Op 31 januari 1918 overleed in het Congolese Lisala
Minderhoutenaar Hector Jan Amatus Waterschoot. Hij was zonder enige twijfel de militair uit de Noorderkempen die het verst van zijn woonplaats het leven liet tijdens de Grote Oorlog... Hector Waterschoot had zich op 3
augustus 1914 als oorlogsvrijwilliger geëngageerd. Hij diende aanvankelijk als
soldaat in het 14e Linieregiment. Op 24 oktober 14 werd hij gewond
tijdens de IJzerslag en geëvacueerd naar een militair hospitaal in St. Malo. In
het begin van 15 muteerde hij naar het 3e Linieregiment. In
november 15 werd Waterschoot bevorderd tot korporaal, een paar maanden later
tot sergeant. Van 1 maart 16 tot 22 juli 16 volgde hij in Normandië een
opleiding tot adjudant. Op 27 juni 17 werd hij ter beschikking gesteld van de
Koloniale Troepen. Op 2 september 17 vertrok hij vanuit La Pallice naar Congo,
waar hij op 24 september aankwam in de haven van Boma. Waterschoot werd
aangesteld tot militair agent in dienst van de Force Publique maar amper drie maanden na zijn aankomst op het
Afrikaanse continent bezweek hij aan de
gevolgen van een evcHector Waterschjoottropische
ziekte, vermoedelijk malaria. Hij werd begraven op het Belgische militaire
ereperk van de begraafplaats van Lisala.
Hij was een ongehuwde zoon van Julius Waterschoot en
Constance Van Gehuchten en was bij het uitbreken van de oorlog gedomicilieerd
in Minderhout Dorp.
|