In het eerste deel dat ik op deze blog plaatste over de vroegste Duitse bezettingstroepen had ik vooral aandacht voor de Landsturm-eenheden die vier jaar lang deel zouden gaan uitmaken van het straatbeeld in het Hoogstraatse. Vooral in het eerste bezettingsjaar kwamen daar ook nog heel wat cavaleristen bij. Het ging meestal om kurassiers of Jagers te Paard, die voor een paar weken tot maximaal vier maanden werden ingezet bij het bewaken van de rijksgrens. Vrijwel dagelijks probeerden jongemannen immers de grens over te steken om via het neutraal gebleven Nederland het Belgisch leger te vervoegen in Engeland of Frankrijk. Duitse cavaleristen begonnen vanaf de eerste week van december '14 in het kanton Hoogstraten patrouille te rijden in de grenszone om dit te verhinderen. Maar ze werden bij deze klus ook ingezet als gewone infanteristen, zoals de foto met als infanteristen poserende ulanen laat uitschijnen... Naast deze ruiters en de Landsturm werden trouwens ook feldgendarmen en militaire politie ingezet bij de grensbewaking in de Noorderkempen. Deze politionele troepen waren gemakkelijk te herkennen aan de grote borstplaat die ze aan een ketting rond hun nek droegen. Het gebeurde echter ook vaak dat gewone infanteristen of mannen van de Landsturm voor politiedienst werden ingezet. De nachtpatrouille in Hoogstraten-centrum bestond bv. uit deze tijdelijke 'polizisten'. Ze waren herkenbaar aan een armband die ze rond de rechterbovenarm van hun uniformjas droegen.
Op het grondgebied van het kanton Hoogstraten werden de feldgendarmen tegen eind februari "15 gekazerneerd in de in beslag genomen rijkswachtkazernes van Hoogstraten, Meerle, Rijkevorsel en Merksplas. Bovendien kreeg ook het pasbureau op het stadhuis van Hoogstraten en het pasbureau aan de splitsing van de Meerse- en de Bredaseweg in Minderhout een permanentie van feldgendarmen. De coördinatie van deze politietroepen gebeurde echter niet lokaal door de ortskommandant maar vanuit de Militär Polizei-Stelle Turnhout. Deze MPS was in de St. Antoniusstraat gevestigd en stond onder toezicht van de Kreischef Oberst Drimborn. Vanuit deze centrale opereerden trouwens ook de agenten van de Duitse contraspionage die in het raam van het bestrijden van het lokale verzet en het illegale grensverkeer in onze regio werden ingezet.


|