Voor de
zoveelste keer stroomde er weer bloed aan de rijksgrens in het Hoogstraatse. Op 7 augustus 1916 omstreeks
15.00 u. werd ter hoogte van de boerderij van Lodewijk Meyvis, bij het
Poeleinde te Wortel, de 17-jarige Jan Jozef Van Der Kelen door een Duitse
schildwacht doodgeschoten. Deze jongeman uit het Brabantse Sint-Kwintens-Lennik
was met het voorwendsel dat hij zich als leerling wou gaan inschrijven aan het
Klein-Seminarie, er in geslaagd tot in Hoogstraten te geraken, waar hij de
sprong over de grens wilde wagen. Zijn moeder, Joanna Jacobs, verbleef al
geruime tijd als weduwe in Engeland. Volgens sommigen was de knaap via een
gracht onder de Dodendraad doorgekropen en bevond hij zich al enkele meters op Nederlands grondgebied, toen de
Duitse kogel hem trof. Jozef werd op het kerkhof van Wortel begraven, waar omwonenden
geregeld zijn graf met bloemen versierden. De Meerlese burgemeester Van Nueten
schreef over dit drama in zijn oorlogsdagboek: Er
is na bij de Baarle brug een student van Belgie, die zijne ouders in Holland
wilde bezoeken, maar geen toelating kon bekomen, en toch trachtte er te geraken
onder den electrieken draad door was geraakt, alleen moest hij nog door den
ijzerdraad, is toen geschoten maar alleen gekwetst en toen afgemaakt met een
schot in het hoofd. Hij had niets bij hem alleen eenig geld om bij zijne ouders
te geraken. Droevig einde
Twee
dagen later werd op de grens een smokkelaar uit Noord-Brabant doodgeschoten
door een alerte Nederlandse grenswachter. Ondanks het feit dat ik al bijna 40
jaar opzoekingen doe rond de Dodendraad ben ik er tot op de dag van vandaag
niet in geslaagd om de identiteit van deze man te achterhalen. Mocht iemand toevallig weten wie dit slachtoffer was, dan mag je me steeds contacteren.... Ook zijn
tragische dood werd genotuleerd door burgemeester Van Nueten: Gisteren
zijn de smokkelaars verrast boven Grazen. 15 zijn aangehouden. 1 is er dood
gebleven geschoten, vader van 6 kinderen, maar had vrouw en alles verlaten om
te smokkelen.
|