Op 11 november zond de BBC 'Teenage Tommies' uit, een beklijvende documentaire over té jonge vrijwilligers die tegen de rekruteringsofficieren gelogen hadden over hun echte leeftijd en vaak zonder medeweten van hun ouders dienst hadden genomen in het Britse leger. Naar schatting zouden niet minder dan 250.000 jongemannen, jonger dan 18 jaar, dienst hebben gedaan in het Britse leger tijdens de 'Great War'. Eén op tien zou gelogen hebben over zijn leeftijd. Sommige verhalen waren hartverscheurend . Zo was er Horace Iles, die als 14-jarige dienst had genomen nadat iemand hem in de tram een witte veer - symbool van lafheid - had overhandigd. Nadat hij gewond was geraakt en terug naar het front was gestuurd, smeekte zijn zus hem in een brief zijn ware leeftijd te onthullen. De brief kwam een paar weken later ongeopend terug omdat Horace Iles intussen gesneuveld was... Al even beklijvend was het verhaal van Aby Bevinstein, een 15-jarige Londenaar, die nadat hij shell-shock had opgelopen in de loopgrachten, als deserteur werd gefusilleerd in 1916...
Ook het Belgische leger kende een aantal piepjonge oorlogsvrijwilligers. Wat maar weinig mensen weten is dat twee van de jongste vrijwilligers afkomstig waren uit Hoogstraten. Meerlenaar Hubert Van Tongerloo was geboren op 9 april 1899, wat betekende dat hij 15 jaar en 4 maanden oud was, toen de oorlog uitbrak. Nadat bekend was geworden dat zijn broer John Van Tongerloo op 8 november '14 bij de zware afweergevechten rond Ramskapelle was gesneuveld, trok Bert Van Tongerloo eind februari '15 de grens over om zich aan te melden als oorlogsvrijwilliger. Hij loog over zijn leeftijd en werd op 19 maart '15 aangenomen in het Belgische rekruteringsbureau in Folkestone. Hij belandde een paar dagen later in een opleidingskamp in Valognes bij Cherbourg. Na een basisopleiding als infanterist kwam hij al op 16 augustus '15 met het stamboeknummer 2245 in de 3e compagnie, 3e bataljon van het 1e Regiment Grenadiers terecht. Zijn verblijf aan het front was echter van korte duur want op 15 oktober '15 werd hij al wegens ziekte naar het militair hospitaal van het Fransvlaamse Bourbourg (Broekburg) geëvacueerd. Zijn aandoening moet behoorlijk ernstig zijn geweest, want pas op 23 maart '16 kwam hij terug bij zijn eenheid aan het front terecht. Op 1 januari '17 muteerde hij naar het 2e Regiment Grenadiers. Het was in de rangen van dit regiment dat hij de rest van de oorlog uitdiende. Tijdens het geallieerde Eindoffensief werd hij op 5 oktober '18 gewond en overgebracht naar een Belgisch militair hospitaal in Beaumarais. Op 16 november, 5 dagen na de Wapenstilstand vervoegde hij opnieuw de rangen van zijn, door de strijd, behoorlijk uitgedunde compagnie. Op 26 augustus '19 werd hij in Keulen met onbepaald verlof gestuurd. Kort nadien koos hij voor een militaire beroepscarrière en werd hij rijkswachter. Een loopbaan die hij zou beëindigen als adjudant-chef en brigadecommandant in Veurne. Bert Van Tongerloo was drager van 5 frontstrepen en een kwetsuurstreep. Hij werd onderscheiden met de medaille van de Oorlogsvrijwilliger, het Oorlogskruis met Palm, de Overwinningsmedaille '14-'18, de Herinneringsmedaille '14-'18 en de lintjes van Ridder in de Orde van Leopold II en Ridder in de Kroonorde.
Jan Van Ginneken werd op 9 maart 1900 in Hoogstraten geboren in het landbouwersgezin van Henri Van Ginneken en Rosalia Van HoogendonK; Hij had enkel lager onderwijs in de Gemeenteschool genoten en was vanaf zijn 11e kolendrager. In augustus '14 was hij 14 jaar en 5 maanden. Amper 15 jaar oud engageerde hij zich op 17 april voor het Belgisch leger in Folkestone. Uit zijn dossier is duidelijk dat de rekruteringsofficieren doorhadden dat hij had loog over zijn leeftijd, maar toch werd hij niet geweigerd. Blijkbaar wist men niet goed wat met hem aan te vangen en dus werd hij naar een opleidingskamp in Normandië gestuurd waar hij eerst aan de slag kon als hulpje. Pas op 15 augustus '15 werd hij toegelaten tot een opleiding al infanterist en op 14 december belandde hij aan het IJzerfront in de rangen van het 1e Regiment Karabiniers/Wielrijders. Een paar maanden later, op 26 februari '16 om precies te zijn muteerde hij naar de cavalerie, meer bepaald het 4e Regiment Lansiers. Tijdens de gevechten die de geschiedenis in zouden gaan als de 'Slag om Merkem' werd hij op 18 maart '18 gewond door granaatscherven bij De Kippe. Na een kort verblijf in een militair hospitaal te Vinkem werd hij op 10 juli '18 opnieuw goed bevonden voor de dienst. Hij nam met zijn eenheid deel aan het moordende Eindoffensief en wist dit zonder kleerscheuren te doorstaan. Op 28 juli '19 werd hij met onbepaald verlof gestuurd.
|