Eergisteren bracht ik een citaat uit De Heuvel van Willy Spillebeen. Wie dit leest begrijpt de
symboolwaarde die deze Menense auteur hecht aan Troje als metafoor voor oorlog
in de breedste betekenis van het woord.
Mythe
Vier populierenrijen
geplant in drassig weiland
mijn zuilengalerijen
op Ithaka het eiland
waarrond de groene golfslag
van de bossen schuimde.
Ik voer uit die voortijd weg
doorheen de dreef der zuilen
naar mijn geschiedenis.
Sindsdien geschiedde het
door boomzagen en bijlen
dat het eiland ruïne is.
Ik weiger te begrijpen
wat mythe werd in het land
waar ik als toerist zal
sterven:
dat iedere boom die viel
bestemd werd voor de velgen
van een nieuw wagenwiel
Een strijdwagen nà Troje.
(Uit: Voorbij de populieren. Gedichten. Tielt/Bussum 1982, Lannoo,/De
golfbreker.)
|