Ik ben Just me, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Tosca.
Ik ben een vrouw en woon in een dorp bij de stad () en mijn beroep is teveel om op te noemen.
Ik ben geboren op 28/05/1963 en ben nu dus 62 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Schrijven en af en toe wat tekenen. Misschien zou het beter omgekeerd zijn....
Fantasie.
Romantiek.
Eén zoon, twee dochters.
Jong van geest.
Psychiater in een volgend leven misschien.
Parelstuif
Ongefilterde spinsels van een echte Brusselse. Romantiek en fantasie en tussendoor veel shit. Een heel klein tikkeltje van de Marollen.
29-06-2008
EEN AVONDJE IN HET PARK...
Onder andere... Kris Dane and the Band (1ste drummer bij Deus). Naar mijn bescheiden oordeel zalige devilish donkere genietbare muziek. Kon het best smaken.
De kinderen kunnen allen met een A-attest overgaan naar het volgend schooljaar. Oef! Dat betekent dat de oudste zijn laatste humaniorajaar zal aanvatten, de tweede de derde graad van het ASO aanvat en de derde de tweede graad aanvat. Elke graad omvat twee studiejaren. Ze hebben dus nog 1,2 en 4 humaniorajaren voor de boeg. De jongste laat Latijn vallen om economie-wiskunde te studeren. De tweede gaat verder met Latijn-wiskunde en de oudste (mijn zoon) doet zijn laatste jaar wiskunde-wetenschappen. Ze zullen ook naar Polen gaan in het laatste jaar. De kostprijs valt mee en we kunnen in drie stukken betalen. De jongste gaat volgend schooljaar naar Parijs en daar moet dus ook geld voor opzij gezet worden. Maar eerst vakantie. Even alles opzij zetten en chillen. Zoonlief gaat naar een fuif, blijft logeren bij een vriend, ergens hartje Pajottenland. Mijn dochter gaat morgen naar een bbcue in Liedekerke, om de verjaardag van haar vriendin te vieren. Mijn man heeft een advocaat onder de arm genomen ivm een juridische kwestie. Hopelijk zijn er niet teveel kosten mee gemoeid : advocaten??? We zien wel. Putting the worries in a bag. Ons ma blaakt van gezondheid en daar ben ik blij over, alsmede over het goede resultaat van de kinderen.
heeft de winkel Di de naam Da, zijn de huisjes netjes en knus en is het heel duur om uit eten te gaan. Maar je kan ook een broodje halen in de Hema. Er wordt heel veel gefietst en de mensen zitten precies hoger op hun fiets." Ik vertel honderduit en een paar sympathieke Brusselaars hangen aan mijn lippen. Verhalen vertellen, ik wou dat ik er meer tijd voor had. Ik heb weer goesting gekregen om de Hollandse sites af te schuimen. Altijd een verrijking. Tof land toch wel...
Een man en een vrouw in naakt bovenlichaam. Hij, smal gezicht, kleine ogen, ronde lippen. Zij, ovaalrond gezicht, grote ogen, kleine lippen. Hij in een olé,oléfaze, zij kijkt de toevallige voorbijganger aan met defensieve "ik-ben-op-mijn-hoede"blik. Sluikhaar valt over de rechterborst, de borsten zijn kwetsbaar en rond. Zijn slanke bovenlichaam glijdt over in haar iets rondere schouders. Het koppel heeft iets "wij-achtigs". Het draagt een vlag die de edele delen en de onderkant bedekt en waarop staat : Opgepast breekbaar Attention fragile...
Met groter wordende jongeren waait de deur wat vaker open en wordt de wereld weer wat ruimer. Ik laat de zomer over me heen komen en geniet. Stel me open voor de buitenwereld. Ik voel me heel gelukkig,... Een week vakantie kan er niet af maar af en toe trekken we erop uit. We voorzien ook een dagje London. "Hopelijk heb ik geen herexamens," is een veel gehoorde verzuchting. "Herexamens zijn er om gedaan te worden, het is geen ramp," relativeer ik. Bij Colruyt (lokale Colruyt) is er geen vakantiejob vanwege teveel aanvragen - meldt de brief. Gelukkig kan mijn zoon bij één van mijn vorige bedrijven aan de slag. Niet het laatste,... Jeugd palmt het huis in. Ik geniet van de kolonisatie door de jeugd. Door de zelfmoord van een goede kennis die ooit met mij een opleiding was begonnen, heb ik ingezien dat elke dag belangrijk is. Dat - als je iets voelt, denkt of wil - je dat gerust mag tonen aan de buitenwereld. Kortom, ik "kom uit mijn kot", hetgeen niet altijd het geval is geweest.
Bij het lezen van andere blogs stel ik vast dat ik een droom- en doemens ben, eerder dan een denkmens. Bij mij is er continu een film in het hoofd. Ik visualiseer zeer veel. Soms ben ik ook beter in het creëren van een bepaalde sfeer dan in het schrijven. Ik las een prachtig gedicht bij Wolkenadem, wou reageren maar er waren teveel zaken om in te vullen. Ik plaatste dus geen reactie maar vind het gedicht supermooi. Zelden zo'n mooi gedicht gelezen. Eerlijk, ik zou zoiets nooit kunnen schrijven. Het heet Adem ergens. Ik ben dus nogal visueel ingesteld. Beweeg me soms op de grens droom-realiteit. Soms, héél soms slaag ik erin om de droom in daden om te zetten. "Mama, ben jij papa altijd trouw geweest, je bent sociaal en kent veel mensen..." "Schat, ik hou van jullie papa, hij weet ook wel dat ik van hem hou... Vóór hem was ik een gootkat met véél véél kennissen en relaties. Maar papa is papa en ja, ik ben hem trouw." Hij is de Dageraad (lees het houvast) in mijn leven. Zonder hem zou ik te ver zwerven. Misschien zou ik nog veel boeiender dingen kunnen doen maar of men daar gelukkiger van wordt??? Hij houdt van mij zoals ik ben. Boven alle glitter en praal of wat dan ook, verkies ik de alledaagsheid met hem. Onze knusse onderonsjes. Vandaag maak ik de schets voor een tekening waar Dageraad en ik op staan. Het zal iets symbolisch worden.
zei een ex-collega op mijn vorige job. "Ik zal je heel hard missen..." Maar dat is het leven. Afscheid nemen telkens weer. Deuren die dichtgaan en deuren die opengaan. Er was voor mij geen stek meer op mijn vorige job. Dus trekken we verder. In een krant vond ik een jobaankondiging die heel goed lijkt te evolueren. Het eerste contact aan de telefoon verliep positief. De nieuwe werkplek ligt ergens in de buurt van de VUB, ULB,... Eeuwen geleden dat ik daar nog langskwam. Maar goed... verandering van lucht doet goed. In een eerste tijd wordt het wat goochelen met metro's. Geen bussen. Zo vlug had ik geen oplossing verwacht, maar goed, als het moment daar is, is het moment daar en moet men actie ondernemen. Niet terugkrabbelen. Altijd weer omwille van de lieve centjes. Wie zei ook weer dat Brusselaars niet willen werken??? Op naar nieuwe avonturen.
Het weekend was vrijdagavond een beetje in mineur begonnen toen ik in de lokale Carrefour vernam dat een kennis van mij, een blonde man die ik tijdens een opleiding had leren kennen, zelfmoord had gepleegd omwille van een sentimentele ontgoocheling. Eén van zijn collega's wist het mij te vertellen. Vreselijk jammer maar dankzij mijn trip naar Zeeland heb ik zijn dood een plaats kunnen geven. Feit is dat ik het spijtig vind dat ik hem de zelfmoord niet uit het hoofd kon praten. Misschien hadden we gewoon eens lekker kunnen uitgaan en uit de bol gaan en de dingen uitpraten. Mensen blijven teveel in hun eigen problemen roeren. Té individualistisch... Maar goed, de trip naar Zeeland is ontzettend goed meegevallen. Wat een lieve mensen daar, hun ondergordijnen ofwel de gordijnen van het gelijkvloers staan altijd open (bij de protestanten) en je kan zien wat er zich binnen afspeelt. Heel net, heel knus, heel open.Bij een kreek in Ouwerkerk genoot ik met mijn dochter van de zon en de vogels. De vissers kwamen een babbeltje met ons slaan en wij verwonderden ons bij elk gesprek over de ongelofelijke mondelinge assertiviteit die de Hollanders zo eigen is. In Zierikzee kochten we een cadeautje voor haar vriendin die een week voor mijn dochter jarig is. Het werd iets heel origineels, een "geluksflesje" van de Indianen. Zo een kleurrijk potje met planten en andere zaken in die geluk brengen. Overal fietsende mensen, zelfs een papa met zijn kroost, drie in de auto en drie achter hem op de fiets met oranje mutsen en toeters en bellen. Hij leek wel moeder de eend. Maar goed, het oogde mooi. Ach, begrijpelijk, voetbalfans natuurlijk. Het leek wel of het ganse Nederlandse volk als één man achter de ploeg stond en chapeau daarvoor, ergens is dat toch ook wel sympathiek. De Oosterscheldekering was indrukwekkend. Dit is een reusachtige stormdam, gebouwd na de overstromingen van 1953. We keerden terug langs het dorpje Vere in Walcheren. Beautiful. Zalig. Ik moest terugdenken aan Sil de Strandjutter, aan Spel Zonder Grenzen, aan Opa zaliger en ook wel een beetje aan de familie Flodder uit Brussel. Wij dus. Grapje... Heel erg genoten.
Laatste werkdag... Gemengde gevoelens... Geen controle op de dingen... Nieuwe bazen nieuwe wetten... Totaal geen respect voor het gedane werk. Ik ga verder. C'est déjà du passé pour moi... Het leven en dus ook de carrière is een ongoing process zoals ze zeggen. Waar de wind me heen zal blazen bij een verdere opdracht, is een grote vraag. Ik neem alvast eerst wat vakantie. Vandaag hebben de kinderen hun laatste examen. Het is een zware reeks geweest. Als de oudste er door is, begint hij in september aan zijn laatste humaniorajaar wetenschappen-wiskunde. Volgende week misschien zijn eerste vakantiejob op één van mijn vroegere interims. Het is toch ergens goed voor geweest - denk ik dan. Opa, de kunstschilder, zal blij zijn daarboven als hij weet dat ik dit weekend naar Zeeland trek. "Tosca, voel je het, ik heb altijd achter jou gestaan." "Ja opa, ik voel het... Ik voel nog veel meer... Ik voel hoe de landschappen je ziel deden zingen en tot kunst inspireerden..." "Je bent gevoelig, je ziet het leven anders... Je zal zien, er zullen nog vele kansen komen..." "Ja opa, ik geloof je..." "Maar je moet soms wat in jezelf kijken, het ligt niet over het muurtje, het ligt in jezelf..." "Ja opa, je hebt gelijk..." "Kom op, Tosca, die vier laatste uren van deze job zijn zo gedaan. Je hebt het niet gemakkelijk gehad met de dood van Michel enzo... Ze vroegen veel van jou in deze job. Binnenkort ga je weer fluitend door het leven..." "Doe ik al, opa, straks begint de vakantie..." "Genieten, Tosca, genieten... en af en toe wat tekenen als je het voelt zingen in je ziel..." "Gelijk de parkwachterstekening?" "Ja, Tosca,..." "Opa, het maakte me blij als de zon de tekening 's morgens wakker riep en ik niet zo in mijn sas was..." "Zo hoort het, Tosca, zo hoort het..." "Opa?" "Ja..." "Dikke kus?" "Dikke kus en geniet ervan morgen, misschien kom ik heel even mee piepen, misschien..."
Ik lig ongelooflijk knus in mijn bed, doe de leeslamp aan en waan me heel even in het paradijs. De kinderen studeren nog voor hun laatste examens en Dageraad is dezer dagen even met de bal getrouwd. Ik overloop een op zijn minst chaotische dag. 's Avonds hielp ik de jongste nog bij de voorbereiding van haar examen Frans. Ik legde de tijden uit en wanneer men "Qui est-ce qui, qu'est-ce qui, qui est-ce que en qu'est-ce que" gebruikt alsook het gebruik van "lequel, laquelle, lesquelles" en de contracties met de voorzetsels zoals in "desquelles" en "auxquelles". Op het werk heb ik mijn laatste week aangevat. Ondertussen blijken de bezoekjes bij het plaatselijk interimkantoor nergens toe te leiden. Tosca zal het weer alleen moeten klaren. Misschien door een kantoor in de stad aan te doen of zelf te zoeken - zoals ik reeds tweemaal deed de voorbije jaren, mét succes. Voor mij zit er geen levenslange job in, erg vind ik het niet, het is het lot en mijn ambities - uiteindelijke ambities liggen elders. Waar de werkwind me volgende keer heen zal blazen is een raadsel, ik laat komen wat komt. Er valt altijd wel iets uit de bus. Soms leuk, soms een vergiftigd geschenkje, maar kom, het gaat om de ervaring. Je leert toch maar telkens iets bij, op welk vlak ook. Dat kan gaan van mensenkennis tot puur theoretische zaken tot verruiming van de gedachten enzovoort. Als het waar is dat men bij de overgang tussen leven en dood een panoramisch overzicht van het leven krijgt, zal ik me in elk geval niet vervelen bij de films over de jobs die ik gedaan heb. Misschien liet ik soms wat te gemakkelijk over me heen lopen, maar dat is allemaal gemakkelijker gezegd dan gedaan. Komt daarbij dat ik een impressionabel persoon ben en je ziet het plaatje zo voor je. Vorige week dacht ik heel even aan mijn opa, de kunstschilder, die zo van Zeeland hield. Toeval of niet, ik trek dit weekend met mijn jongste naar Zeeland. Dageraad moet werken, mijn zoon gaat op stap en de oudste dochter ook. Moet kunnen na een zware examenreeks. Zeeland, ik ben er al heel lang niet geweest. De grachtenstad Amsterdam daarentegen bezocht ik twee jaar terug, op de Gay pride dag. Als kind van negen mocht ik soms een weekje een vriendin en haar ouders vergezellen, naar Cadzand en Nieuwvliet in Zeeland. Het strand was ongerept, veel ruimte, de duinen wild en de zon scheen dikwijls. En met opa bezochten we heel wat kleine stadjes, typische Hollandse stadjes. Het zal goed doen om er eens uit te zijn.
Gisteren heb ik een heel mooie tekst gebaard en ik ben er fier op. Over romantiek, de kabouters uit mijn kindertijd, "fleur bleue" als rode draad doorheen mijn liefdesleven. "Mama, eigenlijk ben je een beetje een "fantast," zegt mijn jongste van veertien, toen ik haar over de kaboutertjes vertelde. Ik vind het een mooie flatterende benaming. "Ja, dat zal dan wel zo zijn, schat..." Maar ik ken mijn grenzen. Zoals nu. De situatie op het werk is niet gemakkelijk, het is niet zeker dat ik de job zal kunnen blijven doen, vanwege tijdelijk te weinig werk. Aangezien ik halftijds werk en dus het meest "kwetsbaar" ben (ik begin in de namiddag te werken), moet ik dus uitkijken naar iets anders. Vort met de hort. Vanaf morgen. Op werkvlak ben ik immers heel nuchter en praktisch. Gelukkig maar... Morgen begint mijn zoektocht naar een nieuwe job. In de voormiddag. Want in de namiddag werk ik voorlopig nog. Vermoedelijk zal ik weer voltijds moeten werken, vanwege de privésector. Tijdens die ene week dop zat de dop me al op de hielen met uitnodigingen voor jobs. Hoe mensen in Brussel jaren kunnen stempelen, is me een raadsel. Mij vatten ze na één week al bij de kraag. Sjonge, sjonge, ik krijg er nog grootheidswaanzin van, zo populair zijn... Het is alsof de halve wereld me nodig heeft. Het is alsof ik pril afgestudeerd ben. Ergens halverwege de twintig of zo. Terwijl ik al twee decades hard gewerkt heb om van de studentenjobs maar te zwijgen. Om maar te zeggen dat ik het superdruk krijg in de komende periode. Solliciteren, rennen van hot naar der, wachten tot het manna uit de hemel valt. Hopelijk valt de omgeving wat mee. Mijn zoon vroeg me een Engelse tekst samen te vatten. Zo mooi, er gleed een traan over mijn wangen. Over mijnheer Barack Obama. Potentiële president. Hoe hij geboren is in 1961 als kind van een Kenyaanse vader die een studiebeurs voor Amerika had gekregen en van een heel blanke Amerikaanse moeder. De ouders hadden elkaars als studenten in 1959 leren kennen en waren gehuwd in 1960. Hoe het huwelijk niet standhield. Zijn ouders scheidden toen hij twee was, in 1963, mijn geboortejaar nota bene. Hoe hij na het tweede huwelijk van zijn moeder met een Indonesische man in Indonesië ging wonen. Zijn moeder kreeg nog een dochter Maya. Achteraf keerde hij terug naar Hawaii bij zijn grootouders, waar hij even wat racisme meemaakte op school of op straat vanwege een andere jongen. De moeder scheidde ook van haar tweede man en het gezin keerde terug naar de VS. Hoe zijn vader met kerst 71 op bezoek kwam, toen hij 10 was, om hem en zijn mama te bezoeken. De vader was inmiddels hertrouwd in Afrika en Barack Obama kreeg er meteen heel wat zussen en broers bij. Hoe hij part-time jobs uitoefende in hamburgertenten, leerde autorijden, tegen acné vocht. Hoe zijn vriend Pablo in het laatste jaar van de humaniora gearresteerd werd voor drugsbezit en zijn mama hem een preek gaf tegen "coke" en tegen "marihuana". Hierbij slikte ik een traan weg, zo herkenbaar voor vele ouders, misschien maakt het ook wat deel uit van de opvoeding. Lach hier niet mee, want een nichtje van een vrouw die ik leerde kennen, is een plant geworden door het gebruik van "coke". Ze kon vroeger zo mooi piano spelen - zei de vrouw - maar nu is ze een plant. Barack slaagde door zijn studies, kon op verschillende universiteiten verder studeren en belandde uiteindelijk in Harvard, waar hij rechten studeerde. Toen hij 21 was, in 1982, belde zijn tante hem op vanuit Kenya : "Zijn vader was gestorven." Hij huisde toen op een piepklein, weinig comfortabel appartement. Een jaar later - in 1983 - kreeg hij een droom over zijn vader die hem zei "altijd van hem gehouden te hebben." In 1995 stierf zijn moeder aan eierstokkanker. Het afwezige sterke vadersbeeld en de ongelooflijk warme en lieftallige moederlijke aanwezigheid maakten hem tot wie hij is.
ROMANTISM FROM THE CRADLE (romantisme vanin de wieg)
Rijmenamse bossen : een jonge moeder zoekt haar jongste telg van vier pinken (jaren) in het grote bos en vraagt haar om te komen eten. "Mama, kijk de kaboutertjes bestaan echt. Kijk, ze leven met z'n allen onder de bomen, onder de paddestoelen, onder het mos. Mama, je moet heel stil zijn, anders hoor je ze niet... je moet ook voorzichtig zijn, anders worden ze bang." "Schatje, je weet toch dat kabouters niet bestaan. Alleen in de sprookjes. Kom nu eten, de broers zitten aan tafel te wachten." "Mama, zeg dat niet. Ze moeten bestaan, anders is het leven véél te saai." Vanaf toen koos ze voluit voor een leven met véél "fleur bleue". Lekker romantisch.
Ze had hem voor het eerst op tv gezien. Ze moet toen zo'n jaar of 12 geweest zijn. Jonge puber. Ze werd verliefd... heel erg verliefd op hem. Ze schreef hem brieven die ze later in een dagboek bundelde, die door haar boezemvriendin als fantastische literatuur betiteld werden en die ze in een bui van melancholie in een Koekelbergse goot kieperde. Hij heette Gregg Henry of ook wel Wesley uit de serie "de Jordaches". Wesley was haar eerste grote liefde. Wat een bink! Wat een stuk! Hoogblonde Wesley. Als vroeg-uitgaanster leerde ze vanaf haar vijftiende ook nog andere jongens kennen die voor kortere of langere tijd een rol speelden in haar leven én in haar hoofd. Een ambiance "très fleur bleue". Telkens weer.
2008 : Hij begrijpt haar of net niet, zet haar af op het werk. Klare taal moet je met haar spreken - denkt hij - a is a en b is b en c is c. Zij droomt tussen zijn woorden in. Hij schept weer wat orde in haar chaos. Zij droomt van zijn "beeld" en heel soms wordt hij een "imaginary" man. Hij ziet haar dan weer als het beeld van zijn droom, het lieve huiselijke vrouwtje met kuren die hij kan bijsturen. Raakvlakken? Nihil of alles? Ruimte? Energie? Muziek? En altijd weer verandert hij in een droombeeld. Alsof hij wil zeggen : "Mag ik nog heel lang in je hoofdje spoken, schat?" Aan elke mens is wel iets raars, alleen de meesten weten het niet van zichzelf. Ze denken dat ze zo "gek" niet zijn. Ach, was ik jou en was jij mij, dan was ik de partituur en jij het lied en droeg jij in je hart het stil en blij verdriet van "vergeet-me-niet". Maar nu ben ik ik en jij jij en zal ik nog heel lang doorgaan met het bewijzen van kabouters die leven - zij het dat je ze niet altijd kunt zien - je moet er in de stemming voor zijn - je moet er ook open voor willen staan...
Hier zijn de "dode" goden mee gemoeid... Het kan niet anders. Geen gefake, geen gedoe, recht voor de raap. Ik klaag niet. Deze vriendschap zit echt goed. Zo goed dat het misschien met "hierboven" te maken heeft. Ik toon me van mijn no-nonsensekant, een beetje nuchter en hyperrealistisch ook. Het lijkt niet af te schrikken, integendeel. Na een jaar met toevallige contacten met mensen die totaal niet bij mij pasten en een lepra-achtige periode waarbij één na één mensen uit mijn leven verdwenen (reeks sterfgevallen enzo) is dit als een Pajotse herberg tijdens de bedevaart naar één of ander pelgrimsoord zoals Compostella, als een zweem dansende engelen op een ziektebed, als een soulmoment. Zo zie je maar, aan slechte momenten komt een einde. Ditmaal heb ik niet echt een eindegevoel, ook geen begingevoel. Djeezes, het klikt. Ja, ik was de jongste thuis. Ja, ik ging vroeg uit. Ja, ik ben nooit de braafste geweest. Ik liet ooit de hosties vallen, ik was amper zeven, en dacht bij mezelf " Wat een gedoe, waarom zijn ze boos? Binnen een aantal jaren is er misschien maar weinig volk in de kerk". Als een soort premonitie. Begrijp me niet verkeerd, ik heb veel respect voor de mensen die hun godsdienst beleiden, heb ook katholieke roots enzovoort maar het zijn tenslotte toch allemaal dingen die de mensen gecreëerd hebben. Om zin te geven. Wat op zich heel goed is natuurlijk. Alleen, het blijft des mensen's creatie. Als het mensen dichter bij elkaar brengt, prima. Jezus was ongetwijfeld een fantastische figuur. Mijn ogen dwalen af naar de mooie jonge Jezus die in het eerste leerjaar op de muur hing. Ik ben ook maar een mens, hoor... Ik denk even aan mijn pa met wie ik het eigenlijk nooit goed heb kunnen vinden. Wat zagen/zien zijn veel jongere vrienden in hem? Wat zien anderen in mij? Vriendschap is een mysterie.
Helemaal out of the blue, uit het niets dook een nieuwe vriendschap op. Totaal onverwacht. Het leven kan rare bochten nemen maar heeft toch wel verrassingen in petto. Meestal op een manier die men niet verwacht. Men moet er alleen open voor staan, zich niet krampachtig vasthouden aan wat is... Vriendschap. Geven en nemen.
De oudste studeert urenlang op zijn examen wiskunde, algebra et ruimtemeetkunde. Eerlijkheidshalve moet ik toegeven dat het mijn petje te boven gaat. Ik heb geen ervaring met deze materie. Hij trekt goed zijn plan, moet ik zeggen, want ook Dageraad kan hem niet bijstaan. Dageraad speelt voor chauffeur om de kroost 's morgens naar school te voeren, ik speel voor kokkin met eten op vaste tijdstippen. Als ik er niet ben, maak ik het eten op voorhand klaar. Overal formules, oefeningen, bewijzen, vergelijkingen, het is net "Chinees" voor mij. De cursus zelf weegt een half ton. "Kijk, mama, dat is een oefening voor het ingangsexamen ingenieur..." Ik slik en denk misschien moet hij dan geen voorbereidend jaar doen. Ach, laat komen wat komt. De tweede heeft een examen scheikunde. Iets met redox. Het laatste deel werd hen in een wip uitgelegd en ze had het even moeilijk - gisterenavond - om het erin te stampen. Ik probeer haar wat moed in te pompen, maak een schoteltje aardbeien klaar, sleur de ether in dat scheikunde veel met ox te maken heeft. Zuurstof enzo... Ze moet erom lachen. De jongste studeert in de namiddag bij haar opa en oma die hier maar een paar straten vandaan wonen. "Ik heb zelfs in de tuin geleerd bij opa-oma, het was zo'n goed weer..." Ik ondervraag haar biologiecursus, leer wat bij over fibrinogeen en de stremstof in het bloed, over de werking van de nieren enzovoort... "Ze denken dat ik dokter wil worden,... Wat zal ik daarvan nog onthouden volgend jaar?" "Ach," steun ik haar, "in de humaniora moet je dikwijls zaken leren die je achteraf niet helemaal onthoudt... Dat is nu eenmaal zo." Mijn lakonieke bewering heeft succes. Ze kan ermee leven. We houden het dus muisstil in huis. "On dirait qu'on vit dans une prison," zeurt Dageraad. "Ecoute, chou, ce ne sont que deux semaines, deux semaines, cela ne veut pas beaucoup dire dans une année. Et s'ils réussissent, tant mieux après..." Op het werk zijn er verschuivingen aan de gang. De "causeur" verlaat het schip, heeft een werkplek dichterbij huis gevonden. Blijkbaar stak de file hem dan toch tegen. Ik wens hem veel geluk toe en hij moet lachen. Hij moet altijd lachen als hij mij ziet. We hadden af en toe wel goede babbels. Ik zal hem missen... Er duikt anders wel veel nieuw volk op. Een vrouw die ik nog als heel jonge vrouw gekend heb in 1998 (ze was toen 26), toen ik bij een grote telecomprovider werkte. "Ze ziet er streng uit," zegt een collega. Ik zeg dat ik haar ken van vroeger. Ik vond dat ze er toen erg sexy uitzag. Een piercing, naveltruitjes, we schrijven 1998. Dit alles heeft plaats gemaakt voor een mantelpak met lange broek. Mensen veranderen. Worden serieuzer. Ze heeft nog steeds haar donkere lange haren. Ze ziet er best mooi uit. "Streng" volgens een jongere collega. Jonge mensen zijn soms kritisch. Hoe dan ook, bij mij is ze allang goedgekeurd en ik gun haar haar verantwoordelijke positie. Ik ben nogal mild in sommige zaken. Wegens het uitblijven van synchronisering op een ander project, werkt een andere collega op "mijn" project. Ze houdt - naar mijn zin - een veel te hels tempo aan. "Wat heeft die ingeslikt vandaag. Ai, dat wordt doppen, als het werk afgehandeld is," schiet het door me heen. Ik vind het eigenlijk niet eerlijk dat ze niet naar huis is gegaan, zoals de andere collega van haar project en zoals ikzelf, een week geleden toen er geen werk was op mijn project. Maar ik ben geen chef. Vanaf september kijk ik wel uit naar iets nieuws. Want als ik werk, wil ik er ook voor gaan en en niet af en toe thuisblijven wegens dop. Buiten is het schitterend weer en het is heerlijk om met de fiets te gaan werken. Meer dan met het openbaar vervoer, kan men een "break" maken tussen werk en thuis. Met de "auto" evenzeer, vermoed ik. Met de "auto" kan men evenzeer een "break" maken. Soms vraag ik me af "honey, wat kwak je toch allemaal op het internet", maar ik vind het zalig. Vertellen is mijn lange leven en misschien heeft er iemand toch iets aan.
De sfeer was "hot". Ideaal om mijn persoonlijke "troep" wat aan de kant te zetten. Ik was in goed gezelschap, een bevriend koppel en hun mama. Italianen. Vroeger grepen de Spaanse feesten in het Elisabethpark plaats, op een boogscheut van ons huis, maar momenteel huizen ze aan de voet van het atomium. De bollen blonken als nooit tevoren en Spaanse en Zuidamerikaanse muziek knalde door de boxen. Ik sloeg een paar drankjes achterover (mojito) en proefde wat van de calamares de la Romana en de gambas. Toen ik thuiskwam wachtte Dageraad mij al op. "Tu sais bien que je t'aime chérie, toi et les enfants, sinon je ne resterais pas ici..." Ik probeerde zijn standpunt ook eens te bekijken. Ik bekeek alles vanuit zijn ogen en daar gingen we weer... Love or weakness??? Time will tell...
Dageraad is de last beu en wil met de noorderzon vertrekken. Terug naar zijn thuisland. "Chéri, si tu es plus heureux là-bas, vas-y alors..." "Dans notre famille on n'abandonne pas sa femme et les enfants..." "Ce n'est pas bon de vivre dans un mensonge... Si tu es plus heureux là-bas, vas-y, je ne te retiens pas..." Het is een beetje veel geweest de laatste tijd, de tegenslagen. Achteraf doet hij weer poeslief. Maar iets in mij is geknakt. Het is nochtans niet de eerste keer. Ik verlang naar de brede vriendschapsschouder van Michel. Hij begreep me veel te goed. Maar Michel is dood. Ik slik mijn tranen in. Ik ben een sterke madam (geworden) en kan desnoods de kar van het gezin alleen voorttrekken. Toch is er liefde tussen ons, er is altijd een sterke fysieke band geweest. We zijn nu achttien jaar samen. Dat gooi je niet meteen weg. Hij is als een tatouage in mijn huid. Oh Lord. Dromen van betere tijden. Ondertussen uit de bol gaan. En alles vergeten... FF mineur...
"Ca plane pour moi..." zeg ik tegen mezelf. "Das leben ist wunderschön", "Ca plane pour moi", "the best is yet to come, Bonita la vida..." Zo pep ik mezelf op. In een schaduwachtige periode. Une période en dents de scie. Misschien ga ik de volgende hit nog duizend keer opzetten. Tot het echt tot me doordringt. Op de Euroferia Español of is het Euroferia Andaluz (tijdens het weekend) plan ik ook wat uit de bol te gaan. Ik heb het verdiend. En dan nu, the "real" Plastic Bertrand... Opgelet, het fragment komt uit "Kultnacht" niet uit "Kutnacht". Grapje...
Aan allen die een dipje hebben, dans mee op de muziek, het is net wat men nodig heeft...
Ik weet totaal niet wat mij vandaag te wachten staat. Naar het schijnt mag ik spelen in een vervolgverhaal op mijn vorige job. Ik zal mijn beste beentje weer moeten voorzetten. Mij opnieuw moeten aanpassen aan de "bureauwereld". Ik was er al wat uitgegroeid. Vakantiestemming, vive la liberté. Retour aux sources. Gelukkig ben ik flexibel met dank aan het gesternte dat bij mijn geboorte boven in de hemel stond te bengelen. Chantal, het lief van Michel zaliger, teruggezien. Ze mist, mist, mist hem... In haar ogen ontdek ik een andere wereld. Ze koestert haar verdriet als een bewijs van liefde voor hem. Als een ragfijn kunstwerk van tere liefde. Ook dit is kunst. De smogmist die over onze heimat hangt, versterkt het missen. Ik mis hem ook, maar niet uit liefde, als gewone vriend. Life goes on without Michel. Op het thuisfront alles kits. Mijn oudste dochter van 15 en een half is heel gelukkig. Prille ? Maar ze wil het niet toegeven aan zichzelf. In tegenstelling tot mezelf schiet ze niet zo vlug in vuur en vlam. Misschien beter... wie zal het zeggen. Voor de rest wil ze niet figureren in deze blog en dat respecteer ik. De jongste van bijna veertien vond dan weer een schat aan zakgeld in een schuif. Ze wist niet waar ze het verstopt had. Ze wil haar garderobe uitbreiden met een kleedje uit de Joepie. "Bellen, mama, bellen..." Mijn zoon van zestien en een half heeft zijn eerste examen van de examenreeks. Frans. Camus, Merle, grammatica, vocabulaire. Ik heb hem gisteren nog wat geholpen. Hij zit nu in het voorlaatste jaar. Volgend jaar wordt het spannend uitkijken naar een kot. Want hij wil op kot. Hier thuis is er teveel lawaai om deftig te kunnen studeren, vindt hij. Het is waarschijnlijk ook wel zo. Komaan, Tosca, maak je op en neem je plaats in. Add meaning........
Vanaf morgen moet ik terug aan de slag - meldt het interimbureau mij. Mijn tikker slaat over. Dit had ik echt niet verwacht. O my God... Ben ik blij, happy? Ik voel me een speelbal... Weet niet meer hoe ik moet reageren. Al komt het geld wel van pas. Maar het voelt alsof ik geen controle meer heb over het leven.
Souvenir, souvenir... We wandelden naast de atletiekpiste op de universiteit. Nico (naam veranderd), een collega-student, en ikzelf. Hij droeg een lange grijze regenmantel en ik een gelijkaardige jas die ik me ergens op een uitverkoop had aangeschaft. Mooi model, dat wel. We kleedden ons graag in een soort new-wave, romantische stijl die bij onze studies (Romaanse taal- en letterkunde) paste. Vintage vóór vintage, halfweg de jaren tachtig van vorige eeuw. "Hoe jij door die studies glipt? Je bent zo speels, zo jong, en toch slaag je in de examens, je glipt als een mysterie overal door." Hij was vroeger in de humaniora nog met een vriendin geweest die ik ook op de univ leerde kennen. Nu kwam hij openlijk uit voor het feit dat hij homo was. Hij was ook zo een beetje mijn "maat" geworden, een vriend - zonder meer, een close, close, close vriend. "Ach, Nico, ik leer snel. Ik was altijd bij de eersten van de klas." Als kind beleefde ik continu de zonnezijde van de zon, besef ik nu, terwijl ik nu - af en toe - het genoegen krijg kennis te maken met de schaduwzijde. Boeiend, dat wel, maar niet altijd gemakkelijk. Nico en ik werden erg close, we vertelden veel, legden onze ziel bloot, vertelden over kunst en onze favoriete schrijvers. Meer nog, hij liet me ooit een jointje proeven, met mijn akkoord weliswaar. "Dat moet je een keer in je leven gedaan hebben, Tosca..." klonk het. Nadien heb ik het nooit meer gedaan. Op de metro praatten we in een groepje over onze toekomst. Sommigen zouden nog verder studeren. "Wat ga jij doen? " vroeg een collega-studente met Oostenrijkse roots. "Ze gaat werken, tiens..." antwoordde hij in mijn plaats. "Ons Tosca heeft het hoofd op haar schouders (lees "is realistisch"- zo zag hij mij), ze gaat werken om haar boterham te verdienen en een gezinnetje stichten met man en kinderen..." Gisterenavond vroeg Dageraad mij waar de tranen in mijn ogen vandaan kwamen. Maar ik dacht aan Nico. Plus, ik dacht aan de voorbije dag. Het interimkantoor stuurde me een contract voor deze week. Heen-en-weer getelefoneer. Ik ben toch thuis? Niemand vroeg me om opnieuw te gaan werken. Ik vraag beleefd ijzig maar dat laatste adjectief kan ik goed verbergen of ze me op de hoogte willen blijven houden. Of ik moet gaan werken of niet. Surfend op het internet stel ik vast dat Nico al heel wat artistieke dingen heeft gedaan. Als ik aan Nico denk, denk ik aan "Vintage vóór vintage"... Wisten we veel