Deze blog geeft en neemt. Waar in deze periode vorig jaar een droge eigennaam als titel onveranderlijk de voorbode was van verlies en verdriet, staat het nu voor nieuw leven en vreugde. Op 9 november vervoegde Sienna ons gezin alsmede de overbevolkingsproblematiek. Ineens was ze daar. Hoewel ik het proces van de bloemetjes en de bijtjes op een theoretisch niveau al even beheers, bleek de praktijkervaring van een ander kaliber. Een mens die ter wereld komt blijkt tegelijk van het gruwelijkste en het schoonste dat er is. Urenlang overheerste bij mij het eerste gevoel, gezien de zenuwslopende spanning en nadien het duwen, trekken, sleuren en knippen aan An in de hoop er een levend wezen uit tevoorschijn te toveren.
Met de minuut nam de twijfel toe: gaan we dit slagveld echt heelhuids kunnen verlaten, laat staan met méér manschappen dan bij aanvang van de schermutselingen? Is zoiets werkelijk al ooit eerder gelukt? Ze zeggen altijd van wel, maar nu sta je er zelf en je gelooft er niks van. Helpen waar mogelijk dan maar. Helaas bedenk ik ter plekke het meest accurate adjectief voor mijn gedrag: schutterig. Telkens een vroedvrouw enige actie onderneemt, sta ik een halve meter verder soortgelijke handelingen uit te voeren in het luchtledige, zonder heel veel tastbaar resultaat. Mijn verbale steun beperkt zich intussen tot varianten op "goed bezig, nog effe!", een idioom dat is blijven hangen na de wielercarrière van mijn broer.
Maar ineens was ze daar dus. Op een moment dat ik de hoop al half had opgeborgen, vond een gezond kraakvers mensje de armen van haar mama. Waar de Belgische 9/11 tot dan in mijn gevoelswereld veel weg had van de Amerikaanse 9/11 van twintig jaar geleden, veranderde als bij toverslag alles. De twee torens stonden weer recht, kantoorklerken keken uit het raam zonder er een nooduitgang in te bevroeden, en in de staalblauwe lucht boven New York viel slechts een minieme rimpeling te bespeuren. Een wolk van een baby. Welkom, Sienna!
|