Vragen die heel het land in de ban houden... Heeft de heer Kwikkelbornee, minister van justitie in de nachtelijke uren en op de openbare weg 1° de manneke-pis houding aangenomen en al of niet gedreigd tot de daad over te gaan? 2° of was het enkel maar luchtgitaar spelen? 3° of heeft hij daadwerkelijk tegen de politiecombi geplast?
- Ik sta recht in mijn schoenen, zegt de heer Kwikkelbornee.
- U ontwijkt de vraag, Excellentie. Nogmaals: hebt u geplast, of deed u maar alsof, of was het luchtgitaar.
- En nogmaals zeg ik u dat ik recht in mijn schoenen sta.
Het is duidelijk dat minister Kwikkelbornee weigert te antwoorden op een vraag die nochtans van het allerhoogste staatsbelang is. Kwikkie, zoals de minister in de volksmond genoemd wordt, is van liberalen huize, en ik laat dan ook niet na mijn ouwe schoolmakker Jef, die zelf een donkerblauwe liberaal is - vrijheid blijheid! - met het geval te confronteren, al was het maar om Jef een beetje te jennen.
- Gij hebt recht van spreken! zegt Jef. Gij hebt indertijd toch in de brievenbus van de eerste minister geplast!
De goeie Brave Jef, hij leest al jaren trouw mijn blogs, en van dat ene verhaal (www.bloggen.be/kris) van 14/5/2006 over mijn bezoek aan de Savaanstraat moet hij ongetwijfeld bijzonder hard genoten hebben. Voor de paar lezers die het verhaal toentertijd misschien niet gelezen hebben, laat ik hier een uittreksel volgen...
Tegenover een van de eerste huizen aan mijn rechterkant blijf ik staan: het nummer 37. Is dit het huis waar de toenmalige eerste minister Theo Lefèvre gewoond heeft? In de brievenbus van de eerste minister plassen (via een gleuf in de voordeur!) gold toen als een daad van opperste studentikoziteit, een ware uitdaging voor al wie zich na het middernachtelijk uur, na een bezoek aan den Amber, de Casbah, den Tivoli of de Kuiperskaai, met een stuk in zijn kraag doorheen de Savaanstraat kotwaarts begaf. Grote risicos waren er overigens niet aan verbonden. Het is mij althans niet bekend dat ooit één student voor deze wandaad door de flikken betrapt is geworden. Ik vraag me overigens af of Theo er wel écht woonde. En toch is het Freddy Velghe een keer slecht bekomen. Freddy was nogal groot geschapen en het kostte hem moeite om zijn lid door de gleuf te krijgen. Terugtrekken ging helemáál moeilijk. Er werd gezegd dat Freddy die nacht op zijn kot drie uur met zijn piemel in ijskoud water heeft gezeten
Het huis nummer 37 heeft een façade van witte rechthoekige steenblokken. Het is mij vroeger nooit opgevallen. Er komt toevallig een man uit het huis. Hij gaat iets halen uit een auto die aan de overzijde van de straat geparkeerd staat. Deze kans mag ik niet laten voorbijgaan.
- Pardon, mijnheer, mag ik u misschien vragen of u in dít huis woont?
- Jazeker, in dít huis, nummer 37.
Een minzame nette man van in de zestig met een mooie zilvergrijze haardos.
- Weet u of hier in de buurt Theo Lefèvre gewoond heeft. Hij is eerste minister geweest.
- Zeker, zegt de man. Hij woonde in dit huis, in het huis waar ík nu woon.
Deze man is vriendelijk doch niet overdreven mededeelzaam. Voortgaand op zijn chic uiterlijk zou hij een professor kunnen zijn, of de zoon van de gewezen eerste minister, of beide? Ik durf dat allemaal niet te vragen. Ik vraag hem wel of er na Theo Lefèvre nog andere mensen in het huis gewoond hebben. Neen, niemand. Of de façade misschien veranderd is? Neen, enkel gezandstraald. Het is een mooi huis. Vroeger is dat mij nooit zo opgevallen. Bovenaan de voorgevel: vier stenen met een uitgebeiteld reliëf. Van hier beneden kan ik niet zeer goed zien wat het allemaal voorstelt. De brievenbus zit nu ook niet meer in de deur, maar náást de deur, in de muur. Van dat plassen in de brievenbus zwijg ik wijselijk. Ik zeg enkel nog: dank u wel mijnheer en
ach, waar is de tijd.
Ik probeer Jef aan 't verstand te brengen dat hij de beide niet met elkander moet vergelijken. Ik was geen minister van justitie, ik was achttien of negentien en Kwikkie is vijftig, ik heb mijn daden nooit ontkend of er over gelogen en zoals hierna zal blijken heeft mijn slachtoffer zelf, in casu de eerste minister, die een uiterst minzaam man was, de misdaad wellicht met de mantel der liefde toegedekt. Waarom ik dit laatste durf beweren? Op 15 augustus 2006, een paar maanden na het verschijnen van mijn verhaal over de Savaanstraat, kreeg ik deze reactie:
|
Dag Meneer. Ik heb uw artikel gelezen en, in het bijzonder, wat u schrijft over het huis gelegen Savaanstraat 37 in Gent. Ik ben niet de man waarmee u gesproken hebt. Ik ben een stuk jonger, maar wel de enige overlevende zoon van Theo Lefèvre. Ik ben een "laatkomer" en in Gent geboren in 1959. Mijn vader heeft daadwerkelijk in het huis in de Savaanstraat gewoond, alsook de hele familie. Wel is het zo dat toen hij Eerste Minister werd, in 1961, de hele familie in Brussel is gaan wonen, met behoud van ons huis in Gent, waar mijn vader heel regelmatig verbleef en aanwezig was. Het huis in de Savaanstraat is na de dood van mijn vader in 1973 verkocht. Het is raar, want toen ik vorig jaar het huis in de Savaanstraat aan mijn vrouw en mijn twee kinderen liet zien, vond ik het plotseling mooi en zo'n herinnering had ik niet. Uiteindelijk, wat het plassen in de brievenbus betreft was mijn vader uiteraard op de hoogte, maar hij had een ontzettend groot gevoel voor humor. Ter informatie : aangezien ik sinds kort ook in de actieve Brusselse politiek zit, zal ik u niet mijn privé-adres geven om eventuele gelijkaardige studentgrapjes te vermijden. De gleuf van de brievenbus is sowieso te hoog ;o) Allerbeste groeten. Pascal Lefèvre |
En als mijnheer Kwikkelbornee nu eens eerlijk zou durven bekennen wat er precies gebeurd is. Het zal hem wellicht zijn ministerpost kosten maar het land zal gered zijn en een nieuwe mooie en lukratieve job staat hem dan ongetwijfeld nog te wachten, buiten het licht van de schijnwerpers, als CEO of PDG of "iets in Europa". Of als luchtgitarist. Mij doen ze alvast niks meer... Mijn zaak is nu na vijfenzestig jaar welzeker verjaard en ontslagen ben ik ook al, als ziekenhuisarts, achttien jaar geleden, omdat ik de pensioengerechtigde leeftijd had bereikt, en dat op het ogenblik dat ik mij op het hoogtepunt van mijn medisch kunnen waande. Maar nu moet ik dit betoog stoppen, want ik moet nu dringend luchtgitaar spelen. Dat overkomt mij de laatste tijd wel eens meer. De pensioengerechtigde leeftijd zeker?
|