Ook GO!-Poolster-onderwijsvisie
bevordert aantasting van de kwaliteit en niveaudaling : hypewoordenpedagogiek.
1 Poolster-visie: het noorden kwijt
Op 4 maart 2021 lazen we in De Tijd: Schoolmuren letterlijk
afbreken, iedereen een gepersonaliseerd leertraject op de laptop en niet langer
één juf of meester, maar een heel team voor de klas. Dat is hoe het
gemeenschapsonderwijs GO! de toekomst ziet.
We stemmen leeromgevingen af op individuele verschillen en ondersteunen elk leerproces op maat. We leren
leerlingen om (geleidelijk aan) zélf de regie over eigen leerproces te nemen.
De Poolster-visie is
voor ons geen verrassing. Een paar jaar
geleden poneerde de pedagogische GO!-hoofdadviseur al dat lesgeven totaal
voorbijgestreefd was. We vonden dit een heel krasse uitspraak, en wisten dan
ook al dat het GO! een groot project aan het uitwerken was. Ook al in b.v. het leerplan wiskunde basisonderwijs van 1998 lazen we dat elk kind voortaan zijn eigen wiskundekennis moest construeren. De voorbije twee jaar liet ook Dirk Van Damme (OESO & ex-voorzitter ARGO) al een paar keer
weten dat hij zich zorgen maakte over de pedagogische richting die het GO! al
was ingeslagen.
In 2015-2016 koos ook al de koepel van het katholiek
onderwijs in zijn ZILL-visie voor een cultuuromslag. ZILL pleitte evenals de
Poolstervisie voor gepersonaliseerd leren, geïndividualiseerd leren gericht op
de allerpersoonlijkste ontwikkeling van elke leerling. In Onderwijskrant nr.
176 en nr. 188 besteedden we kritische bijdragen aan die visie. Wanneer je
het noorden kwijt bent, vind je die makkelijk terug met de
Poolster. Poolster is een vast oriëntatiepunt. Toch vrees ik dat nu ook het
GO! met de Poolstervisie nog meer het noorden kwijt is, net als katholiek
onderwijs met zijn ZILL-visie.
Nieuwlichters pakken graag uit met een ronkend concept, en
plakken een wervend en polariserend
etiket op hun hervorming of methode. Zon wervend etiket wekt de indruk van een
totale & beloftevolle hervorming. De
koepel van het katholiek onderwijs pakte in 2016 uit met Zin in leren! Zin in leven en beloofde de
leerlingen dat ze door dit nieuwe
leerplan eindelijk zin in leren zouden
krijgen. Lieven Boeve schreef: Zin
in leren! Zin in leven! maakt de
lerarenteams opnieuw eigenaar van het leren op school. Geïntegreerd over
vakken en leergebieden heen, kunnen
leraren creatief vorm geven aan hun
onderwijs, rekening houdend met de specifieke leerlingen in de klas en context
van de school. Volgens Boeve zou die visie later ook doorgetrokken worden in
de nieuwe leerplannen voor het secundair
onderwijs. De school moest ook in de eerste plaats een leefschool worden.
2. Gepersonaliseerd
leren op maat van elke leerling &
zelfsturing!??
De Poolstervisie wekt de indruk dat het gaat om evidente
voorstellen; de opstellers
doen alsof hun voorstellen als gepersonaliseerd leren wetenschappelijk
verantwoord zijn: Zelfregulerend leren is een van de meest wetenschappelijk
onderbouwde praktijken. Precies de
basiskeuze voor gepersonaliseerd
onderwijs met de eraan verbonden individualisering op
maat van elke leerling (& UDL -Universal Design for Learning) en zelfsturing, zijn o.i. heel controversieel.
Volgens velen staat dit precies haaks op effectief onderwijs. Zon keuze betekent
ook dat het jaarklassensysteem wordt doorbroken.
In een commentaar van Pedro De Bruyckere bij het
interview met Raymonda Verdyck in
De Tijd over de revolutionaire Poolsterhervorming lazen we: Het is wel gevaarlijk om b.v. gepersonaliseerd leren via digitale
tools als een wondermiddel voor te stellen. Internationaal heb je een heus
kerkhof aan gelijkaardige projecten die mislukt zijn, naast enkele succesvolle
voorbeelden.
Prof. Wim Van den Broeck bestempelde gepersonaliseerd leren op maat van elke
leerling als een stoplap en als een nefaste onderneming. Hij twitterde op 22 juli 2018: Onderwijs op maat
van het kind is zowat de grootst mogelijke stoplap in onderwijsland. *
Het bestaat nergens echt en is dus utopisch,
* het komt in de praktijk vaak neer op onderwijs onder de maat, en * het ondergraaft de essentie van onderwijs,
nl. het idee van vorming. En toch wordt onderwijs op maat meer dan ooit
gepromoot door de grote onderwijskoepels.
Van den Broeck stelde
op 3 december 2019 in de krant De Morgen: De individualisering van het
onderwijs is doorgeslagen en werkt de niveaudaling in de hand. De visie die
sinds de jaren 90 steeds meer dominant werd is het constructivisme, met als
kenmerken: nadruk op zelf-ontdekkend leren, op welbevinden als voorwaarde voor
leren, op zogenaamde 21ste eeuwse vaardigheden, het relativeren van kennis, en
vooral het onder onderwijskundigen nog erg populaire idee dat onderwijs zoveel
mogelijk geïndividualiseerd moet worden. Er is nochtans wetenschappelijk
ondubbelzinnige evidentie dat het precies leerkrachten zijn die deze visie
koesteren en in de praktijk brengen, die ook zwakkere leerresultaten boeken bij
hun leerlingen. Dit is niet zo verwonderlijk: als differentiatie verder gaat
dan ervoor zorgen dat zoveel mogelijk leerlingen de gemeenschappelijke doelen
halen, wordt onderwijs op maat algauw onderwijs onder de maat. Dan is de
neiging immers sterk om ook de doelen te gaan afstemmen op (de zwakte van) de
leerling. Een meer ingrijpende verandering heeft er zich sinds decennia in het
onderwijs niet voorgedaan, en waarschijnlijk met desastreuze gevolgen. Dit si ook de visie die we al lang tijd in Onderwijskrant verkondigen.
Greg Ashman schrijft over UDL: UDL is a complicated way to
teach. It involves giving multiple representations of the same information to
students which they then choose from. Students also choose to work
collaboratively or individually. And they decide how to demonstrate their
learning through written work, a video, a poster or some other means.UDL
vertoont veel gelijkenis met het inspelen op individuele leerstijlen,
controversieel tot en met.
3.Gedigitaliseerd
gepersonaliseerd leren & gedigitaliseerde instructie
3.1 Kritische profs Larry Cuban & Justin Reich over beloftes digitaal
leren
Het GO! schrijft in
de Poolstervisie euforisch en zelfzeker: Het GO!
begon samen met het Britse bedrijf Century Tech in 2017 met de
ontwikkeling van een eigen digitaal leerplatform, GO! IXZO. Daar zetten
leerkrachten hun leerstof op, bijvoorbeeld met instructiefilmpjes en oefenmodules
op verschillende niveaus.
Prof. Larry Cuban is behoorlijk kritisch over de
opkomst van de industrie vangepersonaliseerd leren. Volgens Cuban is de
bewijslast voor de effectiviteit van personalized learning in termen van
studiesucces dun. Er zijn volgens hem weinig onafhankelijke studies naar
adaptieve programmas beschikbaar. (Research Counts for Little When It Comes to
Adopting Personalized Learning)
Beleidmakers zijn enthousiast, investeren fors in nieuwe
technologie en proberen leraren te overtuigen om the new technological fad
binnen het onderwijs toe te passen. Ben Herold schreef in Education Week,
October 18, 2016: The pushers of computer-based instruction want districts to buy products and then see if the product works. Students and teachers are being used for marketing research, unreimbursed research. Districts are spending money based on hype and tests of the educational efficacy of an extremely narrow range of products as if this is a reasonable way to proceed in this era of extreme cuts in budget. Beslissingen worden genomen op basis van onderzoek van
producenten/leveranciers. Onderwijsmensen kijken vaak naar effectiviteit in de
zin van testscores. Onderzoek naar de effectiviteit van die nieuwe aanpakken
wijzen echter niet op hogere leerresultaten. Dit heeft veel scholen echter niet ervan weerhouden om
fors te investeren in laptops, tablets en programmas.
Justin Reich wijst ook in A Failure to Disrupt: Why
Technology Alone Cant Transform Education (9 oktober 2020) op een aantal dilemmas. We vermelden er
twee. The second dilemma is the EdTech Matthew Effect (Mattheus-effect): As we have seen in tragic ways throughout the
pandemic, learning technologies tend to be most useful for affluent students
with the financial, social, and technical resources to take advantage of new
innovations. New technologies typically widen educational disparities rather
than closing them.
A third issue is that learning requires feedback, but
technology designers are only good at evaluating human performance in domains
where correct answers are highly structured. Computers can identify the correct
answer to a math problem or even a correctly-pronounced word, but they cannot
identify whether an essay shows a student effectively reasoning from
evidence.The Trap of Routine Assess-ment
observes that many education technologies rely on automated assessments, but
computers cant assess many of the most important things that our students
learning.
3.2 Enthousiast
parlementslid Jo Brouns
Leren op maat van elk kind, is het leren van de toekomst,
schrijft Vlaams parlementslid Jo Brouns (CD&V) in Knack van 20 januari
202; Gepersonaliseerd leren moet de
basis van de digisprong in het onderwijs zijn.
Brouns: Gedigitaliseerd, gepersonaliseerd leren is het
aanbieden en gebruik maken van computersoftware die waardevolle data over
leerlingen verzamelt tijdens het maken van oefeningen en aan de hand van die
verzamelde data de juiste vervolgopdrachten aan elke leerling aanbiedt.
Leerkrachten kennen en passen dit proces van differentiëren al langer toe onder
de noemers verbreding en verdieping, wat tevens ook een belangrijk onderdeel
van de onderwijshervormingen vormt. Maar als computeralgoritmes de leerkracht
hierin kunnen ondersteunen, kan er een individueel leertraject voor elk kind
opgezet worden en bieden we de leerkrachten ongelooflijk waardevolle inzichten
in het leerproces van leerlingen. Zo kunnen leerlingen met extra noden ook
extra ondersteund worden, maar tegelijkertijd ook slimmere leerlingen een extra
uitdaging krijgen.
Een programma kan bijvoorbeeld aan de leerkracht laten weten
hoe lang de leerling over elke oefening deed, waar de leerling fouten maakte,
tot zelfs hoe lang de leerling twijfelde bij specifieke opdrachten. Het is
haast onmogelijk voor de leerkracht om al deze data klassikaal in het oog te
houden van elke individuele leerling. Software die dat automatisch doet en
vervolgens deze informatie in een overzicht aan de leerkracht aanbiedt, helpt
niet enkel de leerlingen, maar geeft ook weer tijd en ruimte aan de leerkracht
in de les om zich met andere taken bezig te houden. Na de les heeft hij of zij
dan ook weer een goed overzicht van de vooruitgang die elke leerling gemaakt
heeft.
Iemand merkte hierbij op: Toch is het in elk geval zo dat
gepersonaliseerde instructie zich nog in het kiemstadium van ontwikkeling
bevindt, dus de fans en promotors moeten
er rekening mee houden dat er nog veel verbeteringen nodig zijn om correct
te kunnen functioneren.
4 Kernideeën van Poolster-visie-2030
Onderwijs van de
toekomst : de samenleving evolueert
immers continu
De samenleving evolueert continu. Een school is immers niet
langer alleen dat stenen gebouw, waarbinnen via vaste tijdskaders wordt
lesgegeven. In de visie van het GO! is ze in de eerste plaats een dynamische leer- en leefgemeenschap, met een
open blik op de wereld. Bij het GO!
maken we ons nu al klaar voor het onderwijs van de toekomst. In het strategisch
plan GO! 2030 stellen we daarom onze
poolstervisie centraal. We vormen de favoriete leergemeenschap, voor iedereen
gepersonaliseerd, spiegel en bouwsteen
van de samenleving.
Leerproces op maat van elke leerling
Met onze poolstervisie willen we als GO! een antwoord bieden
op een almaar toenemende maatschappelijke diversiteit en werken we aan onderwijskwaliteit voor elke
lerende. We stemmen leeromgevingen af op individuele verschillen en
ondersteunen elk leerproces op maat. We leren leerlingen en cursisten om
(geleidelijk aan) zélf de regie over eigen én
gezamenlijke leerprocessen te nemen.
Gepersonaliseerd betekent
dat leerlingen voldoende zelfregulerende vaardigheden ontwikkelen, om
hun leerproces en het samen leren
richting te geven. Zo worden ze de influencers van hun leren!
De ondersteuning van zelfregulerend leren blijkt een van de
meest wetenschappelijk onderbouwde praktijken (?) om leerwinst te verhogen. De
lerende neemt in dit proces een heel actieve rol op. Hij of zij is verantwoordelijk
voor het deelnemen aan de lesactiviteiten,
ervaringen en kansen, en bepaalt stap voor stap mee het leerproces.
Zelfregulering verwijst naar een reeks
specifieke vaardigheden die leerlingen
steeds beter toelaten een eigen traject vorm te geven.. Hij of zij is
verantwoordelijk voor het deelnemen aan de lesactiviteiten, ervaringen en
kansen, en bepaalt stap voor stap mee het leerproces.
Flexibele
leertrajecten en leertijden
Vanuit een duidelijke behoefte bij de lerende, evolueren we
naar flexibele leertrajecten. In het basisonderwijs bijvoorbeeld, zien we dat
sommige scholen al experimenteren met
multileeftijdsklassen, waarbij leerlingen in graadklassen samenzitten en
ondersteuning op maat krijgen. Andere
scholen werken met flexibele niveaugroepen voor bepaalde ontwikkelingsdomeinen,
zoals rekenen en taal. Daarbij worden
vergaande vormen van binnenklasdifferentiatie, teamteaching en de principes van
Universal Design for Learning (UDL)
toegepast.
In de Tijd van 3 maart j.l. lezen we i.v.m. deze nieuwe werkwijze :In het Technisch
Atheneum Halle van directeur Maggy Vankeerberghen wordt dit als dé toekomst
gezien. Haar eerste graad werkt in een klasgroep van 80 leerlingen. Ze zitten
samen in één klaslokaal met verschillende zones voor verschillende werkvormen.
Schoolboeken hebben ze niet meer, wel een laptop. Ook de opdeling in lesuren is
grotendeels geschrapt: een week lang wordt rond een thema of project gewerkt,
gekoppeld aan opdrachten die de leerlingen in hun eigen tempo afwerken. Ze
combineren algemene vakken als Frans, Nederlands, geschiedenis en wiskunde.
Teamonderwijs, klas-
en schooloverstijgend
De kernteams werken samen - in dynamische werkvormen zoals
co-teaching, vaak ook over de leerjaren en vakken heen. De teams zijn
leerlinggeoriënteerd. Gecostuurd en sociaal gestuurd leren houden in dat
verband in dat lerenden hun kennis construeren
samen met anderen en met de onderwijsprofessionals. Ze werken trouwens
niet enkel in de klas en op school met elkaar
samen, maar ook schooloverstijgend.
Leren langs digitale
weg
Het GO! zet maximaal in op blended learning: een
combinatie van online en offline leren. Om dergelijke innovatie te
ondersteunen, begon GO! samen met het Britse bedrijf Century Tech in 2017 met
de ontwikkeling van een eigen digitaal leerplatform, GO! IXZO. Daar zetten
leerkrachten hun leerstof op, bijvoorbeeld met instructiefilmpjes en oefenmodules
op verschillende niveaus
Andere infrastructuur
We staan voor een ruimtelijke transformatie. Zo denken
scholengroepen en onderwijsinstellingen
na over aanpassingen aan interieur en indeling, herbestemmingen en innovatieve
gebouwen, ruimtes waar je op
verschillende manieren kan leren.
Onderwijsprofessionals
coachen het leren
Het curriculum blijft de context waarbinnen we
gepersonaliseerd samen leren waarmaken. Leraren vertalen daarbij de eindtermen naar specifieke en meetbare leerdoelen
op het niveau van de lerenden. Pas wanneer lerenden zich bewust zijn van specifieke leerdoelen, kan hun
zelfregulering vorm krijgen. GO! onderwijsprofessionals zijn curriculum-experts
met diepgaande kennis van de doelen en
de vakkennis die daarvoor nodig zijn. Ze zijn ook pedagogisch-didactische
experten met diepgaande kennis over het
leren en de ontwikkeling van de lerende.
Commentaar
Elke school mag eigen
koers bepalen!??
Het GO! opteert duidelijk voor een revolutionair
schoolproject, een ware cultuuromslag. Het verbaast ons wel dat het GO!
tegelijk stelt dat elke school zelf zijn eigen karakter en evolutie moet
bepalen. We lezen: Het GO! schuift trouwens niet één specifiek
schoolmodel naar voren, maar ziet de traditionele en de toekomstgerichte benadering van school als uitersten op een
continuüm, een innovatief spectrum. Daarbinnen kunnen scholen zichzelf positioneren en continu verder evolueren. De
bedoeling is om zelf richting te geven aan hoe je hier als school kan in evolueren.
Het GO! dringt naar
eigen zeggen geen pedagogische aanpak op, maar stelt tegelijk dat de scholen
moeten evolueren in de richting van de Poolstervisie; veel keuze hebben de
scholen blijkbaar niet. Het doet ons denken aan de opstelling van de koepel van
het katholiek onderwijs die ook voortdurend uitpakt met de vrijheid en
autonomie van de scholen en leerkrachten, maar ook nog met het recent
ZILL-project een perspectiefwisseling,
een pedagogische aanpak oplegde.
Ontscholingsdruk neemt nog toe
De voorbije decennia werd
ons onderwijs voortdurend geconfronteerd met tal van rages en hypes die
ver afstonden van de onderwijspraktijk, van de vaste grammatica van schools
onderwijs, en van de visie van de
praktijkmensen. Telkens werd gepleit
voor perspectiefwisselingen/cultuuromslagen. Ze leidden tot een aantasting van
onze sterke Vlaamse onderwijstraditie.
De ontwerpers van allerhande modes en nieuwlichterij werken veelal met simpele en halve waarheden
die als wondermiddel, als makkelijk
toepasbaar en veel belovend voorgesteld worden. Veel van die rages hanteerden een simplistisch en tegelijk
gecompliceerd vakjargon, en trokken zo rookgordijnen op die de afstand tussen spreken en doen, tussen
theorie en klaspraktijk deden toenemen.
Veel onderwijshypes
bleken achteraf geen praktijktheorieën te zijn,
omdat ze niet vertrokken van de complexe realiteit en de basisgrammatica
van schools onderwijs. Denk maar aan
constructivisme, onderwijs op maat van elk kind, inclusief onderwijs, competentiegericht onderwijs, leerlandschap,
leerstijlen, totaliteitsonderwijs ... Die hypes lokten veel lippendienst en
verzet uit vanwege de praktijkmensen, en bleken overigens ook moeilijk
realiseerbaar.
In de context van het debat over de nieuwe
leerplannen/eindtermen laaide in 2014-2016 de neomanie in Vlaanderen weer op.
In de aanloop van de nieuwe eindtermen verschenen in de periode 2014-2016 een
zevental rapporten als De nieuwe school in 2030 van 2014, het
VLOR-advies-2015, het rapport over het populistische eindtermendebat Vanlerensbelang -2016,die alle aanstuurden op
een pers-pectiefwisseling, een cultuuromslag.
In de Poolstervisie en in ZILL treffen we veel van die ideeën aan.
In de publicatie De Nieuwe school in 2030, Hoe maken we leren en werken aantrekkelijk? een
gezamenlijk project van kopstukken van het Departement Onderwijs, VLOR & KBS, werd uitvoerig geschetst hoe een school er in de toekomst als een
learning park moet uitzien. We lazen o.a.: Het leer- en ontwerplab schetst een ander toekomstbeeld.
Echt aansluiten bij de diversiteit van
kinderen en jongeren kan maar als ze ook
zelf de regie kunnen voeren en stuurlui
kunnen zijn van hun eigen leren.In een Learning Park
zullen de kinderen gecoacht worden om hun
eigen leertraject aan te sturen in de richting van de competentieniveaus die ze nodig hebben en
willen halen. Op een gewone dag kunnen leerlingen
gedurende enkele uren in een vaste
leergroep bijvoorbeeld talen en wiskunde leren, maar het grootste deel van de
dag zijn ze bezig met projecten waarin ze hun
competenties actief ontwikkelen. Enzovoort.
Het GO! begon samen
met het Britse bedrijf Century Tech in 2017 met de ontwikkeling van een eigen
digitaal leerplatform, GO! IXZO. Het GO! verwacht hier o.i. al te veel heil
van. In punt 3 plaatsten we een aantal kritische bedenkingen. n het verleden
verwachtte men veel heil van nieuwe technische middelen en van het gebruik van
ICT in het bijzonder. Tot nog toe vielen
die verwachtingen tegen. Sommigen stellen zelfs dat daardoor het onderwijsniveau eerder is gedaald.
We vrezen dat ook van het Century
Tech-project al te veel heil wordt verwacht.
|