xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Ten eerste (TV1). In een school in Amerika schiet een man zevenentwintig mensen dood. Onder de slachtoffers achttien kinderen.
Er is duidelijk iets mis met de wapenvergunningen in Amerika. Je zal als schoolkind maar neergeknald worden zonder in de mogelijkheid te verkeren om je behoorlijk te verdedigen. Wanneer gaan ze in Amerika eindelijk inzien dat ieder schoolgaand kind dient voorzien te zijn van een degelijk vuurwapen?
Ten tweede (Het Laatste Nieuws). Een klokvaste afspraak bij de arts kost 22 euro extra.
Ikzelf heb mij tijdens mijn hele loopbaan aan klokvaste afspraken gehouden, zonder ooit één cent supplement aan te rekenen. Waarom zou ik ook? Bij klokvaste afspraken zijn beiden gebaat: de patiënt én de arts. Een arts die bijvoorbeeld 44 euro aanrekent voor een consultatie die normaal 22 euro mag kosten en daarenboven het ontvangen bedrag niet invult op het getuigschrift voor verstrekte hulp zal vermoedelijk belast worden op 22 euro: pakweg 11 euro. Hij houdt aan zijn consultatie drie keer zoveel over als de arts die zich aan het vast tarief houdt. Ook de patiënt heeft schuld aan deze mistoestand: homo vult decipi (d.i. de mens wil bedrogen worden). Een dokter die meer geld vraagt zal wel beter zijn, zeker
Dokter Longueville was er zo één. Hij was gespecialiseerd in de inwendige geneeskunde, maar van de geneeskunde had hij maar weinig kaas gegeten. Dat hij zijn patiënten astronomische erelonen aanrekende was algemeen bekend. Hij was een statussymbool voor de gegoede reumatieke vrouwelijke bourgeoisie uit mijn stad. Bij de slager en de bakker, te pas en te onpas, pakten ze uit met hun rendez-vous bij dokter Longueville.
Een ander voorbeeld haal ik uit mijn memoires (O jerum jerum jerum
):
... Na aftrek van de kosten en de belastingen bracht een operatieve neuscorrectie mij vijftienhonderd frank op: drie uur supergespecialiseerde chirurgie plus de nazorg. Daar kon mijn vrouw één keer mee naar de kapper, maar dan mocht het niet de duurste van de stad zijn.
Er was toen een jonge dame uit mijn kennissenkring, een halve filmster, die bij mij inlichtingen inwon omtrent het verkorten van haar neus. Toen ze hoorde hoeveel ik voor zo'n operatie aanrekende, begon ze er waarschijnlijk serieus aan te twijfelen of ik het wel goed kón. Ze heeft haar neus dan maar laten opereren in een andere stad door een plastisch chirurg "met naam". De ingreep kostte haar vierhonderdvijftigduizend frank. In 't zwart! De peulschil die ze aan mij zou betaald hebben, zou ze dan nog integraal teruggetrokken hebben van het ziekenfonds. Die Antwerpse chirurg verdiende zijn centjes in ieder geval nogal vlot, als je dat vergelijkt met mijn povere vijftienhonderd frank
En het resultaat vond ik nog niet eens zo denderend: ik had het ongetwijfeld beter gedaan
Rijk ben ik er dus vanzelfsprekend niet van geworden. Integendeel
|