~ Gesticht àls Gesticht ter Voorkoming v/d Maatschappelijke Randdebiliteit ~
~ HÉT "progressief" Orgaan Der "Hangmatsocialisten" ~ Gesticht àls Gesticht ter Voorkoming v/d Maatschappelijke & Politieke Randdebiliteit
26-06-2009
the day the music really died!
De voltallige redactie van kitokojungle betreurt al de commotie rond de dood van Michael Jackson. De enige echte "The day the music died" was en blijft ...3 februari 1959 en daarmee uit! Na! tik dus die datum in op google of tik "The day the music died" in en je zal zo de relativiteit van al die pokkeherrie rond Michael fopsneus vergeten zijn. Wedden? Trouwens een klein logisch vraagje: weet iemand waarom er nog muziek is gemaakt na 3 februari 1959?
Het grote Vlaemsche hoofddoekjesdebat deel honderdveftigduuzend
Vlaanderen heeft weer een rel. Niet toevallig gaat het over een thema dat met onze moslimlandgenoten te maken heeft, het eeuwig terugkerende gezever over het al of niet toelaten van hoofddoeken in scholen en administraties voor meisjes of dames die moslim zijn. So what? Er wordt in nogal wat artikels over dit heikele onderwerp uitgegaan van de premisse dat al die moslimas dit hoofddoek dragen onder druk van één of ander iets. Hetzij de moskee, een imam, broer, neef achtergrootoom enz. Waarschijnlijk is het bij enkelen onder hen inderdaad het geval dat sociale druk zeker een rol speelt. Dat geldt even erg voor het dragen van een jeansbroek of ooit in onzalige tijden een milletvest (herinner je ze nog?) of een rugzak ipv een boekentas. Bijna nooit lezen we in dergelijke artikels dat moslimmeisjes dit wel eens zouden kunnen beslissen uit vrije wil en met een duidelijk doel. Moslimmeisjes worden hier in Vlaanderen nog steeds geassocieerd met onderworpen, hulpeloze schepseltjes die voortdurend worden onderdrukt (en erger) door naar look stinkende bebaarde woestelingen aangespoord door één of andere talibanimam. Goed, we overdrijven lichtjes maar ver zitten we er toch niet naast. Heeft iemand een bewijs dat moslimmeisjes of dames hier erger worden onderdrukt dan onze eigen allochtone huissloven?
Heeft iemand van al deze toogfilosofen al ooit de moeite genomen om eens een praatje te maken met deze rare wezens en hen de vraag gesteld waarom ze dit kledingstuk inderdaad vrij massaal zijn beginnen dragen? Wij hebben in elk geval niet deze indruk, want de meesten denken dat zij in hun naam kunnen spreken en dat zij allemaal de ware reden voor het dragen van dit hoofddoekje kennen. Weet beste witte ridders en redders der zwakke madammen daty deze meisjes echt wel kunnen spreken. De meesten zelfs uitstekend en steeds in onze eigen moedertaal. Vlekkeloos Nederlands zonder enig probleem en ze lopen ook niet weg wanneer je ze aanspreekt, wat nog steeds niet kan worden beweerd van onze zuivere inlandse madammen die in La Flandre Profonde donderdag hun stoep staan te schrobben en aangesproken worden door een wildvreemde, allochtoon of niet zelf vaak meegemaakt als vrachtwagenchauffeur in een nog niet zo heel erg ver verleden
Wel, ik ken persoonlijk wel wat hoofddoekdragende dames en spreek daar regelmatig mee (raar hé) en niet over hun hoofddoek maar over koetjes en kalfjes zoals ik met andere (raar die opsplitsing tussen zij en de anderen toch?) dames wel eens een gesprek durf voeren. Ik heb nog NOOIT enig verschil opgemerkt .Ok, je moet ze niet uitgebreid beginnen kussen of aflebberen zoals voetballers onder mekaar wel eens plegen te doen maar dat doe ik toch ook niet met onze inlandse vrouwelijke rassen. Verder geen enkel verschil gemerkt. Verleden jaar heb ik zelfs mogen meemaken dat ongeveer de helft van een stakingspiket in een Brussels energiebedrijf werd bemand door vrouwelijke werkneemsters MET hoofddoekje en zonder het minste spoor van één of andere grote broer of imam in de buurt trouwens deze staaksters leken mij heel erg assertief en zich zeer goed bewust van hun rechten terwijl de autochtone werkneemsters niet erg uitblonken door hun massale aanwezigheid. Wanneer het op een gegeven moment even spannend begon te worden tussen de aanwezige directie die opriep tot het doorbreken van het piket en het piket heb ik deze dames onmiddellijk zien plaatsnemen vooraan in het stakingspiket hierin massaal gesteund door de andere aanwezige hoofddoekdragende dames met als resultaat dat een open confrontatie tussen werkwilligen onder leiding van de directie en kaderpersoneel en stakers werd vermeden. Ik zie dat niet meteen gebeuren met de inlandse secretaressen.
Is het bij al deze redders van de westerse cultuur nog nooit opgekomen dat deze meisjes voor de overgrote meerderheid ZELF de keuze maken voor het dragen vat dat hoofddoekje? Waarom? Zeer simpel vraag het hen zelf en je zal merken dat zij zich als groep willen kenbaar maken en hun eigen identiteit bevestigd willen zien en aldus erkend worden. Is dit vreemd? Willen zij dat andere mensen die niet de zelfde godsdienst aanhangen het zelfde doen? NOOIT iets van gemerkt bij hen. Natuurlijk weet ik dat er ook in hun kringen extremisten rondlopen maar wat moeten wij dan zeggen van al die Vlaams belangers die iedereen naar Vlaamse folk willen doen luisteren en spruiten met spek als verplichte maaltijd op alle scholen willen invoeren?
En hou nu alsjeblief op om te leuteren over religieuse symbolen? Vlaanderen staat vol met kapellen en kruisen en dat heeft mij als niet-gelovige nooit echt gestoord in tegenstelling misschien tot minder tolerante exemplaren van mijn soort. Ik heb nog nooit echt problemen gekend met gelovige mensen, nog katholieken, noch moslims, noch Jehovagetuigen noch weet ik nog allemaal . We genieten hier van de godsdienstvrijheid en ik gebruik zeer bewust het werkwoord genieten. Er zijn immers een heleboel landen waar dit principe niet geldt wat dan weer geen excuus moet zijn voor sommige pipos hier om het zelfde te doen.
Meisjes die een hoofddoekje dragen vragen in eerste instantie dat men hen respecteert, eerst en vooral als denkend wezen en ten tweede als vrouw. Basta! Als je de werkloosheidscijfers onder allochtonen in Vlaanderen bekijkt nu nog versterkt door de crisis dan zal het wel niemand verbazen dat deze mensen enig respect vragen als groep. Als men ze voor de werkloosheid als groep beschouwt kan men hen misschien voor positieve zaken ook maar best als groep beschouwen. En hier, beste toogfilosofen, hebben de meisjes het voortouw genomen. We zouden het als een daad van ontvoogding moeten zien en we zien het als een soort daad van onderwerping. Hoe men de zaken kan omdraaien doodgewoon omdat men met elkaar blijkbaar niet eens kan praten. Dat er dan één of andere imam oproept om scholen te boycotten die het hoofddoekverbod opleggen is misschien niet de meest diplomatische zet maar als moslima of Belgische allochtoon (aaaargh wat een contradictie) begin je stilaan wel moedeloos te worden van zoveel onbegrip vrezen we
Hieronder vinden jullie een zeer degelijke tekst die zeer duidelijk stelt wat begrippen als godsdienstvrijheid en mensenrechten in dit verband inhouden:
Mogen Islamitische meisjes en vrouwen al dan niet een hoofddoek dragen op school, op het werk, op de foto voor hun identiteitskaart ? Dit zijn vragen die tot hevige discussies aanleiding geven. Eén van de redenen waarom de problematiek zo moeilijk is, is het feit dat er langs beide kanten dus zowel door voor- als tegenstanders van de hoofddoek een beroep wordt gedaan op mensenrechten. Hoe zit dat?
1. De mensenrechten van de hoofddoekdraagster
Je kan natuurlijk een hoofddoek dragen om veel redenen (omdat je het mooi vindt, om op te vallen, om juist niet op te vallen, omdat het moet van thuis), maar in de meeste gevallen is één van de redenen het feit dat je Moslim bent en dat je op die manier uitdrukking wil geven aan je geloof of een godsdienstige regel wil naleven. Als iemand je dat verbiedt, kan je twee mensenrechten inroepen: de vrijheid van godsdienst en het verbod van discriminatie.
a) De vrijheid van godsdienst
Artikel 9 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele Vrijheden (EVRM) luidt: 1. Een ieder heeft recht op vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst; dit recht omvat tevens de vrijheid om van godsdienst of overtuiging te veranderen, alsmede de vrijheid hetzij alleen, hetzij met anderen, zowel in het openbaar als in zijn particuliere leven zijn godsdienst of overtuiging te belijden door de eredienst, door het onderwijzen ervan, door de praktische toepassing ervan en het onderhouden van de geboden en voorschriften. 2. De vrijheid een godsdienst of overtuiging te belijden kan aan geen andere beperkingen zijn onderworpen dan die welke bij de wet zijn voorzien, en die in een democratische samenleving nodig zijn voor de openbare orde, gezondheid of zedelijkheid of de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen. De eerste alinea bepaalt de reikwijdte van de godsdienstvrijheid. Het recht om een islamitische hoofddoek te dragen valt hieronder. Het gaat immers om het onderhouden van de geboden en voorschriften van de Islam. Dat er binnen de Islam discussie bestaat over de vraag of je al dan niet verplicht bent om een hoofddoek te dragen, doet niet terzake. Wat telt, is de godsdienstige motivatie van degene die de hoofddoek draagt (of bv. van haar ouders). De tweede alinea is een zogenaamde beperkingsclausule. Net zoals de meeste mensenrechten is de godsdienstvrijheid geen absoluut recht. Een beperkende maatregel, zoals bijvoorbeeld een hoofddoekverbod, is toegelaten als die 1) een basis heeft in een algemene regel, 2) een wettig doel heeft, dwz ofwel één of ander algemeen belang zoals bv. de openbare orde, ofwel de bescherming van de rechten van anderen; 3) evenredig is met dat doel, dwz dat je geen maatregel mag nemen die veel strenger is dan nodig om het doel te bereiken. Als een verbod voldoet aan deze voorwaarden, is het geen schending van de godsdienstvrijheid, anders wel. Het is de rechter die daarover oordeelt.
b) Het verbod van discriminatie
Een tweede recht waarop een hoofddoekdraagster zich kan beroepen, is het verbod van discriminatie op grond van godsdienst (bv. artikel 26 Internationaal Verdrag inzake Burgerlijke en Politieke Rechten). In Nederland beschouwt de Commissie Gelijke Behandeling een hoofddoekverbod in bijna alle gevallen als een verboden discriminatie. In België is er sinds vorig jaar een Wet Gelijke Behandeling, die onder meer discriminatie op grond van godsdienst verbiedt. Met een beroep op die wet kan je bv. een de rechter de stopzetting van een discriminatie doen bevelen. Niet elke ongelijke behandeling op grond van godsdienst is echter een discriminatie. Dit is pas het geval wanneer er geen objectieve en redelijke rechtvaardiging voor bestaat. Wanneer er geen objectieve en redelijke rechtvaardiging is, is zowel een rechtstreeks als een onrechtstreeks onderscheid op grond van godsdienst verboden. Wanneer enkel de Islamitische hoofddoek verboden wordt, gaat het om een rechtstreeks onderscheid; wanneer echter alle hoofddeksels verboden worden, gaat het om een onrechtstreeks onderscheid op grond van godsdienst, omdat dit, ondanks de neutrale formulering, moslimmeisjes benadeelt. Het criterium objectieve en redelijke rechtvaardiging is in de praktijk sterk vergelijkbaar met het criterium: evenredigheid met een legitiem doel (cf. supra). Ook hier komt de beoordeling toe aan de rechter.
2. De mensenrechten van anderen
a) godsdienstvrijheid
Eén van de argumenten van tegenstanders van de hoofddoek is dat deze een bedreiging vormt voor de godsdienstvrijheid van anderen. Het gaat dan bv. om niet-gelovigen of mensen met een andere godsdienst, maar in de eerste plaats denkt men aan de moslimmeisjes die geen hoofddoek wensen te dragen. De redenering is, dat wanneer een lerares of een grote groep klasgenootjes een hoofddoek draagt, andere meisjes onder druk gezet worden om dit ook te doen. Dit argument hoor je vooral daar waar het moslimfundamentalisme in opmars is.
b) gelijkheid man/vrouw
Een ander argument is dat de hoofddoek een symbool zou zijn van de onderdrukking van de vrouw. Dit argument is eigenlijk vrij problematisch. Het is een feit dat het Islamrecht mannen en vrouwen geen gelijke rechten toekent. Voor vele niet-Moslims wordt dit gesymboliseerd door de hoofddoek. Dit is echter niet terecht. De Islam schrijft zowel mannen als vrouwen voor om zich kuis te kleden. Wanneer meisjes en vrouwen zoals bv. in Iran- verplicht worden om Islamitische kledij te dragen, dan is dit inderdaad een vorm van onderdrukking. Wanneer ze echter vrijwillig een hoofddoek dragen, kan je dit moeilijk onderdrukking noemen. Dat zou van zeer weinig respect getuigen voor zowel de Islam als de autonomie van de betrokkenen. Voor sommigen is het een vorm van onderdrukking door hun ouders (net zoals vele andere kledingregels zo kunnen worden ervaren), maar dat is iets helemaal anders en zeker geen mensenrechtenkwestie.
3. Andere argumenten
a) Orde
Een hoofddoekverbod op school wordt vaak verdedigd met een beroep op het behoud van de orde en het normale verloop van het onderwijs. In sommige lessen (bv. sport, labos) kan een hoofddoek inderdaad hinderlijk zijn. Wanneer hoofddoekdraagsters zich té assertief opstellen, kan bovendien behalve de godsdienstvrijheid van anderen, ook de goede orde in het gedrang komen.
b) Neutraliteit
Voor ambtenaren en voor leerkrachten en leerlingen in het openbaar onderwijs, wordt een hoofddoekverbod vaak gesteund op de verplichting van de overheid om neutraal te zijn op het vlak van godsdiensten en levensbeschouwingen. Men kan neutraliteit echter op verschillende manieren opvatten. In een open opvatting, is er plaats voor iedereen om op gelijke voet zijn of haar godsdienst of overtuiging uit te drukken. In een gesloten opvatting mag niemand uitdrukking geven aan een godsdienst of overtuiging. Wie een hoofddoekverbod stoelt op het neutraliteitsprincipe, hanteert de gesloten opvatting. Maar neutraliteit kan dus ook anders worden opgevat.
4. Wat zeggen de wet en de rechters?
In Frankrijk is aan het begin van dit schooljaar een nieuwe wet in werking getreden, die het dragen van opvallende religieuze symbolen verbiedt aan leerlingen in het openbaar onderwijs (leerkrachten mochten het ook tevoren al niet). De wet geldt dus niet alleen voor hoofddoeken, maar bv. ook voor joodse keppeltjes, tulbanden van sikhs en grote kruisbeelden.
In België is er geen dergelijke wet. Of hoofddoeken al dan niet zijn toegelaten, wordt aan de inrichtende macht van de school overgelaten. In het vrij (meestal katholiek) onderwijs kan men een hoofddoek eventueel verbieden op basis van het pedagogisch project van de school. In het openbaar onderwijs kan een verbod gebaseerd zijn op de bescherming van de rechten van anderen of het goede verloop van de lessen e.d. In de praktijk verbieden de meeste scholen het dragen van een hoofddoek. Er zijn nog maar enkele zaken voor de rechter gekomen in België, maar die oordeelde telkens dat de hoofddoek mocht verboden worden. Eén keer kreeg één van onze hoogste gerechtshoven, het Hof van Cassatie met het hoofddoekverbod te maken. Toen ging het om een gemeente die pasfotos met hoofddoek weigerde voor identiteitskaarten. Dat kon niet, want de regels in verband met identiteitskaarten vereisen wel dat je blootshoofds op de foto staat, maar ze voorzien ook een uitzondering voor godsdienstige redenen. Die uitzondering geldt al heel lang, en was eigenlijk bedoeld voor kloosterzusters.
In Europa ligt het laatste woord inzake mensenrechten bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg. Dat oordeelde deze zomer dat een hoofddoekverbod niet noodzakelijk een schending van de godsdienstvrijheid uitmaakt. Het Hof zei dit in een Turkse zaak. In Turkije houdt men al decennia lang heel strikt vast aan een gesloten opvatting van de neutraliteit van de overheid. Bovendien is het fundamentalisme er in opmars, zodat het toelaten van de hoofddoek op school zou kunnen leiden tot een reële druk op meisjes die er geen willen dragen. Het Europees Hof vindt het niet wenselijk om aan de 45 lidstaten van de Raad van Europa één uniform model op te leggen voor de verhouding tussen Kerk en Staat. De nationale overheid krijgt een ruime beleidsmarge om zelf te bepalen hoe ze dit oplossen. Dit wil niet zeggen dat een hoofddoekverbod altijd mag. Er moet een sterk argument zijn om te zeggen dat het algemeen belang of de rechten van anderen in het gedrang komen als de hoofddoek wordt verboden.
Terwijl in Frankrijk en ook wel een beetje in België een debat woedt over het recht voor leerlingen om op een openbare school een islamitische hoofddoek te dragen, velde het Europees Hof voor de Rechten van de Mens een arrest over deze kwestie in de Turkse context. Turkse universiteiten mogen volgens het Hof hoofddoeken verbieden. Hoe zit het dan met Franse of Belgische scholen?
Toen een Turkse geneeskundestudente in het vijfde jaar zat van haar geneeskundestudies, stuurde de vice-rector van de Universiteit van Istanbul een circulaire rond waarin stond dat voortaan in lijn met de Turkse wetgeving- studenten met baarden en studentes met een islamitische hoofddoek niet langer zouden worden toegelaten tot de lessen. Deze studente wenste haar hoofddoek niet af te leggen, hetgeen resulteerde in een tuchtprocedure en schorsing. Het volgende semester schreef ze zich dan maar in aan de Universiteit van Wenen, waar men niet zo moeilijk moet over die zaken. Het spreekt vanzelf dat niet alle diepgelovige Turkse meisjes met universitaire ambities de middelen hebben om hetzelfde te doen. Er zullen er dan ook nogal wat teleurgesteld geweest zijn toen het Europees Hof voor de Rechten van de Mens oordeelde dat dit hoofddoekverbod geen schending uitmaakt van de godsdienstvrijheid (artikel 9 EVRM). Tegelijkertijd zal er in Turkije ook opgelucht adem zijn gehaald. Een zeer strikte scheiding van Kerk en Staat is immers een centraal principe in de Turkse democratie ontworpen door Atatürk.
Nationale context weegt door
Verrassend kan het arrest niet genoemd worden. Eerder oordeelde de Europese Commissie voor de Rechten van de Mens al dat een klacht over de weigering om een foto met hoofddoek te aanvaarden op een Turks universitair diploma, onontvankelijk was (Karaduman t. Turkije en Bulut t. Turkije, 3 mei 1993), en wees het Hof een klacht van een Zwitserse onderwijzeres over een hoofddoekverbod eveneens in de ontvankelijkheidsfaze af in uitgesproken hoofddoek-onvriendelijke bewoordingen (Dahlab t. Zwitserland, 15 februari 2001, zie Juristenkrant 24 april 2001). In vergelijking met deze zaken is het een grote vooruitgang dat het Hof deze zaak ten gronde onderzocht en beoordeelde. Het was immers vreemd dat kwesties die in verschillende landen tot grote controverse leiden afgedaan werden met een summiere motivering en het oordeel dat klachten kennelijk ongegrond waren. Centraal in de redenering van het Hof staat het principe van de margin of appreciation: het Hof wil aan de 45 lidstaten van de Raad van Europa geen uniform model opleggen inzake de verhouding tussen Kerk en Staat. Zeker wanneer het over het specifieke aspect van religieuze symbolen in het onderwijs gaat, bestaat er geen Europese consensus. Het Hof aanvaardt dat de nationale overheid het best geplaatst is om in deze materie de afweging te maken tussen enerzijds de godsdienstvrijheid en anderzijds de bescherming van de rechten van anderen, en van de openbare orde en een pluralistische samenleving. Het Hof oefent nog wel een controle uit, maar deze is eerder beperkt. Bij de controle door het Hof valt op dat de nadruk sterk ligt op de Turkse context, waar ten eerste een historische keuze is gemaakt voor een strikte opvatting van secularisme, en waar ten tweede een reëel risico bestaat dat fundamentalistische stromingen de hoofddoek gebruiken om bepaalde vrouwen en meisjes onder druk te zetten. In die context is een hoofddoekverbod in het openbaar onderwijs iets dat binnen de appreciatiemarge van de Turkse overheid valt.
Gevolgen voor België?
Voor wie gekant is tegen een hoofddoekverbod in het openbaar onderwijs in België, is dit niet noodzakelijk een slecht arrest. Doordat het steunt op het principe van de margin of appreciation heeft het voor de lidstaten eigenlijk geen rechtstreekse gevolgen. Er is op grond van dit arrest geen enkele reden om aan de status quo inzake de islamitische hoofddoek te raken. Tegenover diegenen die in België naar het voorbeeld van Frankrijk- een algemeen hoofddoekverbod wensen, kan echter niet langer worden opgeworpen dat een dergelijk verbod met zekerheid een schending van de godsdienstvrijheid uitmaakt. De redenering die het Hof ontwikkelde in de Turkse context, lijkt grotendeels ook op te gaan in Frankrijk: ook in Frankrijk is namelijk een historische en grondwettelijk verankerde keuze gemaakt voor een sterke vorm van laïcité. Bovendien kan men ook daar in sommige gevallen argumenteren dat fundamentalistische groepen gematigde moslims onder druk zetten. Het blijft wel de vraag of dit voor het Hof volstaat om een algemeen hoofddoekverbod te verantwoorden, dan wel of het verbod enkel verantwoord is in die concrete gevallen waar daadwerkelijk een bedreiging voor de rechten van anderen of voor de openbare orde bestaat. Of ook een Belgisch hoofddoekverbod de controle van het Hof zou doorstaan, blijft een open vraag. Zowel inzake de opvattingen over Kerk en Staat als inzake de dreiging van fundamentalistische druk op school zijn de verschillen met Turkije en Frankrijk te belangrijk om zonder meer dezelfde redenering te volgen. Het is echter niet uitgesloten dat het Hof een zodanig ruime appreciatiemarge wil toekennen aan de lidstaten dat ook andere argumenten zouden kunnen volstaan om een verbod te rechtvaardigen. Een andere internationale mensenrechteninstantie het Comité voor de Rechten van het Kind, dat toezicht houdt op het Kinderrechtenverdrag is heel wat strenger voor hoofddoekverboden: in de ogen van dit Comité is een hoofddoekverbod voor leerlingen in strijd met de godsdienstvrijheid van kinderen en bedreigt een hoofddoekverbod voor leerkrachten een goed begrip bij kinderen van tolerantie en godsdienstvrijheid. Indien België ook zijn engagementen onder het Kinderrechtenverdrag ernstig wil nemen, is het dus aangewezen om de appreciatiemarge die het Europees Hof voor de Rechten van de Mens laat inzake de hoofddoek niet te gebruiken om een verbod in te voeren, maar eerder om ervoor te zorgen dat de godsdienstvrijheid en een sfeer van tolerantie op school evenals het recht op toegang tot het onderwijs van moslimmeisjes, optimaal worden gewaarborgd.
Hof Mensenrechten, Leyla _ahin t. Turkije, 29 juni 2004, www.echr.coe.int . Zie ook Eva Brems, De hoofddoek als constitutionele kopzorg, T.B.P., 2004, 323-360.
Eva Brems
Docent Mensenrechten, Universiteit Gent
Voorzitter VORMEN vzw
En ondanks een vrij misleidende titel een mening die grotendeels overeenkomt met de onze van federaal parlementslid van Groen, Mevrouw Meyrem Almaci die weet waarover ze spreekt :
MEYREM ALMACI droeg op school zelf een hoofddoek en vindt dat dat nu nog zou moeten kunnen. Uit vrije wil, wel te verstaan, en niet omdat meisjes onder druk staan van macho moslimjongens. Want dat laatste gebeurt echt en is een groot probleem.
De Koninklijke Athenea van Hoboken en Antwerpen zijn niet de eersten om een hoofddoekenverbod uit te vaardigen. En ook zij stellen hun beslissing voor als een manier om leerlingen te beschermen tegen een negatieve groepsdruk om bijvoorbeeld een hoofddoek te dragen.
Die groepsdruk bestaat echt. Dat is een zware vaststelling die de moslimgemeenschappen ernstig moeten nemen en waartegen ze zich moeten verzetten. Het misplaatste machogedrag en zeer selectieve normenbesef van deze groep jongens staan niet enkel haaks op de religie zelf, maar heeft ook heel wat andere negatieve gevolgen op lange termijn: fenomenen als eerwraak, geweld binnen het huwelijk, gebrek aan verantwoordelijkheidszin. Het stuitende gebrek aan respect voor vrouwen door bepaalde groepen in onze samenleving ondermijnt niet alleen de toekomst van die vrouwen maar die van de hele gemeenschap.
De vraag is echter of de negatieve druk op jonge moslimmeisjes zal weggenomen worden door een verbod. Het enige wat we weten is dat een dergelijk verbod zeker één groep effectief zal treffen: de jonge moslimmeisjes zelf. Als een kind van thuis uit gedwongen wordt een hoofddoek te dragen, en de school besluit daarom de hoofddoek te verbieden, dan zullen de ouders of andere familieleden - die de jongere deze dwang opleggen - op zoek gaan naar een andere school. Of ze halen hun kind zo snel mogelijk weg van school. Nochtans is het aanbieden van scholing aan kinderen die onder dwang staan, juist de beste garantie om uit die spiraal te raken.
Als een meisje de hoofddoek draagt uit schrik voor de repressie van een groep jongens, dan zal die druk niet verdwijnen met een verbod. De druk zal dan gaan over de lengte van de rokken, de haarstijl, make-up. Het gedrag van die jongens, wordt immers niet aangepakt. Als ook de moslimgemeenschappen zich openlijk tegen dit soort gedrag verzetten, kunnen deze jongens niet langer claimen dit te doen uit zogezegde religieuze overwegingen. Het zou dus nuttiger zijn als scholen, gemeenschappen en de maatschappij, deze jongens aanspreken op hun gedrag in plaats van enkel in te grijpen bij de groep 'slachtoffers' en daarmee alle meisjes te treffen, ook zij die hun hoofddoek dragen uit vrije keuze.
Velen zullen argumenteren dat dit naïef is, want meisjes kiezen niet vrijwillig voor een hoofddoek. Hier past een onthulling: ik was zo een meisje en heb zelf uit vrije wil in het middelbaar onderwijs een hoofddoek gedragen. Vandaag krijg ik veel telefoontjes en mails van meisjes die in dezelfde situatie zitten en daardoor in steeds minder scholen welkom zijn. Deze meisjes ervaren hun hoofddoek als een stuk van wie ze zijn en als een teken dat ze behoren tot een religieuze groep. Een verbod is voor deze adolescenten niks meer of minder dan een negatie van hun identiteit. De hoofddoek zelf wordt door dit verbod trouwens een steeds sterker symbool, en dus des te interessanter als identificatiemiddel.
Als de moslimgemeenschap dan maar eigen scholen opricht, gebruikmakend van het recht op vrije schoolinrichting, wordt dat steevast op negatieve reacties onthaald. Zij krijgen eenzijdig de schuld voor het ontstaan van een nieuwe vorm van apartheid die misschien wel ongewild in gang werd gezet door degene die claimt de ongelijkheid te willen bestrijden.
We moeten goed weten wat we willen als samenleving. Als we alle kinderen willen beschermen en emanciperen, om ze een goede toekomst te geven, dan is zowel een gedwongen hoofddoek of het verbod op het dragen van een hoofddoek niet de beste oplossing. Het is niet omdat je een hoofddoek draagt dat je automatisch onderdrukt wordt. Maar het is ook niet omdat je geen hoofddoek draagt, dat je als vrouw in deze maatschappij automatisch alle kansen krijgt. Hoog tijd dus voor een ontsluierd en eerlijk debat.
Meyrem Almaci (Groen!) is federaal parlementslid en fractieleider.
ANTWERPEN - Reportage Leerlingen pikken hoofddoekenverbod op school niet Honderden leerlingen en ouders maakten gisteren luidkeels duidelijk dat ze niet akkoord waren met het hoofddoekenverbod in twee Antwerpse scholen. 'Ik dacht dat dit een multiculturele school was.'
Van onze redactrice
'Als het hoofddoekenverbod niet wordt afgeschaft, stuur ik mijn kinderen naar een andere school', zegt een moeder van 32. Haar dochters van twaalf en dertien lopen school in het Koninklijk Atheneum in Antwerpen. 'En als ik geen school vind waar ze hun hoofddoek mogen dragen, houd ik ze thuis. Dan gaan ze niet meer naar school tot ik er een vind waar het wel nog mag.'
De vrouw is naar de school gekomen om haar ongenoegen te uiten over het verbod op politiek en religieuze symbolen in de school. 'Het dragen van een hoofddoek zegt toch niets over wat er in het hoofd zit?' Ze wijst naar de puntenlijsten die ophangen aan de muur van de school. 'Iedereen met een hoofddoek heeft een A-attest.'Aan de schoolpoort deelt Fateha Elhachmi (17) strooibriefjes uit voor een optocht deze zondag 'voor gelijke kansen in het onderwijs.' Ze draagt een hoofddoek en loopt school in het Atheneum. 'We zijn heel erg geschrokken van dit nieuws', zegt ze. 'Ik dacht dat dit een fijne, multiculturele school was, maar ik heb me vergist in Karin Heremans, de directrice. Ik hoop dat ze haar mening zal herzien.'
Als de directrice op de speelplaats verschijnt, gaat de menigte in een cirkel staan. 'Slechts een derde van die mensen loopt hier school', zegt een man op een bankje. Hij blijkt een leraar te zijn. Behalve leerlingen zijn er heel wat ouders naar de school gekomen. Enkele vrouwen dragen een boerka, de meesten een hoofddoek. Halverwege haar speech onderbreken enkele leerlingen de directrice. Op hun spandoek staat: 'Geen hoofddoek, geen leerlingen.'
'We voeren een actief pluralistisch debat in onze school, maar de laatste jaren was het niet meer houdbaar', probeert de directrice nog als ze onderbroken wordt door enkele leerlingen die de leuze 'Wij zijn weg, geen subsidies' beginnen te scanderen.
Als imam Nordin Taouil - twee jaar geleden nog op de SP.A-lijst bij de gemeenteraadsverkiezingen - het woord neemt, slaat de sfeer om. Onder een luid geroepen Allah Akbar neemt hij plaats achter de microfoon. 'Vrede zij met u', begint hij en wat volgt is een ophitsend discours dat bulkt van de clichés en de veralgemeningen. Dat de nieuwe minister een einde moet maken aan de georganiseerde discriminatie. 'Wij maken ook deel uit van de maatschappij', zegt hij. 'Niemand moet zwijgen tegen deze haat.' Als hij zijn oproep doet aan alle moslims om hun kinderen in september thuis te houden, wordt dat luidkeels toegejuicht door de demonstranten.
Aan het einde van de avond staat directrice Karin Heremans er wat verloren bij. Hoe de imam waar ze net nog zo'n constructief gesprek mee gehad heeft in enkele ogenblikken zo kon omslaan, begrijpt ze niet. 'Maar we blijven bij ons standpunt', verzekert ze. 'We wilden al deze heisa net voorkomen door eenvormig te communiceren na de examens.' Ze zucht.
Ondertussen stelt de 18-jarige Bouchra Bouzamour aan de microfoon dat 'het toch ironisch klinkt om iemand vrijheid af te nemen om ze vervolgens te verzekeren aan anderen.'
Haar speech klink bijzonder eloquent voor een meisje van haar leeftijd. Een talent dat niet verloren mag gaan, zou je denken. Maar goed dat ze sinds gisteren afgestudeerd is.
Als antwoord op de petitie "de plaats van de filosofische overtuigingen op school " (1) , die zowel in Nederlandstalig als Franstalig België circuleert, schreef Nadine Rosa-Rosso volgend opiniestuk.
"Ik onderteken de petitie over "de plaats die filosofische overtuigingen op school toekomt" niet. Ondanks alle omzichtigheid die in de tekst in acht genomen wordt, richt deze petitie zich uitsluitend tegen de hoofddoek van de moslimmeisjes en tegen bepaalde opvattingen, die exclusief aan de islam toegedicht worden. Staat er vandaag in België één ànder ostentatief filosofisch of religieus teken ter discussie? Maar om het niet rechtstreeks over de hoofddoek en de islam te moeten hebben, is de petitie een beetje de pedalen kwijtgeraakt.
Beperkte de Franse wet van 15 maart 2004 over dit onderwerp zich tot : In de openbare scholen, de colleges en de lycea is het verboden tekens of kleding te dragen waardoor de leerlingen openlijk een religieus lidmaatschap kenbaar maken, dan gaat de Belgische petitie veel verder.
Zij spreekt niet alleen over religieuze opvattingen, maar ook over filosofische. Ze spreekt niet alleen over publieke scholen, maar over alle scholen die door de staat gesubsidieerd worden.
Naar een nieuwe schooloorlog?
De wet, waar de petitie om vraagt, zal een grote kuis teweegbrengen in alle door de staat gesubsidieerde katholieke scholen: gedaan met de kruisbeelden, gedaan met affiches met uitspraken van de paus. Want hoe zou men aan de leerlingen en aan de leerkrachten kunnen verbieden om religieuze tekens te dragen, als die wel aan de muren van de instelling mogen prijken?
Anders gezegd: deze petitie steekt het vuur aan de lont voor een nieuwe schooloorlog. De voorzitter van de Interdiocesane Lekenraad, Paul Löwenthal, heeft dit goed begrepen. In een opiniestuk in Le Soir van 18 juni 2007 stelt hij : De petitie geeft geen plaats aan de godsdiensten, maar vraagt eenvoudigweg om ze uit te sluiten. Ze stelt het bestaan zelf van confessionele scholen in vraag. Zijn interpretatie is volledig legitiem.
De petitie zou moeten klare taal spreken over wat er verstaan wordt onder een ostentatief filosofisch of religieus teken. Een beginnend baardje op de kin van jongens? Een geschoren schedel of een rastakapsel? Een hangertje met de Davidster? Jongeren hebben een grenzeloze verbeelding om hun overtuiging uit te drukken. En dat is maar goed ook.
Zou men, in plaats van tekens van filosofische of religieuze overtuigingen te verbieden, jongeren niet eerder moeten aanmoedigen om de verscheidenheid van zowel hun overtuigingen als van hun twijfels naar voor te brengen? Is het niet zo dat we artikel 24 van onze grondwet moeten begrijpen: De gemeenschap organiseert een onderwijs dat neutraal is. De neutraliteit houdt meer bepaald in : eerbied voor de filosofische, ideologische of godsdienstige opvattingen van de ouders en de leerlingen? De neutraliteit wordt niet door verboden gerealiseerd, maar door de verscheidenheid van de opvattingen en door het respect voor elk individu.
Gedaan met de contestatie!
De petitie stelt dat men niet langer de inhoud van de cursussen mag bewisten. Dit soort formuleringen is gevaarlijk. Er is inderdaad het verplichte leerprogramma van de cursussen, maar er is ook het noodzakelijke debat met de jongeren over wat ze denken over de inhoud van de lessen. Men moet de jongeren precies aanmoedigen om hun meningsverschillen met de inhoud van de lessen naar voor te brengen, anders zullen ze afhaken in de lessen, iets waar niemand iets bij wint.
Het is waar dat leerkrachten zich soms overrompeld voelen door de huidige situatie in vele scholen. De toekomst die de maatschappij voor onze kinderen in petto heeft, is het belangrijkste probleem dat om een oplossing vraagt en de leerkrachten beseffen dit maar al te goed. Men zal de moeilijkheden in de scholen niet oplossen door nog meer verboden op te leggen, het zal het er daardoor alleen maar erger op worden. Laat ons veeleer meer onderwijzend personeel eisen, meer opvoeders, meer tijd om na te denken en aan uitwisseling te doen over een pedagogische aanpak.
De petitie nodigt de jongeren uit om hun filosofische overtuigingen te verinnerlijken. De jongeren hebben dus het recht om een overtuiging te hebben, alleen moeten ze die voor zichzelf houden. Als het recht om overtuigingen te hebben, niet gekoppeld wordt aan het recht om die te uiten, dan gaat het niet om een recht, maar om een frase. Dit supplementair verbod maakt de kloof tussen leraars en leerlingen nog dieper.
Een voorbeeld. Volgens de petitie is is de sociale en seksuele gemengdheid een waarde die aan de basis ligt van onze maatschappij. Gaat men de leerlingen verbieden om dit standpunt te betwisten? Als sociale gemengdheid wil zeggen dat de rijken zich vermengen met de armen, kan men er dan ook bijzeggen waar deze waarde wordt toegepast? In het onderwijs? In de wijken? In de ondernemingen? In het uitgaansleven? Ga dit als lerares of leraar maar eens vertellen aan de 60.000 jongeren, die beroepsonderwijs volgen: Onze maatschappij is gebaseerd op sociale gemengdheid; jullie worden verondersteld dit idee niet te betwisten, maar tolerant als we zijn hebben jullie wel het recht om te denken, maar dan wel alleen om te denken, dat er niet één dochter of zoon van de bourgeoisie in jullie klas zit.
Er bestaan niet meer wetenschappelijke argumenten om te stellen dat de sociale gemengdheid de basis is van onze maatschappij dan er bestaan om te stellen dat God haar geschapen heeft. Laten we er mee ophouden om onze maatschappij idyllisch voor te stellen en onszelf als de grootste slimmeriken, terwijl we eenvoudigweg bezig zijn elementaire rechten te liquideren.
De verwarring tussen rechten en waarden
.
De feministen verwerpen de hoofddoek in naam van de bevrijding van de vrouw. Maar kan men mensen bevrijden tegen hun wil en, meer nog, door hen een recht af te nemen? Voor een democraat gaat het recht op het dragen van een hoofddoek vanzelfsprekend samen met het recht om er géén te dragen. Een recht toekennen betekent geenszins dat men ook opkomt voor de uitoefening van dat recht. Het recht op echtscheiding of het recht op zwangerschapsonderbreking opeisen staat op geen enkele manier gelijk aan het propageren van echtscheiding of van het plegen van abortus.
De maatschappij legt de rechten vast voor het samenleven van de mensen en de individuen oefenen dan deze rechten uit volgens hun eigen waarden. Het is in de discussie over de migranten dat onze maatschappij is afgegleden naar het bepalen van waarden. Het gevolg daarvan is dat het Frankrijk van Sarkozy nu over een ministerie van nationale identiteit en immigratie beschikt. In Nederland leidde de herontdekking van de nationale waarden een linkse partij als de SP naar het herontdekken van de weldaden van de monarchie en haar beschavingsopdracht in de kolonies. En dan zijn er de atheïsten, die een strijd tegen de hoofddoek leveren in naam van de strijd tegen de godsdienst. Maar men doet de religiositeit van de mensen niet verminderen door hen te verbieden om hun geloof te manifesteren. Ik vrees dat men juist het tegenovergestelde resultaat bereikt.
De politieke inzet: het voorbeeld van Frankrijk
Het is het extreemrechtse blad Minute dat in Frankrijk de aanval tegen de hoofddoek inzette door in 1983 het beeld van een gesluierde Marianne te verspreiden. Het is een rechtse burgermeester (RPR) die in Creil op 4 oktober 1989 de confrontatie aanging met drie gesluierde meisjes. Het rechtstreekse gevolg hiervan was dat hun aantal heel snel steeg.
Over de wet van 15 maart 2004, die uiteindelijk het dragen van een hoofddoek wettelijk verbood, schrijft de historicus Gérard Noiriel: Het succes was totaal, want de tekst die door rechts werd voorgesteld, werd door links gestemd en veroorzaakte bovendien binnen links erg grote verdeeldheid. Noiriel onderlijnt dat de meisjes, die voor het dragen van een hoofddoek aangeklaagd werden, tot de onderdrukte klassen behoorden. Met de sociale afkomst van die meisjes is nooit rekening gehouden, net zo min als met het verschil tussen de situatie van de vrouw in een islamitisch land en in een land als Frankrijk. Het Franse voorbeeld verdient onze aandacht. Het heeft slechts twintig jaar geduurd om, vertrekkende van een karikatuur van extreemrechts tot een door heel de politieke klasse gestemde wet te komen, die een echte ommekeer is in de geschiedenis van de manier waarop men over de immigratie spreekt. En jammer genoeg is dit niet het enige thema waar de meest rechtse opvattingen bijna de gehele politieke klasse hebben veroverd.
En als het geloof nu eens bergen kon verzetten?
Toen ik deze tekst aan het afwerken was, zag ik op de RTBf een reportage over de hoofddoek. Een groep meisjes, die de hoofddoek droegen, begonnen hun studies geneeskunde aan de ULB, de Université Libre de Bruxelles. Alleen al hun aanwezigheid op deze faculteit weerlegt de vooroordelen die deze petitie met zich meevoert. Deze meisjes dragen bij tot de sociale vermenging op de universiteit. Veertig jaar na mei 68 zijn de kinderen van het volk daar nog altijd in de minderheid. Om er te geraken moeten ze heel wat meer hindernissen overwinnen dan andere kinderen. Die meisjes dragen ook bij tot de vermenging van de seksen. Zij bewijzen ook dat de moslimgodsdienst op zich geen handicap is voor de deelname van meisjes aan hogere studies. Hun geloof belet hen niet om biologie te studeren en het geloof in een schepper te combineren met de studie van wetenschappelijke methodes.
Het Vrij Onderzoek zou aan deze meisjes het onvoorwaardelijk recht moeten toekennen om hun studies verder te zetten. Maar neen, men verplicht hen om hun hoofddoek af te doen voor ze een labo binnen mogen. Omdat ze dat weigeren, worden ze bij een hoge verantwoordelijke van de faculteit op het matje geroepen. En welk rationeel argument geeft de officiële vertegenwoordiger van het Vrij Onderzoek en van de wetenschappelijke methode? We zijn hier niet in de Club Med. Einde citaat.
Van in de kleuterklas tot aan de universiteit heb ik alleen maar in de goede scholen van de Stad Brussel en in de tempel van het Vrij Onderzoek gezeten. Ik ben nooit gelovig geweest, maar ik heb altijd de zwakheid gehad om in de goedheid van de mensen te geloven. Zijn wij, de atheïsten, de Vrije Onderzoekers, niet in staat om over deze jonge meisjes een hypothese te formuleren die precies de omgekeerde is van die die in de petitie wordt geformuleerd? En wel dat het misschien juist hun geloof is, dat deze meisjes geholpen heeft om alle hindernissen te overwinnen op de weg van hun emancipatie? Als dit geloof het dragen van een hoofddoek inhoudt, wat gaat ons dat aan?
De Oproep voor een democratische school (Ovds) heeft tot nog toe geen standpunt ingenomen rond de opportuniteit van een verbod op het dragen van de hoofddoek in het onderwijs. Wij vinden de kwestie van de hoofddoek van secundair belang in vergelijking met de grote problemen en uitdagingen in het onderwijs: de dreigende vermarkting, de sociale ongelijkheid en segregatie, de onderfinanciering.
Uit de PISA-testen blijkt dat bijna één op twee migranten het absoluut niet goed doet op school. Nergens ter wereld is de kloof tussen de score van de autochtone leerlingen en de migranten zo breed als in ons land. Wij zouden liever debatten zien over de hoge werkloosheidsgraad, veel groter dan bij de autochtone bevolking, of over de armoede, die dramatisch hoger is: 55 procent van de allochtonen van Marokkaanse herkomst en 59 procent van de Turkse leven onder de armoederisicogrens - minder dan 777 euro per maand, terwijl een gemiddeld maandinkomen voor personen van Belgische en Europese herkomst ligt rond 1150 euro. Dit zijn de reële problemen van de gemeenschappen van allochtone origine. Hun oplossing is een voorwaarde voor de emancipatie van de mensen van allochtone origine, waaronder de moslimmeisjes en -vrouwen.
Op een moment echter dat vanuit diverse hoeken stemmen opkomen om het dragen van de hoofddoek op school effectief te verbieden en anderen tegen dit verbod actie voeren, wou Ovds het debat over de hoofddoek niet uit de weg gaan. Op 19 januari hebben 25 leden van Ovds op een serene wijze discussie gevoerd en de argumenten voor of tegen dit verbod op een rij gezet. Hieronder volgt een synthese van deze discussie.
Argumenten voor een verbod
Het verbod steunen werd geïnspireerd vanuit twee invalshoeken. Enerzijds werd het belangrijk geacht de bevrijding van de moslimvrouwen te steunen. De hoofddoek is een symbool van de patriarchale onderdrukking en het dragen ervan neigt naar een uiting van steun aan het moslimintegrisme, waarvan we de impact dreigen te onderschatten. In de moslimwereld vechten progressieve vrouwen tegen dit seksisme en oprukkend integrisme. Moslimmeisjes die de hoofddoek niet dragen, worden in bepaalde scholen met de vinger gewezen door hun moslimmedeleerlingen. Anderzijds is ook het verbod van elk religieus en filosofisch teken op school belangrijk en moet vermeden worden dat jongeren gestigmatiseerd worden. Door de hoofddoek wordt het wij en de anderen geaccentueerd, terwijl het voor de ontwikkeling van de jongeren juist belangrijk is dat zij naakt en onbevangen kennis maken met de wereld en dat zij beschermd worden tegen invloeden allerhande. De rol van de school is de jongeren bevrijden van achterlijke dogmas die voortkomen uit cultuur en religie. Indien we de hoofddoek tolereren, bestaat het gevaar dat we ook moeten toegeven aan creationistische theorieën, aan de weigering om nog biologielessen te volgen, om mee te gaan zwemmen enz.
Argumenten tegen een verbod
De argumenten die pleiten tegen het verbod vertrekken voornamelijk vanuit de overtuiging dat de hele discussie moet geplaatst worden in de concrete context van het België anno 2008: sinds de aanslagen van 11 september 2003 wordt de hele moslimwereld over dezelfde kam geschoren. Het verbod op de hoofddoek zal de stigmatisatie van de moslims nog doen toenemen en de fundamentalistische tendensen daarbij versterken. Op die manier zullen de moslimmeisjes verstoken blijven van degelijk onderwijs. Zij zullen geduwd worden in scholen waar de hoofddoek wel toegelaten wordt, met nog meer concentratiescholen en het oprichten van islamscholen tot gevolg. Emotioneel zullen de moslimas in de hoek worden gedrukt, zij zullen zich slecht voelen, waardoor zij nog minder ontvankelijk zullen zijn voor wetenschappelijke argumentatie. De religieuze overtuiging hoeft daarenboven niet noodzakelijk een dam op te werpen tegen wetenschappelijk leren argumenteren en is niet per se reactionair. We moeten de jongeren een rationele en kritische ingesteldheid leren aannemen tegenover élke godsdienst en leren ontdekken of de godsdienst bevrijdend kan zijn. Diversiteit moet ervaren worden als een positief gegeven. De school is een plaats bij uitstek om die diversiteit toe te laten en een waaier aan discussiepunten te genereren. Dit alles is onmogelijk in een sfeer van verbod.
Conclusie
Alle deelnemers waren het over eens dat het recht op degelijk onderwijs moet gevrijwaard worden en dat daarbij een wetenschappelijke attitude buiten kijf staat. Indien een moslimmeisje zou weigeren om omwille van haar godsdienstige overtuiging bv. de biologieles of zwemles te volgen, zal zij inderdaad uitgesloten worden, niet omwille van haar hoofddoek, maar omwille van het loutere feit dat zij weigert deel te nemen aan de lessen.
We zijn tot de voorlopige conclusie gekomen dat een gemeenschappelijk en uitgesproken standpunt innemen voor of tegen het verbod op dit moment niet opportuun is. We hebben immers te maken met een zeer complexe problematiek, waarbij een eenvoudige, wetenschappelijke analyse niet voor het grijpen ligt. Zowel de argumenten voor als tegen moeten verder ernstig bestudeerd en grondig uitgediept worden. We verkiezen daarom de veelheid van meningen te respecteren en beschouwen dit geenszins als een houding van struisvogelpolitiek. Voor Ovds blijft de voornaamste tegenstelling deze van onderdrukkers en onderdrukten, en blijven de religieuze tegenstellingen secundair en ondergeschikt aan het probleem van sociale en regionale segregatie.
We hadden jullie beloofd om wat meer over Iran te vertellen. Wij houden
dus ons woord nadat we onze ollandse lezertjes met onze voorgaande
bijdrage in opperste verwarring hebben achtergelaten gaan we dus
eventjes neuzen in hun dagbladen. En wat blijkt ? We halen het reformatorisch dagblad erbij :http://www.refdag.nl/artikel/1418327/Verwarring+rond+foto+Iraanse+Neda.html
TEHERAN
Ze is het internationale symbool geworden van het Iraanse protest:
Neda Agha-Soltan, de 26-jarige vrouw die op straat werd doodgeschoten
door een onbekende scherpschutter. De man die de gruwelijke beelden van
haar laatste minuten vastlegde zond de video naar een bevriende Iraanse
asielzoeker in Nederland, die hem vervolgens de wereld over stuurde via
internet.
We waren op straat en hoorden een schot. We dachten
eerst dat het vuurwerk was, vertelde de man aan zijn in Nederland
wonende kennis. Opnieuw werd er geschoten; ik zag dat Neda niet in
orde leek en rende naar haar toe. Zijn vriend, een arts, probeerde nog
hulp te bieden aan de voor hen beiden onbekende vrouw. Maar dat was
zinloos. Binnen twee minuten overleed Neda.
De beelden van het videofragment gaan door merg en been. Net voordat
Neda sterft, kijken haar verbijsterde ogen recht in de camera. Daarna
stroomt er bloed over haar gezicht. Stemmen verworden binnen seconden
tot geschreeuw, een crescendo van hulpeloosheid.
De eerste keer dat ik de video zag begon ik te huilen, zegt Hamed,
de in Nederland wonende asielzoeker die zijn achternaam en woonplaats
geheim wil houden. Ik kan niet uitleggen hoe enorm mijn lichaam
beefde. Zeker een minuut of vier was ik zo verward dat ik alleen maar
kon huilen.
Hamed, een 35-jarige grafisch ontwerper die eind 2008 naar Nederland
vluchtte nadat de politie zijn woning doorzocht als reactie op zijn
blog, besefte onmiddellijk dat de hele wereld de beelden van de
stervende Neda moest zien. Dit schokte me. En tergelijkertijd dacht
ik: Ik moet het publiceren. Iedereen in de wereld moet weten wat ze aan
het doen zijn met mijn landgenoten.
Al vanaf het moment dat het na de verkiezingen in Iran onrustig
werd, begon Hamed informatie over de demonstraties op zijn facebook op
internet te zetten. Hij zette de betreffende video ook op die pagina,
evenals op CNN i-report en de video-uploadwebsite YouTube. Verder
stuurde hij het filmpje de BBC. Vijf minuten later was er al een
gigantisch aantal e-mails binnen. Het symbool van verzet was geboren.
Er was aanvankelijk niets bekend over wie Neda was en wat ze deed op
de plek waar ze stierf. Dit veroorzaakte een tragisch misverstand.
Dr. Amy L. Beam, een Amerikaanse consultant in de it-sector, zag op
21 juni de tv-beelden van demonstraties in Iran. Nieuwslezers bleven
herhalen dat het een Twitterrevolutie was geworden. Ik had Twitter
nooit gebruikt om naar nieuws te zoeken, maar dit haalde me over.
Via Twitter vond ze Hameds video. Nog maar 120 mensen hadden hem
gezien. Ze nam contact met hem op. Hij dacht dat haar naam Neda
Soltani was. Beam zocht op facebook en vond een vrouw met die naam.
Ik ben niet degene die je zoekt, schreef deze persoon echter.
Soltani stelde zelf ook een onderzoek in. De informatie die ze vond,
plaatste ze op de facebookpagina van Beam. Facebook plaatst een
profielfoto naast elk bericht. Mensen die Neda Soltanis informatie
zagen, namen automatisch aan dat haar foto, een gezicht omlijst door
een gekleurde hoofddoek, die van de neergeschoten vrouw was.
Soltanis foto verspreidde zich vervolgens als een virus over de
wereld. Hij verscheen op websites, spandoeken en plakkaten. Zelfs
nieuwsmedia gebruikten hem. Zij werd het gezicht van de revolutie. De
hevig geschrokken Soltani schreef Beam: Om je de waarheid te zeggen,
ik ben erg bang!!!!
Verscheidene nieuwsmedia hebben inmiddels interviews gehad met
familieleden en vrienden van Neda Agha-Soltan. Zij en haar muziekleraar
kwamen met hun auto vast te zitten in een demonstratie. Neda stapte uit
voor wat frisse lucht en werd neergeschoten. Er is nu ook een foto van
Agha-Soltan in omloop, maar Soltanis foto blijft circuleren.
Voorlopig spelen we op zeker en publiceren dus de foto van een
overledene waarvan we zeker en vast weten dat het de juiste persoon
betreft. Het gaat over Karel Van Miert. Een schonere dood kan niemand
zich wensen en het verschil met Neda is dan ook heel erg groot: tijdens het plukken van kersen in zijn eigen boomgaard die
zijn passie was ...maar het blijft toch jammer dat hij niet wat langer
onder ons is gebleven want het was een aimabel man met een visie en die
hebben we nooit genoeg! En Karel, wanneer je ergens Neda tegenkomt vraag haar dan wie ze nu echt is!
Hup Olland, het is nog steeds niet te laat om Belg te worden!
We hebben al een tijdje onze ollandse unoxmutsjes verwaarloosd. Geen
nood, vandaag hebben we hen GROOT nieuws te melden. Jullie hebben,
knoop het goed in jullie oranje oortjes, beste vrienden, de afspraak
met de geschiedenis gemist! Neen, we spreken niet over een eventueel
uitroeiscenario van jullie geliefde vorstenhuis door een escadron
kamikazeswiftjes, neen we hebben het niet over stormvloeden die jullie
waterzuchtige polders dreigen te verzwelgen. Wij hebben het over de
Belgsiche militaire stormloop en smadelijk Ollandse nederlaag en de
ondertekening van jullie onconditionele onderwerping aan ons BELGEN.
Hoe zo, wij raaskallen, wij lijden aan Mexicaanse griep? Niks van. Lees
met ons mee, brave kezen. Jullie hadden mee kunne genieten van onze
wondere Belgische instellingen. Misschien hadden we dan wel tien
deelregeringen gehad! Nu hebben jullie Wilders en Balkenende ...een
grotere ontgoocheling is moeilijk in te denken dachten we zo. Hier het
volledige relaas dat gebaseerd is op jullie eigen archieven : http://www.nieuwsblad.be/Article/Detail.aspx?ArticleID=DMF24062009_010
Leopold II wilde Nederland binnenvallen
De Belgische
koning Leopold II (1835-1909) wilde Nederland binnenvallen, zo heeft de
christelijk geïnspireerde krant Nederlands Dagblad woensdag gemeld op
gezag van documenten in het Koninklijk Huisarchief in Brussel. Die
werden gevonden door de Vlaamse journalist en historicus Kris Clerckx.
Bij de Belgische 'revolutie' in 1830 had België zich van Nederland
afgescheurd.
De tweede Belgische koning Leopold stuurde
spionagemissies om de Nederlandse militaire kracht in kaart te brengen,
stelde een aanvalsplan op en zette een topdiplomaat in om de
goedkeuring van grootmacht Frankrijk te verwerven.
Het Belgische leger moest Nederland bij verrassing nemen en liefst
binnen een paar dagen Amsterdam veroveren, 'zodat het nieuws van de
aanval gelijktijdig komt met het nieuws van de overgave (door
Nederland). Het Europese evenwicht blijft zo behouden', zo beschrijft
Clerckx de aanvalsplannen in een nieuw boek over Leopold II.
Wat betreft de troepensterkte moest de verovering van Nederland geen
probleem zijn. Een uitgebreide Belgische spionagemissie had in 1854 al
aan het licht gebracht dat het Nederlandse leger veel zwakker en
kleiner was dan het Belgische en er bovendien veel minder in werd
geïnvesteerd.
Het Belgische leger telde 2.127 officieren, het Nederlandse slechts
1.397 - en dat waren volgens de spionnen nog vooral oude mannen.
Het budget van het Belgische Ministerie van Oorlog bedroeg ruim 34
miljoen goudfranken, het budget van Nederland slechts 29,6 miljoen.
Bovendien ging van het Nederlandse budget meer dan 10 miljoen naar de
marine, die bij een Belgische invasie volkomen nutteloos zou zijn.
Vaderlandsliefde van Nederlanders te groot
Kolonel Chauchet, de hoogste militair in de spionagemissie,
constateerde echter dat de forten van de Hollandse Waterlinie goed
onderhouden waren, en, misschien nog belangrijker, dat de
vaderlandsliefde van de Nederlanders hen tot fel verzet zou bewegen.
Leopold rekende er daarentegen op dat de rooms-katholieken in Nederland
in opstand zouden komen als hij het land binnenviel.
Dat het plan uiteindelijk niet werd uitgevoerd, lijkt te danken aan de
Franse keizer Napoleon III. Leopold vroeg zijn hoogste diplomaat in
Frankrijk, de Prins van Chimay, de aanvalsplannen aan te kaarten bij de
keizer. De verovering had alleen maar kans van slagen als Frankrijk
niet zou ingrijpen. Chimay zag echter weinig in het plan. Na een direct
overleg tussen Leopold en Napoleon besloot de koning der Belgen het
plan in de ijskast te zetten.
De documenten in het Koninklijk Huisarchief geven de reden daarvoor
niet, aldus de krant. 'Wel leert de geschiedenis dat van het uitstel
afstel kwam.'
jbs (BELGA
ha, daar vallen jullie tanden van uit, of niet, beste unoxjes? De
Spanjaarden hebben jullie kunnen bedwingen maar het fiere Belgische
heir had andere koek geweest! Verpletterd hadden we jullie onder onze
stalen vuist. Geen tulpenbol noch kaasplank had jullie kunnen redden
van de onderwerping aan ons machtig leger! Gered door Napoleon de derde
die eigenlijk beter had moeten weten en beseffen dat de Oranjes zijn
familielid in Waterloo mee de das hadden omgedaan. Hij heeft hier de
kans gehad om zich te wreken en in al zijn morele slapheid heeft hij
deze historische kans laten ontglippen...onbegrijpelijk...Laten we toch niet vergeten dat Leopold II de kannibalen en arabische slavendrijvers heeft verslagen in onze Congo en dat waren andere kalibers dan de bloembollenkwekers boven Maaseik. Wij
suggereren dus om dat lelijke ding op jullie Amsterdamse Dam af te breken
en een mausoleum op te richten voor Napoleon III als redder der Bataven
! Een openbare inschrijving ter financiering van dit monument zal zeker op
onze milde bijdrage kunnen rekenen
We gaan nog even naar ons eiland voor de Vlaamse kust en kijken hoe de
staking in Lidsey zich verder ontwikkelt. Het gaat immers om een mooi
voorbeeld van moderne bedrijfsvoering. Men vervangt duurdere arbeid
door goedkopere importarbeid en hoopsa klaar is kees. In England
schijnt dat schering en inslag te worden en vele politiekers à la LDD
dromen ervan om dat soort toestanden naar hier te laten overwaaien
onder het mom van vrije markt voor de arbeid. We kijken dus eventjes
naar http://uk.news.yahoo.com/4/20090623/tuk-lindsey-strike-talks-adjourn-dba1618.html
Lindsey strike talks adjourn
Talks
have been held between unions and employers after almost 650 contract
staff working on a major construction project were sacked last week
after seven days of unofficial industrial action.
Owners Total,
the French oil giant, said the action had left a construction project
six months behind schedule and around £85.5 million over budget.
Meanwhile,
more workers have walked out around the country in support of the
strike. Employees at the Coryton oil refinery in Essex have now taken
action for the first time since the dispute flared.
And contract
staff at a number of sites, including the Longannet power station in
Scotland, Sellafield nuclear site in Cumbria, and Didcot power station
in Oxfordshire continue to take unofficial action.
GMB general
secretary Paul Kenny was cheered and applauded when he announced that
the union had launched a £100,000 hardship fund to support strikers.
"As
far as we are concerned, they are victimised and locked-out people, and
it is an official dispute from the moment those notices arrived," he
said, adding that the union is pressing ahead with a national ballot of
thousands of workers in the industry in a long-running dispute over
jobs and conditions.
He continued: "We are committed to a
national ballot. We think we are about a week away from launching that
national ballot. There are lots of technicalities, but we are
absolutely clear we are going down that road."
Mr Kenny and the
Unite union made clear there would be no resolution of the dispute
unless all the sacked workers are reinstated.
A statement
released by the company said further cost overruns would "jeopardise
the future viability of this important inward investment into the UK".
The
firm urged discussions to focus on restarting the project and said it
had been assured by contractors that workers would not face reduced pay
or conditions.
It said: "Total is actively encouraging talks to
be opened between its contractors and the unions about how to
facilitate the return to work of its contracting companies' former
workforces.
"These discussions between the unions and the
contracting companies should focus on getting the project back up and
running within the agreed timeframe and budget.
"The contracting
companies have assured Total they remain committed to the national
agreement between themselves and the unions. There is no question of a
reduction in pay or dilution of existing terms and conditions."
Total said it would be the end of the week before the number of contract staff wanting to return to work would be known.
"However,
the contractor companies have advised us that they believe they will
have sufficient workforce necessary to meet their programming
requirements," the company added.
Speaking in reaction to the statement, Phil Whitehurst, of the GMB union, said he knew nothing about any proposed talks.
He
said: "I've spoken to the general secretary of the GMB, he knows
nothing about any talks at all. Paul Kenny doesn't know anything at all
about it."
Total intervenes in Lindsey strike row as costs spiral
Date: 23-Jun-09
As its bill soars to Eu100m, Total is now encouraging its contractors to hold talks with the unions...
French
group Total appears to be bowing to pressure from striking workers at
its Lindsey oil refinery its now actively encouraging talks
between its contractors and the union representatives of the 650
workers sacked last week. Its obvious why: Total said in a statement
that the long-running dispute at Lindsey has already cost the company
100m and left it six months behind schedule. And with more and more
workers joining wildcat strikes in support of their brethren, the
problem seems to be getting worse rather than better. But this does
leave Total in a pretty weak negotiating position
This
row has been rumbling on since January, when workers walked out on
strike in protest at the use of foreign labour. Since then, unions have
been agitating for strike action if local workers didnt get first dibs
on jobs (thanks partly to Gordon Browns daft/ illegal British jobs
for British workers slogan). The latest flashpoint came when 51
workers were made redundant but not allowed to apply for vacant jobs
with another subcontractor; when workers walked out in protest, 647 of
them promptly got the sack. But this just made things worse: the
workers have refused to budge, and some 3,000 of their brethren have
now gone on strike in their support across the UK.
All in all,
Total said, the delays, underperformance and low productivity on the
Lindsey £200m hydro-desulphurisation project have already cost it a
whopping 100m. And the problem isnt going away: yesterday the sacked
workers were burning their dismissal letters outside the refinery, and
wildcat strikes were spreading across the country. So you can see why
the French group has changed its position (according to union Unite)
and started pressing for a solution. Technically Total doesnt employ
these people they work for the nine subcontractors that ituses to
deliver the work on site but its intervention will clearly carry a
lot of weight.
The problem will be that the unions now have
Total over a barrel (so to speak). The likes of Unite and GMB which
hadnt supported the unofficial strikes, until the workers got the boot
are now on the offensive, insisting that the dispute wont be
resolved until all 647 workers are given their jobs back. That will be
a fairly humiliating climb-down for the refinery bosses.
And the
longer-term worry is whether this will affect the UKs reputation as a
place to do business. Total muttered darkly today that further cost
overruns will jeopardise the future viability of this important inward
investment into the UK. Of course it would say that - but it's true
that this has proved to be a very expensive headache, and you wouldnt
be surprised if in future, Total decides to avoid running projects in
the UK wherever possible. The unions appear to have won this battle,
but they might yet lose the war...
en als je een boodschapje wil sturen om deze mensen te steunen kan dat :
The
strike has now escalated dramatically. Solidarity messages of support
must be urgently sent to geminis@geminis.karoo.co.uk or texts sent to
07706 7 10041.
We
gaan de volgende dagen wat meer naar Iran kijken want daar worden
mensen vermoord. De dood van het jonge meisje Neda doet ons terugdenken
aan de dramatische gebeurtenissen rond eindejaar in Athene. We zien dus
niet in waarom wij hier verschillend moeten reageren wanneer zoiets
gebeurt in onze eigen achtertuin dan wel in een tuin die wat verder
afgelegen ligt. Ondertussen kunnen jullie al wat snuisteren op http://nl.globalvoicesonline.org/2009/06/iran-islamitische-bloggers-reageren-op-protestbeweging/
How Neda Soltani became the face of Iran's struggle
How Neda Soltani became an icon of the protests against the Iranian regime. WARNING: Video contains graphic imagesLink to this video
Shortly after 5pm on Saturday afternoon, Hamed, an Iranian asylum
seeker in the Netherlands, took a frantic call from a friend in Tehran.
"A
girl has just been killed right next to me," the friend said. It had
all happened quickly. A young woman, chatting on her mobile phone, had
been shot in the chest. She faded before a doctor, who was on the
scene, could do anything to help.
There was more. Hamed's friend,
who does not want to be named, filmed the incident on his phone. Within
moments the footage had landed in Hamed's inbox. Five minutes later it
was on YouTube and Facebook.
Within hours it had become one of the most potent threats faced by the Iranian regime in 30 years.
"He
asked me, is it possible to publish everything right now," Hamed said.
"I published it on YouTube and Facebook and five minutes later it
started to get many emails and messages and it published everywhere.
"It
shocked me very, very much and I was sure at that time everyone in the
world if they see this movie they'll be shocked, and I felt that I must
broadcast it because I try to show to the world what is going on in my
country."
The killing of Neda Soltani, the grisly images of blood
spreading across her face, have become perhaps the defining sequence in
the 10-day uprising against the regime in Tehran, a gruesome
manifestation of Ayatollah Ali Khamenei's threat to use force on the
tens of thousands of people contesting the outcome of the presidential
election.
Soltani is being mythologised as a martyr to the opposition's cause, a rallying call for a protest movement in need of a hero. Her image has been printed on placards brandished during clashes in Tehrantoday.
The
footage is disturbing. Her eyes open, Soltani seems to radiate a
calmness at odds with the panic surrounding her as she lies in the
road after being struck by a bullet.
For the authorities, it was
clearly unsettling. They quickly moved to ban the victim's family from
holding an Islamic funeral, apparently for fear of creating a figure
that could unite and revive the battered opposition.
The details
surrounding Soltani's death are as sketchy as her own story. She was
26, a philosophy student and a part-time travel agent, according to
those who knew her. She was no rock thrower at the vanguard of a
movement for regime change , but, according to her fiance, Caspian
Makan, a young woman who may have ended up in the wrong place at the
wrong time.
Makan said she had been in a car in central Tehran
with her music teacher when they were caught in a traffic jam. He said
the pair had left the car to escape the heat.
It was when she was walking down Karegar Street talking on her phone that the shot rang out.
"Neda's
aim was not Mousavi or Ahmadinejad, her target was her country," Makan
said, adding that although she hadn't planned on demonstrating, she
was sympathetic to the protest movement.
In the footage she is
wearing jeans, white trainers, a dark shirt and a headscarf,
suggesting a middle class and relatively emancipated young woman.
Several
men are shown frantically trying to save her life as blood from her
wounds rapidly develops into a large pool beside her.
Reports
vary on who fired the fatal shot. Some sources suggested it was a Basij
volunteer on a motorcycle, while others have attributed it to a
marksman on the roof of a nearby house.
Others said she may have been targeted because she was using a mobile phone, one of the opposition's most important tools.
Another
video said to be of Soltani, taken just before she was shot, shows her
standing among a crowd of protesters, some of whom are heard chanting
"death to the dictator" and "Allahu Akbar".
Like much of the
footage that has emerged from Tehran in recent days, the authenticity
and circumstances behind the video could not be verified.
But Soltani was quickly lionised by an engaged online community inside and outside Iran. Some have even started writing songs in her memory to accompany the web footage.
One
song, by a singer called Pourang Azad, contains the lyrics: "You left
and thousands of flowers grew, you left and my patience finished Your
loving look is full of demand. Sleep, sweet lady of Iran."
The
incident has taken on an added poignancy from the meaning of Soltani's
first name. Neda, an Arabic word used more commonly in literary rather
than spoken Farsi, conveys the spiritual meaning of "call" or "voice".
The
authorities are acutely aware of the threat posed to them by her
killing. They only agreed to release her body on condition that her
family agreed to a quick burial on Sunday in the sprawling Behesht-e
Zahra cemetery on the outskirts of Tehran.
A memorial service
planned for the Nilufar mosque in the capital's Abbasabad
neighbourhood was called off after officials expressly forbade it. All
other mosques in the Tehran area have been warned against holding
services in her memory.
But that may not be enough to stop
Soltani becoming a martyr, a status revered in Shia Islam, the dominant
sect in Iran. Under the creed, mourning ceremonies are held for the
dead on the third, seventh and 40th days after their passing.
During
the unrest that presaged that 1979 Islamic revolution, processions on
the 40th day of mourning for fallen protesters became landmarks that
created the momentum to topple the shah's regime.
Hoera, hoera! Juicht Vlaanderen juicht! De nieuwe Vlaamse linkse-centrum-rechtse nationalistiche regering start onder een gunstig gesternte! Er werden immers twee waarachtige relikwieën ontdekt van Pater Damiaan. Namelijk een haarlok en een teenkoot. Beter zal het nooit meer worden, waarde landgenoten. Al het hierna volgende nieuws zal enkel kommer en kwel bevatten. Profiteer er dus van om jullie nog een laatste maal in alle losbandigheid zonder schroom of teugels te laten gaan. Wij moeten jullie immers melden dat op andere plaatsen op deze aardkloot er iets minder reden tot feesten is. Neem Iran waar de ene mollah de andere met de koran rond de oren kletst ten koste van de bevolking die afgesloten wordt van de rest van de wereld. Alsof het in dit tijdperk nog mogelijk zou zijn zoiets lang vol te houden. Behalve dan in Noord-Korea dat al een tijdje het grootste concentratiekamp ter wereld is geworden onder leiding van de dynastie der Kims die vanop hun schoenen met verhoogde zooltjes hun volk besturen zoals Mengele destijds zijn dokterspraktijk. Maar we blijven dichter bij huis, beste lezertjes. Vandaag nemen we gewoon de Eurostar en we bezoeken onze plumpuddingvreters van het eiland tegenover onze Vlaamse kust. Wir fahren gegen England!
Total sacks 600 UK steel workers on 'illegal' strik
June 19, 2009 -- Updated 1307 GMT (2107 HKT)
By Hilary Whiteman CNN
LONDON, England (CNN)
-- More than six hundred workers at Total's Lindsey oil refinery in
Northern England have been told they no longer have jobs after staging
what the company calls an "unofficial, illegal walk out."
Protesters gathered outside Total's Lindsey oil refinery on Friday, June 19, after hundreds of striking workers were sacked.
The steel
workers started striking last Thursday after one contractor axed 51
jobs while another employer on the same site was recruiting.
Protesters gathered outside Total's Lindsey oil refinery Friday with placards calling for solidarity from fellow workers.
The dispute has prompted a number of wildcat strikes at power stations and oil refineries around the United Kingdom.
The workers' union GMB, which represents around half of the sacked
workers, estimates that, as of late yesterday, up to 4,000 other
workers at four power stations and three oil refineries had walked off
the job in sympathy.
Early this afternoon, Total confirmed that
negotiations had started between the workers' employers and ACAS, the
British Advisory, Conciliation and Arbitration Service.
Earlier, in a statement posted on its Web site, Total announced that
its contractors had started the process of ending employment contracts
for 647 workers on the HDS-3 construction project.
The
statement said the project has been temporarily shut down and that all
employees had until 5pm on Monday to reapply for their jobs.
Phil Davies, national secretary and head of the manufacturing section
at the GMB Union, told CNN the invitation to a job interview would only
stoke workers' anger. "I think that would just humiliate people to be
quite honest and it will put their backs up and make them more
determined to win it," he said.
He said union representatives
were in the process of gathering information to hold an official
industrial ballot, a process that could take six weeks.
The
British Press Association published one sacked Lindsey worker's appeal
for support from fellow union members: "We are asking for support from
workers across the country which I am sure will be given. Total will
soon realize they have unleashed a monster."
Workers at the
Lindsey oil refinery walked off the job for more than one week in early
February to protest against the hiring of hundreds of foreign workers.
They returned to work after the unions and the company gave assurances that half the jobs would go to British workers.