Beste Marcel Vanthilt,xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Zopas heb ik de laatste regel van je boek Het verhaal van mijn vader Edgard gelezen: Ik hoop dat je er blij mee bent, pa. Op de titelpagina staat, eigenhandig door jou geschreven: Antwerpen, 11 november 2009. Voor Kris! Van harte, MARCEL VANTHILT. Mijn dochter had dit voor mij geregeld tijdens de boekenbeurs en ze heeft mij het boek geschonken als nieuwjaarscadeau. Drie dagen geleden pas ben ik eraan begonnen: waarschijnlijk het enige boek dat ik, om zo te zeggen, in één ruk heb uitgelezen. Samen met Vroeger waren wij veel jonger van Gaston Durnez, is het één van de weinige boeken waar ik de laatste jaren écht plezier aan beleefd heb. En juist dáárom denk ik dat je er geen literaire prijs voor zult krijgen: het is té goed. De laatste tijd vallen naar mijn gevoel enkel dat soort boeken in de prijzen waar ik mij slechts met heel veel moeite, of zelfs helemaal niet, doorheen kan worstelen.
Ik vind het boek niet alleen vaak ontroerend en grappig, het is ook zeer leerzaam, vooral wat betreft de politiek en de geschiedenis van ons land. Tot mijn schande moet ik bekennen dat Edgard Vanthilt mij onbekend was. En dat ik de herkomst van het woord kabberdoes niet kende. Een grote toekomst lijkt mij weggelegd voor het woord kontement, op de vijfde laatste alinea van pagina 233. Een drukfout, ongetwijfeld, die echter niet zal misstaan in een uitdrukking als een dame met een volumineus kontement bijvoorbeeld
Uw vader en grootvader zijn beiden amper vooraan in de zestig geworden en het lijkt erop dat jij er sterk rekening mee houdt dat je laatste tien levensjaren ingetreden zijn. Ten onrechte: ik denk dat jij zeker nog veertig jaar mee kunt, en in goede gezondheid! Mijn kansen om drieënnegentig te worden zijn theoretisch iets groter dan die van jou, om de eenvoudige reden dat ik dit jaar reeds zeventig word. Maar als ik mij baseer op de leeftijd van mijn vader toen hij stierf, dan is het met mij afgelopen op 31 maart a.s. Mijn vader Cyriel heeft precies 25.502 dagen geleefd: hij is gestorven op 8 juni 1973, d.i. 27 dagen ná uw vader Edgard. Ook ík heb met liefde geschreven over mijn vader in mijn autobiografisch boek O jerum jerum jerum
, dat evenwel in hoofdzaak handelt over mijn (vrij turbulente) studententijd. Mijn vader was een simpele bouwvakker, weliswaar een bewame vakman en ongetwijfeld met een goed IQ, doch met een veel te groot rechtvaardigheidsgevoel en zonder enig benul van zaken. Hij kon zich niet van de gedachte ontdoen dat niemand zijn boterham op een eerlijke manier kan verdienen dan met hard labeur. Desalniettemin heeft hij zich van s morgens vroeg tot s avonds laat krom gewerkt, opdat zijn enige zoon zou kunnen studeren en het dus verder zou brengen dan hij en
zonder hard labeur. Mijn vader stond bekend als een eerlijk en ernstig man, doch allesbehalve als een sociaal mens: precies het tegenovergestelde van een BV. Ook ík ben allerminst een BV. Probeer dan maar eens je memoires in boekvorm uit te geven. Bij een uitgeverij print on demand, ja dat lukt. Maar daar kom je nog niet mee in de boekhandel, laat staan op de boekenbeurs. En toch zijn er iets meer dan 300 exemplaren verkocht van mijn O jerum: een halve bestseller, zeggen sommigen
Per slot van rekening toch niet zó slecht, voor iemand met vermoedelijk weinig schrijverstalent! Dat schrijverstalent heb jij ongetwijfeld wél: ik ben er zeker van dat het boek over je vader Edgard een groot succes wordt.
Laat ik je nog vertellen dat we elkaar reeds ontmoet hebben: op een trap in het Flageygebouw, tijdens de taaldag 2009. We hebben toen een paar minuutjes gepraat. Voor mij waren het zéér aangename minuutjes. En tenslotte nog dit: had je er een vermoeden van dat er in ons land nog mensen zijn die de veelzijdige Marcel Vanthilt van de VRT niet kennen? Toen ik onlangs iemand vertelde dat ik voor mijn Nieuwjaar een boek van Marcel Vanthilt had gekregen, antwoordde hij: Marcel Vanthilt, is dat niet die ontwerper van overhemden? Zo zie je maar
Met zeer genegen groeten en dank voor het schitterend proza.
Kris Vansteenbrugge.
|