Ik ben Eric De Bruyn
Ik ben een man en woon in Wuustwezel (België) en mijn beroep is pensionado.
Ik ben geboren op 20/10/1955 en ben nu dus 69 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Middelnederlands / laatmiddeleeuwse kunst.
Studies Germaanse Filologie 1973-1977 - Universiteit Antwerpen. In 2000 gepromoveerd aan de KU Brussel
Een raar geval, die Elvis Peeters. Achter het pseudoniem gaat namelijk een schrijversechtpaar schuil: Jos Verlooy (in de jaren tachtig lid van de rockgroepen Aroma di Amore en De Legende ook nooit van gehoord?) en Nicole van Bael. Het is echter de Jos die in de schijnwerpers treedt, zij verkiest naar verluidt om buiten de publiciteit te blijven. Maar goed. Wij is het eerste dat wij van Elvis Peeters lezen. Op de cover plakt een sticker met de mededeling: Waarschuwing EXPLICIETE roman. Wij dachten eerst dat die sticker was aangebracht door onze brave Wuustwezelse hoofdbibliothecaris, maar nee: het blijkt een (slimme) zet te zijn van de uitgeverij. En godverdomme: expliciet is wel het minste wat je van dit boek kunt zeggen.
Het gaat over acht tieners, vier jongens en vier meisjes, in het begin van het verhaal zon zestien jaar oud. Het is zomer en ze vervelen zich. Wat doen ze dus? De vier meisjes posteren zich aan de reling van een brug over de autostrade, doen hun slipjes uit, trekken hun rokjes omhoog. Vier jonge kutten. Wie wil dat niet zien? s Ochtends om halfelf. De tweede dag dat ze dit doen, is het al bingo: ze veroorzaken een auto-ongeval, één dode, drie zwaargewonden, drie lichtgewonden. Eén van de jongens heeft alles gefilmd: We bekijken de beelden opnieuw en opnieuw. We lachen.
Wat doen ze nog? Ze bekijken porno op het Internet, ze verkrachten een kattin, ze seksen met elkaar, spelen seksspelletjes met elkaar. Eén van de meisjes wordt bijvoorbeeld geblinddoekt en men laat een wesp in haar tepels en vagina steken. Wat doen ze nog, zodra ook die spelletjes gaan vervelen? Ze zetten een prostitutienetwerkje op, huren een appartementje in de stad en breiden het netwerkje verder uit. Verdienen mooi en makkelijk geld zo. Spelen ondertussen toch nog altijd seksspelletjes in en rond een verlaten schuur in het bos. Tot één van de meisjes bij zon spelletje ongelukkig valt: schedelbreuk en enkele dagen later dood.
Maar het leven gaat verder. Op een dag zien twee van de resterende meisjes een man in een elektriciteitsmast klimmen om zelfmoord te plegen. Zij sporen hem luidkeels aan tot hij springt. Er komen nog andere meisjes bij het groepje. Eén van hen wordt stomdronken gevoerd, haar pubis wordt onthaard, waarna het woord hoer boven haar vagina aangebracht wordt met een scheermesje en vervolgens haar vagina wordt dichtgenaaid. De jongens gedragen zich meer en meer als echte pooiers, de meisjes als echte sletten. Tot één van de meisjes zwanger wordt. Door haar een aantal keer in de buik te stampen, wordt een abortus uitgelokt. Een ander meisje vat het plan op zich drie keer achtereen te laten bezwangeren om dan een abortus uit te lokken (telkens een week later), de foetussen in een bokaal te plaatsen en het geheel te verkopen als kunst.
Het eindigt ermee dat het clubje enkele Oost-Europeanen helpt koperdraad te stelen, waarna de politie getipt wordt, zodat de koperdraaddieven gearresteerd worden. Als ze op hun scooters terugrijden, ritsen ze in het voorbijrijden nog even het hondje van een oude dame mee en laten ze dat hondje zich kapot rennen, tot het niet meer kan en meegesleept wordt over de grond. Laatste zinnen van het boek: We kregen honger. We keerden een voor een terug naar huis. Waar het ons aan niets ontbrak. De wereld ligt aan onze voeten.
Jaja, expliciete roman. En dat allemaal verteld en beschreven in een onderkoelde, zakelijke stijl met een (verschuivende) personale verteller die voortdurend doet alsof er geen vuiltje aan de lucht is. Af en toe een hoofdstukje waarin de gedachten van één van de meisjes of jongens beschreven worden, maar die zijn zo wollig, dat er weinig uit af te leiden valt. In een recent artikeltje noteert ene Sarah Beeks dat de stijl van Elvis Peeters sober, uitgebeend en onderkoeld is en veel aan de verbeelding overlaat. Dat er in zijn werk meer ongezegd blijft dan dat er wordt benoemd. Dat zijn personages vaak ongedefinieerd blijven en dat men naar hun beweegredenen vaak slechts kan gissen. En dat men in zijn werk een afgerond einde niet snel zal tegenkomen. Klopt allemaal voor deze roman. In verband met Wij signaleert zij: Ook in Wij is hij op zoek naar de grenzen van onze moraal. Deze roman die volgens de schrijver volledig gebaseerd is op berichten uit het nieuws zorgde voor veel ophef vanwege de harde inhoud. En: Deze ongeremde tieners experimenteren, prostitueren en aborteren, met daarachter steeds als leidend principe de moraalloosheid van de vrije markt. ( ) Op een eenduidig oordeel over de beschreven gruwelijkheden, kan de auteur echter niet betrapt worden in de roman. Nochtans luidt het laatste zinnetje van haar artikel: Geschreven in de specifieke stijl zoals we die al uit het vroege werk kennen, klinkt in de literatuur van Peeters steeds duidelijker een geëngageerde stem.
Geen eenduidig oordeel, en toch geëngageerd. Wij veronderstellen dus dat de lezer dat oordeel dan maar tussen de regels moet lezen, daarbij concluderend dat Peeters ons hier een shockerend beeld schetst van (een gedeelte van) de hedendaagse jeugd die totaal amoreel door het leven gaat. Waarbij de auteur dan lekker dubbelzinnig van twee walletjes kan eten: enerzijds de brave lezers eens flink epateren (het woord kut komt in deze roman zon 375 keer voor, wij overdrijven slechts lichtjes) en de minder brave lezers lokken met de belofte van porno en sensatie, en anderzijds een slag om de arm bewaren want uiteindelijk is het allemaal bedoeld als engagement en maatschappijkritiek. Het is een trucje dat al zo vaak vertoond is in het verleden en waar wij zoals bekend niet dol op zijn: eerst de grenzen van het fatsoen en decorum eens flink overschrijden, en dan achteraf snel doen alsof het allemaal bedoeld is als negatieve zelfdefiniëring. Iedereen tevreden, ramptoeristen en moraalridders incluis, en de auteur kan zijn centen beginnen tellen.
Afgelopen week hebben wij nog ergens gelezen of gehoord dat men bezig is deze roman te verfilmen. Ongetwijfeld nu al een kandidaat voor de filmfora op middelbare scholen.
Quotering: 3
(03/11/10)
Geraadpleegde lectuur
Sarah Beeks, Elvis Peeters, in: Kritisch Literatuur Lexicon, september 2010, pp. 1-8.
In deze biopic schetst Stijn Coninx in brede (en dus ook nogal oppervlakkige) trekken het leven van de Belgische bakkersdochter Jeannine Deckers die als non (meer bepaald dominicanes) in 1963-64 een wereldhitje scoorde met het overbekende Dominique, een vrolijk en sympathiek nummertje over de H. Dominicus, de stichter van haar orde. Wij leren hoe het voor deze Soeur Sourire niet altijd rozengeur en maneschijn was, onder meer ten gevolge van haar wispelturige en koppige karakter en van haar liefdeloze moeder. Als er iets is dat onze Jeannine niet zint, bolt ze het nogal gauw af waardoor ze de zaken compliceert en zichzelf kansen ontneemt. Toen ze non-af was, heeft Soeur Sourire (onder een andere naam weliswaar) blijkbaar nog heel wat nummertjes gemaakt, maar het succes van Dominique werd nooit geëvenaard en die nummers komen in de film dan ook maar zeer zijdelings aan bod, behalve dan het nummertje dat zij schreef over de pil (La pillule dor) en waarmee zij de Kerk over zich heen kreeg. Verlaten door jan en alleman en volop in de financiële problemen zocht zij uiteindelijk toevlucht bij haar vriendin Annie (Jeannine Deckers was biseksueel). In 1985 pleegden zij samen zelfmoord.
Soeur Sourire is een brave, degelijke prent, met hier en daar een vleugje humor en wat vage verwijzingen naar de tijdsgeest in de jaren zestig, die echter in geen enkel opzicht opvalt of de kijker weet mee te sleuren. Cécile de France is een geloofwaardige hoofdrolspeelster en de rest (onder meer Chris Lomme als de abdis, Jan Decleir als de vader en Filip Peeters als de manager) doet zijn best, zullen we maar zeggen. Typerend voor de middelmatigheid van de film is het volgende. Als Jeannine haar vriendin Annie laat zitten in het huisje dat zij gekocht heeft, staat er in de straat een Volkswagen-kever geparkeerd. Als zij na maanden (of is het jaren?) terugkeert, staat die Volkswagen-kever nog altijd op precies dezelfde plaats. Nee, een Daens is dit hoegenaamd niet en Coninx zal met deze film zeker niet genomineerd worden voor de Oscar Beste Buitenlandse Film. Te oordelen naar de Gewikt-pagina in Filmmagie nr. 595 [mei-juni 2009] werd Soeur Sourire in de Vlaamse filmvakpers trouwens maar zéér, zéér lauwtjes ontvangen.