Met de nodige fierheid kan ik melden dat er bij ons een gezinsuitbreiding heeft plaatsgevonden. Uiteraard niet in míjn gezin, dat alleen met het hoogstnoodzakelijke geëquipeerd is. Nee, het betreft hier het ouderlijke nest, mijn rustoord tijdens de weekends. Ik weet niet of mijn moeder echt getwijfeld heeft, maar in elk geval heeft ze een negen maanden durende dracht gelaten voor wat het was en gewoon geopteerd voor een hond. Een prachtig anderhalf jaar oud beest werd uit het asiel gevist. De doorsnee asielzoeker heeft minder succes, kan ik me voorstellen.
Onvermijdelijk komt daarna de vraag naar boven: wat voor ras heeft hij nu eigenlijk? Mijn moeder hield het de eerste keer dat ik er (aan telefoon) naar vroeg op 'een kruising'. Daar zijn we vet mee. Intussen lijkt de piste dat het hier om een labradoodle gaat de meest aannemelijke. Een labradoodle, voor de niet-specialisten, is een kruising tussen een golden retriever en een poedel. Hij wordt omschreven als een anti-allergische blindegeleidehond. Dat betekent dat de labradoodle blinden kan begeleiden zonder dat die mensen op gevaar van eigen leven om de haverklap hun witte stok moeten inruilen voor een zakdoek. Which is nice. En alsof dat nog niet genoeg is, heeft de kersvers verkozen president van de US of A zich ook zo'n exemplaar aangeschaft! Wellicht om te anticiperen op het moment dat hij verblind geraakt door de macht.
Algauw hadden wij onze versie van de presidentiële keffer 'Toby' gedoopt. Eigenlijk de enige naam die ter sprake kwam. Toby or not Toby, that was the question. Totnogtoe kan hij het best omschreven worden als schuchter, constant op zijn hoede. Maar dat zal geheid snel beteren. We hebben er hier allemaal vertrouwen in dat Toby binnen enkele weken al even ingeburgerd zal zijn als onze Jack Russell Rakker, die ondanks zijn elfjarige staat van dienst nog nooit de eer heeft gehad in mijn blog op te draven. Ter mijner verdediging: Rakker leest hem toch niet.
Het is nog even 18 november wanneer ik dit bericht begin te typen, en graag had ik hiervan gebruik gemaakt om aan te halen dat het 18 november is. Waarom moeilijk als het ook makkelijk kan. Je mag van 18e novembers namelijk zeggen wat je wil, maar niet dat ze niet midden in de maand november liggen. De 18e november van 2008 vormt daar geen uitzondering op. Nu wil het geval dat de midden novembers van zowel de jaargang van 2006 als van 2007 voor mij een heuse professionele ommezwaai inhielden. Dus dacht ik: ik beschik hier met mijn blog over een medium, laat ik daar dan maar wat over uitweiden ook. Het medium is de boodschap, zoals de filosoof Marshall McLuhan zou zeggen. Niet te verwarren met 'Zuipen is de boodschap', zoals ikzelf zou zeggen, maar dit terzijde.
20 november 2006. Zoals afgesproken arriveer ik rond de klok van elf (vermoedelijk ter rechterzijde ervan) in Zaventem om mijn contract te tekenen. Slechts enkele dagen voordien had iemand van het bedrijf mij gecontacteerd, of ik zin had er te komen werken. Ja, zin had ik zeker. Ik was op dat moment aan de slag als administratief bediende op een verzekeringskantoor, waar mijn bezigheden konden opgedeeld worden in de segmenten 'klasseren van dossiers', 'kopiëren van dossiers', 'coderen van dossiers' en 'faxen van dossiers'. Vooral dossierwerk eigenlijk. En toen kwam er dus opeens dat telefoontje van Woestijnvis. Ze zochten voor twee maanden een researcher voor 'De slimste mens ter wereld' en kwamen uiteindelijk bij mij terecht. Niet omdat ik in zulke mate een researchersaura over mij heb hangen, maar hoofdzakelijk dankzij mijn sollicitatiebrief een paar maanden eerder. Enfin, vermoed ik toch.
Aansluitend op de contractondertekening volgde de eerste werkdag. Mijn taak bestond erin de tekst die op het scherm kwam te controleren op spelfouten enerzijds, en presentator Erik "ex-collega van Tsigalko" Van Looy te voorzien van achtergrondinformatie anderzijds. Voor de goede orde: in die tijd heette hij uiteraard nog gewoon Erik "collega van Tsigalko" Van Looy, dat spreekt. De sfeer op de werkvloer was zoals iedereen die zich voorstelt: relaxed. Ik begon mijn dagen om 10u15 en nam op tijd en stond een pauze om wat te lezen of te pingpongen. Hierdoor eindigden diezelfde dagen wel vaak zeer laat - alles heeft zijn prijs. Zonder overdrijven kan ik zeggen dat ik toentertijd werkweken had van gemiddeld 50 uur. Met overdrijven zou ik kunnen zeggen dat ik werkweken had van wel 90 uur, of 650. Maar zo'n dingen zijn eigen aan overdrijven. Ik had in elk geval een goeie tijd bij Woestijnvis, van midden november tot midden januari, en slaagde er zelfs in Rik Torfs een zelfbedachte Paris Hilton-sekstapegrap te laten afvuren. Een emplooi waar porno kijken rendeert, dat kan niet slecht zijn.
16 november 2007. De eerste werkdag bij de werkgever die mij as we speak nog altijd voor het riool behoedt. 16 november was de eerste dag van de 6 weken durende opleiding. Het was ongelooflijk koud en ongelooflijk vroeg die dag. Om zes uur moest ik uit bed, terwijl ik de maanden ervoor onveranderlijk omstreeks zes uur er ín kroop. Balen. Gelukkig verschoof het moment van opstaan vanaf week zeven naar acht uur. De voordelen van de prille anciënniteit zijn ongekend. Bovendien is het een pak minder koud nu dan in mijn herinnering toen. Reden genoeg dus om op het gebied van carrièrewendingen maar eens een midden november over te slaan.