1028 MISSIONARISSEN, DE KNECHTJES VAN DE KOLONIALEN?

*
https://doorbraak.be/missionarissen-kolonialen/?utm_medium=push&utm_source=meldingen

*
De
Christenen zijn wereldwijd de meest vervolgde religieuze groep: 10% van
de 2 miljard gelovigen. Hun vervolgers noemen de missionering een
hoofdreden voor de vijandschap. Klopt dat historisch? De geschiedenis
van de missionering sedert 1750 is slechts smalletjes
onderzocht. Zijn kolonisering en missionering twee zijden van één munt?
Iets om over na te denken nu het Africa Museum de deuren heropend heeft.

https://www.bhic.nl/ontdekken/verhalen/het-tragische-eind-van-missionaris-vervoort
*
1966 Lemfu

*
Oktober
1966. De avond-nevel op de luchthaven van Ndjili bij Kinshasa ruikt
naar vuur en rook. Mijn neus memoreert die mix tot vandaag. Met een
pick-up rijd ik naar de universiteit Lovanium. Mijn kamergenoot is een
Haïtiaan die wiskunde zal geven in Mbandaka. In 1966-1967 leefde ik een
schooljaar als leraar in Lemfu, een missiepost in de brousse van de Lage
Congo. Mijn buren op het Collège Christ-Roi waren directeur Kitende,
drie jezuïeten, tien blanke lekenleraren en 350 scholieren.
Hij en zijn landgenoten zagen de negatieve én de positieve kanten van een eeuw missionering en kolonisering
Zes
jaar na de onafhankelijkheid en in een van de makkelijkst toegankelijke
streken van de ex-kolonie betaalde de missiepost de lonen van de
ambtenaren en de pensioenen uit. De nieuwe Staat was een
administratieve puinhoop, ook op 150 kilometer van de hoofdstad. s
Avonds aan tafel na een schotel Chinese kool, het standaardmenu, dreven
de politieke verhalen van voor en na de onafhankelijkheid, (de Dipenda)
van 1960, naar boven. Directeur Kitende had discriminatie aan den lijve
ondervonden, maar kruidde die anekdotes met waardering voor de
moderniserende rol van de paters, hun kerstening van Afrika en de kansen
die zij hem gegeven hadden. Het Bisdom Kisantu, waar Lemfu onder
ressorteerde, werd geleid door

Monseigneur Kimbondo,
een charmante en goedlachse Bantoe, die evenmin tijdens de regelmatige contacten bloedstollende herinneringen ophaalde.
*
Hij
en zijn landgenoten zagen de negatieve én de positieve kanten van een
eeuw missionering en kolonisering. Lemfu was katholiek territorium en
tussen dat dorp en de havenstad Matadi hadden Amerikaanse en Zweedse
zendelingen scholen, hospitalen en landerijen. Voor een brave Kempenaar
was de kosmopolitische missionering in Congo bizar en onbekend.
Missionarissen en Christianofobie
Zelfhaat
en cultuurrelativisme zijn kenmerken van de westerling van vandaag. Hij
laat zich mythes aanpraten die meestal onderlijnen hoe wild, barbaars,
vernietigend hij is te werk gegaan bij de kolonisering van Afrika,
Latijns-Amerika en Azië, meende Valeer Neckebrouck, priester,
oud-missionaris en wetenschapper, later in een gesprek dat ik met hem
had.
Rustig en breed onderzoek toont dat het missioneringsverhaal niet zwart is, wel wit-zwart, een zebra.
In
januari 2013 praatte ik voor Tertio in Londen met Rupert Shortt, de
auteur van Christianophobia, een analyse van de vervolging van
Christenen in twintig landen. De slotsom van dit evenwichtige onderzoek
van de Brit is dat 10% van de christenen vandaag wordt vervolgd. Niet
gediscrimineerd bijvoorbeeld als airhostess die geen kruisje mag
dragen op haar uniform wel lijfelijk, geestelijk, familiaal, kerkelijk
aangevallen, verminkt, vermoord, verdreven.

*
wetenschappelijk onderzoek naar de relatie tussen missies en kolonialisme is beperkt tot onbestaande
Een
belangrijke reden die de vervolgers aanhalen is dat de vijandschap
tegen de Christenen een gevolg is van de kolonisering: de missionarissen
hadden hun traditionele cultuur en waarden vernietigd en de kolonialen
geholpen om de inboorlingen te knevelen, uit te buiten, over de kling
te jagen. Het wetenschappelijk onderzoek naar de relatie tussen missies
en kolonialisme is beperkt tot onbestaande. Op deel-aspecten van de
betrekkingen tussen de missionarissen en de kolonisatoren werd
gestudeerd. Een groot, overzichtelijk onderzoek ontbreekt.
Antropoloog-theoloog Neckebrouck kende geen titel van een al-omvattend boek over de missionering in Congo:
Dat bestaat niet. Wel kan je onderzoek vinden naar bijvoorbeeld de rol van de Norbertijnen in een deelgebied van Congo.
Rol missionarissen was beperkt
Rupert
Shortt citeert in Christanophobia de studie Missions and Empire, een
verzamelbundel uit 2005 onder de leiding van Norman Etherington, een
Ph.D van Yale, in de reeks Oxford History of the British Empire. De
bibliotheek van Missio in Brussel heeft een exemplaar. Etherington en
zijn team overspannen tweeënhalf eeuwen en drie continenten waarbij de
focus het Britse imperialisme is. De besluiten zijn: in verhouding met
de bereikte resultaten de kerstening van Afrika, Latijns-Amerika en
delen van Azië was het aantal en de rol van de westerse missionarissen
zeer beperkt want de hoofdresultaten zijn geboekt door de landeigen
catechisten en christenen; de missies waren soms bondgenoten van de
kolonisatoren echter even vaak waren zij tegenstanders (één voorbeeld:
in de anti-slavernij-campagnes); erg logisch vervolgens, de
dekolonisering was een vrucht van de missionering door de paters en
zusters die de revolterende elites van de kolonies schoolden.
Valeer
Neckebrouck: Wat Norman Etherington en zijn co-auteurs vinden, schreef
ik jaren voordien in grote lijnen in boeken als De Stomme Duivelen,
het anti-missionair syndroom in de westerse kerk van 1990, heruitgegeven
in 2002, en Het dubbele rentmeesterschap, missionaire verkondiging en
sociale actie van 1994. Over de rol van de missies in de kolonisering
is een eenduidig antwoord onmogelijk. Elke zogenaamde of vermoede
alliantie tussen de missionarissen en de kolonisatoren moet concreet
bekeken worden: welke Europese staat was de kolonisator, de Belgen
hadden hun specifieke aanpak, evenals de Fransen, de Engelsen, de
Portugezen en de Duitsers; welke nationaliteit had de missionaris
onze Congo was het werkgebied van Belgen, maar evenzeer van
Scandinaven, Schotten, Grieken, Amerikanen ; over welke christelijke
kerk praten wij waren het calvinisten, anglicanen, gereformeerden ;
over welke periode praten wij soms was er een vriendschappelijke band
tussen missie en kolonie, op andere ogenblikken stonden die lijnrecht
tegenover mekaar over de rechten van de Afrikanen, de
Latijns-Amerikanen, de Aziaten.
Verhalen
blijven vertellen over de westerse missionaire rovers die Afrika en
Latijns-Amerika naar hun menselijke, culturele en economische ondergang
zouden geduwd hebben is vals en verwerpelijk. Minstens moet er zeer
genuanceerd en factueel naar het terrein gekeken worden.
Mede
door de reactie tegen de zogenaamde uitbuitende en vernietigende
missionering groeide een houding en praktijk om missionaire actie gelijk
te stellen aan ontwikkelingshulp, aan het werken aan de materiële
vooruitgang van de Derde Wereld, met als onderbewuste achtergrond dit
is de boete voor onze rol bij de kolonisering.
Valeer
Neckebrouck: Die ontwikkeling was en is fout. De missionaire
verkondiging en de sociale actie zijn geen rivalen of zijn evenmin van
elkaar gescheiden. Dat zegt elk kerkdocument over de missionering. Dat
betekent anderzijds niet dat zij met elkaar mogen verward worden, tot
elkaar herleid of met elkaar geïdentificeerd worden. Integendeel.
De geschiedenis van de missionering, van de realiteit in Afrika, Latijns-Amerika en Azië, blijft tot vandaag braak liggen.
*
FRANS CROLS
25 DECEMBER 2018
|