da's een tijdje geleden, nog eens une petite histoire....
Een lokale kleine Delhaize. Twee scholieren, boekentassen nog bij zich, staan voor mij aan de kassa. De ene heeft twee flessen goedkope schuimwijn in zijn armen, de andere een fles met een oranjeachtig soort likeur. Duidelijk samen goed voor een stevige cocktail. Aan de kassa zit een jong kind, zelf geen twintig. Kijkt beteuterd.
Hoe oud zijn jullie
Zeventien Mag ik jullie ID kaart even zien?
Die ligt thuis
Ja, dan mag ik van de baas die flessen niet aan jullie verkopen
Er ontstaat wat discussie. Het jong meisje belt haar bazin en dan is het rap beklonken: geen alcohol zonder ID bewijs.
Laat die flessen maar hier staan, en ga eerst thuis jullie ID kaart halen Jongens verlaten de winkel, zonder buit.
Ik ben aan de beurt met mijn boodschappen.
Nog voor ik klaar ben zijn die twee jongens daar terug nu in gezelschap van een grote lobbes die ze al snel in het naburige café hebben opgehaald. In minder dan een minuut staan de jongens buiten met hun drie verboden flessen.
Et alors?
Ik stelde me spontaan deze rechtsfilosofische vraag: hoe groot kan de afstand zijn tussen goede bedoelingen en een sluitende wettekst om deze uit te voeren?
Wat kan het recht, wat kan een in woorden gevatte tekst eigenlijk wel? Niet veel, zolang bij de rechtshorige echt niet de intentie bestaat om met die goede bedoelingen in te stemmen.
Eigenlijk staan de wettenmakers voor een mission impossible.
Hoe zou je het echte leven, de mens van vlees en bloed, kunnen vatten in een tekst?
Dat kan alleen bij momenten een begenadigd romancier
Neem nu dit voorval. Probeer maar eens deze wetsontwijking te vatten in een sluitende wettekst. Dat geldt voor elk soort wetsontwijking. Denk aan het leger gespecialiseerde top advocaten-fiscalisten en boekhouders die klaar staan om de grote lobbes uit het belendend café erbij te halen.
Niks aan de hand. Niet te vatten. Ze gaan vrijuit en het is de meest rendabele branche in de advocatuur. Toppunt is daarbij dat die grote verboden-flessen-kopers nog vinden dat ze zich ethisch niets te verwijten hebben. En dat ze maar betere wetten moeten maken
.
Gelukkig denk ik dan, dat er een hemel en een hel is waar dat later allemaal wordt goedgemaakt. Als ook daar weer geen advocatenbureaus naast de hemelpoort hun goede diensten aanbieden.
Dat is eigenlijk de ratio achter die affiche van het BIVV: MINDER ZUUR ACHTER T STUUR.
Probeer wat je wil om een veiliger verkeer ad te dwingen, zonder de passende mentaliteit van dat groen ventje achter zijn stuur is het allemaal boter aan de galg.
De wet kan toch zo weinig
. Ik denk dan aan die ene wet uit de geschiedenis die dat wel kon, en dat waren de Stenen Tafelen van Mozes. Maar ja, daar heette de wettenmaker van dienst dan ook God.
Gij zult niet echtbreken
. dat is toch duidelijk? Of niet soms?
24-04-2014, 17:31
Geschreven door torfsherman 
|