Een kleine bijdrage op mijn Youtube-kanaal aan de herdenking van de Ierse Paasopstand een eeuw geleden... Een eerbetoon aan het handvol rebellen en dichters die het opnamen tegen het British Empire en die het, gedragen door de moed van hun overtuiging en hun offer uiteindelijk op de knieën dwongen....
Ierland maakt zich op om tijdens het komende Paasweekeinde op grootse wijze de Easter Rising van 1916 te herdenken. Ik heb nooit een geheim gemaakt van mijn Keltofilie en sympathie voor de Ieren en daarom zal ik de volgende dagen op deze blog heel wat aandacht besteden aan deze historische gebeurtenissen. Hier alvast een voorproefje met het officiële herdenkingsprogramma:
Hieperdepiep... De kaap van de 100.000 hits is vandaag op deze blog overschreden, waarvoor mijn dank... Daarom vandaag speciaal voor mijn trouwe lezers deze nieuwe compilatie van op mijn Youtube-kanaal als eerbetoon aan de inzet van de Bretoense marinefuseliers die met de Brigade van admiraal Ronarc'h een sleutelrol speelden - én hiervoor een erg hoge prijs betaalden - bij de verdediging van het bruggenhoofd Diksmuide:
Vandaag bestaat mijn blog precies 500 dagen. Om dit te vieren een nieuw filmpje op mijn Youtube-kanaal met een alternatieve kijk op het IJzerfront. Aan de hand van een 100-tal foto's, waarvan bijna de helft nooit eerder werd gepubliceerd want afkomstig uit privé-archieven, krijgt u de Duitse zijde van de medaille te zien:
Ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat ik de humanistische
expressionist Daan Boens als één van de grootste dichters beschouw die uit de
generatie van Vlaamse frontdichters is voortgekomen. Vandaag breng ik uit zijn
tweede, in 1918 uitgegeven bundel volgend gedicht
Kersvers op mijn Youtube-kanaal: een compilatie van
foto's van het kasteeldomein 't Hooghe toen & nu. Deze riante eigendom van
baron de Vinck lag op een strategisch belangrijke hoogtelijn aan de Meenseweg
en zou al snel een kwalijke reputatie verwerven als één van de gevaarlijkste
plaatsen aan het Westelijke front. Op 31 oktober '14 - het hoogtepunt van wat
later bekend zou worden als de 'Eerste Slag bij Ieper' - sloegen kort na het
middaguur twee Duitse granaten in op het kasteel en doodden en verwondden er
een aantal stafofficieren, waaronder de twee bevelhebbers, van de IIe en
Ie Divisie.... Op 21 februari '15 sloegen de Duitsers een eerste gat in de
geallieerde verdediging door de explosie van een ondergrondse mijnkamer op het
domein. Na weken van keiharde en vooral bloederige gevechten, vaak lijf aan
lijf, viel de site in mei '15 in Duitse handen. Op 19 juli '15 reageerden
de Britten met een eigen mijn die een krater met een diameter van ruim 40
meter breed en 16 meter diep sloeg in de Duitse frontlijn. Op 30 juli
introduceerden de Duitsers bij hun tegenaanval de vlammenwerper als nieuw
aanvalswapen en verdreven de Britten uit het Hooghe en het aanpalende Sanctuary
Wood. Pas op 9 augustus konden de Britten na erg zware verliezen het grootste
deel van het verloren gegane terrein opnieuw innemen, maar de ruïnes van het
domein bleven in Duitse handen. Op 25 september '15 mislukte een nieuwe Britse
aanval opnieuw: de Britten verloren bijna 4.000 man...Op 6 juni, nadat 4
ondergrondse mijnen onder de Britse lijnen waren geëxplodeerd, namen Duitse
stormtroepen een groot deel van de Britse lijn bij het Hooghe over. Pas op 31
juli '17, tijdens de 'Derde Slag om Ieper' slaagden de geallieerden er terug in
om vaste voet te krijgen op het Hooghe. Maar tijdens het Duitse Lenteoffensief
van '18 ging het met zoveel moeite heroverde terrein opnieuw in Duitse handen
over... Weinig plaatsen werden zo tragisch getekend door de 'Grote Oorlog' en
de littekens zijn nog overal zichtbaar... Het is een plaats om héél stil van te
worden...
Fons Zegers uit Meerle behoorde tot de militieklas van 1913 en was
net afgezwaaid toen de oorlog uitbrak. Op 25 augustus 14 werd hij als soldaat
in het 1e regiment Karabiniers bij de eerste uitval uit Antwerpen
ernstig gewond in de bossen van Schiplaken; Een Duitse kogel doorboorde zijn
linkerbovenarm, terwijl een andere zijn linkerpols verbrijzelde. Hij werd vrijwel
meteen van het slagveld geëvacueerd en aanvankelijk gehospitaliseerd in het
Militair Hospitaal van Antwerpen. Tijdens de ontruiming van de Scheldestad werd
hij per trein naar Oostende gevoerd om uiteindelijk in een noodhospitaal in het Pensionat St. Pierre in
Calais terecht te komen. Zijn genezingsproces verliep traag en op 5 februari 15
werd hij in Bourbourg door een medische keuringscommissie ongeschikt voor
verdere frontdienst verklaard.Tien
dagen later werd Fons Zegers als militaire arbeider toegevoegd aan de Belgische
logistieke basis van Calais waar hij eerst in het depot van de vervoerstroepen
van de Ve Legerdivisie aan de slag kon en in juni afgedeeld.werd naar de Z.M.
Basis Service des Annexes Flotantes. Fons Zegers werd op 7 september 1915 zwaar
gewond in Gravelines toen hij bij een fout manoeuvre tussen de buffers van twee
botsende treinwagons werd geplet. Hij werd met een ingedeukte borstkas en
ernstige inwendige verwondingen geëvacueerd naar een hospitaal in Le Havre maar
daar verergerde zijn toestand op het einde van december 15. Op 28 december 15
werd hij met buikvliesontstekening overgebracht naar het militair hospitaal nr.
28 te Dinard waar hij op 5 maart 1916 om 11.45 u. overleed.
Hij was een zoon van Jan Petrus Zegers en Anne Marie
Peeraer. Hij was ongehuwd, smid en woonde bij zijn ouders in de Molenstraat.
Op
18 februari 1916 om 12.00 u. overleed in zijn ouderlijke woning in Hoogstraten korporaal
Maurits Jozef Artus aan chronische bronchitis, opgelopen in krijgsgevangenschap.
Hij was op 23 augustus 1914 krijgsgevangen gemaakt bij Namen en had in diverse
Duitse krijgsgevangenkampen verbleven. Toen zijn gezondheidstoestand
zienderogen achteruitging werd hij uiteindelijk onder strikte voorwaarden op
2 september 1915 vrijgelaten uit Cellelager.
Maurits
Artus was een zoon van Ernest Lodewijk Artus, de latere onderdirecteur van de
Hoogstraatse gevangenis en Victoria Hancia. Alhoewel hij in Hoogstraten als
student en wonende in de ouderlijke woning, Lindendreef 24 ingeschreven stond,
had hij in het voorjaar van 14 als beroepsvrijwilliger dienst genomen. Op het ogenblik
van de Duitse inval was hij ongehuwd en leerling aan de onderofficierenschool
van het 13e Linieregiment in de citadel van Namen. Hij werd twee
dagen na zijn overlijden onder grote publieke belangstelling begraven op het
kerkhof van Hoogstraten, maar dit graf is in de loop der tijden verdwenen.
Aansluitend op mijn vorige blog, deze foto. Als je goed kijkt kan je ongeveer in het midden tussen twee, nauwelijks in de moddervlakte te onderscheiden bunkers een houten kruis zien staan. Hier lag vanaf mei '15 een kleine Duitse militaire frontbegraafplaats die als 'Kriegerfriedhof am Polygonenwald' bekend stond. Deze foto dateert uit de laatste week van september '17 en werd een paar dagen na de herovering van Polygoonbos gemaakt. Ondanks de ravage die de beschietingen en de strijd op deze begraafplaats hadden aangericht, bleef deze site als dusdanig in gebruik want aanpalend werd door de geallieerden een eigen begraafplaats aangelegd die uiteindelijk zou uitgroeien tot de CWGC begraafplaats Polygon Wood Cemetery. De na de oorlog heraangelegde en na de overbrenging van veldgraven ook vergrote Duitse begraafplaats die toen 347 graven telde werd in 1955 geruimd. De stoffelijke resten van deze gesneuvelden werden overgebracht naar Langemark.
Op mijn Youtube-kanaal zal ik geregeld 'Toen & Nu"-filmpjes posten. Het eerste in deze reeks gaat over het beruchte Polygon Wood bij Zonnebeke. Dit oefenterrein van het Belgische leger vormde samen met de aanpalende Nonnebosschen tijdens de Eerste Slag om Ieper de inzet van verbitterde gevechten. Pas na de strategische terugtrekking van de Britse troepen in deze sector op 3 mei '15 als gevolg van de Tweede Slag om Ieper kwam deze site in Duitse handen. Ze bouwden het bos of wat er nog van restte uit tot een te duchten vesting. Het was dan ook me erg zware verliezen dat de Australische Ve Divisie er op 26 september '17 in slaagde Polygon Wood opnieuw in te nemen. De granieten obelisk bovenop de gewezen schietstand, hoog boven de begraafplaats is een eerbetoon aan het offer dat de Australiërs hier brachten. Door het Duitse Lenteoffensief in het voorjaar van '18 ging deze duur bevochten terreinwinst echter totaal verloren...Pas op 28 september '18 kwam deze tot een pestilente modderpoel getransformeerde helleplek terug in geallieerde handen.
DUITSE MILITAIRE BEGRAAFPLAATS LOMMEL & DE GROTE OORLOG
Vorige
zondag in functie van de publicatie die ik voorbereid over de Duitse
gesneuvelden uit de Eerste Wereldoorlog die een laatste rustplaats kregen op
het Soldatenfriedhof Lommel, deze site opnieuw bezocht. En meteen een primeur
want sinds vandaag heb ik op Youtube ook mijn eigen kanaal geopend waar ik op
geregelde tijden filmpjes zal posten die gerelateerd zullen zijn aan de Grote
Oorlog in Vlaanderens Velden Alvast veel kijkplezier
VERDWENEN DUITSE BEGRAAFPLAATSEN - WALDFRIEDHOF ZANDVOORDE
Deze begraafplaats, die ook bekend stond als het Kriegsfriedhof van
Infanterie- Regiment nr. 126 ontstond in november 1914 als een typische
frontbegraafplaats aan de zoom van een dennenbosje bij de hoeve Groenenburg. Oorspronkelijk waren hier slechts twee gesneuvelde
militairen begraven maar dit aantal groeide in het voorjaar van 1915 snel aan. Naast
minstens 149, in twee blokken begraven Duitsers lagen hier ook minstens 4
Britten en 2 Fransen begraven. De Britten werden na de wapenstilstand bijgezet
op de CWGC-site Larch Wood (Railway Cutting) terwijl de Fransen naar St.
Charles de Potijze werden gebracht. Deze begraafplaats werd opgedoekt in 1928
toen de stoffelijke resten van de hier begraven Duitsers werden bijgezet op de
militaire begraafplaats Broodseinde 103bis in Zonnebeke
ZONDAG FRONTPOÃZIEDAG - BIJ DEN DOOD EENS MAKKERS
Op
11 januari 2015 schreef ik al een blog over de oorlogspoëzie van Fritz Franken,
pseudoniem van de Antwerpse journalist en hulpbibliothecaris Frederik Edward
Clijmans (1893-1969). Vandaag breng ik u zijn gedicht Bij den dood eens makkers uit zijn bundel De vijf glorierijke Wonden, die in 1919 in de Panne door Juul
Filliaert werd uitgegeven.
Weer viel er eén der veteranen op ‟t
slagveld, midden in den hoop, en t wakke vat der zilte tranen stortte in het
spoor van ijdel wanen, het leed van gansch een levensloop!
Een kogel ging hem vlak door ‟t
hoofd . Hij is zoo stil op zij gevallen dat aan zijn dood niet werd geloofd;
doch ‟t licht der oogen was gedoofd en stom, verpletterd, stonden we allen.
Wij hebben hem zoo
goed gekend. Hij sprak van eer én roem én plichten en mocht zijn blikken
opwaarts richten. Wij waren aan zijn stem verwend; het grillig noodlot deed
hem zwichten .
Op eene berrie, ‟t
hoofd bewonden, in ‟t maanlicht van een winternacht heeft men hem langzaam
weggebracht . Hij heeft de blijde rust gevonden van wie zijn roeping hier
volbracht!
EEN BEZOEKJE WAARD - 'MAURICE /FRITZ/ALFONS - PORTRETFOTOGRAFIE TIJDENS DE GROTE OORLOG'
Vanaf
26 maart biedt het Stedelijk Museum van Hoogstraten een bijzondere en originele
inkijk op de Grote Oorlog. In de tentoonstelling Maurice / Fritz / Alfons Portretfotografie tijdens de Grote Oorlog wordt
dieper ingegaan op een al te lang verwaarloosd aspect van de Eerste
Wereldoorlog. Nochtans
was fotografie belangrijk tijdens de oorlog, zowel voor de Duitse bezetter, als
voor de plaatselijke bevolking en hun familieleden achter de IJzer of in het
buitenland. Voor deze laatsten was een over de grens gesmokkelde foto het enige
communicatiemiddel met hen die achter waren gebleven. De Duitsers waren vaak
even lang van heimat en familie verwijderd. Ze lieten zich in Hoogstraten
gewillig fotograferen en stuurden deze
fotos als postkaarten op naar familie of vrienden in Duitsland. Vaak waren dit
studio-opnames maar ook in hun dagdagelijkse omgeving zoals in het Deutsche
Soldatenheim in de Villa De Ruyter, het door hen bezette casino van
Wortel-Kolonie of aan de berichte Dodendraad de onder hoogspanning staande grensversperring,
werd gretig door hen geposeerd wat ons een eeuw later een uniek beeld oplevert
van hoe het er een eeuw geleden aan toe ging in de Noorderkempen. Veel van deze
fotos zijn afkomstig uit privé-archieven waaronder een substantieel deel uit
mijn verzameling en worden voor het eerst aan het grote publiek getoond. Een aanrader dus ....
Deze
tentoonstelling loopt van 26 maart t/m 19 juni van woensdag t/m zondag tussen
14 u. en 17 u. in het Stedelijk Museum
op het Begijnhof in Hoogstraten.
Inlichtingen:
tel.nr. 03 / 340. 19.80 of museum@hoogstraten.be
Het na de Grote Oorlog door Italië
geannexeerde Zuid-Tirol draagt tot op de dag van vandaag de sporen van de
ongenadige strijd die er een eeuw geleden hoog In Fels und Eis werd
uitgevochten. Een goeie oude kameraad uit de omgeving van Bozen stuurde me vorige
week deze fotos van het grensoverschrijdende project An der Front. In augustus en september 2015 werden 75 gietijzeren gedenkkruizen
langs de voormalige bijna 400 km. lange frontlijn tussen de Stilfser Joch en de
Hochspitz aan de Karnische Kamm opgesteld. Het initiatief voor deze opvallende
actie ging uit van de Bund der Tiroler Schützenkompanien , de Südtiroler
Schützenbund en de Welschtiroler Schützenbund. Hiermee willen deze eeuwenoude schuttersverenigingen
de Tiroler Standschützen herdenken die in 1915 vrijwillig optrokken om het land
Tirol te verdedigen. De Bayerischer Rundfunk bracht in november 2015 een
uitgebreide reportage over dit merkwaardige initiatief .
Ter afsluiting van het Verdunweekendop deze blog wat leestips m.b.t. een aantal non-fictieboeken
die ik persoonlijk méér dan het lezen waard vind. Een Nederlandstalige klassieker
is Dr. H. Jonkers Sporen van een slag
Een pelgrimage naar Verdun 1916., dat in 2009 werd heruitgegeven door Just
Publishers.In dit boek nam deze
Nederlandse theologiedocent ons mee in de geschiedenis van de Slag om Verdun
door een aantal plaatsbezoeken. Voor wie op zoek is naar een degelijke Nederlandstalige
gids kan ik nog steeds Richard Heijsters Een
bezoek aan Verdun Breuklijn der beschaving aanraden. Een beknopte maar desalniettemin boeiende
reisgids die ook door Just Publishers werd heruitgegeven. Voor een degelijke
Franse gids verwijs ik graag naar het compacte Au coeur de la Bataille: 25 Février 1916 / 2
Novembre 1916 Forts et Ouvrages nord-est de Verdun van A. Meignier. Een
uitgave van L Officine uit 2009.
In 1962 schreef Alistair Horne met The
price of glory naar mijn aanvoelen één van de beste boeken ooit over
Verdun. Dit boek verscheen in de, naar mijn weten recentste herdruk, onder de
titel De prijs van de eer: Verdun 1916
in 2005 bij Anthos / Manteau. Een andere Engelstalige auteur die een méér dan
boeiend boek over deze slag schreef is Malcolm Browne met Verdun 1916 dat in 2009 bij Perrin van de persen rolde.
Voor wie een poging wil doenom de
Franse ziel te begrijpen is Verdun : Ce
jour-là: le 24 Octobre 1916 van Arthur Conte verplichte kost. Het is een
minutieuze reconstructie van één van de belangrijkste dagen in de langst
aanslepende veldslag uit de Grote Oorlog. Er werden in de loop der jaren heel
wat persoonlijke getuigenissen gepubliceerd maar La-bas avec ceux qui souffrent: Carnet dun Poilu Rouennais à Verdun door
G. Hallé vond ik een van meest ontroerende. Uit de fotoboeken die deze slag evoceren kies
ik zonder aarzelen Verdun Images de l
enfer dat ter gelegenheid van de 80e herdenking van de slag bij
Tallandier werd uitgegeven. Yves Buffetaut die we onder meer kennen van al even
uitstekende werken als ' Les Batailles
de Verdun en LAssaut Allemande:
Verdun Février-Avril 1916 (samen met E. Ladé) maakte een meer dan
verantwoorde selectie uit duizenden, vaak nooit eerder gepubliceerde fotos.
Het voorwoord van dit fotoboek werd verzorgd door Pierre Miquel van wie we
allemaal het topboek Mourir à Verdun
kennen dat onlangs nog een herdruk kende bij Tallandier. Om te eindigen een van
de meest recente publicaties. Een paar maanden geleden verscheen bij Tallandier
het erg lezenswaardige Verdun 16: Une
bataille de légende vue des deux cotés.Wat dit boek zo interessant maakt is dat de twee auteurs, de Fransman
Antoine Prost en de Duitser Gerd Krumeich elk vanuit hun standpunt het drama
van Verdun analyseren. Een aanpak die een verfrissende kijk garandeert en een meer dan aanbevelenswaardig
boek heeft opgeleverd
VERDUNWEEKEND - PIERRE DRIEU LA ROCHELLE EN VERDUN...
Ik beken dat ik al jaren een boontje heb voor de Franse schrijver,
journalist, socialistische fascist en hartenbreker Pierre Drieu la Rochelle.
Hij behoorde net als Céline, Genevoix en Barbusse tot die generatie van
schrijvers die in het vuur van de Grote Oorlog gestaald werden en die door dat
zelfde vuur voor de rest van hun leven zowel figuurlijk als letterlijk getekend
werden. Voor Drieu la Rochelle begon de oorlog die zijn leven zo ingrijpend
veranderde op de snikhete 23e augustus 1914,toen hij als 21-jarige korporaal n het 5e Régiment d
Infanterie, met een stukgelezen exemplaar van Nietzsches Also sprachZarathustra in
zijn binnenzak, in de vlakte voor
Charleroi zijn vuurdoop kreeg. Een vuurdoop die hij twintig jaar later in zijn
meesterlijke La comédie de Charleroi
vergeleek met een orgasme. Dit laatste bleek alvast van korte duur want nog
diezelfde dag sneuvelde niet alleen zn vriend André Jéramec - met wiens zuster
Colette hij drie jaar later zou trouwen - naast hem, maar werd hijzelf ernstig
gewond door een schrapnelkogel die zijn hersenpan doorboorde. Terwijl hij in een hospitaal in Deauville recupereerde van
deze kwetsuur komt hij langzaam tot het besef dat hij die een échte chef, een vrij man die leidde had moeten zijn, in
feite herleid was tot ...een kalf tussen
tien miljoen andere kalveren en runderen.
De amper herstelde en intussen tot sergeant bevorderde Drieu la Rochelle werd in de
herfst van 14 al opnieuw naar de slachtbank geleid wanneer hij met zijn
eenheid de Champagnestreek met de al snel berucht geworden Chemin des Dames
verdedigd.. Een paar maanden later was hij één van de duizenden Fransen die
naar een uithoek van Centraal -Europa werd gestuurd in het raam van de
geallieerde operaties in de Dardanellen. Opnieuw sneuvelden een aantal
illusies. Elk vleugje Oriëntaals exotisme werd meteen opgelost onder de
zinderende zon: Jai des
morpions que ma crasse engraisse. Jai pioché et jai des ampoules. Mes muscles
me font mal. Jai soif tout le temps. Tondu et barbu, je suis laid. Je ne
reçois pas de lettres. Je mourrai totalement ignoré , schreef hij later in Voyage
du Dardanelles. Wanneer hij in de nazomer van 15, naar Frankrijk
terugkeerde, was hij getekend door syphilis en dysenterie.
Dit verhinderde niet dat we hem in februari 16 opnieuw
aan het front terugvinden en wel bij Verdun, waar hij op 26 februari 16
deelnam aan één van de zovele nutteloze tegenaanvallen .op bevel van chefs
derrière [ ] chargés de déverser des trains de viande dans le néant
De nochtans in de strijd geharde Drieu werd bevangen door afgrijzen : Qui
na vu le vide dun champ de bataille moderne ne peut rien soupçonner du
malheur perfide qui est tombé sur les hommes et qui anéantira lEurope noteerde
een profetische Drieu. Hij dwaalde verdwaasd door het verwoeste landschap .
Een « pays lunaire, où
les volcans pressaient les gueules béantes les unes contre les autres
en waar toute la ligne était calomniée par la continuelle diatribe que
vomissaient dix mille bouches noires. Een andere wereld geteisterd door een nooit ophoudende en alles
vernietigende regen van staal . Een regen die ook Drieu niet ontzag. Met
gesprongen trommelvliezen en een zwaar gehavende arm werd hij een paar uur
later van het slagveld geëvacueerd. Pas in december 16 werd hij uit het hospitaal
ontstagen maar niet langer geschikt geacht voor frontdienst. Aan die
noodlottige dag in de hel van Verdun hield Drieu - die als jongeman droomde van de ridderlijke strijdersethos
een levenslange afkeer van de geïndustrialiseerde oorlog over : On
fabrique des masses de ferraille dans les usines, et puis on se les jette à la
tête, de loin sans se regarder et en geignant. [ ] Nous sommes loin de la
guerre décrite par Joinville ou même par Montluc schreef hij in Le
lieutenant des tirailleurs. In La comédie de Charleroi klonk
het zo : Et cette guerre est mauvaise, qui a vaincu les hommes.
Cette guerre moderne, cette guerre de fer et non de muscles. Cette guerre de
science et non dart. Cette guerre dindustrie et de commerce. [ ] Cette
guerre de généraux et non de chefs. [ ] Cette guerre faite par tout le
monde, sauf par ceux qui la faisaient. Cette guerre de civilisation avancée.
[ ] Il faut que lhomme apprenne à maîtriser la machine, qui la outrepassé dans cette guerre
et maintenant loutrepasse dans la paix. Niet voor niets schreef
hij ooit, terugdenkend aan Verdun : Je
sentais cela. Je sentais lHomme mourir en moi.
Ik moet een jaar of twaalf zijn geweest toen ik voor het eerst Verdun
bezocht en sindsdien houdt deze plek mij in zijn greep. Ik vind het een van de
meest bevreemdende plaatsen ter wereld, en geloof me vrij, ik heb héél wat
vreemde plaatsen op deze aardkloot bezocht Bij elk bezoek grijpt de
onwezenlijke sfeer die hier hangt mij opnieuw bij de keel. Het is moeilijk te
omschrijven maar al wie ooit op een mistige herfstochtend heeft rondgedwaald op
de Mort Homme, in het Bois des Caures of Côte 304, weet ongetwijfeld waarover
ik het heb
Na de oorlog keerden de bewoners
terug naar de grotendeels in puin geschoten stad aan de oevers van de Maas. Ze herstelden
wat verwoest was, maar in negen dorpen rond de stad zoals Fleury en Douamont
keerden de bewoners nooit meer terug. Die dorpen waren letterlijk en figuurlijk
van de aardbodem geveegd. De diepe littekens van de natuur hadden langer, véél
langer nodig om te genezen. In Vlaanderens velden, de Champagne, Elzas of zelfs
aan de Somme slaagde men er, langzaam maar zeker en ondanks de af en toe
exploderende blindgangers en andere bovengeploegde Boodschappers van de Dood,
in het verwoeste land opnieuw in cultuur te brengen .en verdwenen gaandeweg de
sporen van het Geweld. Maar in Verdun was de ooit zo vruchtbare bovenlaag van
de aarde eenvoudig verdwenen door het eindeloze, nooit ophoudende granaatvuur.
De geblakerde en door de chemicaliën van de Dood geïmpregneerde grond lijkt tot
op de dag van vandaag weerstand te bieden aan de groene, helende balsem van de
natuur. Tot op de dag vandaag - honderd jaar na dato - zijn er plaatsen waar
er nauwelijks iets lijkt te groeien. Sir Alistair Horne beschreef het in 1962 treffend
in zijn magistrale Verdunboek The Price
of Glory: Het was alsof de
Almachtige Verdun wenste te bewaren voor het nageslacht als een oppermachtig
voorbeeld van de onmenselijkheid bij de mensen onderling. Ter illustratie
een paar fotos van het Verdun van vandaag .
In het vreselijke conflict dat de Eerste Wereldoorlog was, vormde Verdun wellicht de overtreffende trap van de horror die men op het slagveld kon ervaren.Voor het eerst in de wereldgeschiedenis werd de mensheid met de gruwel op een industriële schaal geconfronteerd.... Een aantal opnames uit de sector Verdun die dateren uit de lente van 1916....