Het klinkt natuurlijk vreselijk archaïsch: een Zalige Hoogdag.
SINXEN, indertijd een van de vijf kerkelijke hoogdagen Sinxen was de dag waarop de Heilige Geest in gang schoot, de bange, verontruste apostelen schepten ineens moed, werden ineens bezield, met rode vurige tongen boven hun hoofd spraken ze ineens alle talen van de wereld en zetten alle vensters en deuren open om hun bezieling met de wereld te delen.
Dat was in betere tijden, het werk van de Heilige Geest de apostelen kwamen "uit de kast", outing heet dat nu in een andere context. En zo is het dus echt in gang geschoten. Door die wat schimmige derde persoon van de Heilige Drie-eenheid.
Die Geest die de laatste jaren iets minder goed geïnspireerd lijkt, gelet op een aantal minder geslaagde ingevingen die hij op zijn kerk afstuurde. Soit.
En toch een hoogdag, ook nadat de Heilige Geest mee is omgekomen bij de dood van God.
En of... een hoogdag.
Weet je nog, hoe ik enkele maanden geleden de advent en kerstmis meevierde? Verwachting, het beloofde licht dat eraan kwam, het duister dat moest wijken voor het licht de warmte die de koude zou verdrijven. de vruchtbaarheid die het haalde op de dood, de nieuwe geboorte.
Dat was kerstmis.
Oh, het begon heel magertjes, zeven seconden per dag werden er ingewonnen vooral deze lente is het heel moeizaam gegaan, maar ons geloof en onze hoop werden niet bedrogen.
En daarom is Sinxen ook nu nog een Hoogdag. De Geest die de bovenhand haalt. De zomer die openbreekt De natuur die barst in al haar voegen en spleten We zijn nu al verzekerd van de rijke oogst.
En ook, ikzelf, voel mij hierbij een stuk herboren. Be-geesterd.
... maar zo in de christelijke zin verder redenerend weet ik net zo goed ,dat dit herboren leven niet eeuwig is, dat in al dat jubelende en alles belovende jonge leven het verval, de verdorring, de dood zit ingebakken. Het zal gauw genoeg allerzielen zijn.
Toch een Zalige Hoogdag aan u allen. Veni Creator Spiritus.
Gisteravond op de Vlaamse televisie: een groot Mindfulness festival. Eerst in Panorama,
dan in Terzake, en nog eens in Reyers Laat, werden dezelfde personen opgevoerd die voor de Vlaamse kijker het licht moesten doen schijnen over deze nieuwste hype: alle onze hoop is nu gesteld op mindfulness.
En wat hebben we vandaag geleerd, vroeg ik me af toen ik wat later tussen de lakens kroop? Dat het zonder twijfel in Vlaanderen de afmetingen van een heuse hype aanneemt. Dat er in dat Mindfulness wereldje weeral veel kaf tussen het koren staat wat natuurlijk, zoals kaf altijd doet, het hele veld vertroebelt. En dat zoals steeds de believers en de non-believers zich ingraven in hun kampementen.
Wat ik van vanavond onthoud?
Er was allereerst de zeer geloofwaardige en onverdachte Johan
Braeckman, de man van SKEPP, auteur van De Ongelovige Thomas had een punt.
Ik zag ook hem aan het eind naar een conclusie zoeken. Kwam ongeveer hier op neer: Het werkt, ontegensprekelijk, bij een aantal mensen. Maar dat doet Lourdes
ook. Of, zoals ik hem aanvul: een heerlijke fietstocht in goed gezelschap. Of een stevige vrijpartij
in nog beter gezelschap. Moet ik niet aan twijfelen. Dus, u doet maar.
Wij
zijn ons Brein, Dick Swaab, met de nodige reserves tegenover die strakke
formulering, maar wat ik wel meeneem is het herhaalde inzicht hoe
verschillend mensen fysisch, maar nog meer hoe totaal verschillend wij
psychisch zijn. Mijn lever is niet jouw lever, mijn amygdala is nog minder de
jouwe. Je kunt met één flesje ook
niet alle vlekken verwijderen, wat de bijsluiter ons ook probeert wijs te
maken. Elke vlek is anders en elke ondergrond is anders. Als je mijn
triviale metafoor snapt. Het unieke subject staat ook hier weer centraal.
Mijn grootste bezwaar bij de wilde aanhangers is de
mechanistische opvatting. Iets werkt uit zichzelf waarvoor het bestemd is.
Een stofzuiger kuist geen asperges, maar neemt wel, als ik hem goed hanteer, het stof op. Moet ik
niet aan twijfelen. Analoog zeggen: ik ga bij de beste leermeester, ik luister
heel aandachtig, ik doe al wat hij voorhoudt, DUS moet het werken.
Automatisch. Het is Mindfulness (dat klokje...) dat het doet. Nee dus. Het is niet de coach of de trainer of dat klokje dat het doet. IK doe het. En wie ben ik? En dan
zijn we filosofisch weg.
Maar zo is het met ALLES wat menselijk is: het geloof, de hoop, de liefde, het berouw, om die vier maar te noemen. De gelovige, de hoopvolle, de lover en de rouwige staat centraal.
Maar alweer, u mag er, beste bezoeker, een compleet andere mening op nahouden.
Oké,
donderdag 16 mei 2013 zal de meteorologische geschiedenis niet ingaan als moeders mooiste meidag.
Nee, ik ga
niet zaniken over de omgekeerde opwarming van onze planeet het schijnt nog waar
ook, deze minder leuke weersomstandigheden schijnen terug te wijzen op het
smelten van het Noordpoolijs maar we zijn akkoord: deze kou, deze regen, dit
gebrek aan licht (vooral dit) een opkikker is vast iets anders.
Maar dan
die slechte gewoonte: dan maar de
televisie aangezet, midden in de namiddag.
Verwerpelijke proletarische reflex. En zo wandel, zonder het te weten of te
willen: Villa Politica binnen, ons federaal parlement waar de politieke elite
van dit land samen zit democratie te bedrijven.
Di Rupo (in
verdacht aanvaardbaar Nederlands, zonder spiekbriefje dan toch één opkikker-)
in een gebekvecht (tiens, dat woord bestaat) met een vurige groene die wat last
heeft van zijn adrenaline, over... jawel
een mogelijk, volgens de interpellant aanstaand, ontploffen van de
kerncentrales van Doel en Tihange samen. Die kleine scheurtjes, je weet wel.
Mensen,
mensen, dat is dus waar wij met onze democratische aspiraties zijn uitgekomen. Twee
hoge gezagdragers van dit land die daar mekaar, voor een totaal ongeïnteresseerd
en duidelijk afwezig publiek, doodleuk staan af te zeiken. Di Rupo glimlachend,
die Groene nog groener dan gewoonlijk door dat gegiechel van u, mijnheer de eerste minister
Zelfs geen
kiezeltje in de rivier verandert van plaats. En toch gaat dat alsmaar door. Die
bizarre manier van democratie vieren.
Het weer,
de regen is troosteloos maar voor dit spektakel en de gevoelens die dat
oproept vind ik geen ander passende adjectief dan zwaar depressief makend.
Is het dat
nu, gaat het zo, staan ze daar voor te roepen op het Tahrirplein en op hoeveel
pleinen nog in de wereld?
Jongens ga
naar huis, uw moeder heeft viskes gebakken.
Plots moet
ik denken aan dat opschrift op een gevel in de Muntstraat in Leuven in de jaren
50: Lenine reviens, ils sont devenus fou.
ps. ik trek mij altijd op aan die oude grijze madame in de rug van kamervoorzitter Flahaut. Altijd in de weer, heel veel telefoneren, nooit uitdagend, deftig gekleed, nooit frontaal in beeld, maar zo aanwezig... Er zijn gelukkig nog vaste waarden in dit land.
Geniet u (nou, genieten is niet het juiste woord) ook zo van die wederuitzending op Canvas van de reeks In Europa van Geert Mak?
Het zal
iets met onze leeftijd te maken hebben, in feite gaat het over onze eeuw.
Vorige week
het jaar 1946 bekeken.
Na de dreun, een wereld die pijnlijk overeind kruipt. Hoe moet het nu verder?
Het ging
over terugkeer van die schaarse overlevenden uit de kampen.
Alles aan
die mensen, zegt Mak, was dood, Alleen hun ogen gaven nog teken van leven.
En door die ogen keek je naar de 6 miljoen ogen die niet terugkeerden.
Huiveringwekkend.
En dan
verhaalt Mak het voorval van een ontmoeting van een man die zon levende dode
wenend in zijn armen sluit, waarop die antwoordt: Tranen, mijn vriend volstaan
nu niet.
Haat, wraak
en vergelding, daar gaat het om.
En dan denk
ik aan de sterkste zijde van het christendom dat een onvoorwaardelijke liefde
voorhoudt. Bemin uw vijand, biedt hem desnoods de andere wang. Oordeel niet.
Alleen zo mag je je christen noemen.
t Klinkt
mooi, maar is het ook juist? Volstaan in dit geval tranen?
Had het
evangelie het ook over de shoah? Of schorten we die "andere wang" even op?
Ik weet
het, het zijn vreselijk beladen woorden: wraak, haat, vergelding,ze vallen volledig buiten ons beschaafd
denken.
Maar toch .
hoe on-menselijk kaneen verheven idee
zijn?
Is dit nog
op mensenmaat?
Is het dan
zo verheven zoiets onvergolden te laten?
Ik weet het
niet.
p.s. bij
Kim De Gelder wisten we het wel, No mercy. RACHE.
Nog opgepikt bij Geert Mak "In EUROPA" het jaar 1946.
Een Joodse vrouw die het overleefd had keert terug naar haar huis in Amsterdam.
Daar vindt ze een gezin dat bij haar was ingetrokken.
Vraag van de nieuwe bewoonster: - Maar waar heb jij de hele tijd dan gezeten? Antwoordt die vrouw: - In het concentratiekamp Auschwitz Waarop die eerste vrouw: - Mag je wel van geluk spreken dat jij hier de voorbije hongerwinter niet hebt hoeven mee te maken.
Weer veel om over na te denken....
Bijv. hoe het eigen verdriet blind kan maken voor het verdriet van een ander. Of: eigen verdriet eerst. Menschlich, alzu menschlich.