In de Officiële Canon van de Nederlandse geschiedenis staan slechts twee boeken: de Bijbel en de Max Havelaar.De nieuwe Bijbelvertaling was klaar in 2011. Met de Max Havelaar ligt het even anders. Generaties Nederlanders (en Vlamingen) zijn opgegroeid met Max Havelaar. Wie heeft niet ergens in zijn jeugd met vuur zijn klasgenoten als de Hoofden Van Lebak op deze wijze toegesproken: Mijnheer de Raden Adipati, regent van Baten Kidul, en U Radens Oemang, hoofden van de districten in deze afdeling(
) ik groet u!En ik zeg u dat ik vreugde voel in mijn hart voel, nu ik u allen hier bijeen zie, luisterend naar mijn woorden.. Maar dit boek dateert van 1860, en als de bijbel al hertaald mag worden, waarom dan ook niet onze Max Havelaar?
En zo geschiedde. Ene Gijsbert van Es uit Leiden waagde zich aan een hertaling en bewerking. Een riskante onderneming, en groot was de scepsis: gaat men Multatuli corrigeren? Het boek is iets korter dan de oorspronkelijke versie, en vooral: in modern Nederlands geschreven, met respect voor Multatilis onnavolgbare compositie en stijl.
Van Es commentarieert zelf zijn waagstuk in een voorwoord Ruim 150 woorden vooraf.: Wie ben ik dat ik dit boek hertaalde en bewerkte? Gewoon een bewonderaar; van het boek, van de bonte stijl, van zn historische betekenis, van de felle nog steeds actuele aanklacht tegen machtsmisbruik en uitbuiting.
Eerste bedoeling is wel dat ook nieuwe generaties Nederlanders, en naar ik hoop Vlamingen, kennis kunnen maken met dit monument. En om alle twijfel weg te nemen: Dirk vander Meulen, auteur van de biografie Multatul, winnaar van de AKO-literatuurprijs 2003 zegt het zo: Zo zou Multatuli hebben geschreven als hij nu had geleefd.
En of ik genoten heb van deze herlezing! Hoe werd ik, alweer vanaf bladzijde één, opgezogen in die wereld van grote en kleine Max, van Tine (vooral zij!) maar ook van Droogstoppel (ik zie hem vandaag nog de Droogstoppels floreren in hun biotoop), van Sjaalman, van mevrouw Slotering en al die anderen. Dank u mijnheer van Es. En waar je met die Havelaar allemaal naartoe kunt. Mag ik een gekke sprong?
Op pagina 119 (midden in zijn Toespraak) zegt Havelaar: Ik vraag u, hoofden van Baten Kidul, waarom zijn er zo velen die weggingen, om niet te worden begraven waar ze zijn geboren? Waarom vraagt de boom waar de man is die hij als kind zag spelen aan zijn voet?
Ik parafraseer nu ook en ik spreek op deze wijze al die zeker-weters en grote-gelijk-hebbers toe, al die pausen, bisschoppen, pastoors, theologen en godsdienstwetenschappers: Ik vraag u, hoofden van de kerk, waarom zijn er zo velen die weggingen, van al die bomen waar vroeger in deze tijd van het jaar, honderden versierde volkskapelletjes hingen om elders andere boompjes op te zetten? Waarom vraagt Boris uit mijn vorig item: Opa, wat is een Weesgegroetje?
Omdat die bomen, wegens fout en veel te laattijdig onderhoud, niet langer beschutting boden. Of vul zelf maar een ander antwoord in. Max Havelaar
04-06-2012, 00:00
Geschreven door torfsherman 
|