Goedkeuring van BNM-ontwerpdecreet (=
LAT-inclusie) door Vlaamse regering
1 Definitieve
goedkeuring BNM-ontwerpdecreet
Op de
Website van N-VA lazen we daarnet een enthousiaste mededeling: Vandaag (8 november) werd in de Vlaamse Regering het ontwerp van
decreet betreffende maatregelen voor leerlingen met specifieke
onderwijsbehoeften definitief goedgekeurd, na advies van de Raad van State. In
dit decreet worden een aantal maatregelen genomen voor leerlingen met
specifieke onderwijsbehoeften. De N-VA-fractie in het Vlaams Parlement is
tevreden dat dit decreet voorziet in een aantal maatregelen die gericht zijn op
inclusie van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften.
Samen met de
meeste praktijkmensen verzet ook Onderwijskrant zich tegen het BNM-decreet dat
aanstuur op schijn-inclusie, LAT-inclusie of learning apart together.
2
BNM-decreet leidt tot LAT-inclusie
Het
ontwerpdecreet betreffende belangrijke
en noodzakelijke maatregelen voor leerlingen met specifieke
onderwijsbehoeften (=BNM-decreet) werd dus op vandaag 8 november definitief goedgekeurd
door de Vlaamse regering. De (gewone) scholen moeten volgens het decreet alle
leerlingen opnemen die mits een redelijke aanpassing kunnen opgenomen worden in een gewone klas.
Het aftoetsen van de (vage)
omschrijving redelijke aanpassing
vervangt de term
draagkrachtafweging in de vorige ontwerpteksten.
Voor die inclusie-leerlingen gelden voortaan het gemeenschappelijk curriculum en de
eindtermen niet meer. Ook leerlingen die weinig profijt kunnen halen uit het
volgen van de gewone lessen hebben dus
recht op inclusie. Het zal voor de
scholen ook moeilijk worden om leerlingen nog naar het buitengewoon onderwijs
te sturen eens ze les gevolgd hebben in het kleuter- of lager onderwijs. Het is allang bekend dat de meeste
praktijkmensen tegenstander zijn van zon soort inclusie. Dit bleek ook
uit de massale ondertekening van een petitie
die Onderwijskrant hierover in 2007 verspreidde (zie Onderwijskrant nr. 141).
De voorstanders van radicale inclusie vinden dat het decreet niet radicaal genoeg is. Ze
hebben bezwaren tegen de formule mits een redelijke aanpassing. Ze vinden dat alle leerlingen op basis van
het verdrag van de Verenigde Naties recht hebben op inclusief onderwijs ook
type 2-leerlingen.
3 Leerrecht
primeert op fysisch participatierecht
Onderwijskrant is het niet eens met het BNM-decreet en
verzet zich al sinds 1996 tegen doorgedreven inclusief onderwijs, tegen
LAT-inclusie. Wij stellen - net als in
het zo geprezen Fins onderwijs - dat het leerrecht (= recht op optimale
leerkansen) voorrang verdient op het loutere participatierecht, op het
fysisch integratierecht. Leerlingen
die te weinig profijt kunnen halen uit de normale lessen hebben ook geen baat
bij LAT-inclusie: learning apart together. Fysische integratie is geen echte
integratie. Ook in Finland zitten
leerlingen die onvoldoende voordeel kunnen halen uit de gewone en
gemeenschappelijke klassen, in aparte klassen (zie punt 3).
LAT-inclusie bemoeilijkt ook het leerproces van de gewone
leerlingen; ook voor deze grote groep geldt het recht op optimale
ontwikkelingskansen. Leerlingen met b.v. een louter fysische handicap die de
gewone lessen kunnen volgen, kunnen wel geïntegreerd, maar dan moet het
decreet daar de nodige financiële
middelen voor de aanpassing van het schoolgebouw en leermiddelen voor voorzien.
4 Aparte
klassen zoals als in Finland, niet zoals in Noorwegen
Noorwegen is het land dat vaak geprezen wordt omwille van
zijn doorgedreven inclusief onderwijs met maar een paar % leerlingen in het
buitengewoon onderwijs. Uit PISA en
TIMSS (10-jarigen & 14-ja-rigen) blijkt echter dat er in Noorwegen veel
meer leerlingen zijn die bijzonder zwak scoren voor rekenen, lezen
dan in
Vlaanderen en in buurland Finland. In Finland geven de beleidsmakers voorrang aan het leerrecht boven het
fysisch integratierecht. In Finland zitten
veel leerlingen met een handicap - 8,5% van de totale leerlingenpopulatie - in
aparte klassen. Daarnaast zijn er niet minder dan 22,5% die parttime
buitengewoon onderwijs volgen; dit zijn leerlingen die voldoende profijt kunnen
halen uit een groot deel van de gewone lessen, maar voor een aantal lessen aparte
en aangepaste instructie krijgen in aparte klassen. (Terloops: we merken dat er
in Vlaanderen zelfs veel te weinig centen zijn voor het GON.)
In Noorwegen leidt inclusie niet tot meer optimale
leerkansen voor de inclusieleerlingen en precies door de aanwezigheid van bepaalde
inclusie-kinderen worden ook de andere leerlingen van de klas benadeeld. We zouden dus kunnen stellen dat in Finland
en Vlaanderen ook de zwakste en zwak-kere leerlingen meer faire leerkansen
krijgen dan in Noorwegen en dat het buitengewoon onderwijs op termijn een
integratie in het maatschappelijk leven bevordert i.p.v. afremt. We blijven dus pleiten voor het leerrecht en
tegen LAT-inclusie. We roepen iedereen
op tot verzet tegen het BNM-decreet. Het BNM-decreet zou niet leiden tot een
geslaagde inclusie, maar tot een illusie. Tegelijk vinden we dat er - net zoals in Finland - meer moet
geïnvesteerd worden in remediëring in het gewone onderwijs (NT2 inbegrepen).
|