Ontevreden
Vlaamsgezinden organiseerden vanaf eind mei, begin juni 17 de eerste vliegtochten aan het IJzerfront. Kleine
groepjes militairen trokken, er s
nachts op uit om met verf- en /of plakborstel en met zelfgemaakte affiches en
strooibriefjes de Vlaamse eisen en klachten kenbaar te maken. De artillerist
Jozef Simons noteerde in Beveren-aan-de-IJzer opschriften als Vlamingen staat op! Uw bloed roept om
wraak! en zelfs een Nietzsche-citaat Opstand
is de adel der slaven. Gehoorzaamheid die van een vrij man.
Uit
de aantekeningen van eind mei in het oorlogsdagboek van korporaal/oorlogsvrijwilliger
Jeroom Leuridan bleek de revolutionaire geest die onder een deel van de Vlaamsgezinden
opgang begon te maken: k Wilde het
gegrift zien op alle hoeken en vlakken van het hele land hier, overal waar het
zou kunnen geschreven worden: 80 % als een raadsel, een machtspreuk, een
sfinxvraag, tot het een obsessie, een onontkoombare visie worde. t Is het
verpletterende machtsgetal 80 %. Vlaamse soldaten in t leger; 80 op 100 die
Vlaams spreken, in t Vlaams vloeken en in t Vlaams denken over hun
beestenbestaan, waarin ze zoveel grondeloze, wrange hopeloosheid smaken. En,
wat nergens bestond, wat nergens bestaat: de 80 % bukken laag en kruipen voor
de 20 %, en
ze voelen t buigen van hun nek en t krommen van hun rug niet
meer !(
) De tijd is rijp, overal, voor de revolutie, ook bij de Vlamingen,
indien de genster erbij kwam! Geen vragen meer! Geen bedelen, maar eisen,
driest eisen! Wellicht als reactie op de toenemende
Vlaamsgezinde agitatie kwamen er begin juni 17 steeds meer klachten over
Vlaamsonvriendelijke uitlatingen van officieren. Een kapitein-commandant beweerde quil faut tout de même avouer que les Wallons sont plus intelligents
que les flamands. Een sergeant dreigde: Je les ferai crever tous, ces sales flamins. Aan een generaal - vermoedelijk
luitenant - generaal Bernheim - werd volgende krasse uitspraak toegeschreven: Je collerai une soixante de
brancardiers-prêtres et une centaine dofficiers-prêtres contre le mur et ce
sera fini
Op 8
juni 17 meldde Ons Vaderland, voor het eerst in de Belgische
oorlogspers, een geval van een Vlaamsgezinde die een tuchtstraf had gekregen
omwille van zijn overtuiging. Een niet nader genoemde brancardier die zich
tijdens het appel in het Nederlands had gemeld kreeg van zijn
compagniecommandant zes dagen kamerarrest wegens ordeverstoring. Twee dagen
later nummerden de Vlaamse manschappen van een compagnie in het 3e
Linieregiment zich tijdens het ochtendappel in het Nederlands. Wanneer de
bevelvoerende luitenant aan korporaal De Coster vroeg waarom deze niet tussen
was gekomen om dit te verhinderen, antwoordde hij dat hij het niet kon afkeuren
dat Vlamingen hun taal wilden spreken. De Coster werd wegens insubordinatie
naar een tuchtcompagnie verbannen. Hier werd hij dag en nacht getreiterd en
geobserveerd wat aanleiding gaf tot het stellen van een parlementaire vraag
door A. Van de Perre aan minister van Oorlog De Ceuninck. Een paar weken later
werd De Coster zonder gevolg uit de tuchtcompagnie ontslagen. Op 12 juni werd
koning Albert I bij een bezoek aan Woesten in hoogsteigen persoon geconfronteerd
met door de flaminganten overschilderde Frans- en Engelstalige opschriften. Op
een officierenbarak was zelfs met metershoge letters de eis Vlaamse officieren ! geschilderd.
In de sector van Boezinge waren tal van
plaatsaanduidingen en wegwijzers overschilderd. Een gepikeerde koning bekloeg
zich bij de hem begeleidende generaal Michel. Deze laatste gaf zijn
genietroepen de opdracht om deze borden te vertalen. Het resultaat was dat er
ronduit belachelijke adviezen als Buikt
U ! en Verboden zich stil te houden
in deze omgevendheid aan het front verschenen
|