Vochtige streken (Charlotte Roche) 2008
[Roman, De Bezige Bij, Amsterdam, 2008, 215 blz., or. Duits: Feuchtgebiete, Keulen, 2008]
Charlotte Roche (°1978) werd geboren in Engeland maar groeide op in Duitsland waar ze bekend werd als TV-presentatrice. In 2008 (ze was toen dus dertig) veroorzaakte haar roman Feuchtgebiete in Duitsland een schandaal én een hype. Het boek werd tijdelijk een bestseller en werd in verscheidene talen vertaald, onder meer dus in het Nederlands. Heel die hype is toen aan ons voorbijgegaan, maar na lezing van het boek begrijpen we wel wat er aan de hand was. Op de binnenflap achteraan staat een kleurenfotootje van Charlotte: we zien een niet onknap, braaf-burgerlijk tuttemieke dat de lezer wat ironisch-glimlachend aankijkt. Ironisch inderdaad: de roman zelf is compleet het tegendeel van wat die foto aan verwachtingspatronen opwekt.
De hoofdpersoon is de 18-jarige Helen Memel, een meisje van de middelbare school dat in de ik-persoon vertelt hoe ze haar gescheiden ouders weer tracht bij elkaar te brengen door zich in het hospitaal te laten opnemen. Dat gedoe met die ouders komt overigens slechts zeer zijdelings aan bod. De roman is vooral een weergave van Helens verblijf in het hospitaal, haar gedachtestromen en haar herinneringen aan het recente verleden. En daarbij krijgen we het een en het ander te horen/lezen. Op de eerste bladzijde reeds heeft Helen het over haar aambeien en vrij gedetailleerd de last die dat veroorzaakt. Niets voor meisjes, staat er twee keer op die eerste pagina en inderdaad: dat is exact wat ook de lezer denkt. Maar op de volgende bladzijden wordt het alleen maar erger.
Helen komt in het hospitaal terecht doordat ze een anale fissuur heeft opgelopen tijdens het (eigenhandig) scheren van haar achterwerk. Na de operatie moet ze een herstelperiode doormaken, die met vermelding van alle mogelijke onsmakelijke details beschreven wordt. Wanneer ze dreigt ontslagen te worden uit het hospitaal, verergert ze met opzet haar anale wonde door zich op de bladzijden 165-166 met haar poepgaatje op de voetrempedaal van haar ziekenhuisbed te laten vallen. Nieuwe operatie dus, maar snel daarna (opvallend snel, vindt de lezer) mag ze toch naar huis. Van Helens ouders en broer hebben we ondertussen slechts met mondjesmaat iets gehoord (ze zijn ieder apart een keertje op bezoek geweest), en ze gaat dan ook niet naar huis maar trekt mee met een verpleger voor wie ze wel een boontje had. Om met hem naar bed te gaan, maar niet vandaag, want ik ben te moe. Einde verhaal.
Tussen de hoofdlijnen van dat verhaal door laat Charlotte Roche (via Helen Memel) geen gelegenheid onbenut om de lezer te choqueren en te epateren. Dat ze sinds haar vijftiende regelmatig (vooral anale, ondanks die aambeiden) seks heeft met verscheidene kandidaten, tot daaraan toe. Maar (zet u zich even steviger op uw stoel): Helen en een vriendin drinken elkaars kots op [p. 60], Helen gaat naar een bordeel om met vrouwen te kunnen vozen [p. 68/111], Helen drukt graag puisten en mee-eters uit en eet dan op wat er tevoorschijn komt [p.76/128], zij deelt mee dat sommigen het fijn vinden dat bij het anaal neuken wat stront aan de eikel mee naar buiten komt [p. 87], ze vindt het fijn om te neuken en gelikt worden als ze haar maandstonden heeft zodat het een fantastische spetterzooi wordt [p. 106-107], in plaats van een tampon stopte ze ooit propjes wc-papier in haar vagina en viste die er weer uit met een barbecuetang zonder die schoon te maken vóór het volgende gebruik [p. 109], met een vriendin wisselt ze gebruikte tampons uit om die opnieuw in te brengen [p. 111], terwijl ze op de wc zit, eet ze snot uit haar neus [p. 117], en seks met haar vader ziet ze wel zitten [p. 160].
Men kan zich dus inderdaad wel iets voorstellen bij dat schandaal in 2008, misschien iets minder toch bij de gelijktijdige hype. Aanvankelijk leest men deze welhaast ziekelijke smerigheden met verwondering, maar al gauw heeft men door dat het niet meer dan een gimmick is, louter bedoeld om de lezer te epateren. Roche probeert alles een béétje aanvaardbaar te maken door te suggereren dat Helen niet helemaal toerekeningsvatbaar is doordat ze jarenlang drugs gebruikt heeft (maar dat gebeurt alleen even op pagina 58) en doordat ze een trauma heeft opgelopen toen ze haar suïcidale moeder (en broertje) moest redden van de gasdood. Maar erg overtuigend is dat niet. Komt daar nog bij dat deze roman geschreven is in een erg kale, povere stijl die enkel gebruik weet te maken van superkorte, banale zinnetjes die nergens getuigen van enig schrijftalent: Het duurt nog heel lang voor mama eindelijk komt. Met mama praat ik nog minder dan met papa. Ze denkt dat ik boos ben omdat ze zo laat is. Het eeuwige slechte geweten van een werkende moeder. Ze weet niet wat ik weet. Dat ze net haar tweede huwelijk is misgelopen. Dat ga ik haar niet aan haar neus hangen. Laat haar maar denken dat mijn nukkige gedrag met mijn pijn te maken heeft [p. 95]. Enzovoort, enzovoort.
Nochtans werd deze vertaling uitgegeven door De Bezige Bij, toch niet de eerste de beste uitgeverij. Waarschijnlijk hoopte men op kassagerinkel (volgens Wikipedia was het in maart 2008 de best verkopende roman ter wereld). En bovendien is deze roman ook verfilmd (door David Wnendt in 2013). Dat zal dan echt zon film geworden zijn om eens gezellig met de hele familie of met uw lief naartoe te gaan.
Quotering: **
[explicit 6 januari 2016, gelezen december 2015]
|