'Kanker', zegt hij: '...is nou net dàt wat niet bij me opkomt, als ik aan jou denk. Jij vertegenwoordigt net het tegenovergestelde. Kanker is zo... zo... negatief. Zo... totaal negatief. Denk ik aan kanker, dan denk ik aan slecht, de dood. Dat gaat gewoonweg niet bij jou. Dat past niet. Je bent zo positief ingesteld. Als ik je zie, ben je goed geluimd. Oké, 't lukt niet altijd goed. Soms, gaat 'het' je niet af, soms voel je je niet goed. Maar dat overkomt iedereen toch. Of, niet soms...? Maar telkens weer sta je recht. Nee, jij bent echt die kankermoeder niet. Jij bent een moedige vrouw...' enz...
Nou, origineel geschenk!!! Geef toe, niet elke zoon houdt zo'n speech voor z'n moeder bij een nieuwjaarsbezoek. De kleintjes kwamen hun briefjes voorlezen. Geweldig! Ze genoot er al dagen op voorhand van in gedachten. En eindelijk was het zo ver. Die lieve schatten, die steeds weer een wereld doen opengaan, door hun ver'zin'sels, grolletjes en vooral, lieve schattige gemeende strelende complimentjes, want, verdorie, daar kunnen ze echt wat van. 'Moeke' zegt de oudste: 'Ik ben zo blij dat jij mijn oma bent. Als jij mijn oma niet zou zijn, zou ik nooit naar m'n oma op bezoek willen komen. Jij bent niet zo'n oma met witte krulletjes.' IJdelheid gestreeld natuurlijk, want eigenlijk zegt ze met deze woordjes dat ze haar oma niet oud vindt. Moeke denkt natuurlijk wel bij zichzelf dat die witte krulletjes wel eens dichterbij zouden kunnen zijn, dan het kleintje vermoed. Maar zwijgt in alle talen. Ze geniet. De tweede zegt dat ie z'n moeke graag heeft. Hij ziet haar zo graag. Kinderen die dat zomaar tussendoor, tijdens het spelen, laten ontsnappen zijn toch hartendieven! Beslist!!! En dan is er nog de jongste, twee jaar, die komt knuffelen, een beetje speleplagen en liefde vragen. Hij zegt met zijn kleine, maar groeiende woordenschat, Moeke Mij! Een mooier geschenk kan ze zich niet inbeelden.
De timing is perfect. In de moeilijkste periode na de chemo, kwamen ze op bezoek. Oké, de drukte, hoewel ze helemaal niet druk doen, is vermoeiend. Maar tegelijkertijd is het de beste afleiding van nou net dat slechte gevoel dezer dagen. Zij zijn een perfecte medicatie. Wat liefde, warmte, niet vermag... Eerder was ook de jongste zoon met -dochter langs gekomen. Ze hadden fantastisch nieuws. Ze straalden geluk uit. Een supermiddag was het resultaat. Want, als het met je kinderen -ook al zijn ze volwassen en uit huis- goed gaat, voelt ook de ouder zich goed. Het werkt in twee richtingen. Ze weet dat ze het treft. Geluk is een heus geschenk, durf het te aanvaarden. Het is ook een houvast tijdens moeilijkere momenten.
Een dagje later, heeft ze zich voldoende opgepept (of laten oppeppen door familie dus) om een museum te bezoeken. Met de trein naar Brussel. Rustig aan. Op tijd en stond uitblazen. Ook cultuur draagt bij voor oppepperij, goedgevoelfactor staat hoog. Ze nam wel voor alle zekerheid een pijnstiller in. Voor een keertje preventief, om niet in panne te vallen. En 's avonds, zo'n beetje uitgeteld, doet ze lachend een sjaaltje rond haar mans hoofd. 'In goede en slechte tijden. Je moet delen in het leed van je partner. Het wordt dus tijd dat je ook es een sjaaltje om je hoofd bindt, lieve schat!'
Toen ze het courante onderzoek onderging; gewichtscontrole, bloeddruk meten, bloed nemen enz... hielp een verpleegster die ze tot hiertoe nog niet had ontmoet. Zij, werkt half time, dat heeft er wellicht mee te maken. Een vriendelijke vrouw, zoals 99% van diegenen die in St-Augustinus werken. Dat ene percentje is gewoonweg een ietsie pietsie minder vriendelijk (misschien gewoon kordater) dan de anderen, daarover wordt dus niet geklaagd hoor. Maar tijdens het onderzoek, hadden patiënte en verpleegster een ongewoon gesprek. Wellicht kwam dat doordat het de laatste dag van 't jaar was. Daarover begon het gesprek alleszins. Afsluiten van chemo en jaar. Vanzelfsprekend natuurlijk. Verpleegster vertelde dat ze jaarlijks terugblikt op 'haar' jaar. Patiënten die haar hebben geraakt poppen op in haar hoofd. Ze staat stil bij afscheid in fysieke en emotionele weg. Ze staat stil bij terug beginnen, moed verzamelen. Ze relativeert. Soms, bekent ze, neemt ze het werk mee naar huis. Niet goed, weet ze. Maar het is niet altijd evident om zomaar alles achter te laten als je de deur achter je sluit. Patiënte begreep haar maar al te goed. Omdat je weet dat je dingen van je moet afzetten, lukt het nog niet altijd. Is ook niet zooooo erg, zolang je maar blijft relativeren. Het mag geen doemdenken worden, maakte patiënte duidelijk aan verpleegster. En zo gaat het gesprek maar verder, heel erg gemoedelijk. Good timing, eigenlijk, blijkbaar met de juiste persoon. Het doet goed! Wanneer alles achter de rug is, merkt patiënte dat ze zo is opgegaan in het gesprek, dat ze niet eens heeft gemerkt of er nou wel of niet, bloed is afgenomen. Daaraan denkt ze pas, wanneer ze terug in de wachtzaal zit. Ze leest een fantastisch boek van Terry Pratchet, geleend van haar vriendin. Maar door deze opspringende gedachte, kan ze zich niet meer op het boek richten. Ze overweegt... zal ze naar de balie gaan om te vragen of ze kunnen nagaan of er wel degelijk bloed werd afgenomen? Want, als dat nou niet zo zou zijn, zou ze nog langer in de kliniek moeten blijven om de verstrooidheid glad te strijken. Daar, heeft ze beslist geen zin in. Tegelijk overweegt ze. Het komt zo negatief over. Het laatste dat ze wil is de indruk wekken dat ze niet tevreden zou zijn over betreffende verpleegster. Ze besluit dus, om af te wachten. Het voordeel van de sympathieke verpleegster weegt zwaarder dan het nadeel om langer te moeten blijven. Een half uurke later, bij de dokter, weet ze het al snel. Die heeft namelijk de bloeduitslag op z'n bureau liggen.
Oef!!! Haar bewondering voor de verpleegster groeit zienderogen. Respect voor mensen die je zo afleiden en daarbij hun job naar behoren doen. Chapeau!!!
Van oud op nieuw. Lees vooral niet, oud opnieuw. Want ze gaat het beter doen. Geen voornemen, verre van, gewoonweg een waarheid. Ze houdt het graag simpel en doet niet aan voornemens. Een mens weet die voornremens dan wel te beginnen, maar door allerhande leugentjes en waarheidjes, worden die niet volgehouden. Zo gaat het nu eenmaal meestal. Chemo afgesloten. Nog enkel de naweeën doorbijten van die laatste.
Gisteren zat ze weeral eens in de rats met de cortizonen die ze moest nemen. Telkens weer vergeet ze de juiste doses of uren te respecteren. Telkens denkt ze te weten wat en hoe en gaat ze dus niet op het roostertje kijken dat tussen de ziekenhuispapieren zit. Telkens weer valt hare nikkel dan te laat. 's Middags constateert ze dan dat ze 's morgens zo'n pil had moeten innemen. Geen probleem op zich. Goeie plantrekker. Dan neemt ze toch om 13u de pil die ze om 8u had moeten slikken. Niks ergs mee gebeurd. Normaal gezien moet ze dan rond 16u de tweede pil nemen omdat deze medicatie slaapverstorend werkt. Oké, dan neemt ze die vandaag één of twee uurtjes later, dan heeft ze nog wel voldoende uurtjes tussen beide pillen, vermoed ze. Overslaan doet ze niet, want dan is de kans te groot dat de witte bloedlichaampjes niet voldoende zijn opgebouwd en dan kan ze de chemo weer vergeten. Dan moet ze weer een week wachten om die te kunnen doen. Daar heeft ze wel een minder goede nacht voor over. Alleen... ondertussen komt er bezoek. Heerlijk, zalig gezellig met z'n allen konkelfoezen, samen aan tafel. Genieten dus. En wat gebeurt er als je gezellig samen zit? Yep, men vergeet aan de medicatie te denken. Tegen 20.30u schiet het haar plots te binnen. Dedjuu dedjuu toch!!!! Toch maar die verdomde cortizonen door het keelgat geduwd, met als resultaat, maar twee uurtjes kunnen slaap vatten. Nou, ze wist het op voorhand. Geen gesakker dus. Twee uren is toch meer dan niks. Netjes om 7u uit de veren om rustig te ontbijten en tijdig in het hospitaal te geraken. Daar, krijgt ze nu telkens Temesta, want sinds die keer dat ze'r zo ziek werd, blijft de maag daar opspelen. Een Temesta om de drie weken is heus geen zonde, vindt ook haar dokter en het helpt. Alleen... wordt ze daar enorm slaperig van. Goed zo! Tegen 14u is ze thuis, heeft ze een kom soep gegeten en trekt ze naar bed. Zo is ze zeker dat ze niet tijdens het avondeten in slaap zal vallen op deze laatste dag van het jaar. Als ze deftig wil afsluiten, moet ze'r voor zorgen dat ze 't ook deftig doet, met oogjes open. Ze slaapt tot 18u, met dank aan de slechte nacht én de Temesta. De avond verloopt driewerf rustig.
Er wordt niks zwaars gegeten, maar ze genieten samen mét uiteraard een fles bubbels. Snoepen is er niet bij. Ze kreeg vandaag immers te horen dat haar suikerspiegel te hoog zit. Nee, geen diabetes, nog niet. Maar duidelijk verwittigd. Sla deze dagen de patteekes en taarten maar over. We moeten het in't oog houden. 't Zou door de medicatie komen... zeggen ze. Argwaan gewekt, dus een goede reden om snoep in te tomen. Niet zo moeilijk hoor, als je'r toch haast niks van proeft, weet ze wijs. Rond 1.30u meent ze dat het bedtijd is. Ze trekken naar het dromerigste oord in huis, maar praten honderduit over koetjes en kalfjes. Allebei zo wakker als maar kan. Het slaapmanneke komt maar niet op bezoek. Hij geeft het eerst op. Trekt naar beneden voor anderhalf uur. Zij woekert. Hij komt naderhand naar bed en ronkt al z'n dromen bij mekaar binnen de kortste tijd. Zij trekt naar beneden tegen vijf uur. Nog steeds geen oog toe gedaan.
Tja, ze wilde het jaar wakker beginnen. Dat is dus al gelukt!