefinanciering , e..d. (zie vorige bijdrage). Ook het verbond tussen Van den Bossche-Monard
en VSKO-kopstuk Boone destijds, vertoont veel gelijkenissen met het huidige
verbond tussen minister Smet en het VSKO.
|