Over een nazomer gesproken. Deze mag er wel zijn. Hoewel, nu ik de luxe van een rolstoel tot één van mijn geneugten mag noemen, is zo'n ding vreselijk koud als je'r in zit. Ocharme kleine kindjes in buggy's, die door mama's of papa's door weer en wind worden heen of terug gereden. Je schept als het ware de wind, regen... enfin... alles wat er maar te scheppen valt. Met 25°C in de zomer kan dat best leuk zijn. Maar met regen of wind, het mag onbenullig lijken, je krijgt het allemaal over je lijf. Natuurlijk zit je ook muisstil in zo'n ding. Dat, terwijl je begeleider net meer krachtinspanningen onderneemt. Ik durf mezelf wel eens vergelijken met een zak cement, qua gewicht. Om daar een uur mee rond te sjorren, da's toch ook niet niks. Natuurlijk geef ik wel toe dat het tegelijkertijd ook een enorm gemak is. Ik kan terug mee naar de winkel, wat voor Erik toch een pakje aangenamer is. Ik ben relaxed in die rolstoel, terwijl Erik rustig enkele artikelen vergelijkt, sta ik niet meer te zuchten van vermoeidheid. Het is eerst wel wat oefenen geblazen. Hoe manouevreer je best met zo'n stoel.
Gisteren was het grootouderdag in de kleuterschool. Angel reed me er heen en schrok wel effe van de voetpaden die er zo slecht hobbel de sobbel bij liggen. De stoel heeft steeds de nijging om schuin weg te rollen. Ja hoor, ik ben nog lang de periode met mijn moeder niet vergeten. Ook zij is een tijdlang rolstoelpatiënt geweest. Maar al te dikwijls was ik dagen nadien nog stijf in m'n armen. Met haar kon ik niet in het park gaan wandelen, tenzij ik braaf op de asfaltweggetjes bleef, als die er al waren. Mij moeder was ook dubbel zo zwaar als ik.
Wat de grootouderdag betreft, die is goed meegevallen. Elk kindje doet zo erg z'n best. Sommigen bevangen door schrik, huilen het hart uit hun lijfje. Anderen dapper en wat overmoedig durven soms te veel, maar steeds smelten al die grootouderharten. En ik bleef me maar afvragen hoe zo'n kleine dreumesjes al schoolplichtig kunnen zijn. Sommigen zijn nog zo klein, dat ze maar amper geboren lijken. Mijn eigen kleine telgen zijn even oud of jong, maar zo groot van was. Elias staat helemaal achteraan, zowat de grootste van de hoop. Flink kereltje, doet goed mee en ik ben er verdorie erg trots op.
Naderhand drinken we nog een koffie met een collega die we hebben verwittigd. Haar oudste kindje gaat ondertussen ook al naar de kleuterklas. Na de voorstelling echter blijven de kindjes bij hun juf. Ze lopen niet naar mama's of papa's of oma's enz... Ik geniet van het samenzijn. Een onschuldig praatje moet kunnen, maar je raakt toch al snel geïsoleerd. Dat gevoel geldt toch voor mij... Het was ook wel een tijdje geleden dat ik nog eens op deze manier buiten kwam.
Tussendoor, thuis uiteraard, blijf ik aan de trui breien. Dapper alsof er heel wat van af hangt. Dat doet het eigenlijk ook wel wat. Ze moet klaar. Ik moet nadien nog eentje breien voor Erik, die ook klaar moet geraken alvorens ik besluit het hier op te geven. Maar zover is het lang nog niet. Wacht maar af!