Morgen zal het precies honderd jaar geleden zijn dat Louis
Lode de Boninge, brancardier bij de VIe Legerdivisie, in St. Joris
aan de IJzer dodelijk gewond werd door granaatscherven. Deze van oorsprong
Franstalige notariszoon uit Wevelgem was Vlaamsgezind geworden in de
studentenbeweging. In februari 14 was hij als novice ingetreden in het seminarie
van de Witte Paters in Boechout met de bedoeling missionaris in Afrika te
worden. De oorlog doorkruiste echter deze plannen. Hij ging verder studeren in
Boxmeer, in het neutraal gebleven
Nederland, tot hij eind november 15 zijn oproepingsbevel voor het leger kreeg.
Hij meldde zich op 20 december op het Belgische consulaat in s Hertogenbosch en
belandde via Engeland op 18 juni 16 in het instructiekamp van Auvours om er opgeleid
te worden tot brancardier. Eens hij aan
het front stond hield de Boninge zich al vrij snel bezig met de studiekringen
en het uitgeven van een frontblaadje. Aanvankelijk vermeed de Boninge elke discussie
over de Vlaamse problematiek maar in de loop van 17 radicaliseerde, hij net
zoals vele flaminganten aan het front, erg snel. Nog voor het einde van het
jaar had de Boninge zich, gefrustreerd door het onbegrip en de onwil van legertop en regering, aangesloten bij de clandestiene Frontbeweging.
In de nacht van 11 januari 18 namen in de streek van
Leisele, Houtem en het net op Frans grondgebied liggende Hondschote, een
honderdtal ploegen van telkens drie à vier manschappen deel aan een Vliegtocht, een oor de Frontbeweging
georganiseerde protest- en propaganda-actie. Agenten van de Sûreté Militaire klisten een van de
deelnemers aan deze actie, die doorsloeg. Het gevolg was dat 14 soldaten konden
worden aangehouden, waaronder de Boninge. Eind februari 18 kwamen ze voor de
krijgsraad in wat al snel Het proces van
de 6e Legerdivisie werd genoemd. de Boninge werd tot 7 maanden
effectieve celstraf veroordeeld maar in beroep werd deze straf omgezet in 7
maanden voorwaardelijk. Hij belandde terug aan het front waar hij een paar
weken later sneuvelde toen hij een gekwetste uit de tuchtcompagnie van het 1e
Regiment Grenadiers, waar hij bij wijze van sanctie naar was overgeplaatst, te
hulp kwam.
Vrienden vonden in een portefeuille zijn met een
granaatscherf doorboorde en met zijn bloed doorweekte testament . Hierin drong de
Boninge er op aan om op zijn graf een simpel kruis met een Nederlandstalig
opschrift te plaatsen: Hier ligt een
Vlaming, eens veroordeeld voor zijn ideaal en ie op
zijn bloed ervoor gestort
heeft
Tijdens zijn begrafenis op de militaire begraafplaats Duinenhoek in
De Panne legden zijn vrienden een rouwkrans met het opschrift Zalig zijn zij die lijden voor Vlaanderen op
zijn graf
|