De paasdagen zijn achter de rug: Witte
Donderdag, Goede Vrijdag, Stille Zaterdag, Pasen, Tweede Paasdag
Maar is dat wel zó? Niét volgens filosoof Jan Bauwens.
Volgens hem zijn wij blijven steken op Stille Zaterdag en is Pasen nog lang
niet in zicht. Ik citeer (uit www.bloggen.be/tisallemaiet):
Onze psychologie
kan dit niet verwerken: als een kwaad maar groot genoeg is,
zal het niet langer als zodanig gelden doch daarentegen als een goed. Om die
reden wordt de naam van Napoleon Bonaparte (1769-1821), een der grootste
massamoordenaars aller tijden, alom in ere gehouden met reusachtige
standbeelden en andere eretekens bij de vleet; naar hem worden in alle
metropolen ter wereld restaurants en cafés genoemd en zelfs allerlei
luxeproducten, incluis dranken en bonbons, alsof hij een sinterklaas was of een
paashaas. Hetzelfde geldt voor Nero (37-68), Mao (1893-1976), Stalin
(1878-1953) en vele andere tirannen. Het droppen van de atoombommen op
Hiroshima en Nagasaki die in één klap een kwart miljoen mensen ter plekke deden
verdampen zodat het enige spoor dat van hen restte een zwarte vlek was op de
grond, wordt niet alleen herdacht door de slachtoffers: ook de daders bleven
hun heldendaad vieren, onder meer met de tentoonstelling in het National Air
and Space Museum, in Washington D.C., van de belangrijkste onderdelen van de
Enola Gay het vliegtuig waarmee de bommen werden gedropt tot de dag dat het
tuig met verf en bloed besmeurd werd. En de Japanners werden sinds die zwartste
dag uit hun geschiedenis de beste bondgenoten van de moordenaars van hun volk.
Maar als onze psychologie niet
in staat is om een kwaad te verwerken dat al te groot is, waarom zou hetzelfde
dan niet waar zijn voor een al te groot goed? Het is bijvoorbeeld algemeen
geweten dat het menselijke besef van het mirakel van het leven bijzonder
ontoereikend is. Of spreken de kwistigheid met levensbelangrijke zaken, met
mensenlevens en met levende soorten dan geen boekdelen? En het gemak waarmee
men oorlog voert, de onbezonnenheid van landen en hun leiders? Onze psychologie
blijkt derhalve evenmin in staat om een goed dat al te groot is, te bevatten.
Vandaar de vraag: zou het niet kunnen dat niet slechts het leven maar evenzeer
het eeuwig leven of de verrijzenis behoren tot die goederen waarvan de omvang
het bevattingsvermogen van onze psychologie simpelweg te boven gaan?
Want dat wij het wonder van het
biologische leven altijd zo fel onder zijn waarde schatten, komt doordat wij
eraan gewoon geraakt zijn, zoals men zo vaak zegt, en gewenning is niets anders
dan ongevoeligheid, psychisch onvermogen of een tekort aan besef. En gaan zij
die het leven na de dood verwerpen omdat zij zeggen dat niemand dit bevatten
kan, er dan niet verkeerdelijk vanuit dat het leven vóór de dood wél
bevattelijk zou zijn? Ja, zij verwijzen naar de wetenschappen, die de religie
van de nieuwste tijd zijn, maar zij blijven een religie. Want meer dan
beschrijvingen geven de wetenschappen vooralsnog niet. Meer kan onze
psychologie vandaag kennelijk niet verwerken. Pasen blijkt een zaak voor veel
en veel later een zaak voor een tijdperk dat nog volgen moet op dat van de
vrede, dat nog lang niet in zicht komt. Wij houden noodgedwongen halt bij
Stille Zaterdag.
Desalniettemin heb ik zondag, de dag ná Stille
Zaterdag, genoten van het eerste lentezonnetje, van de Ronde van Vlaanderen en
van een ontiegelijk groot paasei dat de klokken van Rome te onzent hebben gedeponeerd

en van Rambo, het schattig dwergkonijntje, dat voor
een zestal dagen bij ons op bezoek is omdat zijn bazinnetje op vakantiereis is.
Rambo is de naam die ik hem geef zijn echte naam is bolleke of iets in die
zin sinds hij mij een venijnige beet in mijn vinger heeft gegeven toen ik mij
in zijn kooitje waagde om er iets weg te nemen. Overigens een bijzonder lief en
aaibaar beestje, maar wat in zijn kooitje ligt is van hém en wee hem die er
iets wil wegnemen! En proper dat ie is, en zuinig: hij ruikt aan zijn
keuteltjes en als hij oordeelt dat er nog enige voedingswaarde inzit eet hij ze
weer op
Ik denk dat we een traantje zullen wegpinken als hij weer naar zijn
bazinnetje moet.

Het bazinnetje van Rambo, alias bolleke woont in
Kaster, en dat zet mij plots aan het denken. Zou hij een afstammeling kunnen
zijn van de beroemde Karel over wie Joris tKint in 1992 een boek heeft
geschreven: Karel, het verhaal van een dwergkonijn? De auteur van het boek
is immers geboren en getogen op de Molendam in Kaster, in het huis waar hij tot
op heden altijd gewoond heeft
Hier volgt een citaat uit de eerste pagina van het
boek:
Er lagen verschillende
hokken naast elkaar en de kandidaat-eigenaars keken het eerste hok in. De
konijnen leken hun allemaal veel te groot en ze hadden bovendien lange oren.
Boer Jef had hen gewaarschuwd dat een uitgesproken kenmerk van een
dwergkonijntje zijn kleine, spitse oortjes waren. Ze schoven nieuwsgierig door
naar het tweede hok en dan naar het derde, maar geen van de konijnen
onderscheidde zich van zijn soortgenoten die ze al voorbijgekomen waren. Een
tikkeltje moedeloos keken ze het vierde en laatste hok in. De konijnen kropen
onrustig door en over elkaar en hun oren sleepten bijna over het stro en de
resten van het hun toegeworpen groen. En plots, ja, daar zagen ze het! Het had
een zwart velletje en een koddig klein staartje en op zijn kopje stonden kleine
rechte oortjes.
- Dat is m, riepen ze
gelijktijdig uit.
Het konijntje kroop
gemoedelijk nog wat verder naar achteren toe en draaide zich dan rustig om. Hij
had een sneeuwwit driehoekje op de neus.

|