Inhoud blog
  • Test
  • BOEK: De Bourgondiërs (Bart Van Loo) 2019
  • BOEK: Sinuhe de Egyptenaar (Mika Waltari) 1945
  • BOEK: Dwaal zacht (Lore Mutsaers) 2019
  • BOSCH: Higgs Strickland 2016
    Zoeken in blog

    Over mijzelf
    Ik ben Eric De Bruyn
    Ik ben een man en woon in Wuustwezel (België) en mijn beroep is pensionado.
    Ik ben geboren op 20/10/1955 en ben nu dus 69 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: Middelnederlands / laatmiddeleeuwse kunst.
    Studies Germaanse Filologie 1973-1977 - Universiteit Antwerpen. In 2000 gepromoveerd aan de KU Brussel
    WEMELDINGEN
    Tijd is ruimte in beweging
    25-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.TUIN: TR1 (Het pact met de zeug-duivelin)

    TR1 : Het pact met de zeug-duivelin

    Wanneer we het middenpaneel van de Tuin der Lusten-triptiek in verband trachten te brengen met het rechterbinnenluik, dat manifest de Hel voorstelt (en wellicht de indrukwekkendste Hel die ooit geschilderd werd), dan doet zich reeds op het eerste gezicht een iconografisch probleem voor: op het middenpaneel wordt de zondige mensheid uit de Eerste Wereld afgebeeld, terwijl op het rechterluik de personages en de context waarin zij zich bevinden, voortdurend verwijzen naar de laatmiddeleeuwse maatschappij rond 1500. Dat de figuren op het middenpaneel niet dezelfde zijn als de personages die in de Hel gestraft worden, blijkt alleen reeds uit het gegeven dat op het rechterluik kleurlingen totaal afwezig zijn. Zoals we nog zullen zien, hebben de zonden die bestraft worden, wel voornamelijk te maken met onkuisheid en losbandigheid.

    De oplossing voor dit probleem ligt natuurlijk besloten in het Sicut erat in diebus Noe-thema dat via het Mattheus-citaat precies een parallel wil trekken tussen de Eerste Wereld van vóór de Zondvloed en het nu-moment (vergelijk elders). En dat is wat ook Bosch wilde doen: zijn zondige tijdgenoten herinneren aan wat er in het verleden fout liep en nu nog fout loopt, en waarschuwen voor het in de nabije toekomst te verwachten Laatste Oordeel. Dit verklaart waarom er op het rechterluik geen zwarten te zien zijn: in ’s-Hertogenbosch, en bij uitbreiding in de Nederlanden, zullen rond 1500 weinig of geen zwarten hebben rondgelopen, en zij vormden in dit verband dus geen issue.

    Dat het rechterbinnenluik de Hel voorstelt, daar zijn nagenoeg alle Bosch-auteurs het over eens. Aangezien op dit paneel de situatie nà het Laatste Oordeel althans gedeeltelijk (want de Hemel ontbreekt) wordt uitgebeeld, komt het Vagevuur logischerwijze niet voor, want zoals Dirc van Delf stelt: na doemsdaghe so en sal ghien veghevier wesen [na de Jongste Dag zal er geen Vagevuur meer zijn].[1] Net zoals Bax deed in zijn monografie uit 1956, lijkt de rechterbenedenhoek de handigste plek om de ‘lectuur’ van het rechterluik te beginnen. In 1990 stelde Vandenbroeck overigens dat Bax’ monografie over de Tuin niet het peil van zijn andere studies haalt, maar dat zijn ontleding van het rechterluik meesterlijk is, zodat we in deze tekst daarop niet nader moeten ingaan.[2] Vandenbroeck besteedde inderdaad geen verdere aandacht aan het rechterluik, wat wellicht jammer is, want zoals hieronder nog zal blijken, is Bax’ commentaar bij dit onderdeel van het drieluik op sommige plaatsen wel degelijk vatbaar voor verbeteringen en aanvullingen.

    In de rechterbenedenhoek zien we een zeug, getooid met een nonnenkap, die een zondaar omhelst. Deze laatste staart met een strak, bitter kijkend gelaat de toeschouwer aan. De positie van zijn rechterarm, zijn rechterhand die de wang van de zeug aanraakt, en de manier waarop hij zijn hoofd schuin houdt, lijken erop te wijzen dat hij ook de zeug omhelst, maar niet van harte. Op zijn schoot ligt een beschreven perkament (met een onleesbaar gehouden pseudo-tekst), waaraan twee rode zegels hangen. De zeug houdt in haar linkerpoot een ganzenveer vast. Links van deze twee figuren bevindt zich een monsterachtig duiveltje dat bestaat uit een grote harnashelm op poten, met een opvallend lange en dikke staart die door een schijfje steekt en dan eindigt in een lange krul. In de rechterbil van dit monster steekt een pijl. In de helm ontwaart men een vogelkop met twee merkwaardige sprieten en een lange snavel, waaraan een inktpot en een foedraal hangen. De helm eindigt in een naar achteren gebogen, stekelige kam, waaraan een afgehakte linkervoet is vastgeknoopt. Achter de zeug staat nog een zondaar, gehuld in een rood overkleed. In zijn linkerhand draagt hij een briefomslag met een rood zegel en op zijn hoofd ligt een grote map met een rood zegel die hij ondersteunt met de rechterhand. Op zijn linkerschouder zit een zwarte pad die een schildje (geel van kleur, met een horizontale zwarte balk) vasthoudt. Deze man kijkt verbouwereerd en met open mond naar de folteringen die links onderaan het rechterbinnenluik voltrokken worden.

    Hoewel Bax er in zijn bespreking van TR1 geen enkele melding van maakt, lijkt het toch voor de hand te liggen dat Bosch hier het bekende ‘pact met de duivel’ uitbeeldde.[3] De zeug-duivelin omhelst de zondaar en maant hem zo aan zijn handtekening te zetten onder het duivelspact, terwijl de zondaar rechts gedwongen wordt in de Hel notaris te spelen: het ondertekende pact moet in de omslag gestoken worden en uiteindelijk terechtkomen in de opbergmap. Het gele schildje met zwarte balk dat door de pad (een traditioneel tot de helfauna behorend dier) wordt vastgehouden, is hoogstwaarschijnlijk zijn ambtsteken.[4] Een secretarius van de Hel treffen we ook aan in het satirische duivelsspel Een spel vande groote hel (1564/65), maar daar is het een duivel met de naam Knagende Consiencij [Knagend Geweten].[5] In het eveneens zestiende-eeuwse duivelsspel De Hel vant Brouwersgilde treden een duivel-secretaris (zijn naam is Minos, zijn register heet Quaetclap) en een duivel-advocaat (met de naam Belial) op.[6] Op het rechterbinnenluik van Lucas van Leydens in 1526/27 geschilderde Laatste Oordeel-triptiek (Leiden, De Lakenhal) zit op het middenplan bovenop de Mond van de Hel een duivel te noteren hoeveel zielen er de Hel binnenkomen. Links van deze duivel staat een andere duivel met in de rechterhand een brief met een rood zegel en in de linkerhand een kan waar vuur uitkomt. Ook deze duivels zijn blijkbaar notarissen of secretarissen van de Hel.

    Het pact met de duivel was in de Nederlanden een bekend gegeven en werd in 1487 uitgebreid beschreven in de Malleus Maleficarum van Jacobus Sprenger en Henricus Institoris.[7] Volgens deze Latijnse tekstbron kon het pact gesloten worden tijdens een heksenconclaaf of via een individueel contract met de duivel en (opmerkelijk in verband met TR1) steeds leidde dit tot vleselijke gemeenschap met de duivel. Nochtans maken Sprenger en Institoris geen melding van enig document dat moet ondertekend worden. In andere bronnen is dat echter wel duidelijk het geval. In de berijmde Marialegende Ene scone miracle dat onse vrouwe dede ane theophiluse, die bewaard bleef in het handschrift-Van Hulthem (circa 1410), sluit de raadsman van een bisschop via een jood een pact met de duivel. De duivel legt duidelijk uit wat er moet gebeuren:

    Ghi selt mi scriven enen brief,
    Ende ghi selter inne scriven
    Dat ghi wilt mijn eyghen bliven;
    Ende datter vaster sal moghen sijn,
    Seldire an doen den zeghel dijn.[8]

    [Je moet mij een brief schrijven waarin staat dat je mijn dienstknecht wil worden. En opdat het definitiever zou zijn, moet je er je zegel aanhangen.]

    In het gedicht Van Sinte Gheertruden min van de Hollandse sprookspreker Willem van Hildegaersberch (circa 1400) sluit een ridder een pact met de duivel, nadat hij al zijn goederen gespendeerd heeft aan het klooster van Gertrudis van Nijvel (op wie hij verliefd is):

    Doe en dede hi niet als die vroede,
    Ende hi beseghelde mit sinen bloede
    Enen brief, die hi hem gaf,
    Entie vyant schiet daer af.[9]

    [Toen deed hij iets onverstandigs: hij bezegelde met zijn bloed een brief die de duivel hem gaf, en toen verdween deze laatste.]

    In een andere versie van deze legende uit het Deventerse Liederhandschrift (daterend van circa 1500 en afkomstig uit een klooster van de Zusters van het Gemene Leven in Deventer) is sprake van een brief geschreven met het eigen bloed van de ridder én met een zegel eraan.[10] En in Die Historie van Christoffel Wagenaer, een druk uit 1597 waarin de hoofdpersoon, een knecht van Dr. Faustus, net als zijn meester een verbond sluit met de duivel, krijgen we een uitgebreide beschrijving van het pact: hier moet Christoffel Wagenaer met zijn eigen bloed een tekst schrijven op maagdenperkament.[11]

    Opvallend in verband met TR1 is dat in een aantal van deze teksten melding wordt gemaakt van een brief met een zegel eraan. Verder wordt enkele keren gesignaleerd dat het pact moet geschreven of ondertekend worden met bloed, wat wellicht verklaart waarom bij Bosch de zegels van de brief, de briefomslag en de opbergmap rood van kleur zijn. Zoals een aantal auteurs opmerkten, fungeren joden niet alleen in de tekst over Theophilus als tussenpersoon bij het afsluiten van een pact met de duivel.[12] Is de notaris van de hel bij Bosch wellicht ook een jood? En is daarom zijn ambtelijk schildje geel? Op vele plaatsen in het laatmiddeleeuwse Europa waren joden verplicht een geel herkenningsteken op hun kleding te dragen.[13] ZWARTE BALK DAN OOK TE VERKLAREN?

    Dat de zeug een duivel(in) is, hoeft gezien de context geen uitgebreid betoog. Dat de duivel als zeug, en dan nog als zeug met een nonnenkap, wordt uitgebeeld, vraagt echter wat meer commentaar. In de eerste plaats herinnert dit detail aan het in laatmiddeleeuwse miniaturen en koorbanken wel vaker aan te treffen omgekeerde wereld-motief van de spinnende of harp spelende zeug. Nog dichter bij TR1 staan de afbeeldingen van varkens die verwijzen naar zondige clerici. Bax verwees bijvoorbeeld naar een vijftiende-eeuwse koorbank in de kerk van Aarschot waar één van de misericordes een dansend varken met een monnikskap voorstelt, terwijl een knop aan de vijftiende-eeuwse koorbank van de Sint-Catharinakerk te Hoogstraten een spinnende zeug in monnikspij weergeeft.[14] De zeug bij Bosch is echter geen zondige moniale, maar manifest een duivelin in de hel.

    Bax heeft er eveneens op gewezen dat het hoofddeksel van deze zeug de kap van een abdis is (de abdis onderaan rechts het middenpaneel van de Hooiwagen-triptiek draagt een gelijkaardige kap), en hij concludeert hieruit dat TR1 zinspeelt op een ongeoorloofde liefdesrelatie tussen een man en een abdis, waarvan de abdis geprofiteerd zou hebben om zich te verrijken. De oorkonde met twee zegels zou dan een contract tussen de man en de abdis zijn.[15] Ofschoon er inderdaad exempelen aan te wijzen zijn waarin (aardse) abdissen een liefdesrelatie hebben met een ridder (zie de helm in TR1) of met een rentmeester, kan de verklaring van de abdissenkap ook in een totaal andere richting worden gezocht.[16] In het laatmiddeleeuwse Frankrijk werden bordelen soms abbayes (abdijen) genoemd, waarbij de hoeren als ‘zuster’ werden aangesproken en de bordeelhoudster als ‘abdis’.[17] Hoewel de gegevens hierover schaars blijken, heeft iets gelijkaardigs waarschijnlijk ook elders, onder meer in de Nederlanden, bestaan. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het van rond 1600 daterende tafelspel Al Hoy van de Dendermondse rederijker Dierick de Smet, waarin men tot het personage Ijdel Lustken (een playboy en hoerenloper) zegt: Ijdellustken, zydy custos vanden choore, / die in sulck convent versoect de cellekins? [Ijdel Lustken, ben jij de toezichter van het koor, die in de kloosters de celletjes inspecteert?].[18] Nog in Shakespeares Hamlet fungeert de term nunnery als metafoor voor een bordeel.[19]

    Indien de zeug-duivelin inderdaad verwijst naar een bordeelhoudster, dan zou de zonde van de man naast haar dus zijn dat hij als ridder of edelman (zie de harnashelm) op aarde bordelen heeft bezocht. In dat geval is TR1 niet alleen erg functioneel binnen de structuur van het rechterluik (in TR2 worden immers bezoekers van kroegen en bordelen bestraft, zie infra), maar begrijpen we ook beter waarom de duivelin een zeug is. De term ‘zeug’ werd in de late middeleeuwen regelmatig in verband gebracht met zondigheid en onkuisheid, onder meer in een prostitutiecontext.[20] In een zestiende-eeuwse Middelnederlandse rederijkersklucht wordt een vrouw uitgescholden voor lelijcke hoer en valsche seuch, en in het Neolatijnse bijbeldrama Asotus Evangelicus (1537) van de Bossche humanist Georgius Macropedius scheldt de ene hoer de andere uit voor olida sus [stinkende zeug].[21]

    De helm waarin het duiveltje met de inktpot en het foedraal verscholen zit, wijst er niet alleen op dat de door de zeug omhelsde zondaar een edelman is (wat Engelbrecht II of Hendrik III van Nassau, de meest waarschijnlijke kandidaat-opdrachtgevers van het drieluik, te denken zal hebben gegeven), maar bevestigt verder dat hij zich overgegeven heeft aan onkuisheid. Het Erotisch Woordenboek geeft een tekstvoorbeeld uit 1754 waaruit duidelijk blijkt dat de term ‘helm’ kon fungeren als metafoor voor de fallus.[22] Dit was rond 1500 ook reeds het geval, zoals aangetoond wordt door een zot-erotisch rederijkersrefrein uit 1524 waarin de coïtus beschreven wordt aan de hand van steekspeltermen en de helm verwijst naar de fallus.[23] Deze metafoor behoorde in de middeleeuwen blijkbaar tot het erotische betekenisveld rond ‘harnas’. In Die Rose, de Middelnederlandse vertaling van de dertiende-eeuwse Roman de la Rose, lezen we bijvoorbeeld in verband met de teelballen:

    Die lieden geven, dats grote scame,
    Desen dinge menichgen name:
    Si hetent borsen, si hetent harnasch,
    Oec heetmen hapertasch.[24]

    [De mensen geven, het is een schande, deze dingen vele namen. Zij noemen hen beurzen en harnas of ze spreken van ‘hapertas’ (?).]

    Uit andere literaire bewijsplaatsen blijkt dat ‘harnas’ ook kon verwijzen naar de mannelijke genitalia tout court. In het volksboek Vanden Jongen geheeten Jacke [1528] bijvoorbeeld wordt een monnik door de muziek van een toverfluit gedwongen te dansen tussen de doornstruiken, zodat hij al zijn kleren scheurt en nauwe sijn harnas conde bedecken [met moeite zijn schaamdelen kon bedekken].[25] Binnen deze context is het dan niet onlogisch dat een helm, het bovenste gedeelte van een harnas, kon refereren aan de fallus.

    Verder is er de staart van het monstertje die halverwege een rond schijfje doorboort. Hetzelfde motief treffen we aan op een boschiaans wandtapijt (Brussel, onbekend atelier, vóór 1542) met als onderwerp De Verzoekingen van de H. Antonius. We zien hier hoe een geknield ventje hulpeloos gillend op zijn rug bereden wordt door een wezen met een benig gezicht en een dikke staart die een schijf doorboort. Wat er precies gaande is, wordt aan het oog onttrokken door de brede kapmantel van het wezen, maar we kunnen vermoeden dat er sprake is van anale seks, en in elk geval van (homofiel) seksueel contact.[26] Nu blijkt uit talloze plaatsen in de zestiende-eeuwse Middelnederlandse literatuur dat de term ‘staart’ kon fungeren als metafoor voor de fallus[27] en de oplossing van het beeldraadseltje ‘staart die ronde schijf doorboort’ zal ongetwijfeld iets met de coïtus te maken hebben. Hoe de metaforiek precies werkt, blijft echter onduidelijk, want de term ‘schijf’ kon in het Middelnederlands wel ‘tepelkring’ betekenen, maar niet ‘vagina’.[28] Misschien moeten we de ronde schijf in TR1 en op het wandtapijt telkens interpreteren als een ‘schild(je)’: in dat geval is de vagina-symboliek wél te adstrueren.[29]

    Ook de pijl die in de bil van het duiveltje steekt, laat zich duiden in erotische zin. Een simpele blik in het Middelnederlandsch Handwoordenboek leert ons dat de term ‘bout’ zowel pijl als achterschenkel van een dierlijk lichaam als teellid kon betekenen.[30] Minder gemakkelijk te verklaren is de afgehakte linkervoet die aan de stekelige kam van de helm hangt. Bax noteerde: Het afhakken van een voet was in de middeleeuwen een vrij bekende straf. Dikwijls werd juist de linkervoet afgehakt, omdat men daarmee te paard stijgt.[31] De afgehakte voet zou er op die manier dus nogmaals op kunnen wijzen dat de zondaar die het pact ondertekent, een ridder-edelman is. Een seksuele connotatie van de afgehakte voet is echter weinig aannemelijk, dit in tegenstelling tot de handeling van het ‘schrijven’ die gepaard gaat met het ondertekenen van het pact. Talrijk zijn de Middelnederlandse tekstpassages waarin ‘schrijven’ staat voor het uitvoeren van de coïtus, een ‘schrijfpen’ voor de fallus en een ‘brief’ of ‘perkament’ voor de vagina.[32]

    [explicit]


    [1] Tafel van den Kersten Ghelove IIIb ed. 1938: 656 (Somerstuc, hoofdstuk 52, regels 119-120).

    [2] Vandenbroeck 1990a: 9.

    [3] Bax 1956: 82-89. Zien in TR1 ook een pact met de duivel: Orienti/De Solier 1979: AANVULLEN, Chailley 1978: 186-187. AANVULLEN.

    [4] Bax 1983: 115-116. Zie voor de negatieve connotaties van de pad Vervoort 2001.

    [5] De groote hel ed. 1996: 19r (regels 5-6) / 33v (regel 1248).

    [6] Hel vant Brouwersgilde ed. 1934: 4 (vs. 92-95) / 1 (v. 13). Haslinghuis 1912: 98, wees reeds op het optreden van een helnotaris, de strenge optekenaar der zonden, in het middeleeuws toneel.

    [7] Malleus Maleficarum ed. 1986: 223-228 (Pars II, Quaestio I, hoofdstuk 2). Vergelijk verder over het duivelspact Haslinghuis 1912: 108, De Vooys 1926: 189-198, Krap 1983: 7-11, Gielis 1987, Cat. Utrecht 1994: 13, Schmitt 1995: 32-33.

    [8] Theophilus ed. 1960: 28 (verzen 632-636). Vergelijk ook vers 646: Nemt hier zeghel ende brief [hier is de bezegelde brief].

    [9] Hildegaersberch ed. 1981: 145 (nr. LXXIV, verzen 229-232). De brief wordt opnieuw vermeld in vers 354: Hout hier weder desen brieff [hier heb je de brief terug].

    [10] Van der Heijden ed. 1968: 260-261 (nr. V, verzen 77-84). Vergelijk Meder 1991b: 325-326.

    [11] Christoffel Wagenaer ed. 1913: 34-37.

    [12] De Vooys 1926: 199. Van Gerven 1988: 9.

    [13] De Vooys 1926: 202. Oudejans 1984: 246. Boockman 1987: 283 / 287 / 289. Sansy 1992: 351-352 / 354. Tollebeek 1992: 323-324.

    [14] AGN 4 1980: 85.

    [15] Bax 1956: 83. In Rebold Benton 1992: 104, wordt gesteld dat TR1 zinspeelt op een abdis die een man dwingt tot het opstellen van een testament ten gunste van haar klooster.

    [16] Voor de exempelen zie De Vooys 1926: 43 (noot 2) en Spieghel Historiael I ed. 1982: 334-337 (I Partie, Boek VII, hoofdstuk 60).

    [17] Pleij 1983a: 106. Van Boheemen e.a. 1989: 145. Rossiaud 1989: 12 / 31. Van Waadenoijen 2007: 218.

    [18] Al Hoy ed. 1964: 4 (verzen 67-68).

    [19] Derde bedrijf, eerste scène. Van Emde Boas 1985: 127.

    [20] Talrijke literaire bewijsplaatsen in De Bruyn 2001a: 500-501.

    [21] Lijss en Jan Sul ed. 1938: 103 (verzen 354 / 357). Asotus Evangelicus ed. 1988: 178 (vers 820).

    [22] Heestermans e.a. 1977: 69-70.

    [23] Stijevoort II ed. 1930: 214 (refrein 243, vs. 7-9): Mer van te voren wou hij bespreken / dat sij hem soude leueren scildt ende bane / Ick meender seijdhij mijn helm aen te slane.

    [24] Die Rose ed. 1976: 111 (vs. 6.671-6.674). In het Franse origineel staat hier hernois: zie Roman de la Rose ed. 1974: 214 (v. 7.143).

    [25] Vanden Jongen geheeten Jacke ed. 1905: 10. Zie voor andere bewijsplaatsen de bijlage ‘harnas’. De metafoor kwam ook voor in het Engels, onder meer bij Chaucer in The Wife of Bath’s Prologue: zie The Canterbury Tales ed. 1987: 107 (v. 136) [harneys].

    [26] Zie een duidelijke afbeelding in Cat. Mechelen 1993: 101.

    [27] Zie de bijlage ‘staart’.

    [28] Zie de bijlage ‘schijf’.

    [29] Zie de bijlage ‘schild’.

    [30] MNHW 1981: 113.

    [31] Bax 1956: 85.

    [32] Ook gesignaleerd in Bax 1956: 85. Vergelijk de bijlage ‘schrijven’.



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail
    URL
    Titel *
    Reactie * Very Happy Smile Sad Surprised Shocked Confused Cool Laughing Mad Razz Embarassed Crying or Very sad Evil or Very Mad Twisted Evil Rolling Eyes Wink Exclamation Question Idea Arrow
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)



    Archief per week
  • 23/11-29/11 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 28/10-03/11 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 14/08-20/08 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 19/08-25/08 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 15/08-21/08 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 20/06-26/06 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 06/06-12/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 16/05-22/05 2011
  • 09/05-15/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 25/04-01/05 2011
  • 18/04-24/04 2011
  • 11/04-17/04 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 07/03-13/03 2011
  • 28/02-06/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 14/02-20/02 2011
  • 07/02-13/02 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 17/01-23/01 2011
  • 10/01-16/01 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 26/12-01/01 2012
  • 20/12-26/12 2010
  • 13/12-19/12 2010
  • 06/12-12/12 2010
  • 29/11-05/12 2010
  • 22/11-28/11 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 08/11-14/11 2010

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs