Vandaag, een week na de laatst afgelopen grrrrmmmmmpppffffffff-therapie... Een week van ups en downs. Hoort erbij, zeg maar. Oké, ze gaat niet moeilijk doen. Ze herinnert zich een uitspraak van een zus. 'Zorg ervoor dat je jezelf graag ziet'. Haar zus is verre van een psycholoog, maar haar woorden zijn erg treffend. Het is waar. Als je al in de rats zit met jezelf, begin dan niet aan zo'n therapie (precies of je de keuze hebt, maar bon...).
De laatste week griezelt ze van zichzelf. Ze voelt zich vuil, vies, ze stinkt, vindt ze en tja, haar uiterlijk maakt het niet echt beter. Ze zit vol gif en wil het kwijt. Maar die walging moet wel nodig onderdrukt worden, voelt ze. Als ze zich zou laten gaan, zou ze het liefst één of andere pil of gedoe innemen, waarvan ze twee weken aan een stuk slaapt. Zo kan ze misschien aan zichzelf ontsnappen. Maar goed dat ze één en ander om handen heeft. Had... Lang geleden had ze een uitnodiging gekregen van collega's van 't werk om mee te werken aan een dag waarop mensen van een bepaalde afdeling over heel Vlaanderen samen komen. Ze had beloofd dat ze haar best zou doen, om een presentatie te maken. Voor alles is een eerste keer. Niks te verliezen én iets om echt mee bezig te zijn. Geen brei- of haakwerkje, geen kleurboekje, gene zever. 't Moest goed zijn, voor minder zou ze't niet doen. Toen de ziekte ontdekt werd, vroeg men haar nog, of ze 'r mee wilde doorgaan en... met een steevaste 'ja' maakte ze er het beste van.
Gisteren was het zo ver. Het was d-day. Ze zou de presentatie zelf moeten geven, wat ze in eerste instantie niet had verwacht. Maar, oké, ook daarvoor wilde ze voluit gaan. Ervoor gezorgd dat ze zo goed mogelijk uitgerust aan de startlijn zou komen te staan, had ze de nodige voorzorgsmaatregelen genomen om de dag goed te laten verlopen. Ze werd gesoigneerd door haar werkgever, die voor vervoer zorgde, heen en terug. Ze werd in de watten gelegd door de collega's op het congres. Drinken werd gebracht, de stoel onder haar achterste geschoven. Alles werd stipt tot in de puntjes verzorgd. Ze wist niet goed waar ze het had, ze voelde zich zowat the queen of Sheba. Zo'n aardige collega's die haar van haar noch pluim kennen... Echt een verrijking des mensen! Het had best ook gewoontjes gemogen hoor, dan zou ze ook al heel erg tevreden zijn geweest. De presentatie op zich liep van een leien dakje. Ze had zich voorgenomen zich gewoon te houden. Papieren in de hand. Aflezen waar nodig en tussendoortjes waar het haar afging. Ze had een hoge stoel ter beschikking en kon dus gewoon blijven zitten als ze er behoefte aan had. Dat op zich liep al ferm goed. Maar dan was er ook nog het publiek dat interesse toonde. Zelfs applaus kreeg ze. Geen compassie, want niemand kende haar situatie, buiten de medewerkers natuurlijk. Ze werd zelfs gecontacteerd voor het ondernemen van nog leuke dingen. Na afloop was ze bekaf. Gelukkig kon ze nog even uitrusten in het auditorium tijdens de speech van de laatste gast. De zetel waar ze zat, leek wel een troon. Heerlijk leunend kon ze de drukte van zich af laten glijden, luisterend naar een interessante voorstelling. Haar privéchauffeur-collega bracht haar naar huis, waar ze dan weer door manlief in de watten werd gelegd.