Is het u
ook al opgevallen dat het woord wellevendheid of beleefdheid met de stille
trom uit de mode is geraakt ?
Niet dat
iedereen vandaag zo schofterig met mekaar omgaat, ik merk daar niet veel van inde dagelijkse omgang. Integendeel. Maar het
woord, de term het begrip doet het niet goed meer. Wordt te snel verbonden met
aangeleerde maniertjes, keurslijf, onnatuurlijk, iets van de bovenklasse. Puur
vorm zonder inhoud. Je mag het woord niet meer gebruiken. Zo levend kan taal ook zijn.
Nog zon
term was goede manieren, maar dat zette zich af tegen vuil manieren en dat
is weer iets geheel anders.
En toch
besef je soms hoe belangrijk en hoe aangenaam die "loze" vormen van wellevendheid
zijn. Ook in al hun formaliteit. Woordjes zoals sorry, dank u wel, graag gedaan
zeg je nooit teveel, ook als er niks te sorry, te danken of te niet graag gedaan
valt.
Doet me
denken aan een voorval, enige jaren geleden op een zonnige zondagmorgen op de
wekelijkse rommelmarkt aan het Vossenplein in de Marollen. Een feest voor het
oog, het oor, de geur, en uw psychisch welgevoelen.
Het is er
altijd heel druk en de rommelige terrasjes buiten voor de vele cafeetjes, zijn
overbezet. Kom ik daar aan, binnen speelde er een jazz, terras is vol, alleen
zie ik nog één tafeltje met vier stoelen waar een man alleen zit. Ik stel
beleefd de vraag, en heb de ijzeren plooistoel al in mijn hand, of het stoort
dat .. Heel normale beleefde overbodige vraag. Dat dacht je, antwoordt die
gast toch: Ja, dat het hem stoort.
Boenk,
patat, wat doe je dan?
Wij zijn
gewoon, zonder verdere uitleg, toch gaan zitten op die twee lege stoelen. Die
gast is woedend recht gestaan en heeft met duidelijk misprijzen het terras
verlaten. Zon boeren.
In mijn jonge jaren heb ik nog rechten gestudeerd. En in die tijd begon die studie met een bijzonder grondige kennismaking met het Romeins Recht. De Grieken waren dan wel betere filosofen, de Romeinen waren alleszins betere juristen en aanleggers van autostrades.
Romeins Recht, de dikste cursus die ik ooit van buiten heb moeten leren. Vandaag zo goed als alles vergeten, behalve dan pagina 1 van die wel duizend bladzijden.
Dat begon met een Latijnse spreuk: SUMMUM IUS SUMMA INIURIA
wat vrij vertaald betekent: hoe meer regeltjes je maakt hoe meer onrechtvaardigheid je schept. Gewoon omdat de wet, en dat is taal, onmogelijk de hele werkelijkheid kan vatten en dus zullen de slimmerikken altijd een slalom vinden om de wet te "ontwijken".
Héél juist, niewaar mijnheer John Crombez?
De eerder genoemde Frans de Waal geeft in zijn boek De Bonobo en de tien geboden, daar een uitstekend voorbeeld van.
Kun je nu één zinnige tegenwerping bedenken tegen de wellicht meest populaire morele regel (het komt dan nog uit de bijbel) de Gulden Regel: "En gelijk gij wilt dat u de mensen doen, doet gij hen evenzo" of: behandel mensen zoals jij graag zelf zou behandeld worden.
Simpel als bonjour, zou je zeggen. Maar dan haalt Frans de Waal dit voorval op:
Stel dat ik tijdens een conferentie een aantrekkelijke vrouw die ik nauwelijks ken naar haar hotelkamer volg en ongevraagd bij haar in bed duik, kan ik vrij goed inschatten hoe ze zal reageren (nvdr. natuurlijk zijn er uitzonderingen). Zeg ik haar dat ik gewoon bij haar doe wat ik graag zou willen dat zij bij mij deed, dan ben ik bang dat mijn beroep op de gulden regel weinig indruk zal maken.
Voilà, in
één zinnetje, de oorzaak van alle miserie op aarde, zo luidt het.
FOUT dus.
Het is niet
het geloof, het geloven in eender wat, in de God van de twaalf artikels, in de
God die wit op zwart niet kan bestaan of in den Beerschot die nog altijd een
wereldploeg is .
U gelooft
maar wat u graag gelooft en wat u goed uitkomt.
De echte
oorzaak van alle miserie ligt in een belendend pand van het geloof, en dat is
1. het
dogmatisme en 2. het messianisme.
Het Dogmatisme,
dat niet in staat is te luisteren naar tegenargumentatie, dat blind achter het
eigen (on)geloofstaat. Het kan gewoon
niet anders dan dat ik alleen gelijk heb.
Het Messianisme,
dat zich niet kan inhouden om het eigen geloof aan anderen aan te praten of op
te leggen. Het zich geroepen voelen om het eigen geloof te verspreiden.
Heel opvallend, zegt ook Frans De Waal, de
wereldbefaamde primatoloog (kenner van de wereld van de primaten/mensapen), dat
dit schadelijke dogmatisme en messianisme ook zo verbreid is binnen het
militante atheïsme, dat bijwijlen alle nefaste eigenschappen van een nieuwe
religie, de non-religie aanneemt. Hitchens, Dennett, Dawkins en al die andere.
ik geloof in u zoon, gij gaat het maken....?
Als we niet
meer mogen geloven, bijwijlen zelfs tegen beter weten in, dan geven wij een
belangrijk stuk van onze menselijkheid prijs.
Als ik zeg:
ik zie u graag dan bedoel ik: ik geloof in u.
De primaten
kunnen in aanleg zowat alles wij mensen kunnen, met uitzondering dan misschien
van dat ene: bewust geloven.
(°Düsseldorf 1929, Duits filosoof-socioloog, prominent lid van de Frankfurter Schule, notoir marxist atheïst)
Wij in het Westen hebben de zonde afgeschaft en de schuld in de plaats gezet
Mozes en zijn Tien Geboden als een nare, drie millennia oude nachtmerrie achter ons gelaten, het juk van het zondebesef afgeschud, onszelf bevrijd... Maar in de kortste keren onszelf opgezadeld met een door allerlei (linkse) profeten, zwaar ingewreven schuldbesef voor ongeveer alles wat er op deze planeet misliep, nog misloopt en zal mislopen.
- onze planeet die afstevent op een regelrechte ecologische ramp - een smeltende kap van het Noordpoolijs en een oprukkende woestijn - alsmaar dier- en plantensoorten die aan hoog tempo uitsterven - uitputting van alle natuurlijke rijkdommen - toenemende ongelijkheid onder de wereldbevolking - honger, oorlog, ziekte, aids, kindersterfte, armoede, onderontwikkeling, uitbuiting
allemaal onze, nee allemaal MIJN schuld. Veroorzaakt door mijn mateloosheid.
Als we een beefstuk eten zijn we kannibalen, dierenbeulen als we op reis gaan neemt onze ecologische voetafdruk schrikbarend toe wie haalt nog zonder achterdocht zijn wagen uit de garage, fijn stof weet je wel en wat daar allemaal gebeurt in Afghansitan, Syrië, Mali en de rest van de wereld of in Borgherhout, Anderlecht of in die moskeeën...
We hebben het allemaal aan onszelf te wijten.
De meest alledaagse bedelbrief begint steevast met een aanval op mijn gerust geweten: "geef Anoushka nieuwe ogen" of "bezorg Kevin ook een communiefeest"
En dan vraag ik mij af: maar wat heb ik dan misdaan?
een oplossing voor ons verdriet...
En soms krijg ik heimwee naar "een ouderwetse goede biecht" waar, tegen een kleine penitentie, al die schuld in vijf minuten van mij werd afgewassen...
Hadden we nog maar onze vertrouwde zonden tegen de Tien Geboden waartegen we bewust konden zondigen (6de en 9de gebod... het was nog plezant ook).
A propos...: heeft u uw schuld al betaald aan die vluchtelingen in Syrië?
Nee? Koop u dan zo rap mogelijk vrij via de actie 12-12, en doe een forse storting.
Vraag is alleen, wat is "fors" , voor hoeveel is mijn schuld ingelost?
Het is weeral even geleden dat ik nog eens uit mijn Dikke Ik mocht putten. Het Dikke Ik is, zoals ik eerder zei, een verzameling van mini columns van lezers maar nog meer van lezeressen, in het NRC Handelsblad. De heerlijke kunst van "het kort houden". Stilletjes aan tijd dat ik jullie nog eens zo'n amuse offreer.
TROUWENS
Een man een een vrouw ontmoeten elkaar in de supermarkt. Ze wisselen enkele wederwaardigheden uit over de vakantie en de man vertelt iets over zijn kinderen. "Wonen ze bij jou of bij hun moeder?' 'Bij mij,' zegt de man. 'Hun moeder trouwens ook.'
Hoezeer ik mezelf ook taalminnaar durf noemen, ik houd van taal en van mijn taal in het bijzonder, toch laat mijn Nederlands hier een groffe steek vallen.
Stom, daar waren we het in onze vorige blog al over eens;
Maar nu heeft STOM in het Nederlands nog een tweede betekenis: een mens die het gebruik van zijn stem moet missen wordt ook STOM genoemd.
De Stomme van Portici, alhoewel die een hele opera volzong en na afloop een revolutie ontketende.
En als je tot overmaat ook je gehoor moet missen, ben je doofstom.
Twee keer STOM dus, normaal dat je die twee betekenissen met mekaar in verband brengt.
En hier maakt onze taal een lelijke uitschuiver: het zou erop lijken dat iemand die weinig of niet spreekt per definitie een stommerik is, terwijl het tegenovergestelde net het geval is.
De echt stommerik is doorgaans heel goed ter taal en wil ook de hele tijd aan het woord zijn. Dat is pas echt een blijk van stommigheid.
Vraagje: zou iemand die heel de tijd blogs zit te schrijven dan ook stom zijn?
Is het u ook al opgevallen dat onze zoete Nederlandse taal erg selectief is met het bedenken van synoniemen voor bepaalde begrippen?
Dat valt het best op met de woorden SLIM en DOM.
Voor het begrip SLIM is de keus haast onuitputtelijk: intelligent, verstandig, intellectueel, erudiet, geleerd, onderlegd, doorgestudeerd, beslagen, ervaren, pienter, knap en zoek zelf nog maar wat verder.
En voor het begrip DOM zijn er slechts twee synoniemen: en dat zijn: (klinkt met mooist in dialect) STOEM en LOEMP en die betekenen dan alle drie nog hetzelfde.
Hoe zou dat komen? Zijn er zo oneindig veel soorten slimmerikken en is er maar één soort dommerikken? Of hebben we voor dom geen synoniem vandoen: omdat bijna altijd dom, stoem en loemp in één persoon verenigd zijn?
Vergis u nu evenwel niet bij het definiëren van die twee adjectiecven. Want je zou zo zeggen dat slimme mensen per definitie het altijd juist weten. Want als je fout zit kun je jezelf toch moeilijk slim noemen
Drie vraagjes in dit verband:
1. Waarom kunnen slimme mensen zo grondig van mening verschillen? Zijn er dan valse slimmen? 2. Waarom zijn al die slimmerikken, als ze het toch zo zeker weten, dan niet zo rijk als de zee diep is? Why are'nt you rich? 3. En waarom komen zowel de slimmen als de dommen zeer vaak tot hetzelfde inzicht? (bijv. het is heel erg gesteld met "den Beerschot")
Komaan, wie bedenkt er voor de stommen ook een paar nuancerende synoniemen?
Velen onder ons stellen zich die vraag in deze tijden van oranjegekte.
of......
Laat nu nog in het midden de voorkeur die je zou willen geven aan de
Nederlandse of Belgische variant van de monarchie, die keus lijkt me niet zo
moeilijk,
maar de vraag is of de erfelijke monarchie, zoon volgt automatisch vader
op, in deze tijden van emancipatie, nog wel strookt met het democratisch
ideaal?
Op eerste zicht: NEE dus, er is geen enkele verdienste aan om de zoon
van je vader te zijn, dus om koning te worden wordt geen enkele verdienste
vereist. Dus leve de republiek waar wij om ze zoveel jaar de ene president naar
huis kunnen sturen en een andere kiezen.
Op tweede zicht
En deze theorie lees ik niet uitsluitend bij vlaggetjes zwaaiende
royalty fanaten ..
Het valt amper tegen te spreken dat zowel België als Nederland een
volwaardige republiek zijn met een koning.
En waarom zouden we dan nog zon koning onderhouden?
Dubbele redenering.
1.De koning dan als
het snuifje magie waaraan een gortdroge republiek nood heeft. Kijk maar naar de
nostalgie van de Fransen naar een heuse koning. Eigenlijk zou je de koning een
soort nuttige nationale mythe kunnen noemen. Een soort (uitgevonden) verhaaltje
waarin de natie zichzelf herkent. Een stuk verenigende symboliek die op gepaste
goede of slechte tijden kan worden bovengehaald.
2.De koning die staat
voor een bepaalde kijk op het samenleven. Waar de democratie neerkomt op een
strijd op leven en dood tussen politieke partijen, het tegenstrever/vijand
model, corrigeert de monarchie dit model. De monarchie, in principe niet
gebonden aan een politieke richting, denkt niet in termen van tegenstrevers,
maar compenseert de splijtende krachten van politieke vijandschappen en het
denken in conflicten en groepstegenstellingen.De monarchie die denkt in termen van het goede samenleven.
(ik zet deze alinea's in een kleiner lettertype omdat niet meer dan een opinie van mij is...)
Heel opvallend in het debat zondag ll. op de Zevende Dag hoe radicaal
alleen de twee nationalistische partijen de monarchie afvallen. Zowel aan
functie 1 als functie 2 hierboven hebben zij geen boodschap. Integendeel, zij
willen het einde van deze natie, zij willen vooral af van die Franstaligen, en
zij hebben geen boodschap aan een pacificatiemodel. Een op de spits gedreven wij-zij
denken.
Alles staat of valt natuurlijk met de persoon van de monarch, maar
daarover hebben wij in de Lage Landen en ook niet in de Noord Europese landen
alvast weinig reden tot klagen. Maar in de zienswijze van de nationalisten
maakt dat weinig verschil. De nationalist kan niet buiten zijn basaal
wij/zijdenken. Er valt niet te
pacificeren.
Maar ik laat mijn bezoeker vanzelfsprekend de volle vrijheid om daar anders over te
denken .
Vorig jaar, toen de aarde nog opwarmde, ging ik fietsen in Klein Brabant. Ik had mijn auto geparkeerd voor de kerk van Breendonk.
Mooie parking en in de schaduw, wat wil je nog meer? Nog meer? Ik stond met
mijn auto oog in oog, aan de voet van een flink uit de kluiten gewassen beeld
vanJezus Christus. Ik liet ik dus mijn
auto achter in uitstekend gezelschap .
Bij mijn terugkeer valt mij op de sokkel van dit beeld een
meer dan opvallend opschrift op. Men kan daar nu van alles opzetten, Christus
Vincit, Dominus vobiscum, Heilig Hart van Jezus bescherm onze gezinnen ofiets vinniger Jezus keer terug want ze hebben
u slecht begrepen ( parafrase op het bekende: Lenin reviens, ils sont devenus
fou). Nee, Breendonk gooit
het radicaal over een andere boeg. Daar staat, kort en krachtig GIJ AAN ONS, WIJ
AAN U.
Dat is noch min noch meer een totaal nieuwe visie op God. Een soort new deal
met God. Denkend aan de uitdrukking: nu ist aan u, of nu ist aan mij. Dat is
het vastleggen van een beurtrol. Je moet er maar op komen. Gij aan ons, en dan
wij aan u. Op voet van gelijkheid dus. En nu ist aan God.
In Breendonk hebben ze geredeneerd: dat is nu
lang genoeg een eenrichtingsverkeer geweest, wij maar die God de wolken in
prijzen, op ons knieën zitten, wierook en kaarsen aansteken,en hij die nooit iets van zich laat horen.
Laat ons nu eens goed afspreken, zegt men op die sokkel in Breendonk. dan
zullen we eens zien hoe lang dat die God zich nog van de stomme kan houden.
Maar wij, in Breendonk, vinden nu dat wij al genoeg voorschotten hebben
betaald, nu ist echt aan U. God, t is aan u!
Maar dan heb ik dat beeld eens goed bekeken. Die Jezus van Breendonk. Als ze
het daar moeten van hebben Zon bleekschijter, er kan geen lachje van dat
uitgestreken gezicht af, gegarandeerd nen homo, ik vermoed zelfs een
seropositieve. Zo triestig dat hij daar op zijn sokkel staat.
Voor een new deal moet je inderdaad met twee zijn, en daarom
heb ik er met die sokkelgod (eigenlijk een sukkelgod) van Breendonk geen goed
oog in.
Gij aan ons allez God, begint eraan zou je willen zeggen.
Ik heb hier een mooie quote van David Brooks, (°1961, jood, politiek en cultureel commentator bij The New York Times en bij de National Public Radio, senior editor bij The Weekly Standard enz.)
David schrijft :
Wijsheid is het vermogen om in te schatten wanneer je moet vechten en wanneer je moet aanvaarden.
Heel mooi, heel wijs, heel juist, maar - wat koop ik daarvoor? - de vraag is of daarover wel iets in het algemeens te zeggen valt? (nooit of te nimmer doet eenzelfde situatie zich twee keer na elkaar voor, elk probleem krijgen we als het ware voor de eerste keer zo gesteld)
Over en rond dat onderwerp verscheen en verschijnt een vloedgolf aan publicaties, en allemaal komt het, naar mijn aanvoelen op hetzelfde neer: mensen die het wegvallen van de zekerheid van het geloof (eender welk geloof) willen vervangen door een nieuwe bijbel... een zekere bron waar ik De Weg, De Waarheid en Het (goede) Leven op het spoor kom.
En toch... denk ik, is het redelijk eenvoudig, Als je ervan overtuigd geraakt dat in het leven, en in feite in alles wat je doet, DE WEG HET DOEL is.
De grote camino van het leven, niets is zonder zin, alles wat gebeurt en mij overkomt, was of is er nodig om te worden/zijn wie ik ben. Niks is umsonst. Alleen als we het opgeven met stappen, met proberen, als we het opgeven lering te trekken uit het afgelegde parcours, dan is alles verloren.
Dus morgen, met goede moed, weer verder op stap en we zien wel. En vergeet Compostella. Goede reis.
Begin deze week moest ik op bezoek bij mijn huisarts. Zonder afspraak, 'maar kom zo laat mogelijk, dan is mijn wachtzaal leeg'. Dus ik daarheen tegen 12 uur, die dokter was al bezig van 8 uur.
Lege wachtkamer, vergeet het. Eén kortgerokte Vlaamse met pc op de schoot, en de rest van het lokaal gevuld met half Turkije. Een getaande middle-ager die geen ogenblik zijn I-pad lost, twee vrouwen van onvaststelbare leeftijd want in pakken textiel gehuld, en twee kleine dreumesen die het voorhanden zijnde speelgoed testen op zijn duurzaamheid. (geen paniek, dit wordt geen racistisch stukje)
Als die allemaal nog voor mij moeten passeren...? maar geen nood, eerste die korte rok met pc en kort daarop mocht "de volgende" binnen. En toen stond die hele Turkse groep en bloc op en schuifelde het kabinet binnen. Verrassend kort daarna stommelde die Ottomaanse cohorte al naar buiten en was het alweer aan de volgende, aan mij dus.
brave mensen
Bij de dokter even over mijn mede-patiënten gepraat. Het waren goede bekenden van de dokter. Volgde het verhaal van die brave mensen.
Die familie had eerst enkele jaren in Londen gewoond, de man sprak naast het Turks een mondje Engels, maar geen gebenedijd woord Nederlands. Toen ze naar hier kwamen lieten ze nog zijn en haar ouders overkomen.
Twee verhalen. Eén heel mooi, het tweede ronduit zorgwekkend.
1. Nu kwamen ze voor de kleinste die een blaasje op zijn tong had. Maar dat is voldoende opdat de hele gemeenschap een halve dag richting dokterswachtkamer uitrukt. In die gemeenschap word je nooit aan je lot overgelaten. De gemeenschap draagt de enkeling, ook al is dat een peuter van drie of een klomp grootmoeder van 88. Jouw lot, jouw wedervaren treft ons allemaal tegelijk. Dus dokter, hier zijn we weer, deze keer met onze kleinste.
2. Ze wonen daar met heel die sibbe in een klein huisje en buiten het mondje Engels van onze I-padder heeft niemand daar ooit iets anders gehoord en gesproken dan hun Turks. Als die kinderen naar school moeten hebben die tot dan nooit een woord Nederlands gehoord. Kans-loos. Om van die ouders en schoonouders nog te zwijgen. In het dokterskabinet wordt met handen en voeten gecommuniceerd.
Migratie, integratie, hoofddoeken, multiculturaliteit, discriminatie, racisme, uitsluiting, OCMW, aanzuigeffect.... een fel maatschappelijk debat waarover iedereen, in al zijn abstractie, een heel helder en nog simpeler idee heeft (niet nodig er iets van te weten dus om er iets van te vinden....). Tot je op het terrein, in een dokterskabinet, de werkelijkheid proeft, en dan is het allemaal een stuk minder evident om een simpel idee te hebben.
Christiaan Weyts (°Leiden 1976) is een Nederlands literatuurwetenschapper, schrijver, literair cirticus, columnist. Met naam.
Voor deze blog ga ik even bij hem langs. In zijn wekelijkse column voor De Groene Amsterdammer (14/4) vertelde hij van zijn belevenissen toen hij op pad moest voor een nieuw brilmontuur. Geen simpele zaak vandaag, zo blijkt uit zijn verhaal.
Want wie bril zegt zegt mode. En nog wel gepersonaliseerde mode. Het is niet van: "kijk, dat is nu DE mode", nee, die bril moet samengaan met de persoonlijkheid die je wenst uit te stralen. Uw bril is uw eerste en meeste directe public relations agent. Je zou haast zeggen: een bril is geen accesoire van het gelaat, maar haast een remplaçant ervan. Dus uitkijken is de boodschap, één onachtzaamheid en je zit 30 jaar abuis.
Christiaan Weyts is schrijver en moet regelmatig met een foto op de achterflap van zijn boeken. 'En bij de pr-afdeling van de uitgeverij vinden ze dat een bril me intelligenter maakt. Maar even onverbiddelijk is dan ook het omgekeerde waar: zonder bril....' Het is zoals met een pet. Als iemand een pet draagt, ziet hij er meteen ook een stuk dommer uit. Met een pet en een foute bril zit je zo bij André Van Duin.
kijk, dat is wat ik bedoel
Een verrassende gedachtensprong maakt Christiaan als hij ineens moet denken aan een vriend van hem die onlangs schoenen op maat liet maken in Italië. Daar instappen voelde volgens hem net alsof je met een vroegere vriendin neukt : je glijdt er zo in... Wel, met een oud brilmontuur is dat ook zo een beetje, elk montuur is een madeleine. Doe dus nooit oude brillen bijn het vuilnis.
Morgen krijgen we 23 graden (boven nul voor alle duidelijkheid). Geen dag te vroeg, zou ik zo zeggen, nu we al zes maand in een ijzige winter zitten. En al zes maanden geen fiets meer hebben aangeraakt (behalve die ene keer dat mijn neus er haast afvroor)
BSWV-er in volle actie
Dus had ik me eerder deze week laten overhalen om, ten arren moede, over te schakelen op de BSWV (de binnenhuis-slecht-weer-velo). Altijd zielig gevonden dat hometrainer gedoe, maar ja, nu was er geen ontsnappen, mijn partner had dat toestel helemaal gebruiksklaar gemaakt. Op een schermpje kon je alles zelf instellen: bergop, rugwind, snikheet, u doodtrappen of zomaar wat peddelen, en hoelang je zinnens was die gekte vol te houden. En dat werd dan allemaal geregistreerd: de afgelegde afstand, uw gemiddelde snelheid, pedaalslagen per minuut, het aantal bezochte cafés, tot en met uw verbruikte colorieën en het gedrag van uw hartslag.
Maar, had ze mij gezegd, je moet die fietstijd met blik op oneindig wat opvullen, opvrolijken. Een goed boek bijv. of het nieuwe nummer van De Groene Amsterdammer dat net binnen was, of zelfs kon ze mijn Samsung tablet op het stuur monteren.
Ik koos voor mijn oudste liefde : de muziek. De juiste muziek zou mij niet alleen in de goede stemming maar in het aangehouden passende tempo brengen en houden.
Lag daar toevallig naast die BSWV een cd met pianomuziek van Bach. En dan nog wel zijn Goldberg Variaties, en je gelooft het niet, maar ook uitgevoerd door de fabuleuze Canadese pianist Glenn Gould (1932-1982). Sedert jaren onbedreigd nummer 1 op mijn privé top-100.000.
Dus voor de eerste keer in mijn leven heb ik op deze muziek gefietst.
JE WEET NIET WAT JE MEEMAAKT.....
Je start heel zachtjes op het eerste exposé van het thema, een ruggengraat-martelende sarabande, gestreeld onder de vingers van Gould, gevolgd door 30 korte variaties op die aria waarbij deze muziek bij momenten dit ondermaanse verlaat en de allerhoogste sferen van geestelijk genot frôleert. Om de 32ste keer terug thuis te komen met een simpele herhaling van het thema.
Bach, maar nog veel meer die duivelse Gould, gaan met je aan de haal. Je probeert met je pedalen al die variaties bij te houden en die partituur, bij manier van spreken, een stukje zelf te vertolken op die stomme fiets. Muziek maken op een (stilstraande)fiets. Het kan.
Een totaalervaring.
Gewoon een goede raad: ga naar YouTube, tik in Bach-Gould-Goldberg en laat u meevoeren. En doe het liefst op een hometrainer want in het echt rijd je je gegarandeerd te pletter....
Silver Linings Playbook is een Amerikaanse romatische film die eind vorig jaar uitkwam als een bewerking van het gelijknamige boek van Matthew Quick in regie van David O. Russell, met in der hoofdrol Robert De Niro. De film kwam was bij de laatste Oscaruitreiking genomineerd in alle acteercategorieën, iets wat sedert 1981 nooit meer was voorgevallen.
Laat de film voor wat hij is, maar onthoud dit ene mooie zinnetje dat het hele verhaal samenvat :
Eerst misschien een invulling op de vraag van mijn vorige blog: "moet ik er iets van kenen/weten om er iets te mogen van vinden?"
Drie bedenkingen.
1. er bestaat geen meer fundamenteel mensenrecht dan de vrijheid van mening, annex de vrijheid om een mening te verkondigen. Daar komen we niet op terug. En er staat ook niet bij dat het geen onzin mag zijn. Gedanken sind frei. Punt. Uit.
2. Er iets van vinden is niets anders dan zeggen wat dit gegeven of dit feit met MIJ doet. En dat kan alleen ik zeggen. "Ik vond De Wever veel sympathieker als hij nog dik was en geen burgemeester", dat kan toch zo zijn en ik mag dat toch vinden?
3. Er iets van kennen/weten, dan zouden alleen de professoren nog mogen spreken? En dan zouden die gasten de democratie mogen overnemen? Welnu, in de parlementaire geschiedensi is er nog nooit een zakenkabinet (met allemaal mannen die 'het' weten) succesvol an de slag geweest.
Dus... zeg gerust wat er op uwe lever ligt, maar vraag niet dat iedereen direct applaudiseert voor zoveel inzicht en wijsheid....
In 1973 maakte Ernst Friedrich Schumacher wereldwijd ophef met zijn boek waarvan de titel alles zegt: Small is beautiful (Hou het klein in Nederlandse vertaling), nu nog aanzien als één van de 100 invloedrijkste boeken uit de geschiedenis. Wij zogen het in die tijd op: een pleidooi voor een economie en technologie op mensenmaat. Minstens intermediate size. Het gezond verstand dat plots weer de bovenhand haalde. Het was een mooie tijd toen wij echt geloofden dat the times they are changing.
Maar zoals dat gaat met dit soort boeken, door iedereen bejubeld, miljoenen exemplaren verkocht, vertaald in alle talen, maar van de boodschap kwam zo goed als niets in huis. Integendeel, sinds 1973 werd het allemaal nog veel en veel erger, een economie en een technologie waarin de kleine individuele mens totaal verdwenen is. XXXXL-size is nu de maat.
En toch blijft het gelijk van Schumacher onaangetast, meer zelfs zijn gelijk is oorverdovend a contrario aangetoond. Op alle gebied. En nu, in het putteke van de crisis, wordt Schumacher hier en daar weer bovengehaald. Vraag is enkel of er nog een weg terug is?
de conservatieve Lord Mayor van Londen
En jawel die is er, mag ik geloven als ik de strapatsen lees van twee wereld-burgemeesters: Boris Johnson (Londen) en Michael Bloomberg (New York). Dat originele duo bewijst op alle manieren dat op het stadsniveau (het weze nog een wereldstad) de problem solving capacity, het probleem oplossend vermogen oneindig dat van een federale, laat staan een internationale overheid overtreft. Op het lokale niveaublijkt zo goed als elk menselijk maatschappelijk probleem oplosbaar, minstens beheersbaar. Boris Johnson zet nu bijv. alles op alles om de Londenaar aan het fietsen te krijgen. Doen. Gewoon.
Ik schreef het eerder al: mensen houden zo van een lokale identiteit, nog jaren mogen ze proberen ons een Europese identiteit aan te praten, en daar is bijna geen ondergrens aan. De streek, de stad, het dorp, de wijk tot zelfs onze straat (wij hier van de Boshoek "wij van Lisp") , het is een niveau met een supplément dâme, met een ziel erin.
Het moet dan ook niet verwonderen dat op dat niveau, de betrokkenheid bij moeilijke beslissingen oneindig veel groter is. Dat heet dan locale dynamiek. Laat ons met zijn allen , het klinkt zoveel aannemelijker uit de mond van een lokale autoriteit dan uit de mond van Van Rompuy en Barosso samen.
Nu mijn vraag: hoe komt het dan toch, iedereen ziet dat in, iedereen weet dat, we hebben aan den lijve ondervonden, dat wij, nee niet wij, ZE (maar wie zijn ze?) steevast doorgaan in de andere richting?
Begin al eens met het probleem in uw gezin, uw straat, uw wijk bespreekbaar te maken en te kijken wat er concreet kan gedaan worden? Het is zoveel efficiënter dan elke dag te luisteren naar die interviews op de stoep voor de 16 van die excellenties die met veel woorden gewoon prietpraat vertellen. Het is vandaag een belankrijke vergadering, wij hopen vannacht eruit te komen, jawel zonder nieuwe belastingen en zonder besparingen
Begin er zelf aan. Doe iets. En beste overheid, hou u wat in, laat ons doen. Zo dom zijn we nu ook weer niet.