Volgens Unesco (en ook VN) vereist echt inclusief onderwijs een radicaal geïndividualiseerd leer-proces:
elke leerling can work at his own pace and in his own way, dus: quasi nergens echt inclusief onderwijs. Totale ontscholing vereist.
Spaanse niet-gouvernementele organisaties vroegen
het VN-Comité van het Verdrag Rechten Personen met een Handicap (VRPH) te onderzoeken of Spaanse scholen
systematisch en op grote schaal artikel 24 van het VRPH schenden, waarin het
recht op inclusief onderwijs staat.
Het VN-comité stelde in zijn rapport van 4 juni 2018
vooreerst dat Spanje nog te veel
kinderen en jongeren met verstandelijke beperkingen, gedragsproblemen door ADHD
en stoornissen in het autismespectrum nog te vaak naar scholen voor speciaal onderwijs stuurt:
zon 20%. Dit is volgens het comité tevens in strijd met de Spaanse wet, waarin
het recht op inclusief onderwijs wordt erkend en dus gewaarborgd moet worden.
Scholen moeten aanpassingen doen, opdat alle kinderen onderwijs kunnen volgen
op reguliere scholen.
Het VN-comité stelde wel vast dat het aantal
inclusieleerlingen is toegenomen, maar
de kritiek luidt dat zelfs die leerlingen geen echt inclusief onderwijs
genieten, maar veelal uitgesloten worden
van het gewone lesgebeuren en met aparte taken bezig zijn in aparte klassen of
bij inclusie in gewone klassen.
Inclusieleerlingen krijgen volgens het comité ook in gewone
klassen nog veelal een apart curriculum; ze
nemen dus niet echt deel aan de
gewone lessen voor rekenen, taal
Ze krijgen er aparte taken die veelal zelfs geen verband houden met de gewone
les. Ook dit is volgens het comité in
strijd met het VN-verdrag. We citeren: Students with disabilities,
particularly those with intellectual or psychosocial disabilities, who attend
mainstream schools con-tinue to be separated from their classmates, who view
their presence in the classroom as an exception. The Committee observed that in
the majority of cases where students with disabilities were taught in ordinary classrooms
in ordinary schools, they were usually given work that was different from that
given to the rest of the students and that was not necessarily related to the
lesson, reinforcing their exclusion, denying their right to an inclusive and
quality education.
Volgens dit rapport geniet Maxim met Down in het vierde
leerjaar van de school in Schoten ook geen echt inclusief onderwijs omdat hij
meestal niet participeert aan de gewone lessen en taken, maar apart les krijgt.
En ook onze ondersteuningsnetwerken deugen volgens dit rapport niet.
Een andere merkwaardige kritiek luidt dat er grote
verschillen zijn tussen het leerplan op gewone scholen en het leerplan op
scholen buitengewoon onderwijs. The Committee also observed that the
legislative framework allows the mainstream and special education systems to
coexist with different educational standards. As a result, pupils with
dis-abilities can find themselves left by teachers and the administration in a
setting that offers very poor or very few prospects for the pupil and for his
or her performance.
Het comité betreurde eveneens dat een medisch model nog dominant aanwezig
is. Een andere kritiek slaat op de willekeur bij de diagnose van de problemen
van kinderen met een handicap. Dit werkt volgens het comité discriminatie in de
hand op grond van handicap - en dit op alle onderwijsniveaus, in de handelingen
van de leerkrachten, en in juridische
procedures.
Voor de diagnose en
de toelating tot het gewoon onderwijs zijn er ook geen duidelijke procedures en
afspraken en dat leidt tot a range of different practices with regard to the
profile of the profes-sionals involved and the methods applied.
We lezen: There are no clear guidelines on how to conduct
an assessment.This disparity has serious consequences for the children
concerned; generally speaking, it is very difficult to challenge the initial
diagnosis or to have it reviewed. We lezen
verder ook: In practice, the Committee observed that the identification
and assessment of the pupils educational needs are still undertaken at the
initiative of the professional (leerkrachten) involved.
Het VN-comité stelt ten slotte dat inclusief onderwijs een
totale transformatie van het gewone onderwijs vereist - doorgedreven differentiatie e.d., en dat die
transformatie nog niet heeft plaatsgevonden: The Committee took note of
initiatives to move towards educational inclusion. These come in addition to
existing mechanisms and practices but have not led to any major transformation
in the education system. It appears that the difficulties pupils with
disabilities encounter are resolved on an ad hoc basis. In most cases, the
future of a student with disabilities depends on the will of his or her parents
and that of the administrative, educational and inspection personnel involved,
rather than on the realization of his or her right to an inclusive and quality
education. Dit zijn de belangrijkste conclu-sies uit het rapport van het
VN-comité.
Commentaar
De kritiek op het inclusief onderwijs in Spanje is verre van
uniek. In rapporten over de toestand in andere landen treft men steeds dezelfde
kritieken aan. Geen enkel land slaagt er volgens de bezoe-kende VN-comités in
echt inclusief onderwijs te bieden.
In het VN-verdrag wordt het recht op inclusief
onderwijs nogal vaag beschreven - b.v.
ook in een passage in termen van recht op passend onderwijs. Maar we merken dat de VN- inspectiecomités, in rapporten van Unesco-rapporten, Vlaamse inclusie-hardliners,
de Vlaamse rechter omtrent Maxim met Down in Schoten
dit VN-verdrag radicaal en eigenzinnig
interpreteren. Dit is precies het gevaar
dat verbonden is met de ondertekening van zulke verdragen. Dat is ook de reden
waarom sommige landen dit verdrag niet ondertekenden.
Unesco-rapport over
inclusie van 2017 : radicaal geïndividualiseerd leerproces vereist
In 2017 publiceerde ook de Unesco een nieuw rapport over
inclusief onderwijs: A guide for ensuring inclusion and equity in
education. Ook volgens dit rapport was
er in de meeste landen nog geen sprake van echt inclusief onderwijs. En ook volgens Unesco vereist echt inclusief
onderwijs een totaal ander onderwijsconcept, een totaal geïndividualiseerd
leerproces waarin elke leerling can
work at his own pace and in his own way met de leerkracht als coach.
Net zoals in tal van VN-evaluatierapporten betreurde de
Unesco dat nog weinig of geen landen
kiezen voor echt inclusief onderwijs: inclusive schools in mainstream settings
(inclusieleerlingen dus in gewone klassen). In veel landen werkt men nog met
special classes in integrated schools: veelal zitten inclusieleerlingen in
aparte & kleine klasjes binnen gewone scholen zoals in Finland, Italië
e.d. In Vlaanderen werd vóór invoering van de wet van 1970 in 1974
ook grotendeels zo gewerkt. Maar volgens de Unesco zijn dergelijke aparte
klasjes geen vorm van echte inclusie, maar van segregatie.
Daarnaast wordt volgens de Unesco ook nog al te vaak gewerkt met education for these
children in different settings: special schools = aparte scholen voor
buitengewoon onderwijs. In landen met een lage bevolkingsdichtheid kan/kon men
zon scholen moeilijk organiseren, maar wel in Vlaanderen, Nederland ...
Volgens Unesco (en ook VN) vereist echt inclusief onderwijs
dus een radicaal geïndividualiseerd leer-proces: elke leerling can work at his
own pace and in his own way. We lazen: Zolang men leren eng en klassiek definieert als de verwerving van kennis die aangeboden wordt door de leerkracht, worden
scholen opgesloten in strak georganiseerde curricula en
onderwijsaanpakken. In sterk contrast
hiermee gaan inclusieve curricula uit van de veronderstelling dat leren plaats
vindt wanneer elke leerling actief betrokken is en zelf de leiding neemt in het
zinvol maken van zijn specifieke ervaringen. Vanuit die nieuwe visie krijgt de
leraar de rol van begeleider die het engagement en het leren van de lerende stimuleert.
De Unesco voegde er uitdrukkelijk aan toe dat men zon echt
inclusief onderwijs ook niet kan bereiken door voor de begeleiding van de
inclusieleerlingen de aanpak in het
buitengewoon onderwijs te transporteren naar gewone klassen, en de inclusie-leerlingen aparte
ondersteuning te bieden. Aparte
ondersteuning binnen de klas deugt dus ook niet.
Als men aparte ondersteuning van inclusieleerlingen in klas
toestaat, dan merken we volgens het recente Unesco-rapport:
*dat bij het wegvallen van die ondersteuning de leerkrachten
niet weten wat ze moeten doen; *dat bovendien de scholen dan geneigd zijn om
ook voor andere leerlingen zon ondersteuning te vragen in functie van
individuele curricula. En dan krijgen we volgens de Unesco geen echt inclusief onderwijs en wordt inclusief onderwijs onbetaalbaar. Ook
het Vlaams ondersteuningsnet-werk zou dus ook door de VN en Unesco afgekeurd
worden.
Bijlage: kritiek van includie-hardliners op inclusief onderwijs in Vlaanderen in
maart 2018
Op 30 maart 2018 lazen we in de kranten: Vlaams onderwijs
moet inclusiever volgens Europees comité voor Sociale Rechten; en ook volgens
GRIP en andere hardliners. Nadat we in de PANO-reportage van 28 maart
geconfronteerd werden met het feit dat de toename van de probleemleerlingen tot
een ontwrichting van het gewoon onderwijs leidt, vernamen we een paar dagen
later dat ons onderwijs nog niet inclusief genoeg is.
Ook volgens journaliste Inge Ghijs in De Standaard gaat de
invoering van inclusief onderwijs tergend traag. In een Nederlands rapport
van het College voor rechten van de mens van december 2017 wordt eveneens
gesteld dat het Nederlands onderwijs
inclusiever moet & dat er veel problemen zijn met het zgn. passend
onderwijs.
Eens te meer stuurden de inclusie-hardliners, GRIP... niet
enkel aan op de afschaffing van het bui-tengewoon onderwijs,maar ook van het
gewoon onderwijs met zijn jaarklassen, leerplannen, instruc-tie
Ook volgens prof. Geert Van Hove, hét Vlaams boegbeeld van
inclusief onderwijs, vereist inclusief onderwijs een totale omwenteling: Inclusie gaat niet
om het toevoegen van iets bij een onveran-derbaar geheel, maar over een totaal
herdenken van het schoolgebeuren, om ecologische aanpassing van curriculum,
didactiek en instructie (Inclusief onderwijs, Impuls, maart 2005).
En ook volgens de VLOR-platformtekst van 2005 staat
inclusief onderwijs haaks op het huidige leerstofgerichte en meritocratische
karakter van het onderwijssysteem. Het onderwijs moet bereid zijn zich aan te passen aan de behoeften van
elke leerling in plaats van de leerling te dwingen zich aan te passen aan de
onderwijsstructuren en leerinhouden.
De Vlaamse actiegroep
docenten voor inclusie opteerde voor radicale inclusie van alle leerlingen ook
type 2- en type-3-leerlingen met ernstige gedragsstoornissen. Dat is volgens
hen enkel mogelijk indien elk kind in het gewoon onderwijs een eigen
leertraject kan volgen, in zijn eigen tempo en aansluitend bij zijn
mogelijkheden, behoeften en interesses.
Annelies DEspallier die als juriste
veel mocht publiceren over de draagwijdte van het VN-verdrag, stelde in Tertio:
Cru gesteld, het is volgens het VN-verdrag volstrekt aanvaardbaar dat in een
klas een leerling zijn veters leert knopen terwijl zijn klasgenoten zich over
integralen buigen. Maar dat laatste klopt niet: in het Spaans VN-rapport staat
dat inclusieleerlingen hetzelfde curriculum moeten krijgen en met dezelfde
taken moeten bezig zijn als de gewone kinderen.
Ook het M-decreet geeft eigenlijk aan scholen de bevoegdheid
en zelfs plicht om in sterke mate af te wijken van dat gemeenschappelijke
curriculum: voor individuele leerlingen doelen toevoegen of individuele
leerlingen vooraf vrijstellen van het bereiken van doelen (= dispenseren).
De tekst van het M-decreet stelt overigens letterlijk dat
inclusie de eerste optie is en dat het gaat om een totaal andere kijk op
passend en moreel verantwoord onderwijs voor leerlingen met een handicap, om
een ware cultuuromslag: Vroeger lag de klemtoon op de medische benadering,
ondertussen is deze verschoven naar de sociale benadering. De nadruk ligt nu
meer op het sociale defect, op de samenleving/school die niet is aangepast,
dan op het medische defect. De nieuwe visie op handicap ziet handicap als een
afstemmings-probleem tussen de klas- en schoolcontext en de specifieke
onderwijs- en opvoedingsbehoeften van de jongeren. Er zijn blijkbaar geen probleemleerlingen
meer, maar enkel scholen die problemen
veroorzaken.
|