De gouden generatie Rode Duivels is er al een aantal jaren naar op zoek, maar de fans hebben 'm al beet: de 'referentiematch'. De referentiematch is de wedstrijd die tot in de nabije eeuwigheid als de maat der dingen zal gelden, waarin de intrinsieke kwaliteiten helemaal tot uiting komen, waarin het potentieel volledig benut wordt. Dat was het geval voor de Belgische supporters op 18 juni in Bordeaux. De Rode Duivels deden anderhalf uur lang hun best, maar de fans maakten het in de anderhalf uren die volgden pas echt memorabel. Een dag, een avond en een nacht lang stond 'Bordeaux' niet voor een kwaliteitslabel van wijn maar voor een kwantiteitslabel van bier.
Met het reisgezelschap hadden we gelukkig de nodige voorzorgen genomen. Na de match tegen Italië in Lyon te hebben meegepikt, reisden we door naar Lacanau, op 60 kilometer van Bordeaux. In laatste instantie werd beslist om na de wedstrijd tegen de Ieren toch maar ter plaatse in Bordeaux te overnachten. Via Airbnb boekten we een slaapplaats, met als enige criteria: niet te duur en in het centrum. Als gevolg daarvan kwamen we in een pand terecht met ongelijke vloer en de penetrante geur van kattenpis. Maar het bleek inderdaad niet te duur en in het centrum, dus klagen zou flauw zijn. Bovendien was de gastvrouw schoon van ver. Gehuld in een minirokje kwam haar wespentaille beeldig tot uiting, al zag ze er van dichtbij nogal afgeleefd uit. De ongemeen zachte handdoeken in de badkamer brachten ons tot de enige logische conclusie: we hadden hier te maken met een vrouw van lichte zeden. Geen callgirl maar eerder in het goedkopere segment, type niet te duur en in het centrum.
De wandeling naar het restaurant was waanzinnig, en dat had zelfs nog niks met de Ieren te maken. Als in een film van David Lynch struinde het ene na het andere rare creatuur voorbij. Een man met een kat in zijn nek, een rastafari met de ogen paraplu op een hoge fiets, een hond(!) met België-pet, vrouwen met weggepiercet gezicht, hipsters van alle slag, de obligate Maghrebijnen in goedkope joggings, kunstenaars, alcoholisten en alles daartussen.. Een bevreemdende ervaring, die wandeling van 10 minuten. Met het vallen van de avond begon het straatbeeld evenwel te normaliseren. Normaliseren als in: het werd volledig overgenomen door tienduizenden dronken Belgen en Ieren. Bier bleek daarbij een ideaal glijmiddel om de overzeese relaties te smeren. Er werd gezongen (als in: lalalalala), gedanst (als in: bewegen van links naar rechts) en geklonken op de net gesmede vluchtige vriendschapsbanden.
Mijn kater de volgende ochtend was geheel in lijn met het feest. Een moment lang twijfelde ik er zelfs aan of ook een figuurlijke kater de oorzaak kon zijn van de penetrante geur. Om maar aan te geven dat het echt geen kattenpis was, die kater van me.
Mijn voetbalseizoen 2015-2016 zit er bijna op. Ik ben er eerlijk gezegd niet rouwig om, en volgens mij is dat gevoel wederzijds. Ook het voetbalseizoen 2015-2016 zal niet treuren om van mij verlost te zijn. Voor zover mijn aanwezigheid al opgemerkt werd in de eerste plaats, natuurlijk. Want verdorie, wat leidde ik een anoniem bestaan tussen de witte lijnen van de groene grasmat en de zwarte lijnen van de blauwe sporthalvloer. Het lijkt alsof die lijnen mijn hoogstpersoonlijke Bermudadriehoek afbakenden. Met dat verschil dan dat de driehoek in kwestie voor de gelegenheid vier hoeken telt en de ligging ervan week na week van plaats wisselde. Maar voor het overige: als twee druppels water de Bermudadriehoek. Eén voet erbinnen en de volgende 50 of 90 minuten (afhankelijk van het type voetbal) was er geen spoor van mij te bekennen.
Althans, dat is het verhaal wat de statistieken vertellen. Zij maken melding van mijn participatie aan het gebeuren, maar dan lijkt de informatiestroom abrupt stil te vallen. Dierbare vrienden en familie aanschouwen met een zorgelijke frons de cijferweergave. Nog eens de gegevens controleren. Nee, hier staat het toch duidelijk: 0 goals, 0 assists. Wat heeft hij weer al die tijd staan uitvreten op dat veld!? En toch. Bij nader inzien klopt mijn bewering van de eerste alinea niet. Pech voor wie het gelezen heeft (waaronder ikzelf), maar de waarheid heeft naast zijn rechten ook zijn plichten. Ik was het ganse seizoen lang all over the place. Dravend met de bal zoals in mijn beste dagen, slenterend zonder de bal zoals alle dagen. Verdedigers van me afschuddend alsof het vervelende vliegen zijn, passes bijna zonder uitzondering inch perfect, balverlies een curiositeit. Prachtig. Een mens zou haast vergeten dat een zaalvoetballer zonder goals en assists, die bovendien niet noemenswaardig kan verdedigen, niet per definitie een wereldspeler is.
Waar liep het dan mis? Ik vrees dat we hier te maken hebben met een oud zeer, dat ik de voorbije jaren met de nodige moeite van me heb weten af te schudden. Nu is het echter helemaal terug: de verdembelerisering van mijn voetbal. Een term verwijzend naar Moussa Dembélé, mogelijk de beste Belgische voetballer aller tijden. Hij glijdt op onnavolgbaar elegante wijze voorbij zijn bewakers, en zijn laatste slechte pass dateert van 2004, maar het gaat allemaal geen ene ruk vooruit. Dembélé doet schitterende dingen op een voor hem voorbehouden lap grond ter hoogte van de middenlijn. Medespelers, pers en publiek gapen er vol bewondering naar, de man die het scorebord bedient kijkt werkloos toe. Het is door dat verdembeleriseringsproces dat ik dit seizoen ben opgeslokt. Met dien verstande dat medespelers er misschien niet direct uit bewondering naar gapen en pers en publiek er geen moer om geven.
Ik wens Moussa Dembélé alvast een uitstekend EK toe.
Bestaat er een fantastischer feest dan Hemelvaart, in onze contreien? En hoe zit dat nu weer met de ontstaansgeschiedenis ervan? Dat en nog veel meer zal in wat volgt niet worden uitgespit. Zeker is dat Jezus zijn rol weer te spelen had. Jezus Christus, zoals 's mans volledige naam luidt, was het type mens dat weleens iets meemaakte. Hij kon geen stap buiten zetten of er gebeurde wat, geen vijf broden en twee vissen aanraken zonder ophef, zelfs niet rustig sterven zonder een verrassende comeback te maken. Als hij in dit tijdperk zou leven, zou ik zoiets hebben van: hier JC, neem jij mijn blog maar! Ja, ik zou hem JC noemen omdat hij zo'n goeie vriend zou zijn.
JC zou ruimhartig aanbieden dat ik in ruil zijn Bijbel mag volkladden. Dat moet je mij geen twee keer vragen natuurlijk, ik ben al lang op zoek naar een nieuw medium. In het Nieuwste Testament zal het dan ook uitsluitend gaan over de problemen van deze tijd, zoals daar zijn moeilijke wijven op Tinder en de driehoek op het middenveld van de Rode Duivels die maar niet marcheert omdat we er niet in slagen om bij voorzetten vanaf de flank met voldoende volk in de backlijn te komen. Ook zal ik daar de basis leggen voor mijn eigen feestdag. In tegenstelling tot andere feestdagen zal het dan echter niet zijn van de luiwammes uit te hangen. Ter mijner eer en glorie dient er van 's morgens tot 's avonds, respectievelijk vroeg en laat, noeste arbeid te worden verricht. Het volk zal massaal zware stenen van punt A naar punt B moeten sleuren. Nadien dienen deze stenen terug van punt B naar punt A te worden gesleept, waarna ik tevreden mijn feestdag voor geëindigd verklaar. Met grootse projecten kan je weinig mis doen.
JC vindt het allemaal best, zolang mijn feestdag maar niet overlapt met een van de zijne. Kan ik niet beloven trouwens, ik heb ook maar twee handen.
Abaaoud, Abdeslam, Abrini, Bekraoui,... Terreurexperts rollen over elkaar met meningen, analyses en voorspellingen, maar heeft er iemand al eens bedacht dat zo'n terreurcel misschien wel alfabetisch is opgebouwd? Nee? Ik wel! Dat impliceert ineens dat we nog niet van de miserie af zijn, er is nog ruwweg 12/13e te gaan. Deze losse gedachte zomaar even tussendoor. Mocht het ooit de waarheid blijken, dan was ik toch maar mooi de eerste om het op te merken. En mocht dat niet het geval zijn, dan heeft nauwelijks iemand het gelezen. Zo'n onpopulaire blog heeft in feite niks dan voordelen, als je het eens van naderbij bekijkt.
In tussentijd (= de periode tussen twee blogs, die alsmaar groter wordt) heeft er zich een belangrijke wijziging voorgedaan in mijn Bilzers caféleven. Nu goed, dat was de voorbije jaren haast onbestaand, maar het blijft een belangrijke wijziging. Na 16 jaar is mijn favoriete café Paperclip (spreek uit: dé Paperclip) namelijk van eigenaar veranderd. De immer joviale Roel besliste dat het tijd was voor iets anders, en dat zullen mijn lezers geweten hebben. Een ritje down memory lane brengt me bij het jaar 2000. De legendarische Bilzerse Brugstraat bood plaats aan twee iconische cafés: De Kroeg enerzijds, thuishaven van ruig volk met veel te brede broeken, en Syndrome anderzijds, exclusief terrein voor Johnny's en Marina's in SN of Zino & Judy. Wij vertoefden meestal in De Kroeg, omdat The Offspring, Korn en Limp Bizkit toen gelijktijdig hun état de grâce hadden én omdat ons modebewustzijn al sterk genoeg ontwikkeld was om in een wijde boog rond SN of Zino & Judy te lopen.
Tot we op een dag besloten dat andere iconische Brugstraat-café eens zijn kans te geven: café Paperclip, met die prachtige gevel, houten latten in de kleuren van de Belgische vlag. De Paperclip bestond zelfs toen al decennia, hoewel het voor Roel nog allemaal moest beginnen. Een cliënteel vinden was moeilijk, vaak zaten we alleen met een man of vier aan de toog jenevers aan 40 frank te hijsen. Tegenwoordig is het waarschijnlijk not done om 15- of 16-jarigen zich laveloos te laten zuipen, maar Roel was een cafébaas naar zijn tijd. Af en toe een beleefde waarschuwing ten spijt werden de glazen hoe dan ook gevuld. Ik kan hem niet dankbaar genoeg zijn daarvoor, dat we zowel de geneugten als de gevaren van alcohol zelf hebben mogen ontdekken. Misschien is zijn afzwaaien een mooi moment om ook definitief een streep te trekken onder mijn jeugd. Tot hier en niet verder*.
22 maart 2016. Op het oog is er niks mis mee, een datum zoals er 365 andere zijn in een jaar, 3650 andere in een decennium, 365000 andere in een eeuw. Dat ik de occasionele schrikkeldagen niet meetel heeft niet alleen maar met luiheid te maken: een 29e februari is sowieso speciaal, de aanblik van de almanak is iedere vier jaar toch net dat tikkeltje onnatuurlijker. Maar 22 maart 2016, nee, daar kan niemand iets op tegen hebben. Deze dag was voorbestemd om anoniem de transitie van toekomst naar verleden te maken, met tussendoor een kleine halte in het heden, aangezien ie er dan toch passeerde. Helaas draaide het anders uit. 22 maart 2016 groeide onverwacht uit tot een gedenkwaardige datum, en nu ik er zo over nadenk kan dat niet anders dan een slecht teken zijn.
Datums moeten immers vooral niet de ambitie hebben om groter te worden dan ze zijn. Als zij onverwacht toch het predicaat 'memorabel' krijgen, betekent het dat er een rockster stierf, dat vliegtuigen zich in torens boorden of dat dolgedraaide jihadisten die dag uitkozen om terreur te zaaien. Zelden ontleent een datum zijn glans aan bijvoorbeeld de geboorte van een rockster of vliegtuigen die netjes boven torens vliegen. Zo ook deze keer. Onaangekondigd was hij daar, de gebeurtenis die de dag een morbide lading gaf. Vanaf nu staat 22 maart 2016 gelijk met Brussel, zoals Parijs gelijkstaat met 13 november, New York met 9/11 en Beverly Hills met 90210.
Die laatste flauwe grap zou kunnen suggereren dat ik de goede luim niet heb verloren, maar schijn bedriegt. Vooral het feit dat een wezenlijk deel van de bevolking zulke wansmakelijke terreurdaden lijkt te steunen zit me dwars, in mijn hoedanigheid van dagelijkse bezoeker van het jihadistische jachtterrein Brussel. Gelukkig ligt de tegenhanger van de onverwacht gedenkwaardige datum al in het verschiet: de verwachte gedenkwaardige datum. 10 juli 2016, finale van het EK voetbal. Onze tricolore vlag zal wapperen, ruw geschat een halve stok hoger dan vandaag het geval is. We hebben het nu wel verdiend.
Beginnen doen we met goed nieuws. Mijn uitlatingen hebben namelijk duidelijk wat teweeggebracht in Tinderland en omstreken. Sinds mijn vorige kritisch pamflet staat de teller op maar liefst 5 níet-afgelaste dates! Daartegenover staan dan wel enkele afgelaste blogs, zowel wegens tijdsgebrek als gebrek aan inspiratie. Ik had me nu eindelijk in een onderwerp vastgebeten, en dan krijg je dit. Mogelijk maakt dit alles dus deel uit van het grote complot, een mindfuck op het allerhoogste niveau waar het laatste nog niet over gezegd is. Als het laatste er inderdaad nog niet over gezegd zou zijn, dan lezen jullie dat laatste in kwestie uiteraard exclusief hier. Om een of andere reden ben ik immers de enige onderzoeksjournalist ter wereld die over deze sociale wantoestanden rapporteert.
In tussentijd zal ik bijvoorbeeld maar schrijven dat ik kaarten heb weten te bemachtigen voor België - Italië en België - Ierland op het EK. Dit voorbeeld is niet geheel willekeurig gekozen: ik heb effectief kaarten voor België - Italië en België - Ierland op het EK. Af en toe een feitelijk juiste bewering is zelfs voor mij mooi meegenomen. Ook mooi meegenomen zijn de opofferingen die ik mij níet heb moeten getroosten om aan die kaarten te geraken. Teneinde de trouwste supporters te belonen, was er namelijk een puntensysteem ontwikkeld per bijgewoonde wedstrijd van de nationale ploeg. Hoe meer wedstrijden in de kwalificatiecampagne, hoe groter de kans op tickets voor het EK. Geen probleem, ware het niet dat een horrorscenario de ronde deed: om echt zekerheid te hebben, kon je maar beter eveneens de wedstrijden van de nationale vrouwenploeg meepikken.
Nu heb ik op zich niks tegen vrouwenvoetbal. Van mij mag iedereen tegen een bal stampen, of dat nu vrouwen, apen of hobbits zijn. Maar er verplicht naar gaan kijken is toch een brug te ver, in die zin dat ik waarschijnlijk zelfmoord zou plegen. Gelukkig voor mij draaide het systeem (een beetje naar verwachting) in de soep. Uiteindelijk werden de kaarten willekeurig toegekend, wat dus impliceert dat er effectief mensen bestaan die vrouwenmatchen hebben afgeschuimd maar desondanks geen tickets hebben voor het EK. Mijn gedachten gaan uit naar hen.
Mijn vorige blog is alweer een tijdje geleden. Nu ja, een tijdje... Het is exact één op het laatste nippertje afgeblazen date geleden, dat valt eigenlijk dus nog mee. De reden voor de afgelasting was dit keer de dodelijke cocktail van een verkoudheid én slecht geslapen hebben. Ga er maar aan staan. Meer en meer begin ik met het idee te spelen om deze blog exclusief aan Tinder en aanverwanten te wijden. Tinder en aanverwanten hebben namelijk één ding gemeen: door en door onbetrouwbare vrouwen. Je kan het vergelijken met het programma De Mol. In Tinderland wordt de rol van de Mol met verve gespeeld door de vrouwengemeenschap. Met volle overgave zet deze gemeenschap zich in om het spel te saboteren, teneinde te verhinderen dat de niet-Mol (ik dus) zijn Heilige Graal bereikt: een date!
Dit alles kan op velerlei manieren, maar door kunde, ervaring en nooit aflatende verbetenheid heeft er zich een geraffineerde werkwijze gevormd. Beginners zouden redeneren: we zeggen tegen de niet-Mol dat we niet willen daten, en klaar is Kees. Fout! Inderdaad, de niet-Mol wordt op deze manier verhinderd in zijn streven. Maar daarmee is meteen ook alles gezegd. Nauwelijks gedesillusioneerd zal hij zijn queeste verderzetten. Wie wil dat nu!? Beter is om hem dagen- of als het kan zelfs wekenlang aan het lijntje te houden en dan enthousiast in te stemmen met een date in de niet te nabije toekomst. Vervolgens komt het erop aan om de hele zooi op het allerlaatste moment af te blazen, liefst pas wanneer de niet-Mol plaats en tijd nog eens wil dubbelchecken. Hou het excuus zo vaag mogelijk, genre slecht geslapen, verkoudheid of uitzonderlijk een combinatie van de twee. Probeer dan een nieuwe datum af te spreken, waarna je bovenstaand procedé herhaalt. Succes gegarandeerd!
De niet-Mol zal, geheel tegen zijn natuur in, onder de grond kruipen, de vrouwengemeenschap zal triomferen. Tinder en aanverwanten zullen desondanks populaire dekmantels blijven, want waar mol is, is hoop. Tegen beter weten in zullen de niet-Mollen blijven doorgaan, hooguit iets cynischer dan voorheen. Dat zijn nu eenmaal de regels van het spel.
"Uw zoekbewerking heeft geen overeenkomstige resultaten opgeleverd"
We zijn intussen een goeie twee maanden na Parijs. Vreemde formulering. En toch weet voor een keer iedereen wat ik bedoel. Op 13 november 2015 eisten verschillende terroristische aanslagen in Parijs 130 doden. Sinds die dag wordt naarstig gezocht naar Salah Abdeslam, een van de mededaders die zich ergens in Molenbeek zou ophouden. Deur na deur wordt platgelopen, de ene huiszoeking wordt opgevolgd door de andere politieactie, maar geen Abdeslam te vinden. Hij blijft vooralsnog buiten schot, hooguit worden er wat kleine garnalen opgepakt in de hoop dat zij toch interessant blijken. Maar de real thing, Abdeslam, die loopt dus nog vrij rond.
Noem me een rare man, maar hier trek ik de parallel met mijn liefdesleven. Ook mijn toekomstige loopt nog vrij rond. Dagelijkse speuracties op Tinder, Badoo, Happn en (ik ben echt wel wanhopig) in het echte leven ten spijt, lukt het me niet om de ware te strikken. Het zal natuurlijk wel zo zijn dat ik kieskeurig ben. Mijn ware is knap, blond, niet oerdom, grappig en heeft min of meer dezelfde smaak qua muziek en tv. Of zij is zéér knap en zéér blond, dan komen de andere criteria geheel of gedeeltelijk te vervallen. Wat er ook van zij, ik ben redelijk kieskeurig. Maar het moet gezegd dat ik ook niet echt geholpen word door mijn tegenpartij, de vrouw. Is Molenbeek een broeihaard van terrorisme, dan zijn de datingapps een broeihaard van misogynie.
Een opmerkelijk groot deel van de vrouwenpopulatie snapt namelijk duidelijk de betekenis van het woord 'dating-app' niet. Zij blijken in de foutieve veronderstelling te verkeren dat het ding 'populariteitsmeter-app' of 'lege-gesprekken-app' heet, wat ronduit debiele namen zouden zijn. Dagen aan een stuk zit ik dus de beslissende aanval voor te bereiden, middels een goed gedoseerde mix van interesse tonen, grapjes maken (oké, misschien niet altijd even goed gedoseerd) en dingen over mezelf prijsgeven. Het enthousiasme aan de andere kant is haast tastbaar. Het voorstel tot daten komt organisch tot stand, we kijken er allebei heel hard naar uit om elkaar te zien. En dan begint het. Er moet een datum geprikt worden. Ik zou zeggen: vanavond, of morgen, want ik heb toch niks te doen buiten hengelen naar dates op dating-apps. Mijn vrouwelijke tegenhangers hebben echter zonder uitzondering allemaal een waanzinnig interessant leven, tot de nok gevuld met bruisende activiteiten. In het beste geval zal de date over een goeie week plaatsvinden, maar het kan evengoed over twee weken zijn.
Sta me toe, lezer(s), om hier even tussen te komen in mijn hoedanigheid van dating-app-expert. Belangrijk om te weten is dat de tijd in dating-app-land niet lineair verloopt. Je kan het vergelijken met de film 'Inception', maar dan specifiek voor nachtmerries. Volgens mijn berekeningen staat '1 week' in dating-app-land gelijk met 35 jaar in het normale leven. Twee weken komt dan weer overeen met 250 jaar in onze tijdslijn. Om een lang doch wiskundig onderbouwd verhaal kort te maken: uiteindelijk vindt die date nooit effectief plaats. De vrouw in kwestie is allang weer overspoeld met massa's nieuwe aanbidders, waarmee ze datums in de verre toekomst kan prikken. In hun jargon heet dat "Sorry er is iets tussen gekomen, zit nie zo goed in men vel momenteel en.." Gelukkig geef ik niet op. De dating-app-expert, hij ploeterde voort, telkens opnieuw zowel de grenzen van zijn eigen nietigheid als van de vrouwelijke dwaasheid aftastend.
2016, dames en heren, wordt het jaar van de restyling. Niet dat ik niet al stijlvol was natuurlijk, maar het zal vanaf deze jaarwende gewoon op een iets andere manier gebeuren. Hiertoe heb ik een kleur- en stijlconsulente aangesteld in de vorm van Lisa, parttime model en fulltime vriendin van mijn broer. Daarbij ben ik uiteraard niet over één nacht ijs gegaan. In de voorbereidende gesprekken bleek al snel dat ik met Lisa de noodzakelijke klik had om dit project aan te vatten. Ze overtuigde me met haar figuuranalyse en haar ideeën om mijn kledingstijl de 21e eeuw binnen te loodsen. Andere factoren die mijn keuze beïnvloedden, waren het feit dat ze het gratis wou doen in plaats van voor de gangbare prijs van 100 euro per uur én dat ze er zelf maanden om gezeurd heeft. Ook het gebrek aan andere kandidaten speelde bij de finale beslissing in haar voordeel.
De plaats om kleur- en stijladvies om te zetten in kleur- en stijlpraktijk, was Maastricht. Het nieuwe jaar had gezapig zijn tweede dag ingezet, maar in de Maastrichtse pashokjes broeide het van activiteit. Algauw leerde ik dingen bij. Tot een paar dagen geleden ging ik er bijvoorbeeld nog van uit dat je een jas gerust dicht mag doen. Fout! Aan de ene kant heb je inderdaad jassen die je dicht mag doen. Aan de andere kant zijn er echter jassen die je niet dicht mag doen. Dat merkte ik toen ik na betaling mijn oude jas buiten omwisselde voor mijn nieuwe, en Lisa de woorden sprak "nee, dat is geen jas om dicht te doen!". Zo gezegd, zo niet gedaan. Bij sommige nieuwe trends is het dan weer even wennen. Nadat ik me een stoffen broek had aangeschaft (bij benadering de eerste niet-jeansbroek in 29 jaar), dacht ik proactief te handelen en er een riem bij te zoeken. Fout! "Riemen dragen ze niet meer," zei Lisa. Daar zakt mijn broek nu eens van af zie.
Wie nu denkt dat ik me willoos naar de slachtbank heb laten leiden, heeft het echter bij het foute eind. Als een duivel in een wijwatervat, dat is nog de meest accurate omschrijving van hoe ik me wel niet heb geweerd. Zo wou Lisa mij per se een sjaal aansmeren. De sjaal wordt immers hét kledingstuk van 2016: de riem is al lang ingehaald, over een paar jaar zijn ook de trui en de broek onherroepelijk eraan voor de moeite. Maar hier heb ik met succes mijn vetorecht bovengehaald. Een sjaal is me gewoon te veel gedoe, ik ben er te onhandig voor, ik zou hem snel verliezen, ik heb het nu al steeds te warm en aangezien ik sowieso altijd al te laat ben heb ik al helemaal geen tijd om een sjaal om te slaan. Hoe dan ook, de shoppingdag was een eclatant succes. De Maastrichtnorm werd met verve gehaald, deze keer dankzij uitgaven in plaats van bezuinigingen. Lisa stelt voor om dit vaker te gaan doen. Wie mij over een paar maanden met een sjaal ziet rondlopen, gelieve zich te onthouden van commentaar. Bedankt.
2016 begint met een leugen: dit stukje is geschreven op 3 januari, maar de datum hierboven is aangepast naar 31 december. Traditie gaat boven oprechtheid, ook in het nieuwe jaar. Alles moet wijken voor het oplijsten van 2015, het jaar waarin ik een recordrelatie liet optekenen én waarin mijn recordrelatie strandde. Een jaar van ups en downs feitelijk. Maar bovenal een jaar dat evengoed beste films, beste songs, beste cd's en beste tv-programma's voortbracht, hieronder voor u gebundeld door een onafhankelijke jury bestaande uit mezelf.
Beste film: Mad Max: Fury Road; Inside Out; Birdman
Beste song:
1. Ryan Adams - Bad Blood
2. Lapsley - Hurt Me
3. Tame Impala - The Less I Know The Better
4. Noel Gallagher's High Flying Birds - Ballad Of The Mighty
5. Years & Years - King
6. Echosmith - Cool Kids
7. Tourist LeMC - Koning Liefde
8. Lana Del Rey - High By The Beach
9. Bazart - Goud
10. Kendrick Lamar - King Kunta
Beste cd: Chasing Yesterday (Noel Gallagher's High Flying Birds), 1989 (Ryan Adams) en Thin Walls (Balthazar)
Beste tv: De Ideale Wereld; Aad & Tom in Stadion; Narcos; Fargo; Bojack Horseman; Gotham.
Wat wens ik mezelf toe in 2016?
Meer blogs, laat ik me daar maar op focussen. Alhoewel: ook een Europese titel voor de Rode Duivels als het kan, enkel voor mijn plezier.