Dag van de Arbeid, dus waarom niet een flink stukje pennen..? In het kleine La Chapelle-dArmentières, ten
zuidwesten van Armentières liggen niet minder dan vijf begraafplaatsen van het
Britse gemenebest. Deze concentratie heeft vooral te maken met het feit dat de
frontlijn bijna heel de oorlog vlakbij lag. De grootste begraafplaats in La Chapelle-Armentières
is Ration Farm Military Cemetery.
Deze dodenakker ontstond op minder dan een kilometer van de frontlijn aan het
eindpunt van een verbindingsloopgraaf naast een boerderij die op de Britse
stafkaarten bekend stond als Ration Farm.
De eerste gesneuvelden werden op deze site begraven in oktober 15. Na de
oorlog werd de begraafplaats uitgebreid met de graven van Chapel Farm Cemetery in Fleurbaix en
Ferme du Bietz Cemetery in La Chapelle-Armentières. Momenteel liggen op deze
site 4 Duitsers en 1.315 gesneuvelden
uit het Britse Gemenebest, waarvan bijna de helft, 643 om precies te zijn, als onbekenden werden
begraven.
Op Ration Farm Military Cemetery liggen twee broers, Henry
en Arthur Matthews, respectievelijk een driver
in de 6e compagnie van het Australian Machine Gun Corps en een private in dezelfde eenheid. Zij
bedienden samen met een derde broer Frederick, een machinegeweer tijdens een
Duitse raid op hun stellingen op 4 juli 1916.
Henry en Arthur werden gedood, maar Fred bleef het machinegeweer bedienen
tot de aanval was afgeslagen. Ze werden
naast elkaar begraven in de graven I J 8 en I J 9. Hun broer Fred, die werd
onderscheiden met de Distinguished
Conduct Medal, sneuvelde als tweede
luitenant op 8 november 1916 aan de
Somme. Hij ligt begraven op AIF Burial Grounds in Flers.
De meeste Australische doden op deze site sneuvelden
tijdens de mislukte aanval op Fromelles op 19 juli 16. Eén van hen was de 23-jarige
Sidney Bromley, een soldaat in het 53e Bataljon Australian Infantry.
Hij ligt begraven in graf VI J 43. Zijn broer Albert raakte vermist bij
dezelfde aanval. Onlangs werden zijn stoffelijke resten teruggevonden bij Pheasant Wood en werd hij bijgezet in
Pheasant Wood Cemetery in Fromelles.
John Laird Gallway Irvine, een kapitein in het 2e
Bataljon Argyll and Sutherland Highlanders
stamde uit een militaire familie. Zijn vader was kolonel bij de Royal Engineers
en zijn oom, Sir H.L. Galway, K.C., M.C, D.S.O. was kolonel bij de infanterie.
Hij werd op 5 juli 15 gedood bij Grispot toen hij onder vijandelijk vuur een
paar gewonden in veiligheid probeerde te brengen. Hij ligt begraven in VI L
29. Ook Evan Nanney Jones-Vaughan was
voorbestemd voor een militaire carrière. Hij was in 1885 in Abu in India
geboren waar zijn vader, de latere generaal-majoor Hugh Jones-Vaughan CB, een
infanteriebataljon leidde. Nadat de familie was teruggekeerd naar het
ouderlijke domein Plas Hwydyn in het Welshe Rhydyclafdy ging Evan Jones-Vaughan
naar de militaire academie van Sandhurst. In februari 1905 kreeg hij een
aanstelling als tweede luitenant in het 2e Bataljon van de Royal
Welsh Fusiliers. Met deze eenheid vertrok hij in augustus 1914 naar het front. De 29-jarige kapitein sneuvelde op 26 oktober 14 in Vertouquet. Zijn
bevelhebber schreef over hem: I cannot
speak to highly of the work done by your son during the whole campaign with his
men, and now that he has been taken like many other good men, doing his duty
for his country, I can only say I have lost a most gallant and capable officer
and a very dear companion. Hij ligt begraven in graf III C 12.
Een bijzonder detail aan Ration Farm is dat er niet
minder dan vijf militairen begraven liggen die amper 17 jaar oud waren toen ze
sneuvelden. George Benton uit Leeds (V C 19) was een gunner in de 1e
West Riding Brigade van de Royal Field Artillery toen hij op 11 juni 1915
sneuvelde tijdens een artillerieduel. John Henry Heald was een soldaat in B
company van het 1e Bataljon
van het Leicestershire Regiment. Hij sneuvelde op 2 januari 1915 en ligt begraven
in graf VIII B 10. Ook Augustine Norman
was slechts 17 jaar oud toen hij op 27 februari 16 sneuvelde. Hij was een
soldaat in het 27e (Tyneside Irish) Bataljon van de Northampshire
Fusiliers. Norman werd begraven in graf I C 7. Londenaar W. Pamplin ligt in
graf VI F 51. Hij was een kanonnier in A Battery van de 105e Brigade
van de Royal Field Artillery toen hij op 25 september 15 sneuvelde. De laatste
17-jarige op deze site kunnen we in graf VI L 28 terugvinden. John Andrew
Alexander Moir was, ondanks zijn jonge leeftijd, al tweede luitenant in het 2e
Bataljon Argyll & Sutherland Highlanders toen hij op 16 juni 15 het leven
liet.


|