En dat ik u nooit meer hoor zeggen dat er vanavond weer niks op TV is...
nu we hebben ontdekt dat je met twee of drie klikken een langlopende serie kunt opnemen. Speelt nu geen rol of dat De kampioenen, Familie, Het Braambos of Zomergasten is, iedereen kan nu naar eigen voorkeur een televisiereserve aanleggen om op elk ogenblik te bekijken.
Ik heb voor mij zo een stuk of vijf series lopen, en ik smul daarvan zoals ik een pintje uit de frigo pak. Als ik zin en tijd heb.
(probeer bijv. eens op Ned2 Hollandse zaken....)
Ik heb intussen al voldoende voorraad bij de hand om een zware winter door te komen.
Natuurlijk heb ik ook de reeks Adieu God? in voorraad. Gisteren eentje geproefd. Naast het Heilig Hartbeeld zat deze keer: Filemon Wesselink, TV-maker en presentator bij het gore BNN maar vooral bekend om zijn nog goorder Spuiten en Slikken.
sympathieke kop, daar niet van...
Waar had Filemon de afslag zonder God gekozen? En aan het eind de bekende vraag: "wat moet er gebeuren om jou terug bij God te brengen?"
Filemon aarzelt geen ogenblik:
"Als God morgen een kwartiertje midden op TimesSquare gaat staan. Of nog beter nog, als hij (Hij, sorry) volgend jaar op 14 juli de Eifeltoren eens heel hoog opheft en terug neerzet.... Dan zul je Filemon heel gauw terug zien in de kerk."
of wel op 14 juli
Ik denk dat de kerk nog even zal meten wachten op het weerzien met Filemon.
En God, die kan er intussen eens over nadenken. Misschien toch niet zo'n slecht gedacht. Den Eifeltoren opheffen....
Lang geleden, Nog eens een "levensliedje" van toen eentje van Wim Sonneveld.
iets van dien aard....
DE EERSTE KLANT Wim Sonneveld(1965)
Er waren twee zoetige lieven Die vonden de wereld te klein Toen trouwden ze gauw met elkander Om baas van hun eigen te zijn Ze deden het maar op een koopje 't Zat er niet meer bij hun aan En als ze er nu nog aan denken Dan hadden ze 't nimmer gedaan
Ze werkten en plasten en stoeiden Ze zoenden elkander zo teer De vloeren die blonken als spiegels Ze boenden hun rug er op zeer 't Vrouwtje zat achter de toonbank Ze prijsde de mandjes met fruit De man nam een kijkje van buiten En lachte haar toe door de ruit
Zo leefden ze enige dagen Maar niemand had trek in hun sla Geen mens kwam de winkel 'es binnen Er was nog geen cent in de la En toen ze geen stuiver verdienden Ondanks hun gewerk en getob Toen aten ze maar van de honger Hun uien en bloemkolen op
En toen ze geen groente meer hadden Geen bieten, geen uien, geen peen En toen ze elkaar niet meer zoenden Zoals ze dat deden voorheen Toen kwam er een meisje naar binnen Een briefje van tien in haar hand Die vroeg of de baas dat kon wis'len En dat was hun enigste klant
Een levensliedje uit 1965.
Levensliedjes, dat hoor je vandaag ook niet meer. Ik heb er in Kopenhagen alleszins geen opgemerkt. Tenzij die zangeres met die baard, die had ik niet zo goed begrepen. Misschien zij/hij? Nu was dat genre in die jaren 60 een blijver. En komaan zeg, daar zaten pareltjes tussen.
Ik pik er nu dit uit: De Eerste klant van Wim Sonneveld. Je kan het hem zo horen zingen als je op Google gewoon intikt Wim Sonneveld De eerste klant zo simpel kan het moderne leven ook zijn. Beluister het dan kan je de lectuur van de tekst overslaan.
Ik heb het over die twee regeltjes (in geel gestript) uit de laatste strofe.
Het verhaal van het winkeltje van die twee is al dramatisch genoeg, maar in die twee regeltjes zit de echte tragiek. Dat verliefd stelletje dat er met zoveel goede moed aan begon en er alles aan deed, dat vergat na een tijd nog te zoenen, zoals ze deden voorheen, en dat is pas het echte drama. Dat koppeltje ging er zelf aan kapot, tot het allemaal helemaal over was. En dan komt die eerste klant .
Ik weet niet of je mee bent, maar ik vind dit om te huilen. Verplaats de context maar even naar een meer vertrouwde setting. Hoe het innigste, het intiemste, het enige echt waardevolle mee kapot gaat als het allemaal niet wat meezit. Ze leerden af te zoenen, teveel zorgen, geen tijd, geen zin, het rugzakje laadt zich vanzelf, nog een paar dagen zo verder en de wederzijdse verwijten komen boven.
Normaal eindigde zon levensliedje met een moraal. Sonneveld laat het achterwege, maar het is duidelijk: ne mens heeft kan in het leven niet zonder dat beetje chance, meeval. En het drama is: je kun het proberen te blijven zoenen . maar het gaat kapot als de omstandigheden niet wat meezitten. We zijn maar mensen.
(met dank aan Sander Donkers in Vrij Nederland 28/6/14)
Ik had tijdens mijn korte vakantie enkele reservestukjes bij elkaar geschreven. Sommige daarvan zijn nogal actualiteitsgevoelig, daarom eerste deze.
Over het afgelopen WK bijvoorbeeld en de nog draaiende Tour. Niet zozeer over het sportief gebeuren zelf maar over die niet stoppende commentaren er omheen.
En zo heb ik ontdekt waarom "de koers" zoveel mooier is dan "het foetbal"
Waarom een praatprogramma over een koers zoveel meer inhoud kan hebben dan het uren nalullen over een voetbalwedstrijd die eigenlijk al afgelopen is. Jan Mulder ten spijt.
ziedem? Daar opzij ziede nog just onzen Benny...
OMDAT... het wielrennen, elke wielerwedstrijd een "mer à boire" is om over te schrijven, praten, reflecteren, in te voelen. Je kan zeggen: het zijn 200 jongens die om het hardst fietsen en er wint er telkens eentje, maar met wat invoelen kijken leg je in zo'n wedstrijd 200 pakkende verhalen.
Je kan en het mag het wat inkleuren (wat doet de romanschrijver anders?) tot op de rand van de kitsch -de bemodderde gezichten, de glimmende kasseien, het grote afzien- en toch worden met wat verbeelding in dat peloton 200 unieke verhalen/drama's geschreven.
Het verhaal van het rugnummer 178 die met een groepje van 7 overlevers, acht minuten na de winnaar over de streep komt. Dat is drama.
Want er is niet alleen dat rugnummer 178, hoe die zich voelt, er is ook nog zijn hele kleine entourage, zijn vader, zijn moeder, de broers en zussen, zijn onderwijzer van het zesde studiejaar, zijn kapper, zijn ex-lief en zijn nieuw lief, de burgemeester van zijn dorp die al droomde van een feestelijk onthaal enz., allemaal beleven ze die verloren acht minuten op hun manier. En hopen ze dat morgen hun rugnummer 178 eindelijk eens in de goede ontsnapping zit.
Morgen misschien, het is een grote, maar het komt er even nog niet uit... morgen zeker!
Zoveel meer te vertellen dat over de goal van Origi tegen Algerije.