DINSDAG 5 OKTOBER 2021
*

*
500695 IJVEGEM, NU GROOT-ANZEGEM, IS DE THUISHAVEN VAN VLAANDERENS EIGENSTE HEIMATSCHRIJVER
*
I N H O U D
Kijk,
dat van in de titel hierboven is de soort eigenzinnigheid die nog
altijd rond de gevoerde 150-ja rige hangt. De hele wereld spreekt van IONGOOIGEEM.
Zo staat het op alle landkaarten in binnen- en buitenland, zelfs
vandaag nog altijd op Google Map. Maar daar hebben de mensen zelf van
ter plaatse, gewoon lak aan. Ze trekken er zich gewoon niets van aan.
Zij kennen alleen IJVEGEM. En al de rest is zever voor de boekskes.
En
precies vandaag is ondergetekende al 89 da gen een van hen geworden.
Woonachtig in de
. Stijn Streuvelslaan te
. Anzegem. Op 500 meter in
vogelvlucht van Het (lege) Lijsternest
Neen, niet flauw of uit de lucht vallen. Ben zon 60 jaar geleden, als Ieperling, via AMOR eerst in OOIGEM terecht gekomen. Nu dus al zoveel dagen in Heerlijkheid Wielant te
.INGOOIGEM. En straks misschien wel voorgoed in zak en as naar WEGGOOIGEM????

Stijn Streuvels naast Hugo Verriest, broederlijk naast elkaar in Eeuwige Rust aan de zijgeval van de eigen Kerk
..
*
Ja
Ja, die fusiegolven!!!! Goesting of niet, beider stoffelijke resten
zijn nu gefusioneerd naar GROOT-ANZEGEM en de Stijn staat daar nu
wettelijk weer ingeschreven als Frank Lateur die hij altijd geweest is.

Sic transit gloria mundi
.
*

*

'STREUVELS SCHREEF GÉÉN WEST-VLAAMS'

Stijn Streuvels leest zijn overlijdensbericht in De Standaard.
foto: ©Collectie Stad Antwerpen, Letterenhuis
*
Op
3 oktober is het 150 jaar geleden dat schrijver Stijn Streuvels het
levenslicht zag. Dat jubileum wordt gevierd met een uitgebreid
programma, gaande van literaire wandelingen in het Streuvelsland rond
het West-Vlaamse Ingooigem over een academisch colloquium, een
overzichtstentoonstelling in het Letterenhuis en zelfs
een expo van Streuvels omvangrijke maar nauwelijks bekende
fotografische oeuvre. Ook worden vijf van Streuvels werken voor de
gelegenheid heruitgegeven.
Streuvelsgenootschap
Als mede-oprichter en ondervoorzitter van het Stijn Streuvelsgenootschap is Karel Platteau
een van Streuvels grootste pleitbezorgers. Platteau raakte als jonge
scholier in de ban van Streuvels Het leven en den dood in den Ast en
diepte die belangstelling verder uit tijdens zijn studies Germaanse
letterkunde.
Geen evidente keuze, want Streuvels was na zijn dood in 1969 vrij
snel in de vergetelheid geraakt, weggezet met enkele gemeenplaatsen: te
katholiek, te braaf, te West-Vlaams. Vlaanderen mocht dan 74 Stijn
Streuvelsstraten en -lanen tellen, gelezen werd hij amper nog. Toen
midden jaren 80 het zoveelste Streuvelsjubileum zonder een rimpeling
van aandacht voorbij ging, besloot Platteau samen met enkele
gelijkgestemden het Streuvelsgenootschap op te richten.
Onder
impuls van het genootschap werden de bard van Ingooigem en zijn oeuvre
aan de vergetelheid onttrokken. Het Streuvelsgenootschap en dan vooral
de academische jaarboeken die we sinds 26 jaar uitgeven, zorgen ervoor
dat Streuvels inmiddels academisch aanvaard is. Je vindt zijn naam nu
terug in alle grote lexica over de wereldliteratuur, wat toch
opmerkelijk is voor een figuur die intussen drie eeuwen omvat.
U twijfelt niet aan de eeuwigheidswaarde van zijn werk?
Streuvels
is een iconische figuur. Zijn legendarische West-Vlaamse arbeidsethos
zat daar voor iets tussen: hij schreef meer dan 50 romans en verhalen en
kreeg op zijn 92e nog de Prijs der Nederlandse Letteren. Hij wilde, zo
zei hij zelf, goede marchandise leveren, zoals hij dat in zijn periode
als bakker ook had gedaan. Auteurs als Van Reybrouck, Lanoye,
Hemmerechts noemen hem een vakman. Woordkunstenaars als Bruno Vanden
Broecke willen met zijn werk aan de slag, Wim Opbrouck heeft zelfs met
een zeis leren maaien om ooit De oogst te kunnen spelen.
Geen heimatschrijver
Hoe leesbaar is het werk nog? Zijn West-Vlaams is, zeker voor hedendaagse lezers, moeilijk te ontcijferen.
Maar
Streuvels schreef geen West-Vlaams! Hij schreef Streuveliaans, hij
ontwikkelde een eigen taalrijkdom zoals Claus dat ook heeft gedaan. Daar
moet bij worden gezegd dat in Streuvels tijd het Nederlands in
Vlaanderen nog in de kinderschoenen stond. Streuvels heeft zijn taal wel
degelijk aangepast aan het standaard-Nederlands van zijn tijd.
Daarnaast
is het zo dat hij altijd op zoek was naar die woorden die de sfeer het
raakste weergaven. Die authenticiteit was voor hem het hoogste goed. Hij
vond dan woorden in onverwachte registers of inderdaad in het dialect,
of hij vond zelf woorden uit. Hij bleef bij elke nieuwe uitgave ook aan
zijn teksten schaven om de filologen werk te geven. Streuvels taal is
een kunsttaal, een idiolect. Laat ons dankbaar zijn voor die rijkdom.
In nieuwe uitgaven worden overigens woordverklaringen gegeven.
Nog een hardnekkige mythe: Streuvels zou enkel over het platteland hebben geschreven?
Streuvels
schrijft vaak over de agrarische maatschappij van de 19e en de vroege
20e eeuw, maar hij heeft evengoed stadsverhalen geschreven, waarvan een
zich zelfs in Parijs afspeelt. De agrarische samenleving die hij
beschrijft, staat overigens op het punt te verdwijnen door de oprukkende
industrialisering. Streuvels deed altijd zijn goesting. Ook politiek
was hij niet voor een gat te vangen. Hij was een geboren dwarsligger.
Streuvels
thematieken zijn ook niet die van de klassieke heimatroman. Streuvels
gaat op zoek naar de zin van het leven, naar de werking van het fatum,
de eeuwige mythische themas zoals het vader-zoonconflict. Hij las ook
al zeer vroeg Freud en Oosterse filosofie. Hij had zelfs twee
Boeddhabeelden in huis.
Hedendaags en universeel
Toch wordt hij als een katholiek auteur gepercipieerd?
Streuvels was een agnosticus. Hij was tegen het klerikalisme en de kwezelarij. Ook hij heeft, net als zijn tijdgenoot Buysse,
heel wat te stellen gehad met de katholieke critici die zijn werk te
rauw, te naturalistisch vonden. Zelf nam hij ook geen blad voor de mond.
In zijn autobiografie schreef hij al over de handtastelijkheden van
sommige geestelijken in het internaat. Het zijn critici als André
Demedts die Streuvels in een katholieke hoek hebben geduwd. Dat beeld
moet worden bijgesteld. Jonckheere noemde hem een van onze schoonste
heidenen.
Waarom moeten we hem vandaag nog lezen?
Omdat
het de kans biedt binnen te treden in het hoofd van een schrijver van
150 jaar geleden die toch zoveel moderne themas aanhaalt. De passages
over vluchtelingen in zijn oorlogsdagboeken zouden over vandaag kunnen
gaan. In zijn Alma met de vlassen haren, wellicht gebaseerd op de
verhalen over cholera die Streuvels van zijn ouders hoorde, wordt een
pandemie beschreven met alle thematieken van lockdown en
besmettingsgevaar die we vandaag ook nog goed kennen. Daarin zit het
kunstenaarschap van Streuvels vervat: de kunst om universele zaken een
vorm en een inhoud te geven die ons vandaag nog raakt.
Het volledige programma rond Streuvels 150 vindt u hier.
Onze
boeken.doorbraak.be boekhandel biedt u ter gelegenheid van deze
herdenking graag een Stijn Streuvelspromotiebundel tegen een tijdelijke
stuntprijs: Leven en dood in de Ast, De vlaschaard en De teleurgang van
de waterhoek. Heruitgeven in de oorspronkelijke taal, met een moderne
spelling en in een hardbackeditie.
Michiel Leen

*
CORONA & CENSUUR

VRIJE COMMENTAAR
*
Moest
Boer Vermeulen nu terugkeren, hij zou, net als Diogenes, zelfs bij
klaarlichte dag, bijlichtend met een lantaarn, zijn eigen VLASSCHAARD
niet meer terugvinden tussen de sjeieke villawijken.

*
Zoonlief
die hij (volgens Streuvels) de kop insloeg, daarentegen zou niet lang
moeten zoeken naar zijn mollejonk, de meid SCHELLEBELLE. Die staat
daar ergens te velde, ib brons vereeuwigd. Met de bundel vlas, vrucht
van haar handen in der armen
En verder, retro minded, staan overal goed onderhouden Maria Kapelletjes die ongewild voortdurend aan het verleden herinneren
.

*
Tenslotte nog n akkefietje in de marge over de piloot-gemeente Anzegem, waar in de nacht van Donderdag 16/10/2014
de geklasseerde St Jan-de-Doper-kerk volledig door brand vernietigd
werd. Oorzaak: defecte verwarminsketel. De restauratie laat op zich
wachten, tot onlangs alleen de toren hersteld bleek te zijn

*
Moest
Stijn Streuvels (of ergo! Cyriel Buyse?) zoiets middernachterliks
hebben meegemaakt, dan zou die daar volgens mij niet veel woorden hebben
over gepleegd. Maar ergens aan de toog aconiek hebben opgemerkt, zo
tegen de daar aanwezige dienster Mira bijvoorbeeld
Ach ja, die kerke
t Anzegem. Ter ere Gods, zeker
.
De Paaster zal ne keer meer mê de schaele moeten rondgaan, zeker
.
-
Ja Ja, Stijn Streuvels was De Waterhoek maar ook zijnen tijd verre vooruit.
*
Digithalys

|