'Where have all the flowers gone" vroeg Pete Seeger zich in 1955 af in zijn bekende anti-oorlogslied. Vandaag las ik dit artikel met de titel 'Klaprozen in Flanders Fields zijn niet meer wat ze geweest zijn ' in 'De Standaard': ' De bloem die symbool is geworden van de slachting in de Vlaamse velden, nu honderd jaar geleden, komt bijna de helft minder voor dan toen. Dat meldden Nina Hautekeete (Universiteit Rijsel) en haar collega's op het congres van de Franse Ecologische Vereniging. De biodiversiteit in Belgisch en Frans Vlaanderen is vervlakt en gemondialiseerd, zo stelden ze vast. 'Van elke vijf soorten die we bestudeerden, is er één ofwel nieuwkomer ofwel verdwenen.' Vooral akkersoorten zoals de wilde ridderspoor en de zomeradonis zijn verdwenen. Met de zompige weiden verdwenen ook breed wollegras en de kleine zonnedauw. De verstedelijking trok nieuwe soorten aan en liet er ook een aantal uit voortuintjes ontsnappen. Of uit tuinvijvers, zoals de waterteunisbloem die hele beken overwoekert. ' Al bij al verliezen we gespecialiseerde soorten ten voordele van kosmopolieten', zei Hautekeete. 'Het aantal soorten stijgt wel, maar dat verbergt een wereldwijde homogenisatie van de habitats.' Klaprozen voelen zich goed in ruige graanvelden, minder in de mechanisch bewerkte velden van vandaag. Sinds begin vorige eeuw zijn ze met veertig procent achteruitgegaan. Toch de landbouwsoorten. De plastic souvenirwinkelsoort doet het in Ieper en omstreken uitstekend.' (pvd)
|