Vandaag de laatste in een reeks bijdragen m.b.t. de strijd om Vimy Ridge, een eeuw geleden. Ewart Alan Mackintosh, MC (1893-1917) was een luitenant in het 4e Bataljon Seaforth Highlanders.toen hij op 21 november '17 op de tweede dag van de Slag bij Cambrai oftwel het Frans-Vlaamse Kamerijk sneuvelde. Een paar maanden voor zijn dood was zijn eerste poëziebundel 'A Highland Regiment and other Poems' verschenen. Voor veel kenners kunnen zijn gedichten gemakkelijk de vergelijking doorstaan met het werk van veel bekendere generatiegenoten zoals bv. Rupert Brooke. Oordeel zelf maar:
ON VIMY RIDGE
On Vimy Ridge four months ago / We lived and fought, my friends and I / And watched the kindly dawn come slow / Peace bringing from the eastern sky / Now I sit in a quiet town / Remembering how I used tot go / Among the dug-outs up and down / on Vimy Ridge dour months ago
And often sitting here I've seen / As then I saw them every night / The friendly faces tired and keen/ Across the flickering candle-light / And heard their laughter gay and clear / And watched the fires of courage glow / Above the scattered ash of fear / on Vimy Ridge four months ago
Oh, friends of mine, where are you now / Somewhere beneath the troubled sky / With earth above the quiet brow / Reader and Stalk for ever lie / But dead or living out or here / see the friends I used to know / And hear the laughter gay and clear / On Vimy Ridge four months ago.
In 1917 was er sprake van een verhoogde activiteit aan de Dodendraad in de Noorderkempen. Er waren meer grensoverschrijdingen, meer arrestaties en vooral meer slachtoffers. In het vroege voorjaar kwamen twee Duitse militairen om in Zondereigen, het enige stukje van de onbezet gebleven Belgische enclavegemeente Baarle-Hertog dat in het bezette gebied lag. Op 16 februari 1917 kwam Wilhelm Kindling (° 1888, Magdeburg), een landsturmmann in de 3e compagnie van het Mobiles-Landsturm-Infanteriebataillon Halberstadt IV om het leven. De omstandigheden waarin hij aan zijn einde kwam blijven tot op de dag vandaag gehuld in een waas van mysterie. Volgens sommige bronnen zou hij zelfmoord hebben gepleegd maar na alle waarschijnlijkheid werd hij doodgeschoten door een brievensmokkelaar/spion. Kindling zou 's nachts, samen met een kompaan op het veld van Gust Janssen, aardappelen aan het stelen zijn geweest. Een toevallig daar passerende grensgids zou op hen zijn gebotst en had het vuur op hen geopend. Mogelijk ging het hier over de 'De Paling' het alias van Beersenaar Jan Snoeckx (1882-1921) die voor de Britse militaire inlichtingendienst GHQ werkzaam was. Kindling werd oorspronkelijk in Zondereigen begraven en na de oorlog bijgezet op de Duitse militaire begraafplaats in Beverlo. Toen deze site geruimd werd, werd hij overgebracht naar de Duitse militaire begraafplaats van Lommel waar hij nu in graf 146 van Blok 31 ligt. Naast hem, in graf 147 ligt Bernhard Synalewski begraven. Deze musketier uit de 9e compagnie van de Infanterie-Ersatz-Truppe Beverlo verongelukte twee weken na Kindling, op 1 maart '17 om precies te zijn aan de Dodendraad in Zondereigen. Bij het ruimen van zijn graf in Zondereigen, kort na de oorlog, dacht men aanvankelijk dat het hier, omwille van de erg Slavisch klinkende familienaam om een omgekomen ontsnapte Russische krijgsgevangene ging, maar deze Duitse grenswachter was afkomstig uit Silezië waar dergelijke familienamen wel meer plegen voor te komen...