Ontgoochelend debat in Vlaams Parlement over weigering Maxime met Down in Openluchtschool Schoten & probleemontwijkend standpunt van minister Crevits en andere leden van de commissie onderwijs
(Daarnet ontvingen we het verslag van het parlementair debat)
Vooraleer we ingaan op het debat over weigering van Maxim met Down in school in Schoten beschrijven we in punt 1 de kern van het probleem: schijn-inclusie van Maxime met Down. We brengen daarna uitvoerig de probleem) ontwijkende standpunten van minister Crevits. In de bijlage vermelden we tussenkomsten van andere leden van de commissie onderwijs
1 Situering van echte/ontweken problematiek: schijninclusie of exclusie binnen de klas
Maxime kan de gewone lessen niet volgen; hij moet de meeste lessen apart krijgen, er is 1-1-begeleiding nodig en er is weinig extra-ondersteuning (5 lesuren).
De ouders van Maxime, de rechter, minister Crevits, bepaalde leden van de commissie onderwijs ... beweren echter dat men kan spreken over een geslaagde inclusie van Maxime in de nieuwe school. Maxime moet meeste lessen apart les krijgen en er is weinig extra-ondersteuning (5 lesuren).
Volgens ons en de meeste reacties is dit geenszins het geval. Het gaat enkel om schijninclusie. We zagen op VRT-één een les waarin de leerlingen 4de leerjaar les kregen over 820 x3, en Maxime achteraan de klas door een extra-begeleidster les kreeg ver 2x2, 2X5. Maxime kan weinig of geen lessen op het niveau van het 4de leerjaar volgen en krijgt vooral LAT-onderwijs of learning apart together).
Minister Crevits en de rechter vinden dit een geslaagde vorm van inclusie/integratie. Niet is minder waar. Volgens de moeder van Maxime is hij ook heel zwak voor taal.
De Openluchtschool Schoten formuleerde in 2016 een o.i. terechte verantwoording waarin ook het gebrek aan ondersteuning werd aangeklaagd: : Na vijf jaar intensieve begeleiding van Maxime is het de vaste overtuiging van de school dat in dit specifieke geval betere begeleiding mogelijk is voor de betrokken leerling in een omgeving die aangepaste ondersteuning en onderwijs kan bieden. Bij het nemen van deze beslissing werd niet over één nacht ijs gegaan. Er was regelmatig overleg met de ouders, het CLB en de leerkrachten en iedereen besefte dat het geen gemakkelijk traject zou worden. Maxim heeft nood aan permanente begeleiding, één op één. De begeleiding die van overheidswege wordt toegekend blijft beperkt tot 5 uren per week. Daarnaast leverde ook de school financiële inspanningen om uit eigen middelen extra begeleiding te betalen voor Maxim.
Nu Maxim naar het tweede leerjaar zou gaan, voelen de leerkrachten het als een te zware belasting aan om hem verder op te vangen. Naast Maxim moeten zij 24 andere kinderen leren lezen, schrijven en rekenen. De kloof tussen Maxim en de andere leerlingen wordt steeds groter, wat het er voor de leerkrachten niet gemakkelijker op maakt om hem bij het klasgebeuren te betrekken.
2. Reacties van minister Crevits en struisvogelopstelling in debat in Vlaams Parlement
2.1 Geslaagde inclusie van Maxime in nieuwe school!??
Crevits: "Een tweede reden waar de rechter rekening mee hield, is dat het kind ondertussen in een andere school blijkbaar wel zijn draai vindt. Ik ga me daar niet over uitspreken. Ik kan de schoolcarrière van dat kind ook niet volgen, maar het is blijkbaar gelukkig. Het is dus mogelijk."
Je zou mogen verwachten dat minister Crevits in haar reactie op het vonnis het zou opgenomen hebben voor het standpunt van de Openluchtschool en dat ze zou gesteld hebben dat een geslaagde inclusie van Maxime in een gewone klas niet mogelijk was en vooral neerkwam op exclusie binnen de klas, niet mogen/kunnen meedoen met het gewone klasgebeuren. Niets is/was minder waar. Andere leden van de commissie onderwijs als Elisabeth Meuleman gaan er ook vanuit dat inclusie van kinderen als Maxim perfect mogelijk zou geweest zijn, als de overheid had gezorgd voor veel meer ondersteuning.
De kern van het probleem, het niet mogelijk zijn van de inclusie/integrtie van Maxime in het gewone klasgebeuren, werd niet vermeld. Enkel Kathleen Krekels (N-VA) maakte duidelijk dat inclusie voor een kind als Maxime niet haalbaar was.
2.2 Volgens de rechter en Crevits gaat het niet om een tekort aan ondersteuning , maar is enkel de school schuldig omwille van gebrek aan overleg
Crevits: De rechter heeft de manier waarop de school het overleg met de ouders aangepakt heeft, gehekeld. Hij heeft gezegd dat als je een bevraging of een petitie houdt onder je leerkrachten met de vraag wie voor dat kind wil zorgen, dat niet de correcte wijze is. De Openluchtschool schreef in 2006 dat er wel overleg geweest was met het CLB en met de ouders.
Crevits beweerde verder dat probleem met Maxim niets te maken heeft met gebrek aan ondersteuning. De overheid werd door de rechter dan ook niet in gebreke gesteld, aldus Crevits.
Maar iets later in het debat geeft Crevits plots toe: Ik heb me daarnet twee schooljaren vergist, want het gaat over een beslissing van de school in 2016 (Op dat moment waren er nog geen ondersteuningsnetwerken.)
Crevits: Mevrouw Meuleman, u maakt terecht een hele beschouwing over de verantwoordelijkheid van de overheid, maar ik hoop dat u het vonnis ook gelezen hebt. Wij zijn als overheid mee in het geding geroepen door de school, en de rechter heeft ons geen enkele verantwoordelijkheid toegewezen. Hij heeft het in zijn oordeel niet gehad over de overheid die in te weinig middelen voorziet en ook niet over de vraag of een school al of niet mag weigeren. Hij heeft de manier waarop de school het overleg met de ouders aangepakt heeft, gehekeld. Hij heeft gezegd dat als je een bevraging of een petitie houdt onder je leerkrachten met de vraag wie voor dat kind wil zorgen, dat niet de correcte wijze is. Hij heeft daarbij gesteld dat je rekening moet houden met de regels zoals ze zijn.
2.3 Crevits: het kind was ingeschreven zonder meer, zomaar, dus
Crevits: Het kind was gewoon ingeschreven, en men heeft op een bepaald moment gezegd dat het beter naar het buitengewoon onderwijs zou gaan. We zaten hier met een heel specifieke situatie van een kindje dat zijn kleuterklas en ook al het eerste leerjaar in die school had gedaan. Het kind was ingeschreven, zomaar, zonder meer.
Het is heel belangrijk, vooraleer een school een beslissing neemt om een kindje met het syndroom van Down of een type 2-kind in de school te nemen, dat daarover goede afspraken met de ouders worden gemaakt. Want voor de school is dat iets heel bijzonders, en ook voor de ouders is dat heel speciaal. Je moet dat kader dus scheppen. En als dat kader wijzigt, als in de loop van de schooljaren blijkt dat het afgesproken kader niet voldoende is, dan kun je daar met de ouders opnieuw over in overleg gaan, het CLB kan een nieuw verslag maken en je kunt advies geven om naar het buitengewoon onderwijs te gaan. Dat is geen probleem. Maar hier heeft men het niet op de correcte wijze gedaan. Het kind was gewoon ingeschreven, en men heeft op een bepaald moment gezegd dat het beter naar het buitengewoon onderwijs zou gaan. De rechter noemt dat een afwijzing onder tafel.
Als ik het dossier lees en probeer om de emoties wat weg te houden, dan is dat niet volgens de letter, noch volgens de geest van het decreet, waarin men vraagt om in dialoog te gaan en te proberen goede afspraken te maken.
Terechte reactie van Kathleen Krekels:
Commentaar: toch onvoorstelbaar dat minister Crevits in de waan was dat de weigering dateerde van 2018 en de indruk wekte dat er geen gebrek was aan ondersteuning. De openluchtschool Schoten formuleerde in 2016 een verantwoording waarin ook het gebrek aan ondersteuning duidelijk werd aangeklaagd.
Reactie van Crevits op de stelling dat er te weinig ondersteuning is/was: Het probleem heeft niets te maken met het kader of de middelen waarin Vlaanderen voorziet. Anders zouden wij ook, denk ik toch, mee veroordeeld zijn, wat in dezen niet gebeurd is.
Mevrouw Meuleman, u maakt terecht een hele beschouwing over de verantwoordelijkheid van de overheid, maar ik hoop dat u het vonnis ook gelezen hebt. Wij zijn als overheid mee in het geding geroepen door de school, en de rechter heeft ons geen enkele verantwoordelijkheid toegewezen. Hij heeft het in zijn oordeel niet gehad over de overheid die in te weinig middelen voorziet.
Collega De Ro en collega Krekels vragen of wat we gedaan hebben, wel effect heeft. Het is nu echter 2018. U was er samen bij toen we met deze meerderheid in een extra budget van 35 miljoen euro hebben voorzien. In totaal is er nu meer dan 125 miljoen euro om kinderen met zorgnoden te begeleiden. Ondertussen zijn onze ondersteuningsnetwerken Vlaanderenbreed aan de slag. U kunt dat niet ontkennen (Commentaar: toen de school in 2016 stelde dat er ook heel weinig extra ondersteuning had ze dus wel gelijk. Maar zelfs met de nieuwe ondersteuningsnetwerken heeft zon kind ook maar recht op 5,5 uur ondersteuning.)
2.5 Crevits staat dicht bij radicaal inclusiestandpunt UNIA, inclusiehardliners
.
Als minister Crevits de inclusie van Maxime in de nieuwe Schotense school als geslaagd en haalbaar beschouwt, dan zijn er volgens dezelfde logica maar weinig leerlingen meer die niet thuishoren in het gewoon onderwijs. Zo steunen Crevits en Co grotendeels de radicale inclusie-standpunten van UNIA, GRIP, inclusiehardliners ...
Maar Crevits maakt er zich eens te meer vanaf met een ontwijkende uitspraak: "Betekent dat dat het, zoals Unia zegt, niet meer mogelijk is om een kind te weigeren? Neen. Daar wil ik vandaag heel duidelijk over zijn. Mevrouw Meuleman zegt dat het VN-verdrag een recht opent. Dat is waar. Dat recht zit in ons decreet, maar dat is ten eerste een recht en geen plicht. En ten tweede hebben wij in het decreet gesteld dat als je van dat recht gebruik wilt maken, de school daar een kader bij kan zetten. En als de uitoefening van het recht onredelijke inspanningen vraagt van de school, dan mag een school weigeren. Dat is perfect zo voorzien, en er zijn scholen die daar goed gebruik van maken.
Wij hebben daar gelukkig heel weinig discussies over, wat betekent dat de scholen in de meeste gevallen zeer goed overleg plegen. Ik hoor in dit dossier ook felicitaties voor het CLB, dat in bijzonder moeilijke omstandigheden een oplossing gezocht heeft voor het kind."
Bijlage: nog een paar tussenkomsten
1.Elisabeth Meulenan (Groen): radicale inclusie waarborgen
De rechter heeft geoordeeld dat aangezien we een M-decreet hebben en we het VN-verdrag met het recht op inclusie hebben geratificeerd, er in ons land zoiets is als inschrijvingsrecht. Dat is het recht om je in te schrijven in de school van je keuze, ook als je een beperking hebt. Een school kan dus op basis van een bevraging bij leerkrachten niet zeggen dat ze het niet ziet zitten om dat kind in te schrijven. Neen, de enige vraag die kan, mag en moet worden gesteld, is: hoe gaan we ervoor zorgen dat dat kind de juiste en aangepaste hulp krijgt zodat het hier naar school kan gaan?
Minister, daar ligt het kalf gebonden. Daar komt de moeilijkheid bij het beantwoorden van de vraag: hoe gaan we dat nu doen? Daar stellen zich heel terecht problemen. We moeten dus zeker geen scholen of leerkrachten een steen werpen, want het is allerminst evident om aan dat recht dat er aan de ene kant is, te voldoen, en aan de andere kant die uitdaging op de juiste manier te beantwoorden.
Minister, we zitten dus in een soort van patstelling. Enerzijds is er een recht dat in ons decreet juridisch is verankerd, anderzijds is er de moeilijkheid, de terechte bezorgdheid van scholen om aan dat recht te beantwoorden. ...Op dit moment loopt dat helemaal spaak. Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat het recht op aangepaste hulp voor kinderen met een beperking kan worden gegarandeerd?
2. Kathleen Krekels (N-VA): veroordeling school verkeerd signaal
Los van het individuele dossier wil ik hier twee bezorgdheden aankaarten. Het feit dat een school is veroordeeld voor het geven van een advies, en de commentaar daarop van Unia, dat blij is met de veroordeling omdat het aangeeft nu eens te willen zien wat scholen gaan doen om een weigering te kunnen geven. Scholen zullen nu wel twee keer nadenken voor ze zon weigering geven.
Minister, ik vind dit een verkeerd signaal. We hebben heel expliciet in het M-decreet ingeschreven dat scholen kunnen inschrijven onder ontbindende voorwaarden. Dit betekent dat scholen, wanneer ze een kind hebben met specifieke onderwijsbehoeften en wanneer ze voelen dat ze niet aan die onderwijsnood kunnen voldoen, het recht hebben om die kinderen door te verwijzen naar het buitengewoon onderwijs.
Door deze veroordeling brengen we bij scholen een enorme druk teweeg. Scholen vragen zich nu af wat ze zullen moeten doen om hun inclusief schoolbeleid te verantwoorden. Minister, wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat scholen nu geen extra planlast genereren om maar te kunnen verantwoorden waarom ze bepaalde adviezen geven aan ouders?
3.Kathleen Helsen (CD&V)
Ik denk dat dat belangrijke informatie is die wij nu krijgen, over hoe die situatie juridisch benaderd wordt. De rechter stelt daarin heel duidelijk dat het absoluut niet kan dat er enige vorm van discriminatie of intimidatie aanwezig is in onze scholen en dat het belangrijk is dat leerkrachten, ouders en leerlingen samen kijken hoe ze oplossingen kunnen vinden om goed onderwijs aan te bieden en wat dat dan in een bepaalde situatie precies zou kunnen zijn. Daarom zit ik vooral met de vraag of onze scholen vandaag voldoende op de hoogte zijn van de juridische context waarin zij opereren.
4.Jo De Ro (Open Vld)
Minister, collega's, ik wil eerst zeggen dat het bewuste jongetje jarenlang wel naar die school is kunnen gaan. De afgelopen jaren hebben heel wat leerkrachten, in samenwerking met de ouders en met een heleboel andere mensen, dat tot een goed einde gebracht. Misschien moeten we daaruit iets leren.
Het staat in de sterren geschreven en we hebben dat in de commissie al verschillende keren gezegd dat er nog zulke rechtszaken zullen komen. Mensen worden mondiger en mensen zullen zich beroepen op wetgeving, op het M-decreet of op het internationaal verdrag dat we hebben geratificeerd, om hun rechten af te dwingen.
Ik sluit me verder aan bij wat mevrouw Meuleman heeft gezegd. We hebben in Onderwijs heel veel gedaan, maar ik heb al vaak gezegd dat ik en veel scholen en veel ouders op hun honger blijven zitten over het budget voor het begeleiden van kinderen dat vanuit Welzijn kan komen. Er is nog veel marge in Vlaanderen om een stap vooruit te zetten.
5. Caroline Gennez (sp·a)
Minister, zorg op maat van elk kind is waarschijnlijk een van de grootste pijnpunten in het onderwijs. Babs, de mama van Maxim, het jongetje van 10 met Down, spreekt wel degelijk van een precedent omdat ze aangeeft dat het inschrijvingsrecht van haar zoontje werd geschonden nadat hij inderdaad al vijf jaar in die bepaalde school in Schoten les had gevolgd.
Minister, mijn vraag blijft: hoe gaat u er voor zorgen dat het recht op inclusief onderwijs, dat heel veel ouders en kinderen willen doen gelden om hun onderwijskansen te maximaliseren, beter dan vandaag op maat en volgens de talenten van elk kind organiseren, en dat met de ondersteuningsnetwerken die niet overal geraken om passende zorg te geven?
|