Dat was een tijd geleden dat ik nog eens, na de aftiteling, zo stilletjes de zaal heb verlaten... gewoon om de sfeer nog even vast te houden. Zo had The Broken Circle mij meegenomen.
En dat voor een 100% Vlaamse film. Regie Felix van Groeningen Naar een theaterstuk van Johan Heldenbergh Met een onvergetelijke Veerle Baetens (kun je een gewonere Vlaamse naam meeslepen?
Zoals het een echt goede film past komen in deze film verschillende facetten samen die de filmliefhebber moet beet pakken: het verhaal, het bizarre kader, het acteren en de regie, de muziek (niet te onderschatten) maar vooral de idee, zeg maar de filosofie, achter het melodrama van dat koppel.
Ik ga de hele film niet navertellen, ga liever zo snel als mogelijk zelf eens kijken, Naar de turbulente liefde tussen Elise en Didier (omringd door die ruige gasten van hun bluegrassband) en hoe zij na zeven jaar bodemloos geluk (en struggle) hun liefdesdochtertje Maybelle moeten afgeven aan een kanker. En hoe de relatie tussen die twee helemaal overhoop komt door de verschillende manier van omgaan met hetzelfde grote verdriet.
Ik doe het verhaal onrecht aan met het hier zo summier en zo koel te formuleren, dus... ga kijken.
Ik blijf wel even hangen bij de twee types die hier worden opgevoerd.
Didier; de reus, de sterke, de weter, de rationaliseerder en die er een stuk van af is als hij het eens goed kan uitleggen, roepen, een schuldige aanduiden. Het is de schuld van President Bush die het stamcellenonderzoek blokkeert, het is de paus die "poepen met een capoot" verbiedt en ga zo maar door.... En daarnaast Elise die vooral zwijgt, luistert, nadenkt, fantaseert, sublimeert en die Maybelle 's avonds als een sterretje aan de hemel ziet. Waartegen Didier dan een hele astrofysische uitleg begint over een ster die niets anders is dan een zon waarvan het licht al miljarden jaren naar hier onderweg is. "Tegen dat dat dat licht hier aankomt hé meiske, dan is die ster al 'k weet niet hoe lang uitgedoofd ...."
Heel mooi detail ( los van het verhaal, maar toch de kern rakend) hoe zij omgaan met een jonge merel die zich te pletter vliegt tegen het glas van hun varanda. Zij en Maybelle kleven er een afbeelding van een roofvogel op om de merel af te schrikken. En hij, die zijn Darwin goed heeft gelezen, die dat stupide en contraproductief vindt. Zo leren die vogels dat nooit af om tegen een raam te vliegen. "Gebruik toch eens uw verstand, meiske". "Maar jongen toch, dat is Amerika, dat is in Rome, dat is in de boeken, dat is niet hier....".
En dan ben ik nog niet uitgepraat over die muziek..... Allemaal puur acoustisch, melodisch, harmonieus in staat tot het uitdrukken van alle denkbare gevoelens.
Weet je nog L'Imagination au pouvoir van 6 november?
Wij besloten toen, na een eerdere proef, opnieuw voor 25 jaar onder wol te gaan (2012 tot 2037) maar stelden wel voor, voor je het licht uitknipte, snel even op een papiertje te zetten , wat voor soort wereld jij dacht aan te treffen bij je ontwaken;
Op zulke vraag moet je zeker niet je ratio loslaten, dan zit je er gegarandeerd naast. Denk maar eens aan 1987 toen het in de voorspellingen zo goed als vast stond dat we in 2012, zoniet met De Lijn, maar dan zeker met Lauwers of met Ryan Air naar de maan zouden kunnen vliegen.
Daar kwam dus niks van in huis terwijl het in die tachtiger jaren al ruimtevaart was wat de klok sloeg. Dus moet je, om op zulke vraag te antwoorden, vooral je verbeelding inzetten. Proberen het oninbeeldbare in te beelden.
Hier maak je niet zomaar een lijstje van 10 punten. Bijv. het zeepeil is door de opwarming van de aarde zodanig gestegen dat Brugge opnieuw twee keer per etmaal onder water loopt. Ofwel: In het college van Lier wordt vanaf het tweede studiejaar het Chinees als tweede taal verplicht te volgen. Ofwel: we worden gemiddeld 150 jaar, pensioen op 125. En bejaard word je enkel genoemd vanaf je 165.
Dat gaat dus zeker allemaal niet door. Onzin.
Dus ga ik, in de komende weken/maanden, op verkenning in mijn "verbeeld 2037"
Vandaag alvast 2037 #1
Voor vandaag blijf ik (nogal voor de hand liggend) hangen in de biiologie en de neurosciences. Want je voelt het aan je water... dààr gaat het gebeuren.
Dus 2037 #1
Zie je hierboven die twee afbeeldingen?
Links twee hersencellen (neuronen) met hun synapsen, de hardware en tegelijk de software van ons brein. Recht een afbeelding van de volledige Winler Prins encyclopdie.
En bekijk nu ook de afbeelding hieronder: van een geavanceerde chip , een elektronische drager van informatie
Welnu het zit er, volgens mij, dik in, dat die 26 dikke boeken op die tafel, opgeslagen kunnen worden op die chip. (zover zijn ze nu al ongeveer) dat men er omstreeks 2025 in slaagt zo'n chip in te bouwen onder uw hersenpan. En dat men er nadien in slaagt die chip vlot in conversatie te brengen met die neuronen en die synapsen.
Zodanig dat wij na 2037, moeiteloos en uit het vuistje, die hele Winler Prins kunnen raadplegen en citeren. Ge moet dan wel de juiste draadjes aan de juiste synapsen koppelen. (en niet zoals in Brugge de lachgasstekker in het gaatje van de zuurstof steken)
En nu onze nieuwe prijsvraag
STEL dat dat allemaal doorgaat en goed werkt. Wat zouden van die uitbreiding van ons brein de sociale gevolgen zijn?
Daarop doordenken kan een heel leuk denkspelletje worden voor de komende kerst- en nieuwjaarsavonden.
* * *
Blijf intussen op de uitkijk vanuit deze OPUS1932, want mijn 2037 #2 komt eraan.....
Barack Obama is dus herkozen. Ik ben er de nacht voor opgebleven om te waken of er niets misliep en mijn moeite is beloond: another four years.... Yesssss
En dat de Amerikaanse kiezer zich niet vergiste met deze keuze mogen onderstaande vier foto's bewijzen.
Het directe OBAMA effect.
Columbia University 28 oktober 2012
Columbia University 1 november 2012
Chicago vanmorgen 7 november 2012
Columbia University, 12 uur later Volledig heropgebouwd.....
Yes, we can....
rest nu nog enkel
Afghanistan, de werkloosheid, de armoede, het deficit, de economische crisis, de opwarming van de planeet, de islam, de olie...
Stel dat u in 1987 in slaap viel en vandaag wakker werd, waarover zou u zich bij uw ontwaken allereerst en allermeest verbazen.
Dat was de gestelde vraag in onze blog van 30 oktober waarmee wij een balletje wilden opgooien.
Zoals gezegd kregen we zo massaal veel reacties binnen dat wij verplicht waren deze gegevens over te maken aan de Universiteit Antwerpen die op haar beurt de hulp inriep van Columbia University New York (72 nobelprijzen - en dat is geen geintje ) waar binnen de sociale wetenschappen een afdeling bestaat die zich specialiseerde in ervaringen van mensen die 25 jaar geslapen hebben (2 nobelprijzen)
Nu wil toch het ongeluk dat de tropische storm Sandy ook over Columbia University waaide en de computer met al onze gegevens mee in zee sleurde. Dus niks meer te onderzoeken of te rapporteren.
Columbia University 28 oktober 2012
Columbia University 1 november 2012
En dus moet u het noodgedwongen stellen met de rapportering over wat ik zelf op mijn enquête had geantwoord.
Ik heb mijn verbazingen na 25 jaar samengebracht onder tien punten in een apart stukje en hieronder toegevoegd in een attachment. Zie bijlage.
Om die te lezen moet u gewoon klikken op onderstaand adres.
De reacties op mijn blog (Balletje Opgooien) van begin deze week blijven toestromen. Het zijn er duizenden. Zoveel dat ik de Universiteit Antwerpen moest inschakelen om de antwoorden te verwerken.
Voorlopig dus nog geen resultaten, alleen geven we nu 'de peilingen' al vrij.
In die 25 jaar bleek zich bij het ontwaken een resem nieuwe woorden of begrippen te hebben ingeburgerd.
Onze pas ontwaakte readacteur moest er zowaar de allerlaatste uitgave van de Dikke Van Dalen bijhalen om nog te kunnen volgen.
Hierna mijn top-tien van de neologismen uit die 25 jaar
BVde natte droom van de middelmaat
ICTarsenaal van middelen om te communiceren. Nu nog weten waarover
HDHD(er)eindelijk een erkend Nederlands woord voor een wiezewuis
NIMBY(not in my backyard)ik eis alles maar het mag mij niets kosten
Meritocratie mooi woord voor the winner takes all kapitalisme
Lifestyletriomfkreet van de vorm die de inhoud vloert met een KO
Angelsaksische Pop barbaarse hold-up in de wereld van de lichte muziek
Bonuszonder malus, die is er voor anderen
Netwerk(en)elegante vervanger van de ellebogenstrategie
Boemerang en andere gedichten was nog niet helemaal afgerond toen de dichter in juli jl. stierf. Toch werd deze bundel een passende afsluiter van een gedenkwaardig dichterschap, schrijft Piet Gerbrandy in de Groene Amsterdammer van deze week waarin hij het boek recenseert.
Komrij schreef zijn gedichten in een volstrekt toegankelijke taal en zinsbouw en toch zijn het gedichten die zich niet zomaar gewonnen gaven. Hij schrijft over liefde, verval en dood, over de onmogelijkheid de ander te leren kennen en bovenal over de innerlijke leegte van het ik (nog Piet Gerbrandy) .
Als hommage aan de dichter koos Gerbandy een gedicht uit de bundel dat ingekaderd naast het artikel verschijnt. (ik bied het mijn bezoekers aan in de sfeer van deze dag)
schuim
Een legioen van lippen maar geen tong En achter duizend wimpers geen pupil. 'Als ik niet hoef te leven blijf ik jong.' De tijd staat voor een spookverschijning stil.
Nog één moment en dan verdwijnen ook Mijn voorgeschiedenis en mijn archief. De liefde en de vetes worden rook, De snik en glimlach gaan op non-actief.
Opus1932 "gooit een balletje op" Stelt een vraag waarop elk antwoord a priori 100% subjectief is, maar daarom niet minder interessant.
Ik verzamel de antwoorden, in de veronderstelling dat het een meervoud is, zoniet zal ik het enige antwoord (het mijne dan) met u delen.. A quoi faire.... om u uit te nodigen, beste bezoeker, zelf na te denken.
Hier dan mijn propositie:
Stel dat jij in 1987 iets verkeerd had gegeten waardoor jij in een diepe slaap bent geraakt waaruit jij gisterenvoormiddag eindelijk ontwaakt bent. 25 jaar geslapen, de wereld van 1987 achter u gelaten zoals ze toen was. En gisternamiddag heb jij de wereld anno nu, 2012 eens goed kunnen bekijken. En nu het "balletje" Wat is u allereerst opgevallen bij dat weerzien van "de wereld" na die 25 jaar diepe slaap?
Ik geef enkele tips uit 1987 6 maart : Herald of Free Enterprise zinkt in Zeebrugge. 193 doden 11 juli : Matej Gaspar, een Kroatisch jongetje wordt als 5 (VIJF) miljardste wereldbewoner verwelkomd. 9 december : Begin Intifada, Palestijnse opstand tegen Israel in de Gaza strook.
Het is natuurlijk wat potseierlijk als een krant (of een ander medium) zichzelf een "kwaliteitskrant" noemt.
Alsof je kwaliteit op een bascule kunt wegen of met een lat kunt meten.
En toch zijn er pulpdruksels en jawel kwaliteitskranten (waar je je geneert om er groenteafval mee in te pakken)
Ik heb één vaste norm om het onderscheid te maken. En dat is de kwaliteit van de lezersbrieven.
Nee ik hou niet van die meestal zelfbenoemde experts die deze rubrieken gebruiken om hun autoriteit nog eens te etaleren. Ik bedoel de gewone lezer die netjes zijn krant koopt en die, vroeg of laat, toch ooit eens zijn reactie op een artikel instuurt.
De Groene Amsterdammer is voor mij onbetwist een "kwaliteitsmedium -weekblad-) Twee lezersbrieven van vorige week bevestigen dat (voor mij):
Onzijdig. Mooi artikel van ...over zus en zo, maar waarom houdt die auteur zich niet aan het onzijdig geslacht van het Nederlandse woord meisje. In zijn artikel staat: "een meisje die er uitziet als een hoer, moet niet klagen als... enz." De auteur en jullie eindredactie maken tegelijk een grammaticale en een stijlffout.
Het meisje... maar waarom eigenlijk?
Of deze (iets uitgebreider geciteerd door mij)
Een verenigd Europa Daar zitten teveel variabelen in om hier te bespreken, maar één ding dat vrijwel iedereen onderschat is de verdeling van ons werelddeel in protestanten en katholieken. En dan heb ik het niet over wat ze binnen hun kerken doen/(deden) maar wat er in hun zielen gekneed is. Het protestantisme schoot in Europa alleen wortel in landen die de strenge protestantse boodschap (gelijk hier op aarde, ongelijk voor God) en het katholicisme (ongelijk op aarde, gelijk voor God) viel alleen in vruchtbare bodem in landen die mentaal al heel lang katholiek waren. En om dat verschil te begrijpen moet je heel ver terug, naar de tijd dat we allemaal nog keuterboertjes waren, dat de steden nauwelijks een rol speelden. Hoe verdeelde men toen de grond? Kreeg elke broer een stukje of was alles voor de oudste? Hoe leefde men als familie met elkaar? Onder één dak als Groszfamilie of werd ieder kind geacht rap zijn eigen doeninkje te stichten?
Ik zie zo'n stukjes het niet direct in HLN of Metro verschijnen. (hoeft ook niet)
Het wordt stilaan een manie van me: aan vrienden of goede bekende vragen wat voor hen KUNST is. Als het kan een definitie : Kunst, voor mij, is.... Na een tijd krijg je zo wel wat definities samen. Mooi stof om over na te denken en zo, misschien ooit, op een eigen definitie uit te komen.
Hierna mijn laatste aanwinst (deze komt van Michel, de zwager van mijn partner Suzanne)
Als je roestig, weerspannig ijzer een vriendelijke vorm wilt geven, kies je zeker niet voor de gemakkelijkste weg. Als door lassen, verhitten, slijpen en polieren een figuur te voorschijn komt , dan ben je een ambachtsman. Maar als die figuur een uitstraling heeft en je doet glimlachen of ontroert, dan ben je een kunstenaar.
Deze formulering had hij opgepikt bij ene Paul Vanhee (naam die ik verder niet kan plaatsen)
Je moet deze definitie natuurlijk uitbreiden naar andere kunsttakken: je vervangt dan "ijzer" gewoon door steen - verf - klanken of woorden (de hele Dikke Van Dale staat ter uwer beschikking).
In deze definitie speelt alleen "de maker" een rol, of dat ding ook een ander doet glimlachen of ontroert doet niet ter zake.
Vandaag Probus bijeenkomst in de Colibri zaal van de Stedelijke Bibliotheek. Gastspreker (wij eten nooit tijdens een vergadering, dat stoort) was Ir. Marc De Block, studiegenoot van drie van onze leden. Marc, die al voor de derde keer gastspreker is, neemt ons vandaag mee, via een prachtigepower point presentatie, in het duizelingwekkende verhaal van het ontstaan van de kosmos, van alle materie en energie, van ruimte en tijd.Het Big Bang verhaal geschreven door enkele reuzenuit de natuurwetenschap van de 20ste eeuw. De eerste generatie die, 100 jaar na Kant, durfde door te denken. Tot voor hen stond het allemaal te lezen in de bijbel.
Het wordt een verhaal met cijfers met 42 of meer nullen, voor of achter de komma. Met begrippen waarbij het voorstellingsvermogen (de verbeelding) totaal te kort schiet. Met een werkelijkheid waarvoor wij nieuwe woorden moeten uitvinden om het uit te drukken. Of zelfs geen woorden hebben.
Marc De Block begon zijn uiteenzetting met een dubbele vaststelling. Hij stelt 1. dat er nog nooit een natuurwet is vastgesteld die niet universeel, niet algemeen geldig, ruimte of tijd gevoelig was; 2. En dat, zoals Einstein het zelf formuleerde, het meest wonderlijke nog is dat wij, kleine mens in dat immense geheel, die wetten kunnen kennen en begrijpen.
Aan het eind van zulk verhaal durf je amper nog opkijken, je kan niet anders dan er het zwijgen aan toe doen en opnieuw geloven. Zij het nu niet op gezag van een baardige profeet of een goddelijk boek.
En toch (de moeite om na te gaan in hoeveel items in deze blog die woordjes verschijnen: en toch )
Maak ik een bedenking bij die eerste vaststelling van De Block: dat alle natuurwetten universeel zijn. Zon 3,5 miljard jaar geleden verschijnt in dat verhaal, op dat onooglijk planeetje in die uithoek van dat ene sterrenstelsel, een nooit eerder gezien fenomeen: het LEVEN.En nog wat later, dat is dan tweehonderd duizend jaar geleden, doen ze nog beter en staat de homo sapiens recht. Adam en Eva zeg maar. Puur gemaakt uit sterrenstof. Niks aan de hand, gewoon uitvloeisel van alweer een wonderlijk samenspel tussen al die (universele) natuurwetten. En dus denk je, dan zal dat nieuwe product, die Adam en die Eva, zich weleven getrouw aan die natuurwetten onderwerpen . Ze zijn er gewoon een gevolg van.
En wat zien we? Er is aan die twee (en hun kinderen) geen touw vast te knopen.Ze vinden om te beginnen al niet beter dan van die ene verboden boom een appeltje te schillen. Eigenzinnig, eigenwijs gaan ze hun gangetje en trekken zich van die universele natuurwetten niet al te veel aan. En het stopte sindien nooit meer. Noem mij één wet uit de psychologie of de sociologie die, tot wanhoop van de humane wetenschappers, universeel op die mens van toepassing is.Inderdaad, amper een touw aan vast te knopen. Laat staan een wetmatigheid.
Noem het zijn grote ratio, zijn royale hersenuitrusting, zijn vrije wil, zijn creativiteit of haal er een God bij die dat zo besliste, maar hij luistert naar geen enkele natuurwet (tenzij dat hij na een tijdje ook dood moet gaan). Zij doen zomaar wat. Onberekenbaar gaan ze hun gang en gedragen zich afwisselend natuulijk, onnatuurlijk, tegennatuurlijk en irrationeel. Kijk gewoon naar jezelf.
En zo kom je, met weer wat doordenken, uit zon verhaal uit als een nog meer zelfverzekerd humanist. Le phénomène humain... En ben je blij dat je daar deel van uitmaakt.
Ik had het in een vorige blog over die reunie met mijn oud studiegenoten die ik vorige week meemaakte. Voor de 57ste keer zaten wij weer samen met de afgestudeerden aan de Rechtsfaculteit uit Leuven anno 1955. Intense bijeenkomst van en met mensen die zowat zestig jaar samen hun leven hebben gemaakt en geleefd.
En die dat het vieren waard vinden.
Maar u kunt ook rekenen, de gemiddelde leeftijd van dat gezelschap was 80 jaar en de vraag stelde zich of het niet de tijd was om achter deze indrukwekkende reeks nu maar een punt te zetten. Een geldige gelegenheid om in waardigheid dat boek te sluiten.
Het onheuse voorstel werd door mij met onderstaande anecdote aangediend.
Van die andere groep boezemvrienden die op hun 40 besloten, vanaf dan, elke tiende verjaardazg samen te vieren. Unaniem akkoord. En waar zouden we dat dan vieren? Na wat overleg kwam men snel akkoord over het restaurant In de Kroon. Je weet wel, met die mooie patronne, met die weelderige boezem die ze zo gastvij exposeerde in dat riante decolleté.
Voor hun 50 werd alweer overlegd. Samenkomen, natuurlijk. Maar waar? In deKroon, stelde iemand voor, ze hebben daar een mooie kaart en ook enkele pittige wijntjes. Daar kies je met je ogen toe. Unaniem akkoord.
Voor hun zestig, alweer dezelfde vraag: en waar gaan we het dit jaar? Ik zou het bij De Kroon houden. Het is daar rustig, allemaal mensen van onze leeftijd en er wordt niet gerookt. Geen twijfel: het is weer De Kroon.
Voor hun zeventig, vastberaden: we gaan door. En waar? Voor mij moet ge niet veranderen. Ik hou het op De Kroon. Daar zijn geen hinderlijke drempels en verhogen, heel gemakkelijk met de rollator en vooral: de toiletten zijn op de begane grond. De Kroon dus.
Nu zijn ze 80 en waarom zouden we dat niet vieren? Maar waar gaan we dan dit jaar? 'Ik heb een idee', zegt de meest lucide, 'laat ons naar De Kroon gaan, daar zijn we nog nooit geweest'.
De groep in Leuven vond mijn verhaaltje wel leuk, maar het voorstel tot afronden op 80 werd met een stalinistische meerderheid verworpen: wij gaan door !. We hebben nog zoveel jaren later om samen dood te zijn.
Dus die van Leuven gaan nog door. In de Salons Georges, met de toiletten op de verdieping en geen andere attractie dan mekaars lieve gezelschap.
Het stof van de gemeenteraadsverkiezing is weer even gaan liggen, klaar om over een klein jaartje met nieuw geweld te worden opgewaaid voor de zoveelste moeder aller verkiezingen.
Eerste indruk: hoe oneindig licht zon hoogfeest van de democratie toch weegt. Na veertien dagen is dit nog uitsluitend een besogne voor de betrokken postjesjagers. En de kiezer kan het in feite geen barst meer schelen. Erg genoeg voor dat gemiste hoogfeest.
Tweede indruk: meer en meer worden die verkiezingen een media, en dan vooral een Tv gebeuren. Het is tot in den treure vastgesteld. Maar voor de VRT: goedkoop en druk bekeken uitzendmateriaal. Alhoewel, het overaanbod begint al snel een afkeereffect te bezorgen.
Eigenlijk een verhaal om alweer zo snel mogelijk te vergeten, hoe zeer ook ik, zuiver cerebraal dan, aan de democratie ben toegewijd.
Wel blijven hangen in al dat Tv-geweld was een heel korte reportage vanuit Poperinge waar de camera de opstelling van de kieshokjes ging volgen. Een apentrotse baas van de gemeentelijke technische ploeg kon zijn trots niet op als hij het over ons systeem had. Een soort meccano waar alles in elkaar paste. Zon hokje staat in minder dan tien minuten recht en je moet er niet voor in Leuven naar het school zijn geweest.
RRRRing. Belletje. Om zon Poperings hokje recht te zetten had je niets aan in Leuven naar het school gaan. Wat bedoelde die man eigenlijk?
De week nadien waren wij op een etentje met wat oud-medestudenten (afstudeerjaar 1955 faculteit Rechten) en ik heb daar het probleem op tafel gelegd: wat bedoelde die man?
De meningen liepen nogal uiteen.
- een die dacht dat de man bedoelde dat je voor het vak kotjes recht zetten beter af was in Gent en in Brussel dan in Leuven. Kwestie van beter aangepast curriculum. - een tweede dachtdat de man nog eens benadrukte dat een universitair diploma een incontournabele hindernis was om ooit eender welk soort handenarbeid te verrichten. Twee linkerhanden en dan nog met de twee duimen aan de buitenkant. En dan nog denken dat je alles beter weet. -unaniem waren we dat die gast uit Poperinge toch een punt had. Dat kon ieder van ons bevestigen hoezeer wij, uit 60 jaar pijnlijke ervaring, die onhandigheid hebben aangevoeld om niet alleen een kieshokje, maar zelfs het stomste IKEA kastje, zonder gezweet, gevloek en kneuzingen, op de been te krijgen. Hoe vaak wij, het schaamrood op de universitaire wangen, altijd weer diezelfde schoonzoon moesten opbellen om ons stemhokje recht te krijgen.
En dan denken aan al die moeite die wij gestoken hebben in het van buiten leren van vuistdikke boeken over dingen waarover wij nadien nooit nog één woord hebben gehoord, laat staan van doen gehad. Inderdaad, waarom geen vak ingelast: Inleiding tot de beginselen van de burgerlijke schrijnwerkerij met practicum of een Encyclopedie van de houtbewerking , dan hadden we minstens het verschil gekend tussen een tournevis en een racagnac.
Zouden de juristen van vandaag dat al krijgen?
We zullen eens naar die school in Leuven bellen en zeggen wat wij ervan vinden. Allo Roger.
(Warren Buffet die over een prijs nooit onderhandelt, de eerste prijs moet de juiste zijn)
1.Wat zou het knap en vooral comfortabel zijn als we zo door het leven konden gaan. Persoonlijk heb ik een bloedende hekel aan afdingen. Je weet nooit of je uiteindelijk toch niet grandioos werd afgepoederd. De eerste prijs moet de juiste zijn. Te nemen of te laten.
2.Ik zou dat ook graag uitbreiden naar menselijke relaties. Niet dat je bij alles op voorhand zoveel moet bij- of afdoen, vermenigvuldigen en delen. Zeg gewoon en duidelijkwaar het op staat: tijd gewonnen en voorkomen van brozeillusies .
3.En dan die onnavolgbare Engelse manier om dat uit te drukken: (onmogelijk te vertalen zonder een deel van de kracht kwijt te spelen): when the phone dont ring, youll know its me.Is dat duidelijk genoeg?
En toch
(ze krijgen mijn truc wel stilaan door, denk ik, eerst iets poneren, dan herlezen, dan beginnen twijfelen en dan het tegenovergestelde poneren)
Een onmenselijke gedachte is dat. Dat wij in de omgang met mekaar niet uit principe een manoeuvreerruimte inlassen. Op de wijze van Buffet gaan beschaafde mensen niet met mekaar om. Daar moet kunnen gepraat worden. Omzichtig laveren naar een consensus toe. Een plek waar we mekaar zoeken, tegenkomen, vinden en in de armen sluiten.
(eerst het vorige stukje lezen, anders is deze inlas betekeningslooos)
De ietwat aandachtige bezoeker merkt zo dat al deze stukje op mijn blog in een (veel te) grote haast geschreven zijn. Dat merk je o.m. aan de tikfouten, maar evenzeer aan de inhoud.
Ik weet dat ik te snel schrijf, en daarom heb ik de gewoonte aangenomen, elk ingelast stukje op deze blog enkele uurtjes nadien nog eens te herlezen. Ik neem wat afstand. Ik kan dan nog altijd zon stukje wissen of aanpassen als blijkt dat ik iets (of veel) te kort door de bocht ging.
En zo heb ik ook het vorig stukje Probleemgedrag met enige tussenpauze herlezen en ik ben er eerlijk gezegd niet zo gelukkig mee. Ik kan het met een klik verwijderen maar dat doe ik niet.Ik wil ook leren van mijn missers.
Dus distantieer ik me van Probleemgedrag. Om meer dan één reden.
1 Ik lees het nu zelf als een hoogstandje van hooghartigheid. Sorry voor dat ouderwets woord, maar dat is: Hooghartig. Wie denk ik wel dat ik ben om me in die mate elitair op te stellen. Moest ik het vaneen ander lezen, ik was tot op mijn voetzolen gechoqueerd. Dat doe je toch niet, iemands anders speelgoed beschadigen. Want speelgoed is het , et alors .?
2. En dat het allemaal zo licht weegt, zo opgeklopt, zo efemeer (tiens, mijn spellingcontrole neemt dat woordje aan), dus ga ik er van uit dat er ook zaken zijn die niet efemeer , niet opgeklopt zijn?Noem ze maar eens op. 1. .. ? Jawel, De ondraaglijke lichtheid van het bestaan.
3. En dan die schijnheilige metafoor van die spookrijder, dat is zuiver indekking tegen elke mogelijke riposte. Dat ruikt naar lafheid, ik dek hiermee bij voorbaat mijn mogelijke terugtocht in.
4. En dan ten gronde: Servië België: 0-3. Nee, de wereld vergaat niet, maar met de figuur van Marc Wilmots een aantrekkelijke verschijning - verschijnt hier iemand die aan een jarenlange neergang (van het Belgisch nationale voetbal) een kering wilt geven. En geeft. Een potje defaitisme is natuurlijk eenvoudiger. Mensen die een tij willen keren en ook keren. Faut le faire. Respect, al is het in het bonen knopen.
het Statler en Waldorf syndroom
5. En dan het ergste: die is typisch taal van iemand die het leven achter zich heeft, nauwelijks in de toekomst wilt kijken en uitsluitend vanaf de zijlijn commentaar geeft waar niemand naar vroeg. In Muppetstermen: het Statler en Waldorf syndroom. Daarmee kan je eens hartelijk lachen maar voor de rest neem je die niet serieus.
Dus, ik delete het stukje Probleemgedrag niet, ik gebruik het als opstapje voor een stukje zelfkritiek.
Misschien moet ik ook dit stukje over een paar uur nog eens herlezen . God weet delete ik niet het hele zootje?
Gisteravond had ik het dus weer, een acute aanval van gevoelloosheid. Ik ben nu zeker dat ik emotioneel zwaar disfunctioneer.
Jawel bezoeker, ik heb gisteravond, in tegenstelling tot die 9 miljoen (-1) andere Belgen, geen begin van emotie, zelfs geen embryonale aanzet tot vreugde, laat staan tot nationale trots gevoeld bij "het mirakel van Belgrado". Niks gevoeld. Eén grote leegte. Het deed me nog minder dan de zoveelste peiling die De Wever al tot burgemeester van Antwerpen uitriep.
Lange tijd dacht ik dat ik slimmer was dan die 9 miljoen (-1) landgenoten die in zo'n geval gewoon oversloegen in uitzinnigheid (wel zwaar aangezet door die pipo's van TV 4). Ik voelde me als die spookrijder die lang dacht dat al die anderen op zijn baanvak wegpiraten waren.
Nee, ik rijd op het foute baanvak en ik ga nu echt hulp zoeken. Maar dat is dan probleem twee: zoek in deze barre psychiatrische tijden nog maar eens een therapeut aan wie je, zonder achterdocht, je probleem kunt blootleggen (ik wik mijn woorden).
Jaren geleden hadden we nog de gewetensvolle priester... saluut en nu verdwijnt ook nog die beroeps zielepeuteraar uit beeld. Tot wie moet ik mij nog richten?
Ik denk dat ik terug ga bidden. Zoals zuster Céline uit De Jacht.
ps. het positieve nieuws is wel dat er vooruitgang is. Tot voor kort was ik zelfs dolblij met een nederlaag van de Rode Duivels. Nu is het alleen een verschroeiende leegte.
(echt zin om nog eens een stukje te pikken uitmijn livre de chevet De Dikke Ik. en dat stop ik daar voor een jaar mee, je kunt niet overleven van het pikken)
Het stukje heet REDDING
Gered !
Op een koude dag in januari kantelde door de gladheid een veewagen met koeien.
Er kwamen zeventien koeien in de sloot terecht. Twee van hen overleefden de vriesdoop niet. De overige koeien waren er heel ernstig aan toe, bang, helemaal onder de modder, en door en door nat. Ze werden gered.
Stram en met hangende ogen liepen ze gehoorzaam naar een andere veewagen, die hen naar het slachthuis bracht.
Olli Bos
(kan die Olli een tableautje maken... met 86 woorden.)
Inderdaad, Annemie Struyf is op VIER terug bezig met een reeks In Gods Naam.
Och, er zullen ongetwijfeld wel weereen aantal zurige opmerkingen komen van correct verlichte recensenten of rabiatepastoors en nonnenvreters. En ook zal Annemie nu weer niet ontkomen aan denigrerende opmerkingen over haar onderwerp en presentatiestijl. Amaai, wat is dat hier een grote kerk . , Ze moet het zich van mij niet aantrekken.
In Gods Naam gaat op zoek naar de laatste nog levende, soms nog actieve missiezusters (die gaan door tot voorbij de 90) die als rariteiten rondlopen aan het eind van een lang en mooi verhaal. Sommigen nog op post de andere terug thuis in het moederhuis.
Je denkt, misschien kan In Gods Naam alleen wat bejaarde kijkers boeien die het allemaal nog hebben meegemaakt, vaak met een nonkel pater of tante nonneke in de familie. En toch verdient dit verhaal een bredere aandacht. Vooral dan om, al is het even maar, een bescheiden maar niet mis te verstane tegenklank te bieden aan al die vreselijke dingen waarmee de Kerk, soms heel terecht, nu in de hoek zit waar de zware klappen vallen. Ze hebben er inderdaad nogal een potje van gemaakt.
Maar toch is dat geen reden om niet even een eerlijke tegenklank te laten horen. Het was niet allemaal van dat . Kijk en luister gewoon naar die oude vrouwtjes aan het eind van hun parcours die, wat zit er voor hen anders op, nu toch maar hopen dat het allemaal waar is en dat ze zeer binnenkort op hun verdiendeplaats in het paradijs kunnen plaats nemen. Voor mij is het hen van harte gegund.
Zoals die zuster Celine (91 jaar) in het huis van de zusters van de Jacht in Heverlee. Annemie moet ze gaan zoeken diep in de tuin waar ze in een prachtige outfit, gewikkeld in iets beter dan wat vodden met een gebreide muts op haar grijze kop, bezig was. Haar tongval te horen komt ze uit de streek tussen Heist op den Berg en Begijnendijk. Zuster Celine zit als in een bolleke gekromd met een hakje te wroeten in de aarde. En dan de typisch aanspraak van Annemie:
-Awel zuster Celine, ge zit gij percies in een bidhouding terwijl dat gij de tuin onderhoudt.
-Ja, zo baden wij vroeger, maar dat is ook allemaal veranderd.
-En wat vraagt ge dan aan God als ge zo al werkend bidt?
-Dat hem het onkruid wat minder rap zou laten groeien. Ik weet het, het is een druppel op een hete plaat wat ik doe, maar als ge niks doet wordt het nog erger.
Ik ben een hele dag zoet geweest met dat antwoord van zuster Celine.
Het is een druppel op een hete plaat, al wat wij doen, maar...
Vindt u nu echt, beste bezoeker, dat ik het hier allemaal zelf moet bedenken? Waarom zou ik niet, zo nu en dan, een item inlassen van een onbekende derde?
In de NRC loopt al vele jaren een rubriek waarin lezers en nog vaker lezeressen op ik@nrc.nlmet alledaagse verhaaltjes komen uit hun kleine leven. Het zijn heel korte stukjes (absoluut maximum 120 woorden) die door de redactie geheel eigenzinnig uit een gigantisch aanbod worden uitgekozen.
Na vele jaren ikjes besloot de redactie een selectie van 375 van die stukjeste bundelen onder de titel De Dikke IK. Het beste van ik@nrcv.nl. Ik ga me permitteren hieruit zo nu een dan een persoonlijke favoriet uit te halen en met u te delen. Noteer dat de leeftijd van de gemiddelde inzender van ikjes op 52 ligt. Dus geen werk van snotapen.
Hier een proevertje
ik wel !
Schaamteloos.
Mijn moeder (90, verzorgingstehuis) en ik gaan wandelen. Zij ploegend achter haar rollator, ogen op scherp. Dit wordt een plundertocht want de vaasjes thuis moeten bijgevuld. Eerst wordt een tak van een struik in het park geplukt (ik betaal via de belastingen net zo goed mee aan dit park als ieder ander), vervolgens een, armetierige springbalsemien (Hier wonen mensen die ik ken, die vinden dat goed). Ik ben benieuwd naar de begeleidende tekst bij het scoren van een uitgebloeide hortensia in een onbekende tuin. Moeder kijkt naar de ramen met gesloten gordijnen en zegt op een toon die geen tegenwerping verdraagt: Die mensen zijn niet thuis; die genieten er niet van ik wel.
Laat ons zeggen dat het grootste deel van mijn leven erop zit. Ik moet het vandaag ook niet meer maken en als het nog niet gebeurd is mag ik het gerust zo laten.
Het is het moment waarop de Grote Piet Huysentruyt zijn hand op mijn schouder zou leggen en mij de lang verwachte vraag stellen: Ehwel Herman, en wat hebben wij in dit leven geleerd?
En dan wordt van mij het finaliserende antwoord verwacht. Wat heb ik na die 80 jaar leven van Het Leven geleerd?
Ik ben met het formuleren van dat antwoord al een tijdje bezig. Voorlopig hou ik het hier bij:
1.Ik heb geleerd dat in het leven het ZIJN oneindig belangrijker is dan het Hebben. Het HEBBEN heb ik als labiel, vergankelijk, vaak zorgelijken vooral als immer onvoldaan ervaren. Aan het ZIJN zie ik een dubbele zijde: a. het kennen, het weten, het begrijpen en het weten dat je niet weet, maakt voor de helft uw ZIJN (ik schrijf dit hardnekkig met vier hoofdletters) uit. b. de tweede helft van je ZIJN wordt bepaald door je morele status. Hoe subtieler de ethische standaarden die ik hanteer, die ik beleef, hoe meer ik groei als mens.
2.Keer op keer word je geconfronteerd met de keerzijde van elk soort medaille. Hoe blinkend ook aan de voorzijde, vergeet de achterkant niet van alle idealen, vlaggen, betogingen, van elk geloof en ieder idealisme.
3.En tenslotte de warme ervaring dat je als mens (als het wat meezit) uiteindelijk, vroeg of laat, terugvalt op de ultieme kern van je kleinburgerlijke bestaan: je kinderen, kleinkinderen en dichtste familieleden. Mogelijk nog een handvol vrienden en wat voorwerpen of plaatsen die jouw emotionele brein vereenzelvigde met gelukkig zijn. En plots hoeft het allemaal niet meer dan dat te zijn. Het is die gekoesterde kern die je verder behoedt tegen het deemsteren in fysieke en mentale verlatenheid.
En als er in die laatste twintig jaar die mij nog resten, hierin iets fundamenteels verandert, dan laat ik het zeker nog weten via deze blog.