ALLEEN MAAR NETTE MENSEN (Robert Vuijsje) 2008
[Roman, Noordhoff Uitgevers BV, Groningen-Houten, Grote Lijsters, 2013, 227 blz. Oorspronkelijk: Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam, 2008]
Alleen maar nette mensen is de debuutroman van de Nederlandse journalist van Joodse afkomst Robert Vuijsje (°1970). De hoofdpersoon van het boek is David Samuels, een Amsterdamse jongeman van Joodse afkomst die eruit ziet als een Marokkaan en door dat uiterlijk regelmatig geconfronteerd wordt met rassenhaat en discriminatie. David heeft de middelbare school achter zich gelaten en heeft nog geen idee wat hij wil gaan studeren, een beetje tot wanhoop van zijn ouders, nette mensen die tot de betere intellectuele klasse behoren. David heeft ook al jaren een vriendinnetje, Naomi, maar zij is niet meer in staat hem op te winden. David heeft zijn zinnen namelijk gezet op het vinden van een intellectuele negerin en meer bepaald een intellectuele negerin met grote borsten en dikke billen.
Na het lezen van de eerste hoofdstukken heb je de indruk dat je een interessant boekje mag verwachten waarin op een speelse wijze een boeiende, actuele thematiek gaat behandeld worden: de multiculturele samenleving en haar rassendisciminatie. Dat laatste komt inderdaad ruimschoots aan bod (waarbij de discriminatie overigens in alle richtingen schiet: van blank naar zwart, van zwart naar blank, van zwart naar bruin, van Jood naar niet-Jood en omgekeerd, van niet-Marokkaan naar Marokkaan en omgekeerd, enzovoort), maar in feite bestaat het grootste deel van het boekje toch uit niet veel meer dan de seksuele escapades van David die op zoek is naar zijn mollige negerin, tot in de VS toe, en dus voortdurend de op hem verliefde Naomi bedriegt. Die zoektocht loopt echter op niets uit, want er zijn naar verluidt maar twee soorten negerinnen: zij die met een blanke willen gaan en zich aan de blanken aanpassen (maar die zijn saai) en negerinnen die alleen met een zwarte willen gaan (en als zij met een blanke gaan, geeft dat onoverkomelijke problemen). David voelt zich dus nergens thuis en als Naomi hem dan op het einde de bons geeft (wat had je anders verwacht, denkt de lezer), is hij daar een tijdje echt niet goed van. Maar al snel vindt David (die eruit ziet als een Marokkaan) troost bij Naima, een Marokkaans meisje dat werkt als caissière in een supermarkt.
Het is ons niet helemaal duidelijk waar Robert Vuijsje met dit alles naartoe wil. Wij veronderstellen echter dat het allemaal bedoeld is als een satire op de moderne maatschappij en dat we David moeten zien als het voorbeeld van een bepaald soort hedendaagse jongere: verwende middle-class kids die leven op de kosten van hun ouders, teren op seks, drank en drugs en verder niet weten van welk hout pijlen te maken. Tegelijk doet Vuijsje toch wel heel erg zijn best om een bepaald soort publiek van hedendaagse jongeren te behagen met zijn geschrijf. Het gebruik van korte hoofdstukjes met pakkende titels mag dan al sympathiek zijn (net zoals de voorkeur van de hoofdpersoon voor vrouwelijke rondingen), de onverbloemde seksscènes die over het verhaal zijn uitgestrooid, het gebruik van slangwoorden (onder meer het irritante, enkelvoudige bil wanneer kont bedoeld wordt), de oppervlakkige psychologie, de oersimpele zinsbouw, hippe stijltrucjes zoals het weergeven van flarden songtekst, sms-jes en chatsessies op Messenger zijn evenzovele pogingen om te flirten met een jong lezerspubliek dat niet al te hoge eisen stelt aan literatuur. En bovendien: de blanke personages die Vuijsje beschrijft, maken weliswaar manifest een burgerlijk-bekakte indruk, maar het gedrag van de ten tonele gevoerde allochtone personages is hoegenaamd niet in staat de bestaande vooroordelen weg te nemen. Integendeel: men kan vermoeden dat een neutrale lezer na kennisname van deze roman eerder zal overhellen naar een racistische kijk dan dat er discriminerende gedachten worden verdreven. Waar de auteur zich ergens bevindt binnen deze multiculturele koude oorlog, blijft vaag.
Dit alles maakt het wellicht begrijpelijk dat Alleen maar nette mensen in 2010 De Inktaap won, een prijs die wordt toegekend door jongeren. Minder begrijpelijk is dat de roman in 2009 ook de Gouden Uil won. In 2012 werd het boek verfilmd, maar van die film hebben we weinig of niets mogen vernemen (een veeg teken?) en we hebben hem ook nog niet gezien, al gaan we dat in de nabije toekomst zeker wel eens proberen te doen. Om af te ronden nog drie dingetjes. Slechts één opvallend zinnetje hebben we kunnen aanstrepen: Wanneer mensen met alle respect zeggen, bedoelen ze eigenlijk: zonder enig respect [p. 72]. Goed gezien! De arrogante uitweidingen van David over (hier vooral zwarte) muziek lijken ons als idee gestolen van American Psycho van Brett Easton Ellis, een boek waarmee Alleen maar nette mensen overigens wel meer verwantschappen vertoont (het branie-achtige, het confronteren van de lezer met seks en geweld onder het mom van satire). En ten slotte een slordigheidje van de auteur: op pagina 201 worden de schilderijen van Rembrandt en Vermeer laatmiddeleeuws genoemd. Of moeten we dit kemeltje toch toeschrijven aan David, in wiens huid de personale verteller voortdurend kruipt?
Quotering: **½
[explicit 4 mei 2014]
|